Meditasies oor sterwe en hoop/Meditaties over sterven en hoop
DOOD EN HOOP
Psalm 103:12: "Zo ver het oosten is van het westen,
zo ver heeft Hij onze overtredingen van ons gedaan.”
Misschien vind je het een gek begin van meditaties over het sterven. Toch geven juist deze woorden van God aan hoe en waarom het sterven ons leven is binnengekomen. De HERE heeft de mens als kroon op Zijn schepping voor het leven gemaakt. Je mag ook van het leven genieten. Daarvoor heeft de HERE ons gemaakt. De dood hoort niet bij Gods goede schepping. De dood is de schepping binnengekomen doordat wij als mensen het erin gebracht hebben.
De HERE had namelijk tegen ons gezegd dat we in het paradijs niet mochten eten van de boom van kennis van goed en kwaad. Hij had ons ook zo gemaakt dat we in liefde voor de HERE van de vruchten van deze boom af konden blijven. Er was in het paradijs ook meer als genoeg om van te kunnen eten. We hadden de vruchten van die boom helemaal niet nodig.
Toch waren het onze oudste voorouders Adam en Eva die er van aten. De HERE had gezegd, liefdevol ons gewaarschuwd, dat als we van deze boom zouden de eten de dood ons leven zou binnenkomen. Dat is gebeurd. Onze schuld als mensen. Wij hebben ons tegen God verzet, wij hebben gezondigd en er voor gezorgd dat we de dood verdienen. Dat we verdienen geen goede toekomst te hebben. De dood en het sterven is er en toch is er hoop! Door God onverdiende liefde! Hij neemt de zonden, de straf, de dood weg van wie bij Christus het leven zoekt. Morgen daarover meer.
SOOS 'N VADER
Psalm 103:13: “Soos ’n vader hom ontferm oor die kinders, so ontferm die HERE Hom oor die wat Hom vrees.”
Ons het gister gesien dat die sonde vir die dood sorg. Die sonde wat ons in die wêreld gebring het, is die oorsaak vir die straf wat oor ons kom. Die straf wat ons deur ons sondes ook regtig verdien het. Ons kan die HERE niks verwyt nie! Hy is regtig die regverdige God. In Hom is nie een draadjie onreg nie.
Hy was dit wat daarvoor gesorg het dat die dood in ons lewe nie die laaste woord hoef te hê nie. Selfs vir sondige mense bestaan hoop! Hoekom? Omdat die Vader Sy Seun na die wêreld gestuur het om ons sondes op Hom te neem. Om in ons plaats die straf te dra en vir ons deur die sterwe heen die lewe te verdien. Ons sien daarin hoe die Hemelvader Hom ontferm het. Sy onverdiende liefde vir ons gewys het. Wie is dan die “ons” vir wie Christus, God se Seun, dit verdien het? Dit is hulle ‘wat die HERE vrees’.
Die HERE vrees is nie dat jy bang vir Hom is nie. Dit is nie so dat God se kind op sy of haar sterfbed moet sidder van angs nie. Nee, wie die HERE in Sy onverdiende liefde leer ken het en daarom in diepe eerbied vir Hom geleef het, kan vol vertroue sterwe. Dan kan jy getuig van jou Verlosser. Jou Verlosser leef. Jy het Hom in jou lewe wil volg en Hy is jou Redder.
ONTFERMING
Psalm 103:13 De HERE ontfermt Zich over wie Hem vrezen. Ontfermen is een heel diep en warm woord. Dat betekent dat Hij wie hulpeloos is Zijn hulp en bescherming geeft. Dat Hij er als jij niet verder kunt er op een reddende manier voor jou is. In het vervolg van deze Psalm lezen we over het sterven. Er komt een moment dat je als mens het leven niet vast kunt houden. Allerlei hulpmiddelen helpen niet meer. Medicijnen, beademing, behandelingen kunnen je niet in leven houden. De dood komt onherroepelijk over je leven. Voor wie bij Christus zijn of haar leven gezocht heeft, staat de HERE dan als een vader vol van liefde met Zijn ontferming voor je klaar. Hij is de Schepper van het leven. Hij is de bron van het leven. Niemand kan Zijn leven en Zijn kracht aantasten. Zelfs bij het sterven van een kind van God ontfermt de HERE zich volgens Zijn belofte over Zijn kind. Wij constateren als mensen dan de dood. In het ziekenhuis wordt gezegd dat je geliefde hersendood is. Maar wat wij niet kunnen zien, heeft de Vader in de hemel dan gedaan. Hij heeft zich over Zijn kind ontfermt. Hij heeft namelijk gedaan wat Asaf door de Geest in Psalm 73 belijdt: “Niettemin zal ik voortdurend bij U zijn, U hebt mijn rechterhand gegrepen. U zult mij leiden door Uw raad, daarna zult U mij in heerlijkheid opnemen.” Vs 23,24 Wie in diepe eerbied voor de HERE leeft, staat er zelfs bij het sterven niet alleen voor. De HERE reikt je Zijn reddende hand.
ONTFERM EN VREES
Psalm 103:13 Dit is opvallend dat ons in hierdie vers die woorde ‘ontferm’ en ‘vrees’ lees. As ons hierdie woorde lees, sou ons in die eerste plek aan ’n teenstelling dink. Nogtans is dit verseker nie so nie. Die HERE ontferm Hom oor hulle wat Hom vrees.
Die vrees van die HERE is ’n vrees waarin juis die warmte van die liefde praat. Dit is nie ’n vrees wat jou op ’n afstand van die HERE laat staan nie. Dis nie die angs van ’n slaaf vir sy meester nie. Nee, dit is die diepe liefde vir die HERE wat hom in eerbied vir God vertolk. Eerbied vir die groot God wat jy in Sy Vaderliefde mag ken.
God se gelowige kind kyk vol verwondering na die HERE op. Vol ontsag en liefde. Wonderlik dat hierdie God, wat so groot en heilig is, Hom ontferm oor ’n sondaar! Hierdie Goddelike liefde werk in God se kind so dat hy die HERE in liefde wil volg. Dat God se kind Vader se gebooie wil hou omdat dit God se gebooie is. Hy doen dit omdat hy nie meer op Homself vertrou nie maar vir 100% op die HERE wil bou. Wat die HERE van jou vra is goed omdat die HERE die enige is wat goed is.
So kan ’n mens hom dan ook op sy of haar sterfbed aan die HERE as Vader toevertrou. Jy kan deur Christus se werk seker wees van jou toekoms. Die HERE sal Hom ook as die sterwe kom oor jou ontferm. Hy sal ook dan vir jou sorg as Sy kind.
TWEE REACTIES
Psalm 103:14-16 Er zijn twee soorten reacties waar ik nu aandacht voor wil vragen als het om de troost bij het sterven gaat. Soms hoor je mensen zeggen dat je als christen bij het sterven van een geliefde eigenlijk geen verdriet mag hebben. Je hebt toch de troost dat je gelovige geliefde bij de HERE is, wordt dan gezegd. Dat laatste is waar en een geweldige troost. Toch zegt dat niet dat wij geen verdriet mogen hebben om het gemis. De HERE kent ons in de broosheid van ons leven. De Here Jezus heeft in zijn mensheid op aarde gevoeld wat moeite en verdriet in het menselijke leven na de zondeval is. De HERE zegt niet dat we geen verdriet mogen hebben. Hij zegt wel dat Hij de tranen uit onze ogen zal wissen.
De andere reactie is dat als je over de troost spreekt de ander zegt: “Dat is allemaal wel makkelijk praten. Dat zijn allemaal woorden waar ik niet veel aan heb.” Zo’n reactie kun je je soms voorstellen maar als je zo blijft reageren, weiger je de troost die de HERE je aanreikt. Die niet alleen in woorden bestaat maar echt zo is. De HERE wil juist in het verdriet tot ons komen. Als er een is die weet hoe wankel ons leven is, is het de HERE. Hij is het zelf die ons uit stof gemaakt heeft. Zie Gen 2:7. We zijn vanaf het allereerste begin voor elke ademhaling van de HERE afhankelijk. Na de zondeval hebben we het recht op leven verspeeld. Toch wil de HERE door Christus werk ons het eeuwige leven geven. Zo troost Hij Zijn kinderen in het wankele leven. Zo geeft Hij door het sterven en de rouw heen uitzicht. Echt!
GROOT WONDER
Psalm 103:14-16 Die HERE weet watter maaksel ons is. Hy het ons self gemaak. Uit stof. Hy het die lewensasem in ons geblaas. Ons leef op die asem van Sy stem. Dit maak duidelik dat as die sterwe oor ons lewe kom die HERE regtig weet wat gebeur. Dit is nie so dat die HERE ons gebrekkig gemaak het nie. Nie soos ’n kar wat gemaak word maar wat vanweë ’n fout in die fabriek teruggeroep moet word nie. Nee, die HERE het ons goed gemaak. Die HERE is God en by Hom is niks wat verkeerd of gebrekkig is nie.
Ons het die dood in die wêreld gebring. Die dood is straf op ons sondes. Die HERE ken die oorsaak. As ons sterwe het ons plek op hierdie aarde leeg geword. Dan bestaan ons regtig nie meer op die aarde nie. Dan is dit ook nie so dat ons gees nog iewers op hierdie aarde aanwesig is nie. Ons het dan regtig van die aarde verdwyn.
God se groot wonder by die sterwe is dat Hy uit genade die gelowiges dadelik ’n nuwe plek gee. In die hemel. Dat ons dan by die HERE in die hemel tuis mag wees. Wie nie op Christus gebou het in hierdie lewe nie bestaan verder ver van die HERE af in die ewige ellende. God se kind wat by Christus sy of haar lewe gesoek het, gee Vader in die hemel dadelik ’n nuwe asem om verder te leef in die hemel. Jy het dan ’n nuwe plek gekry in die hemel met jou siel. Jy mag daar uitsien na die lewe op die nuwe aarde met siel en liggaam.
