Crematie in het licht van Gods Woord
> CREMATIE>
In gesprekken en op catechisatie komt van tijd tot tijd de vraag naar begraven of cremeren naar voren. Dan blijkt er op dit punt nogal wat onzekerheid te bestaan. Ik hoop in de komende nummers van de Nieuwsbrief hierover enkele opmerkingen te maken. Wij moeten over de manier van lijkbezorging nadenken omdat de dood op een bepaald moment Gods schepping is binnengekomen.
-> Die dood komt Gods schepping binnen. ->
God heeft de mens gemaakt om te leven en niet om te sterven. De verwachting dat eens de dag van het sterven zou komen was er niet bij de eerste mensen op aarde. Adam en Eva hebben de dood niet gekend en ook hier verwacht. Als Adam en Eva in liefdevolle gehoorzaamheid aan de HERE blijven leven zal de dood nooit hun bestaan binnen komen. De dood komt alleen als zij ongehoorzaam aan God worden. Zie Gen 2:17
God heeft de eerste twee mensen geschapen en hen die prachtige tuin in Eden gegeven om daarin te leven. Alles wat de mens zag was prachtig. Ze kunnen heerlijk leven en mogen van al de vruchten eten die er aan de bomen daar groeien. Een geweldige overvloed. De HERE komt naar Adam en Eva toe en gaat vertrouwelijk met hen om. De hele aarde staat onder de regering van de mens en niets op aarde is voor de mens een bedreiging. Geen plant en geen dier. Als de HERE na zes dagen alles gemaakt heeft zoals Hij dat wil lezen we in Gen 1:31: “God keek naar alles wat Hij had gemaakt en zag dat het zeer goed was.” Dat “zeer goed” betekent o.a. dat de aarde die God de mens als woning gegeven heeft geen enkele bedreiging voor de mens kent. De bedreiging en het gevaar van de kant van de duivel komen later. Zie 2 Petr 2:4; Jud 6.
De dood kan alleen in het leven van de mens komen als hij ongehoorzaam aan de HERE wordt. De dood hoort niet bij Gods schepping maar kan in het leven van de mens komen. Wij weten wat er gebeurd is. Dat wij mensen gezondigd hebben en de dood in ons leven gekomen is. Het gevolg daarvan is o.a. dat we ons met lijkbezorging moeten bezighouden.
-> Wat is de waarde van begraven in de Bijbel?->
Als je de Bijbel leest en erop let hoe er met de lichamen van geliefden die gestorven zijn, omgegaan wordt leest steeds weer van begraven.
De eerste keer dat we in de Bijbel van een begrafenis lezen is wanneer Abrahams vrouw Sara sterft. Agraham heeft van de inwoners van het land de grot Machpela gekocht. Zie Gen 23. Deze grot moet als graf gaan dienen. Abraham wordt later ook zelf hier begraven. (Gen 25:9,10) We lezen steeds weer van begraven. Gods volk in het Oude Testament doet veel moeite om hun geliefden te kunnen begraven. Een paar voorbeelden daarvan zijn:
1. Simson. De rechter Simson heeft met duizenden Filistijnen de dood gevonden. Zijn familie is hem tussen de duizenden lijken gaan zoeken en hebben hem in het graf van zijn vader Manoach gelegd. Recht 16:31
2. Asaël. Asaël is een belangrijke man in het leger van David. Als hij in de slag bij Gibeon door Abner gedood wordt, lezen we: “Joab en zijn mannen namen Asaël mee om hem in Bethlehem in het graf van zijn vader te begraven.” 2 Sam 2: 32
Het is niet zo dat we in de Bijbel alleen voorbeelden van begraven vinden. Het is God zelf die begrafenis als lijkbezorging voorschrijft. Zelfs iemand die vanwege een misdaad de doodstraf gekregen had, moest begraven worden. Dat gold zelfs van iemand die zo zwaar gezondigd had dat zijn lichaam na de steniging de rest van de dag aan een paal moest hangen. We lezen dat in Deut 21:22,23:
“Als iemand een misdrijf heeft gepleegd waarop de doodstraf staat, en u hangt hem na de voltrekking van het vonnis op aan een paal, dan moet u zijn lijk voor het einde van de dag begraven en het daar niet ’s nachts nog laten hangen; anders maakt u het land van de HEER, uw God, u als grondgebied geeft, onrein.”
