Het Heilig Avondmaal en onze tong
HET HEILIG AVONDMAAL EN ONZE TONG
Zondag 13 september hebben we samen avondmaal gevierd. Bij de tafels heb ik toen enkele opmerkingen van Jakobus 3 en Zondag 43 gemaakt. Van meerdere kanten werd mij gevraagd of ik het op papier heb staan. Ze hadden wat toen gezegd is als bemoedigend en belangrijk ervaren. Juist omdat het van meerdere broeders en zusters gevraagd werd, heb ik besloten dit ook in de Nieuwsbrief een plaats te geven. Het is niet woordelijk wat ik toen gezegd heb maar wel is de inhoud dezelfde.
Eerste tafel gelezen: Jakobus 3:1-12 Zondag 43 eerste deel.
We vieren het avondmaal. We vieren dat de Here Jezus Zijn leven voor al die zwarte plekken en al het verkeerde in ons leven gegeven heeft. Wij vieren dat de Here Jezus met Zijn lijden en dood voor ons vergeving verdiend heeft en verzoening met God gebracht heeft. Dan kun je denken: Jezus heeft dat voor mij gedaan en dus hoef ik niet meer over mijn leven en zonden na te denken.
Als die gedachte bij je opkomt is het goed om naar Jakobus 3 te kijken. Jakobus zegt geleidt door de Geest dat wie zijn tong in toom kan houden een volmaakt mens is. Als je zo je woorden kiest dat je daarmee nooit verkeerd spreekt en nooit je naaste beschadigt dan ben je een volmaakt mens. Jakobus laat zien dat het zo niet is. Ook niet bij de gemeente en ook niet bij de gelovige als persoon. Wij zijn als gelovigen op deze wereld nog niet volmaakt. Dat worden we ook niet zolang we nog op deze wereld leven voor Christus terugkeer.
Als je dat hoort kan jouw en mijn houding zijn: “Dan maakt het niet uit hoe ik leef.” Maar dat is niet de houding die Heilige Geest ons leert. Dat zien we ook heel duidelijk in Jakobus 3. Kijk maar eens mee in vers 10: “ Uit dezelfde mond klinkt zegen en vervloeking. Dat kan toch niet goed zijn, broeders en zusters?” De Geest laat ons zien dat je in het verkeerde in je leven en in het verkeerde in de gemeente niet kunt berusten.
Dus wat zegt de HERE? Hij zegt dat wij niet volmaakt zijn. Dat Hij weet dat er ook bij ons de neiging is om te roddelen. De neiging om over een ander iets te zeggen zonder dat je het eerst bij die persoon nagevraagd hebt. Daarvoor hebben wij vergeving nodig. We hebben nodig om die vergeving te zien en te voelen. Zoals we dat nu bij de viering van het avondmaal voelen en zien. Bij het willen leven van Gods liefde hoort dan ook dat we echt op onze tong willen letten. Dat we onze mond zo willen gebruiken dat we een ander niet in een verkeerd daglicht willen stellen. In het eerste deel van Zondag 43 lezen we deze dingen ook heel duidelijk. Het is zo makkelijk om aan woorden van een ander net een andere draai te geven waardoor die ander er slechter afkomt en jijzelf beter. Het is ook zo makkelijk om iemand te veroordelen zonder dat je eerst zelf aan die ander gevraagd hebt hoe het gegaan is of wat hij zelf gezegd heeft. En in welk verband. Wat is het belangrijk dat we eerst ook aan iemand zelf vragen wat de achtergrond van zijn daden en zijn spreken was.
Juist vanuit het vieren van het avondmaal moeten deze dingen bij onszelf veranderen. Juist dan bloeien we als gemeente. Dan komt er echte bloei vanuit Christus liefde in liefde tot elkaar. Dan willen we vanuit Gods liefde altijd eerst weer met de ander spreken.
Is dat iets extra’s? Is dat een bijzaak? Nee dat zien we in Jakobus 3 en ook in Zondag 43. In Jakobus 3 lezen dat als we onze mond verkeerd gebruiken we het vuur van de Gehenna, van de hel aansteken. In Zondag 43 belijden we: “Dat ik alle liegen en bedriegen als echt duivelswerk vermijd, als ik tenminste de zware toorn van God niet op mij laden wil.”
De Geest wil ons leren en vanuit Christus offer geven om zo al meer te gaan leven. Juist om de zware toorn van God is Christus gestorven en om mij te leren door de Geest de tong te gebruiken tot voordeel van de naaste en tot lof op God.
Tweede tafel gelezen: Jakobus 3:13-18 Tweede deel Zondag 43
Je ziet in de Bijbel altijd weer dat de HERE kritisch is. Dat de HERE bij het volk van God en andere mensen de fouten aanwijst. Dan kun je gaan denken dat de HERE eigenlijk alleen maar de strenge rechter is. Is het de kritiek van de strenge rechter, iemand met een koud hart vanuit bepaalde regels tegen je zegt: “het klopt weer niet in je leven”?
Nee, zo is de HERE niet! De kritiek van de HERE is warme kritiek, kritiek vol van liefde. De HERE zegt met diepe liefde tegen jou en mij: Mijn kind daar gaat het niet goed in je leven. Hij wil niets liever dan ons steeds weer op de goede weg brengen. Jaloezie en egoïsme zoals daarover in Jakobus 3 gesproken wordt, brengen je op de verkeerde weg. Dat maakt het leven van jezelf en je naaste stuk. Dan ga je op de weg die naar het verderf leidt. De HERE wil in diepe liefde met Zijn wil en wet je corrigeren. Die Vader die Zijn eigen Zoon zelfs gegeven heeft om je te redden. De Zoon die voor al jou zonden heeft willen sterven onder Gods zware toorn . De HERE zegt tegen je: “Als je je tong gebruikt denk dan eerst aan Mij en dan vanuit Mijn liefde aan je naaste.
Zo komen we bij het tweede deel van Zondag 43: “Verder dat ik oprecht spreek en belijd en ook de eer en goede naam van mijn naaste zoveel ik kan verdedig en bevorder.”
Wat moet ons spreken onder elkaar als hoofdinhoud hebben? Juist dat je de goede dingen die je bij je broeder en zuster ziet noemt en daar samen over praat. Dat je de goede naam van je broeder of zuster hoog houdt en zo de bloei van de gemeente bevordert. Samen op de ene weg gaan waar we elkaar niet onverhoord veroordelen. Gods Woord is maar niet een of andere koude regel. Je ziet in dat Woord de Vader die zielsveel van je houdt naar je toe komen. Laten we zo met onze mond en tong de echte vrede onder elkaar bevorderen.
Door zuivere en vredelievende woorden te spreken. Dan zoeken we met onze woorden de vrede en gaan we niet zitten te stoken. Dan zijn we er niet op uit om kwesties te maken. Dan denken we voor we onze woorden uitspreken vanuit Christus liefde vol ontferming aan de ander. Dan willen we onpartijdig zijn. Niet negatief over de ander omdat wij hem of haar bij een bepaalde partij zouden rekenen. Dan wil je oprecht zijn. Eerlijk! Wat is het goed om zo vanuit de viering van het Avondmaal samen gemeente te zijn en aan de bloei van de gemeente te mogen meehelpen. Laten we onze tong gebruiken tot eer van God en daarop tot opbouw van onze naaste.