Zondag 18 De hemelvaart van Christus laat ons zien dat Hij in de hemel is
Hieronder vind je een preek die ik gehouden heb toen ik predikant was van de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) van Dronten-Noord. Aan de linkerkant vind je de oorspronkelijke liturgie. De gezangen komen uit het Gereformeerd kerkboek en uit het Liedboek (oud). De gebruikte Bijbelvertaling is de NBV. Aan de rechterkant vind je de liturgie genomen uit het Gereformeerd kerkboek met de 41 gezangen zoals die nu in de GKN gebruikt wordt.
Wanneer deze preek gelezen wordt graag even een mailtje naar mij zodat ik weet waar deze preek gelezen is. dsjrvisser@gmail.com
ORDE VAN DIENST
Votum Votum
Vrede/Zegengroet Vrede/Zegengroet
Psalm 148:4,5 Psalm 148:4,5
Gebed om de opening van het Woord Gebed om de opening van het Woord
Schriftlezing: 1 Petrus 3:13-22 Schriftlezing: 1 Petrus 3:13-22
Gez 101:3,4,5 Gezang 24: 3,4,5
Schriftlezing: Hebreeën 7:15-28 Schriftlezing: Hebreeën 7:15-28
Psalm 110: 4,5,6 Psalm 110:4,5,6
Tekst: Zondag 18 Tekst: Zondag 18
Preek Preek
Gez 111 Gezang 23:1,6
Dankgebed Dankgebed
Geloofsbelijdenis Geloofsbelijdenis
Collecte Collecte
Psalm 73: 9,10 Psalm 73:9,10
Zegen Zegen
Broeders en zusters, jongens en meisjes, gemeente van onze Here Jezus Christus
De hemel! Daar ging de Here Jezus op Hemelvaartsdag naar toe. Dat zeg ik nu wel zo gauw. Maar is er wel een hemel? Hoe kan ik nu weten dat er een hemel is? Hoe weet ik nu dat de hemel een echte plaats in de schepping is?
Als ik om me heen kijk: zie ik geen hemel. We hebben met al onze instrumenten en met al onze ruimteraketten nog nooit iets van de hemel gezien. Is de hemel niet veel meer een bepaald gevoel? Is het niet veel meer een verlangen naar iets dat beter is als ons bestaan op aarde? Het past toch eigenlijk niet meer in onze tijd om te geloven in een hemel. Om te geloven in iets dat op geen enkele manier wetenschappelijk bewezen is? Maken wij het mensen van onze tijd bijna niet onmogelijk om samen met ons te geloven als we het steeds weer over de hemel hebben. Het is toch ook onmogelijk dat een mens, dat de Here Jezus als mens tegen de wet van de zwaartekracht van de aarde omhoog ging naar de hemel?
Dat zijn vragen die mensen in de 21e eeuw stellen. Ze doen dat omdat ze niet verder dan het menselijke kijken. Ze kijken niet verder dan wat wij als mensen volgens de regels die we in de schepping ontdekt hebben kunnen voorstellen. We meten de werkelijkheid dan eigenlijk aan wat volgens ons mogelijk is. Wij gaan dan als een soort god op de troon zitten en zeggen dan: Alleen dat wat ik me kan voorstellen, wat ik volgens menselijke ontdekkingen kan bewijzen is echt.