HET GODDELIJKE MAAR
Psalm 103:17 Het sterven kan plotseling komen. Je kunt heel gezond zijn en ineens is er een ziekte die je lichaam afbreekt. Ineens is er het ongeluk dat een einde aan je leven maakt. Het sterven betekent dat je er op aarde echt niet meer bent.
Als we dat in Psalm 103 gelezen hebben, is het eerste woord van vers 17 zo opvallend, zo vol van moed. Lees maar: Maar de HERE is trouw aan wie hem vrezen, van eeuwigheid tot eeuwigheid”. Die lege plek hier op aarde is voor wie in eerbied met de HERE hebben geleefd niet het einde. Er is het Goddelijkemaar!
Op het moment dat echt niemand je meer kan helpen. Het moment waarop omstanders bij een ongeluk machteloos staan. Het moment waarop ook medici rond een bed moeten toegeven dat ze niets meer kunnen doen. Juist op dat moment is er de HERE die Zijn kind helpt. Als een gelovige de laatste adem uitblaast, is het de HERE die Zijn kind meteen weer adem geeft. Hij geeft het leven door het sterven heen. Waar mensen niets meer kunnen doen daar is de HERE er als een vader voor Zijn kinderen. Hij redt, Hij geeft leven. Dat is ook een leven dat niet stuk kan. De HERE is namelijk trouw van eeuwigheid tot eeuwigheid. Hij geeft aan wie Hem in liefde en eerbied dienen het eeuwige leven. Christus heeft niet minder dan dat verdiend voor wie bij Hem vergeving en leven zoeken.
HOU MOED
2 Korinthiërs 4:16 Ons lees in hierdie vers: “Daarom gee ons nie moed op nie, maar al vergaan ons uiterlijke mens ook, nogtans word die innerlike mens dag na dag vernuwe.”
Paulus het geskryf dat baie moeilike dinge oor hom en sy medewerkers gekom het. Die lewe is dikwels so breekbaar. Nogtans is dit nie nodig om as God se kind op moedverloor se vlakte te bly nie. Hoekom kan ons hoop bly hê? Hoekom kan ons selfs by die sterwe uitsig bly hou?
Omdat ons weet dat ons as kind van God toekoms het. Paulus wys in vers 14 op die opstanding uit die dood. Ons lees dan: “Want ons weet dat Hy wat die Here Jesus opgewek het, ons ook deur Jesus sal opwek en saam met julle voor Hom sal stel.”
Hier sien ons die groot krag van die geloof raak. Hier sien ons die wonderlike krag van die bou op die HERE en wat Hy beloof het. Hoe belangrik is dit dat ons die krag van die Gees vra om al meer in die sekerheid van die geloof te staan. Dan is dit God se belofte wat ons ook in die grootste nood moed gee. Dan gee ons die moed nie op nie. Dan weet ons dat die probleme, dat selfs die vervolging en die dood nie die laaste woord het nie. Selfs as ons die afbraak in ons eie lewe voel, neem dit die hoop en die moed nie weg nie. Die uiterlike mens kan al meer afgebreek word. Dit kan baie moeilik wees nogtans werk die HERE om Christus werk in die gelowige aan die vernuwing van jou lewe. Dan gaan dit om die lewe wat nie vergaan nie!
GODS TROUW
2 Korinthe 4:16 Al vergaat onze uiterlijke mens toch wordt onze innerlijke mens elke dag vernieuwd. Prachtige woorden maar wat betekenen ze eigenlijk? Het gaat hier om een mens die zijn of haar leven buiten zichzelf in Christus gezocht heeft. Zonder dat leven met Christus heb je geen deel aan die vernieuwing van je leven. Hier zie je weer hoe belangrijk het is dat mensen het evangelie horen met de hartelijke uitnodiging om Christus te volgen als hun Verlosser. Toch brengt dit mij wel bij vragen als ik deze tekst lees. Soms is de aftakeling van een mens, ook van een kind van God wel heel erg. Dan gebeurt het dat iemand dement wordt of door een ongeluk waarbij hersenschade optreedt dingen gaat zeggen die helemaal niet passen bij het altijd hebben geleefd als kind van God. Het kan ook zo zijn dat we een kind krijgen dat zo zwaar gehandicapt is dat je nooit kunt merken of jouw kind beseft wie de Here Jezus is. Wat merk je dan van de vernieuwing van het leven zoals er hier over gesproken wordt? Dan mag je weten dat de HERE Zijn belofte houdt. Dan mag je weten dat de Heilige Geest ook in deze geliefde Zijn werk doet zonder dat wij dit zien. Ziekte, handicap en hersenen die beschadigd zijn door ziekte of ongeluk kunnen mensen die zich aan Christus hebben toevertrouwd of die met een zware handicap in Gods verbond geboren zijn niet bij dat nieuwe leven weghouden. De HERE is Goddelijk trouw aan Zijn belofte.
VERNUWING INNERLIKE MENS
2 Korinthiërs 4:16 Die innerlike mens word by God se kind dag na dag vernuwe. Wat beteken dit? Beteken dit dat jou siel al sterker word as jou liggaam swakker word? Gaan dit hier oor liggaam en siel? Nee.
Die Heilige Gees praat hier oor ons as hele mens. Nie net oor jou siel nie. As jy voel en sien dat jou liggaam aftakel mag jy in die geloof weet dat die HERE nogtans besig is om jou te verander. Dat die Heilige Gees besig is om jou al hoe meer ’n nuwe mens te maak. ’n Mens dat by die HERE behoort en van wie die lewe nie stukkend gemaak kan word nie. Jou en my liggaam kan swakker en swakker word maar my egte lewe kan deur God se genade nie stukkend gemaak word nie. Die HERE gee my deur Christus die ewige lewe.
By Paulus begin die vernuwing van sy innerlike mens as hy op pad na Damascus tot die geloof in Christus kom. Hy gaan leef met Christus as sy Heer en God. Dit beteken dat hy die ewige lewe ontvang. Die ewige lewe is dan nie net vir jou siel nie. Die ewige lewe wat die Gees in jou werk is daar dan ook vir jou liggaam. Ons liggaam word deur siekte en dood afgebreek nogtans mag ons by ons sterwe weet dat ook ons liggaam by Christus terugkeer sal opstaan. Die innerlike mens is die nuwe mens. Die mens wat jy nou nog nie in volle heerlikheid sien nie maar wat eendag ook uiterlik volmaak sal wees en wat immuun sal wees vir siekte en dood. Deur God se genade.
IN HET LICHT VAN DE EEUWIGHEID
2 Korinte 4:17 Hoe kunnen we de moeilijkheden in het leven dragen? Hoe houden we moed als het sterven dichtbij komt? Hoe houden we het vol als ons lichaam afgebroken wordt, als we te horen krijgen dat we ongeneeslijk ziek zijn? Hoe is het mogelijk om dan de moed niet te verliezen?
Paulus weet hoe zwaar het leven kan zijn. Hij heeft daar in het gedeelte hiervoor over geschreven. Hij spreekt hier uit ervaring. Hij laat dan door de Geest geleid zien hoe dit kan. Door naar het leven, naar de moeiten, naar het naderende sterven vanuit het juiste perspectef te kijken. Om in het geloof, vanuit de liefdesband met de Drieenige God er naar te kijken. Wat zie je dan? Dat de moeiten van het leven die zo zwaar kunnen voelen, die voor je gevoel zo lang kunnen duren. Dat die problemen, dat die last in werkelijkheid kort duurt en licht is. Zo voelt het vaak niet maar je gaat dat ontdekken als je het gaat zien in het licht van de eeuwigheid die Christus voor Gods kind verdiend heeft. Als je op Christus als je lieve Heiland blijft zien en op wat Hij voor jou als arme zondaar verdiend heeft, wordt in vergelijking daarmee je last licht en kort. Dan krijg je van de HERE de kracht om het zo te dragen. Laten we elkaar zo troosten in het leven en bij het sterven.
CHRISTUS ONS EWIGE HOOP
2 Korinthiers 4:17 Die hartseer en die rou kan in ons lewe inkom. Die Heilige Gees wys ons hoe ons nogtans in die band met Christus moed kan hou. Wie in Christus is mag weet dat hom of haar 'n groot heerlikheid wag. Dit is die werklikheid wat ons nie sien nie nogtans het die ons dit beloof! Ek dink nou aan die wonderlike woorde in Romeine 8: "Want ek reken dat die lyding van die teenwoordige tyd nie opweeg teen die heerlikheid wat ons geopenbaar sal word nie. Want die skepping wag met reikhalsende verlange op die openbaarmaking van die kinders van God." Vs 18,19
Nadat die HERE by die gelowiges die trane van hun oë gewis het, sien hulle die heerlikheid in die hemel en later op die nuwe aarde so wonderlik!
Hoe belangrik is dit dat ons ons lewe en ons rus en verlossing op hierdie aarde by Christus soek. Dat ons in liefde met Hom leef om hierdie heerlikheid waarin ons die Drieenige verheerlik nie te mis nie. Wie in Christus op aarde rus, ontvang op die gebed van die Vader die moed om vol te hou. Om op Christus as sy ewige hoop te bly sien!
ZO GEWELDIG!
2 Korinte 4:17 De HERE geeft de gelovigen echte bemoediging. Hij geeft deze bemoediging aan hen die weten en erkennen dat de afbraak van het leven door onze eigen schuld veroorzaakt wordt. Die daarom hun leven bij Christus zoeken. Wie in echte liefde tot God zijn of haar leven bij Hem zoekt, krijgt iets wat je niet kunt bevatten. Zo mooi en zo groot! Zo geweldig dat we in de Herziene Statenvertaling lezen: “een allesovertreffend eeuwig gewicht van heerlijkheid”. De Nieuwe Bijbelvertaling verwoordt het zo: “een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft”. Je merkt dat Paulus als het ware woorden tekort heeft om te beschrijven wat je door het sterven heen krijgt.