De HERE heeft zelfs zelf het lichaam van een mens begraven. We lezen dat als Mozes de berg Nebo opgaat om daar te sterven. Hij mag het land Kanaan niet binnengaan. Niemand is erbij als Mozes zijn laatste adem uitblaast. De HERE eert hem door zijn lichaam niet zomaar op de berg te laten liggen. De HERE zorgt ervoor dat Moses lichaam eervol begraven wordt. We lezen dat in Deut 34:5,6: “Zo stierf Mozes, de dienaar van de HEER, daar in Moab, zoals de HEER gezegd had. En de HEER begroef hem in een vallei in Moab, tegenover Bet-Peor. Tot op de dag van vandaag weet niemand waar zijn graf is.”
Volgende keer beginnen we er mee om te kijken hoe de lichamen van de kinderen van God in het Nieuwe Testament bezorgd worden.
-> De begrafenis van Jezus->
Als we in de Bijbel verder lezen, komt steeds weer naar voren dat begraven de gewone en eerbare manier van lijkbezorging. Als het aan Jezus tegenstanders gelegen had zou de Here Jezus geen eervolle begrafenis gekregen hebben. Het was de gewoonte dat mensen die de kruisdood ondergaan hadden op de vuilnishoop buiten Jeruzalem verbrand werden. Dan zou Jezus lichaam daar zonder begrafenis tot as geworden zijn. Het was de bedoeling van de Joodse leiders dat dit ook met de Here Jezus zou gebeuren.
De Heilige Geest wijst er in het Oude Testament al op dat als de Verlosser gedood zal worden de mensen zullen proberen om Zijn dode lichaam zo te behandelen dat ze Hem daarmee nog meer in de schande willen steken. Dan vertelt de Geest ons ook dat de HERE ervoor zal zorgen dat dit niet gaat gebeuren. We lezen daarvan in Jesaja 53.
De heilige Geest profeteert daar van de Verlosser die zal komen in vers 9: “Hij kreeg een graf bij misdadigers, zijn laatste rustplaats was bij de rijken”. In deze zin zie je een tegenstelling. Een graf bij misdadigers en Zijn laatste rustplaats bij de rijke. Het eerste deel van deze zin wijst erop wat mensen volgens de gewoonte wilde doen. Jezus lichaam op de vuilnishoop. Dat was waar lichamen van zulke misdadigers thuishoorden. De werkelijk werd door Gods leiding dat Jezus lichaam heel anders dan de gewoonte in het mooie graf van een rijk man begraven werd. Hij krijgt ondanks alles een eervolle begrafenis.
We zien dit bijna 800 jaar later gebeuren. Wanneer de Here Jezus van het kruis gehaald wordt, komt Hij niet in handen van Zijn vijanden. Het zijn ook niet de Romeinen of anders gezagsdragers die het lichaam van de Here Jezus wegbrengen. Jozef van Arimathea, die een rijk man was (kijk Matt 27:57), vraagt of hij het lichaam van de Here Jezus mag krijgen om het te begraven. De Romeinse stadhouder Pontius Pilatus staat dit verzoek toe en dan gebeurd er wat we in Mattheus 27:58-60 lezen: “Hierop gad Pilatus bevel het aan hem af te staan. Josef nam nam het lichaam mee, wikkelde het in zuiver linnen en legde het in het nieuwe rotsgraf dat hij voor zichzelf had laten uithouwen. Toen rolde hij een grote steen voor de ingang van het graf en vertrok.”
Jezus wordt dus op een heel eervolle manier begraven. Hij wordt zelfs in een mooi graf, in het graf van een rijke begraven.