Gelukkig laat de HERE ons niet in die kortzichtigheid. Hij verruimt onze blik. Hij laat zien dat er onvoorstelbaar meer is als wat wij kunnen bedenken en bewijzen. Dat zie je ook als het om de hemel gaat. Ik noem daarvoor een paar van veel meer voorbeelden in de Bijbel. De Bijbel het boek waarin de HERE zelf vertelt wie Hij is. Waarin Hij laat zien dat Hij en de werkelijkheid die Hij geschapen heeft, veel meer is dan alles wat wij zelfs maar kunnen bedenken. Het is goed om heel goed tot ons te laten doordringen wat de Heilige Geest tegen ons zegt in Efeze 3 over God: “Aan hem die door de kracht die in ons werkt bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij vragen of denken, aan Hem komt de eer toe, in de kerk en in Christus Jezus, tot in alle generaties, tot in alle eeuwigheid.” Vs 20,21
Die God, de HERE heeft ons laten horen en zien dat de hemel er is. Als de Here Jezus geboren is, komt er een leger van engelen uit de hemel die de herders komen vertellen dat de Redder van de wereld gekomen is. Als de Here Jezus van de aarde losgekomen is en de discipelen Hem hoger en hoger zien gaan. Als de Here Jezus dan uit het zicht verdwenen is komen er engelen uit de hemel die tegen de leerlingen van de Here Jezus zeggen: “Galileers, wat staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan.” Hand 1:11
Een tijd daarna wordt Stefanus gevangen genomen en gestenigd. Juist omdat hij de mensen oproept om in Jezus als de Verlosser van je leven te geloven. Als zijn vijanden heel kwaad op hem zijn omdat hij ook voor hen van Jezus getuigt, lezen we in Hand 7: “Maar vervuld van de Heilige Geest sloeg Stefanus zijn blik op naar de hemel en zag de luister van God, en Jezus, die aan Gods rechterhand stond, en hij zei: Ik zie de hemel geopend en de Mensenzoon, die aan Gods rechterhand staat.” Vs 55,56
Later in het boek Openbaring is het de Here Jezus die Johannes en daardoor ook ons in de hemel laat kijken. Het is God zelf die ons laat zien dat de hemel er echt is en dat de Here Jezus naar de hemel gegaan is. Dat is niet zomaar een feit. Het heeft voor ons ook vandaag een heel grote betekenis. Iets daarvan zien we als we samen naar het evangelie luisteren dat ik jullie onder het volgende thema verkondig:
DE HEMELVAART VAN CHRISTUS LAAT ONS ZIEN DAT HIJ IN DE HEMEL IS
1. Als de Koning
2. Als de Hogepriester
1. Als de Koning
De Zoon van God is door ons aan het kruis geslagen. Wij wilden Hem dood hebben. Hij voelde voor ons als een bedreiging. Hij bracht namelijk onze zonden ter sprake. Hij liet zien dat we het echt kunnen vergeten dat we onszelf kunnen redden. Wij als mensen na de zondeval houden daar niet van. Het was dan ook de kerk en de wereld, het was het Sanhedrin en de rechter Pilatus die de Here Jezus ter dood veroordeelden. Weg met die Jezus. Dan lijkt het alsof we voor altijd van deze aarde de stem verdrongen hebben, de mens verdrongen hebben die door Zijn lijden maar ook door Zijn zondeloze leven ons aan onze zonden zo pijnlijk herinnert. De mens die ons ook de enige weg naar de verlossing van het verdiende oordeel van God gewezen heeft. Door je leven met belijdenis van schuld aan Hem als je Redder en Koning over te geven. Om jezelf te verliezen aan Hem.
Het lijkt alsof dat niet meer mogelijk is. Het lijkt alsof we voor onszelf zelfs die mogelijkheid voor altijd weggegooid hebben. Want we hebben de enige Verlosser aan het kruis doodgemaakt. We hebben de koning, de Zoon van God aan het kruis gedood.
Dan zie je weer hoe armzalig wij als mensen denken. Mensen die niet verder dan de dood kunnen denken. Dood is toch dood zeggen we dan. Dan is daar die derde dag dat Jezus in het graf ligt. Dan zien we dat de Zoon van God, dat God zelf zoveel meer kan dan wij voelen en denken. Dan komt er in het graf beweging. Christus die echt dood was, neemt het leven weer! Hij staat op! De dood kan Hem met geen mogelijkheid vasthouden. Er is door Christus leven na de dood! Hij laat zien dat Hij koning is. Niet de duivel, niet de dood, niet Pilatus, niet het Sanhedrin, niet wij als zondige mensen. Nee, Hij is Koning!
Dan komt na veertig dagen de dag dat Hij met Zijn leerlingen op de Olijfberg staat. Ineens is er het ogenblik dat het onvoorstelbare gebeurt. Je ziet de Here Jezus van de grond losraken. Hij stijgt echt al meer omhoog! Dat kan toch niet? Toch is het zo! Je ziet hier dat Christus God is. Hij heeft in deze wereld de wet van de zwaartekracht gegeven. Daardoor is het voor ons niet mogelijk om zo de lucht in te gaan. Maar de Schepper is niet gebonden aan een wet die Hij zelf in de natuur op aarde gegeven heeft. Hij is de Koning die zoveel meer kan dan wat wij als natuurwetten zien en ontdekken. Hij is de Koning, Hij is de Almachtige.
Dat laat de Here Jezus bij Zijn hemelvaart ook op een heel andere manier zien. Daarvoor gaan we samen naar 1 Petrus 3. Naar een gedeelte dat bij het eerste lezen vaak heel wat vragen oproept. In 1 Petrus 3:18 is verteld dat de Here Jezus het offer voor de zonden gebracht heeft voor onrechtvaardigen en dat Hij uit de dood opgestaan is. Dan gaat het in vers 19 zo verder: “Hij is naar de geesten gegaan die gevangen zaten, om dit alles te verkondigen aan hen die ten tijde van Noach weigerden te gehoorzamen toen God geduldig wachtte en de ark gebouwd werd.”