De heerlijkheid die Christus voor Gods kinderen verdiend heeft, is zo groot, zo mooi, zo teer, zo vol liefde dat het altijd meer en mooier is dan wij het ons hier op aarde kunnen voorstellen. Leven bij en met de HERE in volle vrede en dat zonder aftakeling en zonder einde is zo geweldig. Het is niet ongehoord want wij hebben er van gehoord door de HERE die als enige dit kan geven. Het is wel ongehoord in die zin dat niemand die nu op aarde leeft dat zelf ooit al heeft meegemaakt. Het is voor ons een belofte van God. Maar daarom niet minder zeker dan iets wat je nu in handen hebt en voelt. Want het is de HERE die dit belooft. De enige die niet liegen kan!
DIE ONSIGBARE IS EWIG
2 Korinthe 4:18 Ek het gister ’n artikel in ’n koerant gelees waarin ’n voorganger sê dat hy geleer het om die wêreld te omarm. Volgens hom gaan dit om hierdie wêreld en hierdie lewe. Hy sê ook dat as jy in Christus gaan glo om so ’n plek by die HERE in die hemel te kan ontvang dat jy dan maar nie in Jesus moet gaan glo nie. Ek moet hieraan dink by die lees van 2 Kor 4:18: “omdat ons nie let op die sigbare dinge nie, maar op die onsigbare; want die sigbare is tydelik, maar die onsigbare ewig.”
Paulus skryf in diens van Christus dat ons as Christene dit kan uithou in hierdie wêreld omdat die wêreld nie ons definitiewe woning is nie. Ons woon op hierdie aarde. Ons het op hierdie aarde die taak gekry om die HERE en ons naaste lief te hê. Ons het die taak gekry om ’n deur die Gees veranderde lewe te lei en ander mense met liefde daartoe op te roep. Ons het die taak gekry om op hierdie wêreld in alle verbande in gehoorsaamheid aan Koning Christus te leef en te werk. Nogtans is hierdie sondige wêreld nie ons definitiewe woning nie. Ons kan die koninkryk van God in sy volheid nie op die aarde bring nie. Die sigbare is tydelik. Wie in geloof op Christus leef is op pad na iets wat beter is as die lewe op hierdie wêreld. Paulus verlang daarna. Fil 1:23. Ons werk op hierdie aarde in diens van Christus en hou dit vol omdat ons weet dat ons op pad is na die hemel en selfs daarna na die nuwe aarde!
UITZICHT
2 Korinthe 4:18-5:1 Paulus heeft in dit leven veel meegemaakt. Ook veel vijandschap en vervolging. Hij zal later ook als martelaar sterven. Sterven omdat Hij van Christus als Heer en Verlosser getuigd heeft. Hij weet hoe ook het lichaam van een kind van God afgebroken kan worden. Soms wordt je er door overrompeld hoe snel dat kan gaan. Een mens met een goede conditie wordt soms in enkele weken afgebroken. Het stevige huis wordt in korte tijd tot een bouwval. De aardse tent wordt afgebroken. Dat maakt moedeloos als ons hart op het zichtbare gericht is. Als we onze hoop op de dingen hebben gesteld die we hier met onze lichamelijke ogen zien. Als het leven hier en nu voor ons het belangrijkste is, verdwijnt je hoop als je lichaam door ziekte aangetast wordt richting de dood. Wie in liefde met Christus leeft, heeft een wijdere blik gekregen. Die ziet niet alleen wat je met je ogen hier op aarde kunt zien. Dan zie je ook de HERE die de Onzienlijke is. Van Wie we lezen dat op aarde “geen mens Hem ooit gezien heeft of kan zien”. 1 Tim 6:16. Toch zie je de HERE als gelovig kind van God omdat je de stem van de goede Herder gehoord hebt. Omdat de Geest zo in je werkt dat je naar die stem wilt luisteren en die stem wilt volgen. Allemaal genade! Waardoor als je lichaam afgebroken wordt je het onzichtbare ziet. Dan weet je zelfs zeker dat Christus voor jou een plaats bereid heeft bij Vader in de hemel.
'N NUWE WONING
2 Korintiëers 5:1 Ons teks praat van ons “aardse tentwoning wat afgebreek word”. Ons lewe op hierdie aarde is tydelik. Ons is op reis. Hierdie aarde soos dit nou funksioneer is nie ons ewige woning nie. Hier voel ons die afbraak. In ons liggaam. Ons word siek en siekte kan ’n mens heeltemal afbreek. Jy was sterk en ’n siekte kan daarvoor sorg dat jy so swak en breekbaar word. Niks van jou krag is meer oor nie. Dit is nie net die liggaam wat in ons bestaan op hierdie aarde afgebreek word nie. Ook as dit om ons persoonlikheid gaan kan hartseer, kan dinge wat gebeur ’n mens afbreek. Depressies, psigiese nood. Ook dit kan ’n mens se lewe so swaar maak..
Ons sien dit raak as ons in hierdie wêreld rondkyk. Hierdie nood kan ons benou. Nogtans wys die Heilige Gees daarop dat wie in hierdie nood by Christus sy of haar lewe soek “’n gebou van God het”. Die aardse tentwoning is tydelik. Hierdie lewe op aarde vergaan. Nogtans het die liggaamlike en geestelike nood in die lewe van ’n Christen nie die laaste woord nie. Dit is die HERE wat jou iets gee wat die dood en alles wat ons op hierdie aarde afbreek nie kan wegneem nie. Christus het vir die gelowiges verdien dat ons op reis is na ’n woning by die HERE self! ’n Woning wat ewig is en nie sal vergaan nie. Christus sê daarvan dat Hy na die hemel gaan om in die huis van die Vader vir Gods kinders ’n woning te berei! Joh 14:2
EEN EEUWIG THUIS
2 Korinthe 5:1 Je leven op aarde wordt afgebroken. Je voelt en ziet bij jezelf of bij een geliefde hoe de gevolgen van de zonde doorwerken. Hoeveel medische kennis we ook hebben toch komt er het moment dat we de definitieve afbraak niet meer kunnen tegenhouden. Wij moeten de strijd hier op aarde om te leven eens opgeven. Dan is het zo goed en zo bemoedigend als je bij Christus hoort. Dan sta je namelijk ondanks de afbraak, ondanks de pijn, ondanks het verdriet niet met lege handen. Dan mogen we weten dat we toch een woning, een thuis hebben. Dat is niet een of ander vaag voortbestaan als een of andere energie die nog ergens rondwaart. Nee, dat is heel concreet: er staat een woning voor je klaar bij de HERE in de hemel. Het bijzondere daarvan is dat die woning niet tijdelijk is. Die is er voor altijd zonder einde. Dat is een plaats die we bij de HERE hebben in de hemel en later op de nieuwe aarde die niet stuk kan. Omdat die niet met mensenhanden gebouwd is maar door de HERE zelf. Die laatste woorden doen me denken aan wat Salomo zei bij de inwijding van de tempel. Dan zegt hij o.a: “maar zou God werkelijk op aarde wonen? Zie de hemel, ja, de allerhoogste heml, kan U niet bevatten, hoeveel te min dit huis wat ik gebouwd heb!. ……luister dan in de hemel , Uw vaste woonplaats, naar hun gebed, en hun smeekbede en verschaf hun recht.” 1 Kon 8:27,49. Gods kind komt thuis in Gods vaste woonplaats.
'N SKOON HUIS
2 Korintiërs 5:1 Wie nie vir homself geleef het nie maar vir Christus gaan by sy sterwe na sy ewige huis. Dit is ’n huis nie met hande gemaak nie. Hierdie woorde laat my dink aan wat ons in Hebr 9 lees. Dit gaan daar oor Christus wat daarvoor sorg dat wie by Hom vergewing en lewe gesoek het die hemel as hul woning kan binnegaan.
Ons lees in Hebr 9 o.a. dit: “Dit was dus nodig dat die afbeeldinge van dinge in die hemele deur hierdie offers gereinig moes word, maar die hemelse dinge self deur beter offers as hierdie. Want Christus het nie ingegaan in ’n heiligdom met hande gemaak, ’n teëbeeld van die ware nie, maar in die hemel self om nou voor die aangesig van God vir ons te verskyn.” Vs 23,24
Wat het Christus vir ons gaan doen? Hy het daarvoor gesorg dat as ’n kind van God sterwe hierdie gelowige regtig na die hemel gaan om daar te woon. Christus het vir arm sondaars die pad na die hemel gereinig, Hy het met Sy offer, Sy bloed daarvoor gesorg dat ons sondes die hemel nie vuil kan maak nie. Die offers in de tempel was daarvoor nie goed genoeg nie. Daarvoor was die offer van God se eie Seun nodig. Dit is Christus en niemand anders nie wat by God se kind se sterwe die deur van die hemel oopsluit!
ZUCHTEN
2 Korinthe 5:2,3 Paulus heeft over de prachtige plaats gesproken die Gods kind in de hemel zal hebben. Hij keert nu weer terug naar de werkelijkheid op aarde. Wij leven nu nog op de aarde. Wij leven nog in een situatie waarin het zo moeilijk kan zijn. Wij leven op een wereld waarop we zoveel onrecht, zoveel pijn, zoveel verdriet zien. Wij leven op een wereld waar de ziekte en dood laten zien hoe broos het leven is. Wij maken mee dat mensen ziek zijn en nog worstelen met de komende dood. Wij zuchten als we deze dingen zien en als ze ons eigen leven binnenkomen. Wij zuchten en balen, als het goed is, van de zonden die we in ons eigen leven zien. Heeft dat zuchten zin?