-> Zaaien door begraven->
Wij lezen in het Nieuwe testament steeds weer dat de gelovigen begraven worden. Wanneer Paulus over Christus opstanding schrijft en wat dat voor de gelovigen betekent, gebruikt hij het beeld van het zaad. Het zaad dat in de grond gezaaid wordt en dan vergaat om weer nieuw leven te kunnen voortbrengen. Hij schrijft dan o.a.: “Nu zou iemand kunnen vragen: Maar hoe worden de doden opgewekt? Hoe zou hun lichaam er uit moeten zien? Dwaas die u bent! Als u iets zaait, moet dat eerst sterven voordat het tot leven kan komen. En wat u zaait heeft nog niet de vorm die het later krijgt; het is nog maar een naakte korrel, een graankorrel misschien of iets anders. God geeft daaraan de vorm die Hij heeft vastgesteld, en Hij geeft elke zaadkorrel zijn eigen vorm.” Vs 35-38
Met de vorm waarover hier gesproken wordt, wordt het lichaam bedoeld dat de HERE bij de opstanding geeft. Het is duidelijk dat Paulus hier het beeld van de begrafenis en die het beeld van de crematie gebruikt. Begrafenis sluit aan bij de wil van onze hemelse Vader als het om lijkbezorging gaat.
-> Eerste conclusie->
Begrafenis is in de Bijbel de eerbare manier van lijkbezorging. Het wordt in de Bijbel als een schande gezien als een mens niet begraven wordt. Kijk o.a.: 1 Sam 17:44-46; 1 Kon 14:9,13; 2 Kon 9:10; Psalm 79:1-3; Pred 8:10; Jes 14:18-20. Begraven is de manier van lijkbezorging die bij de mens als Gods beeld dat in zonde gevallen is, past. Dat wordt nog duidelijk als we er op letten wat we in Bijbel over verbranding van lijken lezen.
-> Crematie in de Bijbel->
Het verbranden van een lichaam heeft in de Bijbel met schande en straf te maken. De verbranding Het verbranden of verassen is een manier van lijkbezorging die juist schande en oneer uitdrukt. Laten we de voorbeelden van verbranding en bijna verbranding in de Bijbel eens bekijken.
Gen 38:24. De schoondochter van Juda is Tamar. Zij wordt er van beschuldigd dat zij overspel gepleegd heeft. De reactie van Juda is dan dat Tamar uit haar huis gehaald moet worden en dan moet ze verbrand worden. We hebben hier te maken met een doodstraf door verbranding. Het gaat er nu niet om dat en waarom deze straf in dit geval niet uitgevoerd is. Een ding is duidelijk dat hier gedreigd wordt met een schandelijke dood.
Leviticus 20:14 We lezen hier: “Wie met een vrouw trouwt en ook met haar moeder, begaat een schanddaad. Hij en beide vrouwen moeten worden verbrand, want dergelijke schanddaden mogen bij jullie niet voorkomen.” De zonde waaover hier gesproken wordt is zo groot dat van mensen die zo geleefd hebben niet op aarde over mag blijven. Hun lichamen moeten worden verbrand. Iedereen moet weten dat op deze manier van leven de eeuwige straf, het eeuwige vuur volgt.
Leviticus 21:9. In dit verzen lezen we: “Als de dochter van een priester zich door hoererij ontwijdt, ontwijdt ze haar vader en moet ze worden verbrand.”
Hoererij is in Israel een ernstige zonde. Wanneer de dochter van een priester als hoer leeft is dat nog ernstiger omdat zij daarmee een smet op Gods dienaar en daarmee ook op Gods heiligdom legt. Om deze smet helemaal weg te halen, mag er niets van haar lichaam overblijven. Van het lichaam waarmee zij zo intens gezondigd heeft. De smet op Gods heiligdom moet radicaal verdwijnen door de verbranding van haar lichaam.
Jozua 7:15,25. Het volk Israel is het beloofde land binnengegaan. Het land Kanaan moet nu door het volk verder ingenomen worden. De eerste stad die ingenomen wordt is Jericho. De HERE zorgt daarvoor door de muren van deze stad te laten instorten. De HERE heeft gezegd dat niemand bij het veroveren van Jericho iets voor zichzelf uit de stad mag nemen. Het volk moet bij het innemen van Kanaan leren dat niet de volken die zij overwinnen aan hen welvaart en rijkdom geven. Dat komt van God alleen. Aan de HERE komt de rijkdom die er in Kanaan te vinden is toe. Door niet van wat er in Jericho voor zichzelf te nemen, kan het volk haar dankbaarheid aan de HERE laten zien. Dan is er toch nog een man, Achan die kostbare dingen uit de stad voor zichzelf meeneemt. We lezen wat de straf daarop is en dat die straf ook uitgevoerd wordt: “Dan moet degene die wordt aangewezen als de schuldige, verbrand worden, hij en al de zijnen, want hij heeft het verbond met de HEER geschonden. Wat hij gedaan heeft is voor het volk Israel een schanddaad. ...... Jozua zei: Jij hebt ons in het ongeluk gestort! Daarom zal de HEER jou vandaag in het ongeluk storten. Hij en al de zijnen werden door heel Israel gestenigd en verbrand.”