Het gaat hier over de tijd na Jezus opstanding. Hij is op een bepaald moment naar de geesten in de gevangenis gegaan. Wie zijn nu die geesten? Bij geesten zullen we hier niet aan mensen moeten denken. Als in het Nieuwe Testament het woord geesten alleen gebruikt wordt gaat het nooit om mensen. De enige keer dat het woord geesten met mensen verbonden wordt is als het heel duidelijk om een deel van mensen gaat. Dan wordt er gesproken over de geesten van de rechtvaardigen. Hebr 12:23. Wie zijn nu de geesten die gevangen zitten? We zullen dan aan de engelen moeten denken die tegen God in opstand gekomen zijn. De slechte engelen die de duivel als hun aanvoerder hebben. Deze engelen worden door God gevangen gehouden. We lezen dat o.a. in Judas 6: “Denk ook aan de engelen die hun oorspronkelijke positie ontrouw werden en hun toegewezen plaats verlieten: tot het oordeel op de grote dag houdt Hij hen met onverbreekbare boeien in de onderwereld gevangen.” Zie ook 2 Petr 2:4.
Waar moeten we deze gevangenis nu zoeken? Wat is het gebied waarin de boze geesten vooral wonen? Dat is de ruimte tussen de hemel en de aarde. We lezen dat in de brief die Paulus aan de gemeente in Efeze stuurt.
Luister maar eens naar twee gedeelten uit deze brief:
“U was dood door de misstappen en zonden waarmee u de weg ging van de god van deze wereld, de heerser over de machten in de lucht, de geest die nu werkzaam is in hen die God ongehoorzaam zijn.” 2:2
In hoofdstuk 6 schrijft Paulus dan in verband met de strijd tegen de duivel en zijn helpers: “Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de macht hebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.” Vs 12
Wat doet de Here Jezus nu als Hij van de aarde naar de hemel gaat. Hij gaat door het gebied waar juist de boze geesten, de duivel en zijn helpers hun grootste macht uitoefenen. Zij zijn de geesten die juist in de tijd van Noach hebben laten zien hoe ze er op gericht zijn om de mensen tot het verkeerde te brengen. Hoe ze er alles aan gelegen is om de hele schepping in de ellende te brengen. Het was toen zelfs zover gekomen dat we in Gen 6 lezen: “De HEER zag dat alle mensen slecht waren: alles wat ze uitdachten was steeds even slecht.” Vs 5
De Here Jezus tijdens zijn hemelvaart juist door het gebied die altijd weer weigeren God te gehoorzamen. Door het gebied van de geesten die al hun macht willen gebruiken om de HERE en Zijn rijk van verlossing te vernietigen. De Here Jezus gaat dus door heel vijandig gebied naar de hemel. Je zou zeggen dat het een heel moeilijke reis zal worden. Kan de Here Jezus wel door dat gebied komen? De geesten zullen er toch alles aan doen om er voor te zorgen dat Jezus de hemel niet haalt! Dan zie je hoe Christus de koning is! De Koning die zelfs zijn machtigste vijanden niet kunnen tegenhouden op weg naar Zijn troon in de hemel. Als Jezus het gebied van die geesten binnengaat dan verkondigt Hij. Het woord dat hier voor verkondigen gebruikt wordt betekend dat je door je daden laat zien wie je bent. Het is niet preken om mensen uit te nodigen en op te roepen om te gaan geloven. Het is verkondigen in de zin dat je proclameert hoe het zit. In dit geval laat Jezus zien wie Hij is! Hij is de opgestane Zoon van God. Hij is de beloofde Verlosser die overwonnen heeft. Zijn gaan door het grondgebied van de boze geesten laat zien dat Hij overwonnen heeft. Ze kunnen Hem niet tegenhouden hoe graag ze het met al hun duivelse macht ook willen! De Here Jezus laat zien: Ik ben de koning van hemel en aarde. Zo is de Here Jezus vandaag in de hemel.