Het hangt er vanaf hoe we zuchten. Als het een moedeloos zuchten is, als het een zuchten is waarbij we het onszelf en anderen alleen maar moeilijker maken dan niet. Mag je dan niet zuchten? Je mag zuchten, je mag je nood zien en voelen. Dan is het nodig en goed om met dat zuchten naar de HERE te gaan. Om je nood in dit leven bij Hem te brengen en om Zijn zorg en troost in je leven te bidden. De HERE laat geen oprechte bidder staan! Dan zucht zelfs de Heilige Geest voor jou. Hij brengt zelfs als je niet meer weet wat je moet bidden het goede gebed voor jou bij de Vader. Zie Rom 8:26. De HERE laat Zijn kind niet alleen! Wat kun je dan toch weer verlangen naar die goede plaats bij Christus in de hemel!
VERLANG
2 Korintiërs 5:2,3 Ons sug. Nie net ons sug nie. God se hele skepping sug. Dis nie net ons wat voel en raaksien dat op hierdie wêreld daar so baie is wat onreg is en wat vir hartseer sorg. Dit kom saam in die dood wat op hierdie aarde elkeen tref.
Ons lees daarvan in Rom 8: “Want ons weet dat die hele skepping tesame sug en tesame in barensnood is tot nou toe. En nie alleen dit nie, maar ons self ook wat die eerstelinge van die Gees het, ons sug ook in onssself in afwagting van die aanneming tot kinders, naamlik die verlossing van die liggaam.” Vs 22,23
Die sug om alles wat hartseer maak, beteken vir God se kinders en vir God se skepping dat ons vorentoe kan kyk. Dat ons verlang. Verlang na die tyd dat ons na die HERE in die hemel gaan, na die tyd dat ons sterflike liggaam deur die onsterflike vervang word. Dit is die uitsig wat ’n mens wat sy lewe aan Christus verloor het, gekry het. Die wêreld wat in barensnood is, het die sekerheid dat dit nie by barensnood bly nie. Die nuwe wêreld kom omdat die HERE dit beplan het. Dit kom van barensnood tot wedergeboorte van die skepping. ’n Nuwe wêreld waar ons na mag uitsien kom. Christus sê daarvan o.a. dit: “Voorwaar Ek sê vir julle dat julle wat My gevolg het, in die wedergeboorte wanneer die Seun van die mens op Sy heerlike troon gaan sit, julle ook op 12 trone sal sit en die 12 stamme van Israel sal oordeel.” Mat 19:28
LEGE HANDEN?
2 Korinthe 5:2,3 Zuchten. Zien en voelen dat er in deze wereld zoveel verdriet, zoveel onrecht is. Dat voelen in je eigen leven. Juist ook als ziekte en afbraak in je eigen leven gezien en gevoeld wordt. Dat is erg maar juist als christen sta je dan niet met lege handen. Je hebt dan nog iets te hopen! Het leven ligt ondanks die afbraak nog voor je. Je bent niet op weg naar het eindpunt maar naar het moment dat de deur naar het hemelse leven voor je open zwaait.
Dat is echt iets heel moois. Waarom? Omdat je dan al dat verdriet, al het onrecht en alle afbraak achter je mag laten. Christus heeft dan voor jou een leven verdiend waar al het negatieve uit verdwenen is. Als je de afbraak voelt en ziet bij jezelf of bij een geliefde dan mogen je ogen en je hart verder kijken dan dit. Dan mag je hart vurig verlangen naar dat leven dat voor wie bij Christus zijn of haar leven gezocht heeft klaar ligt. Dan wordt je sterfelijke bestaan overkleed door dat geweldige onsterfelijke bestaan dat God je dan geeft. Je blijft jezelf, je verdwijnt niet door de dood! Je wordt overkleed door het leven, het onsterfelijke goede leven dat de HERE je als eeuwig cadeau geeft. Je gaat niet verloren maar je leeft en blijft leven.
Juist dan zie je hoe nodig we het geloof in Christus hebben. Zonder de liefdesband met Hem gaan we verloren. Jezelf verliezen aan Christus betekent niet dat je verloren gaat maar dat je er juist eeuwig echt bent! Wat hebben we dan ook een belangrijke boodschap voor de wereld om ze tot Christus te roepen. Tot op hun sterfbedden hebben Gods kinderen echt hoop.
ONTKLEE
2 Korinte 5:3,4 Ons leef op die aarde hier en nou. Jy leef op hierdie wêreld as kind van God. Nogtans sien jy by ander en sien jy op ’n bepaalde leeftyd ook by jouself dat jou liggaam nie jonk bly nie. Jy voel dat jy bepaalde dinge niet meer so kan doen soos vroeër nie. Jy word ouer en al meer mense rondom jou sterf. Jy besoek meer begrafnisse as 20 jaar gelede. Jy sien by ander en dalk by jouself hoe jy stadig maar seker ontklee word.
Ons hou nie daarvan nie. Ons wil nie die hartseer wat dit in lewens van mense veroorsaak nie. Jy voel dit as jy ‘n geliefde sien ly en aftakel.
Juis wanneer jy in jou lewe daarmee van naby te doen kry, kom die verlange dat ons nie ontklee nie maar oorklee word. Dit is naamlik die hoop wat jy as Christen mag hê. Wie by Christus in al sy swakte sy of haar lewe gesoek het, weet dat ons nie net ontklee nie maar oorklee sal word. As ek die ontkleding so sterk sien of voel, kom die gebed in my hart: “Kom Here Jesus kom haastig!.”
Hoekom sou ’n mens hierna verlang? Omdat dan geen kind van God meer ontklee sal word nie. Ons is dan oorklee met ’n nuwe liggaam. Dan het die lewe die sterfelike in ons verslind. In die hemel het die sterflike al verdwyn. Op die nuwe aarde kry ons selfs ’n onsterflike liggaam! Dan voel ons nooit meer beswaard vanweë siekte of dood.
VERSLONDEN
2 Korinthe 5:3,4 Paulus spreekt vanuit de zekerheid van het geloof. Hij kent het zuchten. Hij kent het dat hij op bepaalde dagen erg tegen dingen op ziet. Hoe moet het allemaal verder?! Dan komt er een zucht. Dan heb je misschien dat je tijden wakker ligt in de nacht. Toch geeft de Geest dan door Zijn werk in Gods kinderen rust en zekerheid. Dan kan Paulus belijden: “zodat het sterfelijke door het leven wordt verslonden.” Zuchten is niet blijvend. De afbraak van je lichaam, de pijn en het verdriet, de zorgen over het leven, ook over het kerkelijke leven zijn niet blijvend. Alles wat sterfelijk is, alles wat met de zonde te maken heeft en daarom dodelijk is, zal voor Gods kind door het leven worden verslonden. Paulus gebruikt hier een heel sterk woord. Als iets verslonden wordt dan verdwijnt het helemaal. Dan blijft er niets van over! Het zuchten verdwijnt. De last die op je drukt en die je juist als kind van God bij je God en Verlosser brengt, verdwijnt. Er blijft niets van over. Met dat uitzicht mag je leven en vandaag in geloof het leven weer tegemoet gaan. Hierover lezen we ook in 1 Kor 15:53-56. Dit hoofdstuk eindigt met deze machtige woorden: “Maar laten we God danken, die ons door Jezus Christus, onze Heer, de overwinning geeft. Kortom, geliefde broeders en zusters, wees standvastig en onwankelbaar en zet u altijd volledig in voor het werk van de Heer, in het besef dat door de Heer uw inspanningen nooit tevergeefs zijn.” Vs 57,58
SEKERLIK TUISKOM
2 Korintiërs 5:5 ’n Mens lê op sy sterfbed. Jy het jou aan Christus as die draer van jou skuld toevertrou. By alle hartseer kan jy die sekerheid hê dat jy vir ewig by die HERE gaan tuiskom. Hoekom kan jy daardie sekerheid hê? Die Heilige Gees noem in ons teks twee redes daarvoor. Die twee is:
1. God het ons hiervoor toeberei
2. God het ons die Heilige Gees as onderpand gegee.
Wat beteken dit? Dat as dit om ons ewige toekoms gaan ons daar niet self vir hoef te sorg nie. Dit is nie mensewerk nie. As ons dit moes doen, sou dit onseker wees. Ons moet selfs sê dat ons dan geen goeie ewige toekoms sou hê nie. Wat is dit nou dat die HERE die gelowiges toeberei het? As jy as kind van God op jou lewe terugkyk, sien jy hoe die HERE met en in jou gewerk het. Hoe Hy dit was wat mense vir jou gegee het om vir jou van Christus te vertel, hoe de Gees daarvoor gesorg het dat jy jou lewe nie by jouself bly soek het nie maar by Christus. So merk jy die werk van God in jou lewe op. Hy is dit wat jou tot ’n gelowige kind van God gemaak het. ’n Mens leer dan vir daardie genadewerk van God in jou lewe, waardeur jy onverdiend toekoms het, te dank. Die werk van God deur Christus en Sy werk in jou deur die Gees gee jou die sekerheid dat jy op pad is na die plek in die hemel wat Christus vir jou berei het. Joh 14:2. Môre meer oor die tweede rede vir hierdie sekerheid.
ONDERPAND
2 Korinthe 5:5 De HERE noemt een tweede reden waarom wie zich aan Christus heeft toevertrouwd in leven en in sterven zeker mag zijn van het eeuwige leven. Het eeuwig thuis zijn en leven bij je God en Heiland. Die tweede reden is dat de Heilige Geest als onderpand gegeven is. Bij het woord onderpand moeten we hier denken aan een gebruik in de tijd dat dit geschreven is. Als je een koopovereenkomst sloot was het gebruikelijk dat je een deel van de koopsom vooraf betaalde. Dat was de waarborg dat ook de rest betaald zou worden. De Here God heeft de Heilige Geest als waarborg gegeven. De Heilige Geest is op de Pinksterdag met meerdere tekenen over Gods volk uitgestort. Het is de Heilige Geest die in Gods kinderen het geloof werkt en in ze woont. Zo zien we het werk van de Heilige Geest ook in onze tijd en ook in ons eigen leven als gelovigen. We bidden toch om dat werk van de Geest in ons omdat we er niet zonder kunnen?