De verbranding van hun lichamen moest laten zien dat ze een heel grote zonde gedaan hadden.
2 Koningen 23:15-18. De gelovige koning Josia gaat naar Bethel. Hij vernietigt daar het heiligdom waar Israel heel lang de HERE door beelden vereerd heeft. Deze vernietiging is vervulling van een eerdere profetie. Zie 1 Koningen 13.
Wanneer Josia dat heiligdom vernield heeft, ziet hij de graven die er bij dat heiligdom zijn. Dat zijn mensen die zich juist bij het heiligdom hebben laten begraven omdat dat heiligdom voor hen heel veel waarde had.
Wat doet Josia met de lichamen die in die graven daar liggen? Wat doet hij met de lichamen van mensen die zich tot in hun graf met de beeldendienst verbonden hebben? Hij laat hun botten uit de graven halen een laat die verbranden. Dit is weer een teken van straf en afschuw. Het is duidelijk dat verbranding, dat crematie ook hier het teken van straf is.
Wat gebeurt er nog meer? Er is ook een graf van een echte profeet van de HERE. Deze man heeft niet met de beeldendienst daar meegedaan. Josia geeft opdracht om de overblijfselen van die man en van de profeet uit Samaria met rust te laten. Zie vers 17,18.
Amos 2:1-3. We lezen in dit gedeelte van de Bijbel dat het volk van Moab het lichaam van de koning van Edom verbrand heeft. Dat is in Gods ogen een van de grote zonden waarom Zijn straf over Moab sal komen. We zien hier hoe erg de HERE de verbranding van het lichaam van een mens haat als dat volgens Zijn wil niet nodig is.
-> Tweede conclusie->
De Schrift maakt duidelijk dat begraven de manier van lijkbezorging is die met Gods wil in overeenstemming is. Het is ook duidelijk dat crematie, verbranding van het lichaam niet de gewone manier van lijkbezorging mag zijn. Op een uitzondering kom ik in het volgende artikel nog terug. Crematie kan een vorm van straf zijn of bij een epidemie gebruikt worden om levens van anderen te beschermen. Crematie past niet bij echte beschaving. Het past niet bij een overheid, bij een volk, bij een mens die de HERE volgens Zijn Woord wil dienen. Gods volk weet dat er de dag komt dat de graven zullen opengaan en de gelovigen dan met een volmaakt lichaam zullen opstaan. Ze zullen dan voor eeuwig ook met hun lichaam bij de HERE zijn en er zal op de nieuwe aarde geen enkele vorm van lijkbezorging meer nodig zijn.
-> Is onze conclusie echt steekhoudend?->
Waarom stel ik deze vraag? Omdat er mensen zijn die christen willen zijn, die gereformeerd willen zijn die menen dat crematie als een mogelijkheid tot lijkbezorging niet tegen Gods wil ingaat. Een van hen, dr Johan Heyns schrijft over de argumenten die in de Christelijke kerk door de eeuwen heen tegen crematie zijn gebruikt het volgende: “Voor het motief dat aan deze argumenten ten grondslag ligt moeten we grote waardering hebben. Maar of deze argumenten genoeg grond zijn om tot de conclusie te komen dat begraven daarom de enige religieus-ethisch verantwoorde manier van lijkbezorging is, valt ernstig te betwijfelen. Volgens ons komt crematie of verassing hiervoor ook in aanmerking en moet het, als het de persoonlijke wens van iemand is om gecremeerd te worden ook zo aanvaard worden.”