Wie op zijn sterfbed ligt als gelovige, als iemand die ondanks alle aanvechtingen het bij Christus zoekt, weet dat de Geest in jou werkt. Dan mag je nog meer weten. Dat werk van de Geest dat je ziet in de Bijbel, in de wereld, in je eigen leven is het bewijs en de waarborg dat God zijn werk helemaal afmaakt. Dat Gods kinderen ook na hun sterven leven! Eeuwig, gelukkig leven omdat ze thuis zijn bij God in volle vrede.
MOED HOU
2 Korintiërs 5:6 “Daarom het ons altyd goeie moed”. Die Gees wys ons dat ons altyd as Christen moed kan hou. As ons ernstig siek is, as jy sterf, as jy kyk wat in de wêreld gebeur. Ook as jy meemaak wat in die kerk gebeur waarvan jy ’n lidmaat is.
Hoe moeilik kan dit in sekere omstandighede wees. Goeie moed hê as die lewe so swaar voel. Goeie moed hê as jy dit nie anders kan sien dan dat ’n kerk besig is om van die evanglie af te val nie. As jy probeer vir die waarheid op te kom maar dit lyk of skielik daarvoor amper geen steun meer bestaan nie. Waar haal ’n mens die goeie moed vandaan?
Ons gaan die goeie moed in die lewe, in de wêreld en in die kerk verloor as ons op ons eie menslike krag bly let. As ons nie verder kyk as wat ons self kan doen nie. Dan is ek weer so bly dat die HERE in Sy Woord met my praat en sê: “My kind jy mag goeie moed hê en goeie moed bly hou. As jy My en My Woord in liefde en gehoorsaamheid bly volg dan is Ek met jou.” Wie in hierdie lewe op Christus vertrou kan Hom somtyds op hierdie aarde deur baie verlate voel en op die sterfbed alleen voel. Elke mens moet op die ou end alleen die dood in. Nogtans is ons nie alleen en nie verlate nie want die HERE dra jou dan. Bly jou dra ook na ’n toekoms waar jy saam met God se volk en die engele in volle blydskap en gehoorsaamheid ewig leef! Dankie HERE dat U moed gee! Altyd weer.
GODS KEUZE
2 Korinthe 5:6 Moed houden. Bij lichamelijke en geestelijke nood. Die nood hoort bij het leven op deze wereld na de zondeval. Toen kwamen de afval, het gevecht met God, het je niet willen voegen in Gods weg maar ook de lichamelijke en psychische gebreken. Toen werd het wonen op deze wereld geen pretje. De zorgen en de rouw kwamen ons leven binnen. Zaken die niet bij Gods goede schepping horen. Je voelt deze moeiten soms tot in slapeloze nachten en in een steen die op je hart lijkt te liggen. Dan merk je dat er nog een afstand is met het leven bij de HERE. Dat leven komt er als we niet meer op deze aarde leven. Dat leven komt er bij ons sterven en weer met ons lichaam op de nieuwe aarde.
Dan kun je ook begrijpen wat Paulus in Fil 1 schrijft: “Want voor mij is leven Christus en sterven winst. Als ik blijf leven, kan ik vruchtbaar werk doen, maar toch weet ik niet wat ik moet kiezen. Ik word naar twee kanten getrokken: enerzijds verlang ik ernaar te sterven en bij Christus te zijn, want dat is het allerbeste;” vs 21-23
Als je let op het leven hier en dat bij de Here thuis dan is duidelijk dat je het bij Hem beter hebt als kind van God. Toch is de keuze niet aan ons. Als de HERE ons hier nog laat leven, hebben we een taak. Dan wil de HERE ons leven nog gebruiken. Daarom hebben we dan ook moed en gaan we hier aan de slag omdat onze God en Verlosser ons leven nog wil gebruiken.
NIE DEUR AANSKOUING NIE
2 Korintiërs 5:7 “Want ons wandel deur geloof en nie deur aanskouing nie.” ’n Christen leef deur geloof. Geloof is dat jy vertrou. Jy vertrou nie op jouself nie maar jy soek dit buite jouself. Jy soek jou lewe by Jesus Christus. Jy sien nie die Here Jesus nie. Jy kan die Here Jesus nou nie voel nie. Jy weet wat Hy gedoen en gesê het. Jy soek jou lewe nie net by die Here Jesus nie. Jy soek jou lewe by die Drie-enige God. Jy het Sy woorde gehoor. Jy het Sy beloftes gekry. Jy sien die Here God nie met jou liggaamlike oë nie.
’n Kind van God het nie goeie moed omdat hy die HERE sien nie. Die Here Jesus sê vir Tomas: “Omdat jy My gesien het, Tomas, het jy geglo; salig is die wat nie gesien het nie en tog geglo het.” Joh 20:29. Dit kom daarop aan dat ons nie op onsself bou nie. Dat ons nie bou op wat volgens menslike moontlikhede kan nie. Dat ons nie bou op wat volgens die natuurwette moontlik is nie. Die HERE is meer as alles wat Hy geskep het. Hy is die volledig betroubare God wat doen wat Hy gesê het. Sy beloftes maak Hy waar! Daarop kan en moet ons bou. As jy so vertrou sien jy die HERE voor jou sonder dat jy Hom met jou liggaamlike oë sien. Dan sien jy die ware God en dan sien jy die regte toekoms. Dan weet jy dat die oomblik kom dat jy die HERE sal sien. Dan weet jy dat die oomblik kom dat jy leef in die hemel en op die nuwe aarde. Dan weet jy dat geloof oorgaan in aanskouing.
VADERLAND
2 Korinthe 5:8 Somtyds het ’n mens so nodig om jou te vertroos. Jy moet meemaak dat onreg na jou toekom. Dat jy beskuldig word van dinge wat regtig nie so is nie. Dat beelde van jou gemaak word sonder om self met jou te praat. Jy word afgeskryf. Steeds weer in die geskiedenis sien ’n mens dit gebeur. Ook in die kerk. Mense word op die manier stadig maar seker doodgemaak. In ons teks gaan dit daarom dat jy op hierdie aarde baie liggaamlike en geestelike moeites kan ervaar.
Nogtans skryf Paulus: “ Maar ons het goeie moed”. Hoekom? Omdat hy deur geloof leef! Ons leer deur die Gees om nie op mense te let nie maar op wat die HERE beloof het. Die wêreld wat die HERE beloof het, is geen Utopia nie maar is die werklikheid wat vir God se kinders wag. Ook as ’n mens nou verag word, ook as jy nou die afbraak van die liggaam by jouself sien. Hierdie sake behoort by hierdie wêreld. Hierdie aarde is vir God se kind is nie sy vaderland nie. Ek dink nou aan wat ons in Hebr 11 lees: “In die geloof het hulle almal gesterwe sonder om die beloftes te verkry, maar hulle het dit uit die verte gesien en geglo en begroet, en het bely dat hulle vreemdelinge en bywoners op aarde was. Want die wat sulke dinge sê, verklaar dat hulle ’n vaderland soek.” Vs 13,14. Ons lees dan in vers 16 dat dit die hemelse vaderland is. Daar is jy tuis en daarom werk God se kind nou rustig bemoedig verder.
GODS WIL DOEN
2 Korinthe 5:8,9 Je weet dat als je niet meer op aarde leeft maar bij de HERE in de hemel of op de nieuwe aarde je het beter hebt. Dan laat je alle zorgen, onrecht, verdriet en pijn achter je. Toch houd je goede moed. Juist het weten dat er een toekomst voor Gods kinderen wacht die zo goed is, stimuleert om met goede moed aan het werk te gaan.
De manier waarop je dat doet, wordt dan ook bepaald door je verwachting als gelovige. Je bent op weg naar de ontmoeting met de HERE. Je bent op weg naar de ontmoeting met Jezus Christus. Daarom wil je juist op deze aarde volgens de wil van God leven. Je wilt de HERE ontmoeten als een mens die er op uit was om Zijn wil te doen. Om Hem met jouw leven vreugde te bezorgen. Het doen van Gods wil is iets waar je als kind van God naar verlangt. Je hebt gezien hoe de HERE voor jou Zijn eigen Zoon opgeofferd heeft. Je hebt door het werk van de Heilige Geest gezien dat er voor jou schuldig mens alleen maar dan ook zeker toekomst is door Christus offer. Je wilt daarom in gemeenschap met Hem leven. Wie zo leeft, verlangt er naar om volgens Gods wil te leven. Je wil nu al daarmee beginnen en wil dat altijd voortzetten. Dat is het grote verschil tussen een bekeerd en een onbekeerd leven. Wie zich niet met zijn hart tot Christus heeft gekeerd, kent niet het verlangen om volgens Gods wil te leven. Laten we toch steeds weer bidden om dit verlangen. De Geest wil het je geven.
EER IN STELLEN
2 Korinthe 5:9 We stellen er een eer in om zo te leven als de Here het graag wil. Wat is dat een mooie uitdrukking: er een eer in stellen. Je bent door het kennen van Christus niet meer iemand die doet wat God zegt omdat het nu eenmaal moet. Je wilt wat de Here goed vindt niet meer met tegenzin doen. Het is je eer om zo te gaan en mogen leven. Je voelt jezelf vereerd dat jij de wil van God kent. Het is voor jou een voorrecht geworden. Op weg naar het sterven is het je eer te na om niet volgens de geboden van je Verlosser te leven.
Je weet heel goed dat je van tijd tot tijd struikelt en dat je zeker niet volmaakt bent. Dat voelt dan alsof je de naam van je Redder Jezus Christus oneer aandoet. Daarom ga je met verdriet over die zonde naar Hem terug. Leven met Hem, leven in echte navolging van Hem is je eer. Dat wil je al meer uitleven. Wie zo leeft hoeft op zijn of haar sterfbed ook niet bang te zijn. Die mag weten dat hij of zij met Christus verbonden is. Dan weet je dat als je sterft je Hem ontmoet die jouw Rechter en jouw Redder is. Dat Hij als rechter je dan vrijspreekt omdat Hij zich voor jou gegeven heeft en voor jou de losprijs voor je zonden betaald heeft.
Dan leren we ook af om ooit Christus en de wil van God van elkaar los te maken. Christus de Verlosser is ook de Wetgever die ons Gods goede geboden geeft. Christus heeft met hart en ziel Gods geboden gehouden. Dan wil Gods verloste kind dat toch ook! Tot eer van God.
GESEëNDES VAN DIE VADER
2 Korintiërs 5:10 Wie met Christus in liefde verbonde is, lê hom daarop toe om volgens God se wil te leef. God se wil word die leidraad vir jou hele lewe. Jy weet dat jy daarmee nie jou verlossing kan verdien nie. Dit het Christus jou Heiland alleen gedoen. Niemand anders nie! Nogtans wil jy nie meer los van Christus, van die HERE kom nie. Daarom wil jy in liefde in alle opsigte na Christus toe groei. Hoe doen jy dit? Deur jou aan die waarheid te hou, deur vanuit die waarheid te leef en al meer die dwaling te ontdek en jou daaraan te onttrek. Sien Efese 4:14,15. Die liefde van Christus dring jou om so te leef. Dan kan ek vanuit die verbondenheid met Christus Hom as my Regter ontmoet. Na die sterwe, by die wederkoms. Somtyds dink mense dat as jy in die hemel was en die Here Jesus kom op die wolke terug dit nog kan gebeur dat Hy jou sou veroordeel. Dit is ’n verkeerde gedagte. As ’n mens sterf, kom jy by die HERE. Elke mens moet voor Christus as Regter verskyn. As jy gesterf het en jy verskyn voor God dan is die groot vraag of jy in liefde vir God geleef het. Met Christus as die Verlosser en Heer van jou lewe. Wie by Christus vergifnis en lewe gesoek het, hoor dan die geweldige woorde: “Vrygespreek, welkom in die hemel!” Wie so verwelkom is, behoort op die nuwe aarde by die skape wat deur Christus geprys word en vir altyd daar sal woon. Jy behoort dan by die geseëndes van die Vader. Sien Matt 25: 31-46
NUTTELOOS?
2 Korinthe 5:10 Wat kan het sterven snel komen. Wat kan de afbraak van het lichaam binnen een korte tijd tot de dood leiden. Ook van hen die nog zoveel plannen hadden. Die nog zo graag in de dienst aan Christus veel wilden doen. Je bent met liefde bezig in Gods Koninkrijk en hebt nog veel energie en ineens is er die niet te stoppen afbraak van je leven. Voor je eigen gevoel is je werk nog niet af. Dan roept de HERE je. Dan roept je Zender je die jou zelf een bijzondere taak in Zijn Koninkrijk gegeven heeft. Je hebt je vragen en toch mag je jouw leven in Zijn handen geven. Hij stuurt Zijn dienaren naar de plaats waar Hij ze wil hebben en wanneer Hij ze er wil hebben. Dan sta je ook als geliefden bij dat sterven en bij dat gemis. Het gemis blijft. In dat gemis mag je dan weten dat jouw geliefde niet voor niets geleefd heeft. Wie met Christus geleefd heeft, heeft zelf niets verdiend maar wat hij of zij in geloof gedaan heeft, is nooit nutteloos. Wie in zijn leven Christus’s getuige in woord en daad was, mag weten dat het goede dat je mocht doen door het werk van de Geest meegenomen wordt. Je ziet hier hoe het er op aan komt om echt met liefde voor Christus te leven. Zonder Christus ga je verloren. Met Christus zwaait de deur naar het Koninkrijk eeuwig open. Ik moet nu ook denken aan Dan 12:3: “En de verstandigen zullen stralen als de glans van het uitspansel, en die velen tot gerechtigheid hebben gebracht als de sterren, voor eeuwig en altoos.
CHRISTUS SE REGTERSTOEL
2 Korintiërs 5:10 Vandag die laaste keer oor 2 Kor 5. Daarna hoop ek hierdie reeks af te sluit met antwoorde op vrae wat ek na aanleiding van die meditasies oor sterwe en hoop gekry het.
Elkeen moet eendag voor de regterstoel van Christus verskyn. Dit wys ook daarop dat hulle wat in hierdie wêreld ander vermoor en martel nie ongestraf sal bly nie. Hoe mense en ook God se kinders deur ISISstryders onthoof, vermoor en gemartel word nogtans sal Christus vanaf Sy regterstoel eendag die reg herstel! Niemand ontkom aan die deur hom of haar verdiende straf nie!
Die spesiale is dat God se kinders wat hulle skuld met ’n opregte hart bely het nie bang hoef te wees as hulle voor Christus se regterstoel verskyn nie. Hierdie regter het vir hulle vrede gemaak met God. Hy het Sy lewe gegee om hulle sondes te bedek, om hulle te was in Sy bloed. Wie met Christus leef, vind sy hoop in wat ons o.a. lees in die volgende tekste:
“Omdat ons dan uit die geloof geregverdig is, het ons vrede by God deur onze Here Jesus Christus.” Rom 5:1 “Daar is dan nou geen veroordeling vir die wat in Christus Jesus is nie, vir die wat nie na die vlees wandel nie, maar na die Gees.” Rom 8:1 “Geen skepsel sal ons kan skei van die liefde van God wat daar in Christus Jesus, ons Heer, is nie.” Rom 8:39
STRIJDT JEZUS IN HET DODENRIJK?
Johannes 19:30 Naar aanleiding van de meditaties van de laatste tijd kreeg ik o.a. deze vraag: “In de 3 dagen na het sterven van Jezus heeft Hij gevochten met de duivel in het dodenrijk. Daar heeft hij de duivel verslagen en zijn alle gelovige zielen naar de hemel gegaan. ( in het heel kort) Nu is mijn vraag: waar zijn de ongelovige niet bekeerde zielen van gestorven mensen nu en waar zijn ze toen gebleven ?”
Deze vraag kan ik niet even kort beantwoorden. De reden daarvoor is vooral dat er een vooronderstelling bij genoemd wordt waar we het eerst over moeten hebben. Is het zo dat de Here Jezus in de 3 dagen na Zijn sterven met de duivel gevochten heeft? Heeft de Here Jezus toen nog strijd moeten leveren in het dodenrijk? De gedachte dat de Here Jezus in de drie dagen tussen sterven en opstanding in het dodenrijk zou zijn geweest zal vooral zijn opgekomen door het lezen van 1 Petrus 3:19 en een deel van Openbaring 12. Ik hoop de komende weken dan ook deze gedeelten van de Bijbel te bespreken en te overdenken.
Toch moet ik nu al wel zeggen dat de Here Jezus vanaf Zijn dood tot aan Zijn opstanding niet in het dodenrijk gevochten heeft. De Here Jezus was toen ook niet in het dodenrijk, in de hel. De Here Jezus zegt namelijk vlak voor Zijn sterven: “Het is volbracht”. Hij heeft de duivel dan verslagen. Daarbij komt nog dat de Here Jezus aan het kruis tegen die ene misdadiger zegt: “‘Ik verzeker je: nog vandaag zul je met Mij in het paradijs zijn.’” Luk 23:43” Let vooral op de woorden “vandaag” en “met Mij”. Morgen verder.
OPGENEEM IN GOD SE HEERLIKHEID
Psalm 73:24 Waar het die gelowiges wat in die tyd van die Ou-Testament gesterf het naartoe gegaan? Ons het gister gesien dat die Here Jesus vir die moordenaar aan die kruis sê dat hy nog dieselfde dag saam met die Here Jesus in de paradys sal kom. Die paradys is die hemel. Dit is die hemelse vaderland waarna God se kinder op die aarde op pad is. Asaf, die digter van Psalm 73, weet dan ook in die geloof dat as hy sterf die HERE hom sal opneem in Sy heerlikheid. Die gelowiges in die Ou-Testament het met dieselfde hoop en verwagting geleef as waar ons mee kan leef. Die verskil was dat Christus wat dit moes verdien toe nog moes kom en ons weet nou dat Hy gekom het. Die HERE het vir die gelowiges in de Ou-Testament toe al die lewe in die hemel gegee omdat Hy sekerlik weet dat Christus daardie lewe vir Sy kinders gaan verdien. Ons sien dit ook in die gelykenis van die arm Lazarus en die ryk man in Lukas 16. Ons moet mooi bedink dat dit hier om ’n gelykenis gaan. Dit is nie die bedoeling van die Here Jesus om ons te vertel hoe dit in die hemel is nie. Nogtans sien ons die groot verskil tussen wat met die gelowiges en met hulle wat nie regtig op die HERE vertrou het na die sterwe gebeur.
Die ryk man kom daar waar het ellendig is. Dit is die hel. Die arm Lazarus leef op een ander plek! Hy leef waar ook Abraham is. Dit is die hemel. Dit is die heerlikheid van Psalm 73:24. Die lewe na die dood is vir Lazurus ’n fees, vir die ryk man ’n straf.