Hij wijst er ook op dat de heidense oorsprong van lijkverbranding geen goed argument is om het te verwerpen. Wij kunnen volgens hem vanuit heel andere en betere gedachten tot crematie overgaan. Hij schrijft daarna: “De begrafenis van Jezus is voor ons niet de norm. Jezus was immers gebalsemd en is in een grot neergelegd en die praktijk volgens wij vandaag ook niet. Het is niet overtuigend om alleen een bepaald deel van zijn begrafenis normatief voor ons te laten zijn. Als we nu op crematie letten, zullen we ontdekken dat er geen ethische argumenten bestaan waarom dat verworpen moet worden en niet aanvaard kan worden.”
Het is goed om ook echt te overwegen wat prof Heyns en anderen die er zo over denken zeggen en schrijven. Je argumenten moeten goed en zuiver zijn. Ze moeten geldig zijn. Als je over deze dingen nadenkt en let op wat we in de Bijbel lezen, kunnen we niet met prof Heyns en anderen meegaan. Ik geef daarvoor in aanvulling op wat ik al eerder geschreven heb de volgende redenen:
Het is niet zo dat alleen het voorbeeld van Jezus gegrafenis voor ons de norm geeft dat we moeten begraven. Het belangrijkste is hier juist dat de begrafenis van de Here Jezus volledig volgens de norm was die de HERE in het Oude testament aan Zijn volg gegeven heeft. Bij die norm hoorde niet dat een lichaam gebalsemd moest worden of in een grot gelegd moest worden. Bij die norm hoort ook niet dat een gestorvene in een kist begraven wordt of dat er een grafsteen op het graf komt te staan.
De norm is begraven en dan kan de manier waarop het gebeurt op bepaalde punten verschillen. Zonder dat dat Gods norm aantast. We hebben al gezien dat de HERE crematie verbiedt en het alleen als een zware straf voor schrijft. Het is zelfs zo dat een van de redenen waarom God met Zijn straf over Moab komt, is dat ze de koning van Edom verbrand hebben. We lezen daarvan in Amos 2:1: “Dit zegt de HEER: Misdaad op misdaad heeft Moab begaan: ze hebben de beenderen van de koning van Edom verbrand om er kalk van te maken. Daarom zal ik mijn vonnis niet herroepen.”
Hier zien we duidelijk dat het verbod om een lijk te verbranden zijn oorsprong niet in verzet tegen zekere heidense gedachten maar het een verbod tegen crematie zelf is. Daarom is de norm die we al in het Oude testament op dit punt lezen ook voor ons vandaag de norm.
Een ander argument tegen wat Heyns en anderen naar voren brengen is wat paulus in 1 Korinthe 15 schrijft. Heyns schrijft dat zowel bij begraven als ook bij crematie het lichaam van een gestorvene geschonden wordt. Hij ziet op dit punt geen enkel verschil tussen begraven en crematie. Toch is er een belangrijk verschil. Paulus gebruikt in 1 Kor 15 voor wat na de dood van de gelovige gebeurt het beeld van het zaad dat gezaaid wordt. Hierbij zijn vooral de verzen 42-44 van belang. We lezen daar: “Zo zal het ook zijn wanneer de doden opstaan. Wat in vergankelijke vorm wordt gezaaid, wordt in onvergankelijke vorm opgewekt, wat onaanzienlijk en zwak is wanneer het wordt gezaaid, wordt met schittering en kracht opgewekt. Er wordt een aards lichaam gezaaid, maar een geestelijk lichaam opgewekt. Wanneer er een aards lichaam is, is er ook een geestelijk lichaam.”
Zaaien wijst erop dat er een natuurlijk proces van ontbinding plaatsvindt. Het beeld van het zaaien laat zien dat de ontbinding zonder opzettelijk en geweldadig ingrijpen van de mens plaatsvindt.
Het beeld dat Paulus in 1 Korinthe 15 gebruikt, heeft niet de bedoeling om te wijzen op het uitstrooien van de as zoals dat bij crematie kan gebeuren. Als je dit gedeelte in de Bijbel leest, zie je dat het beeld van het zaaien en het zaad op ontbinding wijst waaruit iets nieuws, iets dat heerlijk voor de gelovigen is, ontstaat. Dit beeld past veel beter bij begraven dan cremeren.
-> Uiteindelijke conclusie->
De HERE schrijft in de Bijbel begraven als vorm van lijkbezorging voor en crematie gaat tegen Zijn goede wil in.