GEESTEN IN DE GEVANGENIS
1 Petrus 3:18-19 We hebben hier met een moeilijk gedeelte in de Bijbel te maken. Ik kan me voorstellen dat als je dit leest je er aan kunt denken dat de Here Jezus het dodenrijk bezoekt. Juist als het niet zo eenvoudig is, komt het er op aan om nauwkeurig te lezen. Om ook te bedenken wat er al eerder in de Bijbel staat. We hebben gezien dat de gestorven gelovigen ook in het Oude Testament al naar de hemel gingen. Wat lezen 1 Petrus 3:18 dat de Here Jezus gestorven is en uit de dood opgestaan. Dan volgt: “Hij is naar de geesten gegaan die gevangenzaten, om dit alles te verkondigen”. Het gaat hier over de tijd na Jezus opstanding! Dus niet tussen sterven en opstanding. Hij is op een bepaald moment naar de geesten in de gevangenis gegaan. Wie zijn nu die geesten? Bij geesten moeten we hier niet aan mensen denken. Als in het Nieuwe Testament het woord geesten zonder toevoeging gebruikt wordt gaat het nooit om mensen. Wie zijn nu de geesten die gevangen zitten? Dat zijn engelen die tegen God in opstand gekomen zijn. De slechte engelen die de duivel als hun aanvoerder hebben. Deze engelen worden door God gevangen gehouden. We lezen hierover o.a. in Judas 6: “Denk ook aan de de engelen die hun oorspronkelijke positie ontrouw werden en hun toegewezen plaats verlieten: tot het oordeel op de grote dag houdt Hij hen met onverbreekbare boeien in de onderwereld gevangen.” Zie ook 2 Petr 2:4. Morgen zien we wanneer de Here Jezus bij deze geesten was en waar dat was.
CHRISTUS EN DIE BOSE GEESTE
1 Petrus 3:19 Waar is die gebied waar die slegte engele, waar die bose geeste bly? Dit is die ruimte tussen die hemel en die aarde. Ons lees daaroor in die brief wat Paulus aan die gemeente van Efese skryf: “Julle was dood deur die misdade en die sondes waarin julle tevore gewandel het volgens die loop van die wêreld, volgens die owerste van die mag van die lug, van die gees wat nou in die kinders van die ongehoorsaamheid werk” 2:1,2 Paulus praat hier oor die owerste van die mag van die lug. Dit is die duiwel. Hy skryf oor die helpers van die duiwel in Efese 6:12: “Want ons worstelstryd is nie teen vlees en bloed nie, maar teen die owerhede, teen die magte, teen die wêreldheersers van hierdie eeu, teen die bose geeste in die lug.” Wat doen die Here Jesus as Hy van die aarde na die hemel gaan? Hy gaan deur die gebied waar die bose geeste bly. Waar die duiwel en sy helpers hulle grootste mag uitoefen. Dit is die geeste wat juis in Noach se tyd gewys het hoe hulle daarop gerig is om alle mense by die HERE weg te trek. Hulle het toe gewys dat hulle as God se vyande probeer om die hele wêreld in die grootste ellende te bring. Dit kom selfs sover: “Toe die HERE sien dat die boosheid van die mens op die aarde groot was en al die versinsels wat hy in sy hart bedink, altyddeur net sleg was”. Gen 6:5 Die Here Jesus trek by Sy hemelvaart deur die gebied waar God se magtigste vyande woon. Môre oor wat Hy daar toe gedoen het.
CHRISTUS DE OVERWINNAAR
We hebben 26 september 2014 mijn vriend en collega Anthon van Houdt begraven. Hij was een man van wie de prediking gekenmerkt kan worden met: De rijke Christus voor arme zondaren en we werden steeds weer hartelijk opgeroepen tot geloof en bekering. De meditaties over sterven en hoop zijn steeds geschreven met zijn ziekte en zijn naderende dood in gedachten. We dragen de meditatie van vandaag in het bijzonder aan hem op en aan Alyke en zijn verdere geliefden. We denken ook aan de gemeente van Urk die dooor de dood haar dienaar van het Woord nu moet missen. Onze broeder mag nu al bij die machtige Koning zijn waarover deze meditatie gaat.
1 Petrus 3:19 De Here Jezus gaat tijdens Zijn hemelvaart juist door het gebied waar zij wonen die altijd weer weigeren God te gehoorzamen. Door het gebied van de geesten die al hun macht willen gebruiken om de HERE en Zijn rijk van verlossing te vernietigen. De Here Jezus gaat dus door heel vijandig gebied naar de hemel. Je zou denken dat het een heel moeilijke reis zal worden. Kan de Here Jezus wel door dat gebied komen? De geesten zullen er toch alles aan doen om er voor te zorgen dat Jezus de hemel niet haalt! Dan zie je dat Christus de Koning is! Dat Hij de overwinning heeft behaald. De Koning die zelfs door Zijn machtigste vijanden op weg naar Zijn troon in de hemel niet tegengehouden kan worden. Als Jezus het gebied van die geesten binnengaat dan verkondigt Hij. Het woord dat hier voor verkondigen gebruikt wordt, betekend dat je door je daden laat zien wie je bent. Het is niet preken om mensen uit te nodigen en op te roepen om te gaan geloven. Het is verkondigen in de zin dat je proclameert hoe het zit. In dit geval laat Jezus zien wie Hij is! Hij is de opgestane Zoon van God. Hij is de beloofde Verlosser die overwonnen heeft. Zijn gaan door het grondgebied van de boze geesten laat zien dat Hij overwonnen heeft De Here Jezus laat zien: Ik ben de Koning van hemel en aarde. De Here Jezus is door dit gebied in de hemel aangekomen. De Here Jezus is vandaag Koning in de hemel. Dat is echt geweldig.
CHRISTUS KONING
1 Petrus 3:19 Ons het gesien dat die Here Jesus by Sy hemelvaart deur die gebied van die bose geeste na die hemel gegaan het. Hy het gewys dat Hy die Koning is en dat die hel, dat die doderyk Hom niks meer kan maak nie. Hy is die Oorwinnaar.
Dit is 'n groot bemoediging vir elkeen wat sy of haar lewe in Christus se hande gelê het. Dan kan dit wees dat jy op hierdie aarde nog baie swaar kry. Dan kan dit wees dat jy nou deur dinge wat gebeur baie hartseer is. Dit kan ook so wees dat jy op hierdie aarde wonder: "Hoe is dit moontlik dat hierdie dinge in my lewe gebeur? Hoe is dit moontlik dat nog so baie ellende mense tref? Is dit regtig so dat Christus vanuit die hemel regeer?"
Nou lyk dit dikwels dat net moeite en verdriet die toekoms bepaal. Nogtans lyk dit so maar is dit nie so nie. Toe die Here jesus van die aarde na die hemel gegaan het, het dit gelyk asof die Here Jesus nie meer bestaan nie. Toe kom die engele vertel dat die Here Jesus regtig in die hemel is en vanuit die hemel regeer. Juis in ons verdriet, juis as ons so baie ellende op hierdie wêreld sien, mag ons weet dat Christus deur al die ellende heen die wêreld na die wonderlike toekoms van die nuwe hemele en aarde lei. Hy is die Koning wat daarvoor sorg dat wie Hom volg, weet dat vir jou die ellende nie ewig daar sal wees nie. Jy leef dan in die sekerheid dat die duiwel en die hel jou nie by die wonderlike toekoms kan weghou nie.
STRIJD IN DE HEMEL
Openbaring 12:7 De vraag was of de Here Jezus tussen zijn sterven en hemelvaart in de hel, in het dodenrijk was om de gelovigen daaruit te bevrijden. We hebben gezien dat de Here Jezus na Zijn sterven niet in de hel was maar in de hemel. Samen o.a. met die ene moordenaar aan het kruis. We lezen in 1 Petrus 3 wel dat de Here Jezus bij Zijn hemelvaart door het gebied van de boze geesten naar de hemel gaat. Hij laat dan zien en horen dat Hij de overwinnaar is.
Toch lezen we in de Bijbel wel van een bijzondere strijd. Dat is geen strijd in de hel maar juist in de hemel! Je moet het je zo voorstellen: De Here Jezus is op de Hemelvaartsdag als de grote overwinnaar door de hel naar de hemel gegaan. Dit tot grote schrik van de duivel en zijn helpers. Wanneer de Here Jezus in de hemel is, beseffen de duivel en het leger van zijn slechte engelen dat de strijd voor altijd beslist lijkt te zijn. Ze doen nu een wanhoopspoging. Het enige wat ze nu nog kunnen proberen is om een groot leger te vormen en de hemel binnen te vallen. Om de Here Jezus in de hemel te onttronen. De Here Jezus is als de grote Koning in de hemel verwelkomd. Dan komt de duivel met zijn helse leger en valt de hemel binnen en zo ontstaat er een oorlog in de hemel. Dan wordt op deze hemelvaartsdag duidelijk wie de grote overwinning voor altijd behaald heeft. Koning Christus stuurt nu Zijn leger onder leiding van Michaël op het duivelse leger af.
UIT DIE HEMEL GEBAN
Openbaring 12:7,8 Die duiwel kon tot Christus se hemelvaart elke dag in die hemel kom. Die hemel was nie meer die plek waar hy en die engele wat hom gevolg het gewoon het nie. Wat het gebeur? Die duiwel was ’n engel wat deur die HERE goed geskep is. Hy was een van die magtigste engele. Tussen die sesde dag in Genesis 1 en die sondeval het hierdie engel teen die HERE in opstand gekom. Hy wou met ’n deel van die engele nie knegte van God bly nie. Ons lees hieroor baie kort in Judas 6 en 2 Petrus 2:4. Die HERE het die opstand van die duiwel en sy volgelinge neergeslaan en hulle moes die hemel as hulle woonplek verlaat. Die hel het toe hulle woonplek geword. Nogtans kon die duiwel nog in die hemel kom. Ons lees dit byvoorbeeld in Job 1. Dit was selfs nie so dat de satan somtyds in die hemel gekom het nie. Hy het elke dag gekom. Ons lees daarvan in Openbaring 12:10. Die hemel juig omdat die duiwel se leër deur die hemelse leër verslaan is. Dit beteken dat die duiwel nou vir altyd uit die hemel geban is. Nou is dit baie beter as die tyd voor Christus se hemelvaart. Van die tyd lees ons: “want die aanklaer van ons broeders is neergewerp, hy wat hulle aanklaag voor onse God, dag en nag.” Die oorwinning van Migael en sy engele beteken dat die duiwel nie meer in die hemel kan kom nie. Dat sy duiwelse stem nie meer in die hemel gehoor word nie. ’n Heerlik resultaat van Christus se werk. Van Sy oorwinning op sonde, dood en duiwel.
HET WAPEN TEGEN DOOD EN DUIVEL
Openbaring 12:11 Wat is nu het beslissende wapen tegen de duivel? Wat is het beslissende wapen tegen de dood? Dat zien we in dit vers. Dat is het bloed van Christus, het bloed van het Lam dat de zonde van de wereld wegneemt. Christus' lijden tot het bittere einde, Christus lijden tot de dood aan het kruis is het wapen waartegen de hele hel, waartegen al de demonische krachten samen geen stand kunnen houden. De kinderen van God, de medegelovigen die door de satan in de hemel aangeklaagd zijn, heeft God op de klachten van de duivel niet veroordeeld. Niet in de eeuwige ellende gebracht. Dat zie je bijvoorbeeld bij Jozua in Zach 3. De hogepriester Jozua worden daar zijn vuile kleren uitgetrokken en hij krijgt nieuwe schone kleren aan. Ook hij is al gered en hoeft daarom niet naar de hel. Ook bij de hogepriester Jozua mislukt uiteindelijk de aanklacht van de duivel. Dat was zo omdat de HERE zo goed was dat Hij wat de Here Jezus tijdens en door Zijn leven op aarde zou gaan verdienen toen al aan de gelovigen gaf. Als een voorschot. Het bloed van de Here Jezus dat van elke zonde redt, hoe groot en zwaar de zonde ook was, wordt in het Oude Testament als het ware al op de gelovigen gesmeerd. Zo zeker weet Vader in de hemel dat de Here Jezus de gelovigen met Zijn leven en dood gaat redden. De aanklachten van de duivel smoren bij de gelovigen in het bloed van Christus. Onze lieve Heiland!
VAN GOD VERLAAT
Matteus 27:46 Ons is besig om antwoord op die vraag te vind of die Here Jesus in die tyd tussen Sy sterwe en Sy opstanding in die hel, die doderyk was om daar die gelowiges te bevry. Ons het vanuit verskillende dele van die Skrif al gesien dat dit nie so is nie. Nogtans is dan die vraag nog steeds wanneer die Here Jesus in die hel was. Ons bely naamlik dat Hy na die hel neergedaal het. Die belydenis van die Christelike kerk is dus al baie lank dat toe die Here Jesus op die aarde was die hel al bestaan het. Wanneer was die Here Jesus heeltemal van God verlaat en kon die duiwel met Hom doen wat hy maar wou? Die hel is die plek waar skepsels heeltemal van God verlaat leef. Dit is die plek waar die sonde in al sy krag die bewoners van die hel kan pla. Ons lees in ons teks oor die tyd dat die Here Jesus na die hel neergedaal het. Dit was in die drie ure wat dit donker was. Toe die Here Jesus op die middel van die dag in die donker aan die kruis gehang het. Sy Vader in die hemel het Hom toe net Sy afkeer en toorn teen die sondes laat voel. Die Here Jesus het toe vir God net een klomp sondes geword. Die Here Jesus het toe die straf vir die sondes volledig gevoel. Hy moes dit doen sonder die kleinste bietjie hulp van Sy Vader in die hemel. Die duiwel kon Hom geestelik en liggaamlik pla so erg as hy maar kon. So moes Jesus vir ons in die hel ly. Môre meer.
NOOIT MEER VERLATEN
Mattheus 27:46 De Here Jezus moet zo erg lijden dat Hij in de drie uren duisternis aan het kruis helemaal door God verlaten wordt. Zo diep moet Hij lijden voor onze zonden! Je ziet hier ook wat wij echt verdiend hebben. Het wonder is dat Jezus Christus zo diep wil gaan dat Hij echt tot het bittere einde de straf voor wie tot Hem vlucht wil dragen. Dan moet ik altijd weer denken aan wat we in Joh 13:1 lezen: “Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat hij uit de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die hem in de wereld toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.”
Een van de bijzondere dingen aan Jezus lijden tot in de Godverlatenheid is ook dat Hij met Zijn lichaam in de hel is neergedaald. Tot dan toe zijn er mensen in de hel maar alleen met hun ziel. Dat verandert Christus’ wederkomst. De Here Jezus gaat aan het kruis de totale Godverlatenheid in ook met Zijn lichaam om er voor te zorgen dat Gods uitverkoren kinderen nooit met hun lichaam de hel in hoeven. Christus verlost onze ziel maar ook ons lichaam. Hij redt ons helemaal! Je ziet hier hoe Christus voor de gelovigen ook de opstanding uit de dood verdiend heeft. Ik moet nu ook denken aan de woorden van het Avondmaalsformulier dat Christus zich heeft laten verlaten van God opdat wij nooit meer door God verlaten worden!
OORWINNAARS
Mattheus 27:46 Ons bely dat Christus na die hel neergedaal het. Ons bely in die Heidelbergse Kategismus daarvan: “Sodat ek in my swaarste aanvegtinge verseker kan wees en myself volkome kan vertroos dat hy Here Jesusw Christus my deur Sy onuitsprekelike angs, smarte en verskrikking wat Hy ook aan Sy siel deur Sy hele lewe maar veral aan die kruis gely het, van die helse angs en pyn verlos het.” Ons sien hier dat ons bely dat die neerdaling na die hel veral tydens die lyding aan die kruis plaasgevind het. Hoekom lees ons dan in de Apostoliese Geloofsbelydenis oor die neerdaling van die hel na Christus se afsterwe en begrafnis? Dit het so gekom omdat die woorde “neergedaal na die hel” as een van die laaste elemente aan hierdie Geloofsbelydenis is toegevoeg. Die woorde van hierdie Geloofsbelydenis is toe toegevoeg sonder dat dit die bedoeling gehad het om aan te gee dat dit na Christus se begrafnis gebeur het. Ons het ook gesien dat volgens die Skrif dit nie na Sy sterwe gebeur het nie want die Here Jesus was na Sy sterwe met Sy siel in die hemel, in die paradys. Christus het met Sy verskriklike lyding in die Godverlatenheid aan die kruis die hel verslaan. Hy kon daardeur by die hemelvaart deur die hel gaan en wys dat Hy die oorwinnaar is. Hy het so daarvoor gesorg dat wie glo met Paulus kan sê: “Maar in al hierdie dinge is ons meer as oorwinnaars deur Hom wat ons liefgehad het.” Rom 8:37
MET ZIEL EN LICHAAM
Openbaring 21:8 Nog een vraag: “Komt de hel er pas na Christus terugkeer?” Het is waar dat hier in Openbaring 21 over de hel als poel van vuur gesproken wordt. Hier wordt aangewezen wie, nadat Christus publiek het oordeel uitgesproken heeft, naar de hel gaan. De hel staat hier tegenover de nieuwe hemel en aarde. Als we dit lezen moeten we goed bedenken wat er gebeurd is. De gestorven gelovigen leefden tot nu toe met hun ziel in de hemel. Zonder lichaam maar wel heel echt. De ongelovigen zijn tot Christus wederkomst met hun ziel en ook heel echt in de hel. Dan komt de Here Jezus terug en staan alle mensen die op aarde geleefd hebben op. De Here Jezus zegt daarvan in Joh 5: “Wees hierover niet verwonderd, er komt een moment waarop alle doden Zijn stem zullen horen en uit hun graf zullen komen: wie het goede gedaan heeft staat op om te leven, wie het slechte gedaan heeft staat op om veroordeeld te worden.” vs 28,29
Wat verandert er na Christus wederkomst?
a. De oude aarde is er niet meer. Er zijn geen mensen meer die uit een zondig bestaan gered moeten worden.
b. Zij die tot nu toe met hun ziel in de hel waren, zijn nu samen met de ongelovigen op het moment van Christus terugkeer met ziel en lichaam in de hel.
c. De gelovigen die tot nu toe met hun ziel in de hemel waren, zijn nu samen met de gelovigen op het moment van Christus terugkeer met ziel en lichaam op de nieuwe hemel en aarde.
KOM HERE JESUS!
Openbaring 22:20 Ek sluit die reeks oor ‘sterwe en hoop’ met hierdie meditasie af. Ons hoop op ‘n lewe vol van vrede en vol van lewensvervulling is nie een of ander lugspieëling nie. Christus wat die dood oorwin het en wat als die Lewende vanuit die hemel regeer sê: “ Ja, Ek kom gou.” Christus regeer en as Hy sê dat Hy kom dan is dit ook vas en seker. Hier wys de Gees dat die lewe op hierdie aarde nie sinloos is nie. Die HERE het die aarde gemaak en die lewe op hierdie aarde om ewig sinvol te wees. Mense wat dink dat hulle net vir hierdie lewe op aarde bestaan is kortsigtig. Dan leef ‘n mens net vir die hier en nou. Dan is die kans groot dat dit in jou lewe net daarom gaan dat jou gevoelens nou bevredig word. Wie geleer het deur de Gees om op Christus te vertrou, weet dat jy vir die ewigheid leef. Jy wil jou daarop voorberei. Juis daarom is jy op hierdie aarde aktief om volgens die HERE se opdrag Sy skepping te ontplooi. Om in liefde vir jou naaste te leef. Siekte en hartseer maak jou lewe dan nie sinloos nie. Jy weet dat Christus terugkom. Jy leer vanuit God se liefde om na die koms van die Here Jesus te verlang. Omdat wie op hierdie aarde glo en uit die geloof in Christus leef sekerlik weet dat die beste van Sy lewe kom as Christus terugkeer. Regtig iets om na te verlang. Om saam met al die gelowiges van al die eeue te sê: “Amen, ja kom, Here Jesus!’ Ons kan hoopvol vorentoe kyk!