Dat is ook voor ons iets heel geweldigs. Als jij jou in je leven aan Christus uitlevert. Als jij Hem wil dienen en daarom volgens Zijn wil, wil leven. Dan kunnen er in jouw leven op deze aarde nog heel erge dingen gebeuren. Ook dingen waardoor bij jou soms heel heftig de vraag kan opkomen: Hoe kan het nu? Jezus is toch koning maar als ik op die ellende let wat mij en mijn gezin, wat de kerk, wat de wereld overkomt lijkt het er meer op de duivel de touwtjes in handen heeft. Juist als dat zo lijkt mag je weten dat het alleen maar zo lijkt! Zoals de discipelen bij de hemelvaart alleen maar zagen dat Jezus wegging maar de engelen kwamen vertellen dat Hij nu in de hemel is en daar regeert. Er kunnen je heel moeilijke, heel verdrietige, heel erge dingen in je leven overkomen. Maar weet dat Christus koning is en Hij er voor zorgt dat je in de moeite en in het verdriet de grootste Helper hebt. Dat Hij het is die ervoor zorgt dat de ellende en het verdriet voor wie op Hem bouwt niet eeuwig duurt. Hij is de Koning die ook Zijn gehoorzamen onderdanen door alles heen thuis brengt in het verloste leven waar niemand en niets meer voor 1 procent ellende en verdriet kan zorgen. Hij zelf is de garantie dat de dood en de ellende Gods kind niet kan vasthouden. Wie zijn of haar leven aan Christus verloren heeft mag door Jezus opstaan en hemelvaart zeker weten: “dat Hij die ons Hoofd is ons Zijn leden ook tot Zich nemen zal. Hij is de Koning die de geschiedenis brengt naar het moment dat het nieuwe-Jeruzalem neerdaalt op de totaal gezuiverde wereld. Dan kan de duivel met zijn engelen alleen diep verslagen toekijken. Toekijken vanuit de hel waar ze dan geen millimeter meer buiten kunnen komen. Christus regering brengt die geweldige en nooit meer eindigende toekomst voor wie in liefdevolle onderdanigheid aan Hem vandaag leeft. Dan zie je je Heiland ook als Hogepriester in de hemel.
We letten daarop in de tweede plaats.
2. Als Hogepriester
De Here Jezus is dus Koning in de hemel. De Koning van de koningen. Toch is het niet zo dat Hij in de hemel alleen regeert. Hij is het lam die met God in de troon zit. Hij zit aan de rechterhand van God. Daar aan die rechterhand van God is Hij ons “ten goede”. Hij leeft namelijk in de hemel, voor God om voor ons te pleitten. Ook dat is maar niet iets wat wij zelf graag willen of bedenken. Nee, ook dat heeft de Heilige Geest ons vertelt. Zelfs op meerdere plaatsen in de Bijbel. Ik wil nu met jullie aan een gedeelte waar we dit lezen wat meer aandacht geven. Dat is Hebreeën 7.
In dat hoofdstuk laat de Geest ons zien dat wij echt een heel bijzondere Hogepriester hebben. Een Hogepriester die veel meer is dan de priesters, dan zelfs de Hogepriesters in de tijd van het Oude Testament. Vanwege de tijd die we nu hebben, loop ik met jullie maar een paar verzen uit dit hoofdstuk langs. De schrijver laat zien dat de Here Jezus echt de hogepriester is die boven alle andere uitstijgt. Hij heeft vertelt dat de priesters in het Oude Testament niet met een eed van God zelf aangesteld zijn.
Dan gaat hij zo verder: “Jezus daarentegen ontving het met een dergelijke bekrachtiging, toen tegen Hem werd gezegd: De heer heeft gezworen, en komt op Zijn eed niet terug: Jij bent priester voor eeuwig. Daardoor staat Jezus garant voor een veel beter verbond.” Vs 26,27
Het is God zelf die ons in Psalm 110 vertelt dat die heel bijzondere Hogepriester die we nodig hebben om echt gered te worden door Hem aangewezen en aangesteld is. De hogepriester die niet alleen maar dingen in beelden laat zien. Niet de hogepriester die door offeren en door de tempel binnen te gaan tot in het Heilige der heiligen laat zien dat de Verlosser die het grote offer zal brengen eens zal komen. De Hogepriester in het Oude testament kwam niet verder dan dingen laat zien moesten laten zien wat er echt moest en ging gebeuren. Je zou kunnen zeggen dat de Hogepriester niet verder kwam dan de bouwtekening. Hij mocht daarvan het meeste laten zien. Maar in de Here Jezus is de Hogepriester gekomen die het echte brengt. Hij brengt zelf het offer, het offer waardoor er echt voor de volle honderd procent voor de zonden betaald is. De rekening aan God voor de gelovigen is helemaal betaald door Christus. Daarom is er door hem een beter verbond. Het echte is met hem gekomen! Hij is daarom de Hogepriester. Het is daarom ook zo dat er na Hem geen andere Hogepriester komt. Niemand kan Hem vervangen! Dat lezen we in het vervolg van Hebr 7: “Zij volgden elkaar generaties lang op, omdat de dood hun belette priester te blijven, terwijl Hij zonder opvolger is, omdat Hij tot in eeuwigheid blijft.” Vs 23,24
Jezus leeft in eeuwigheid! Hij is uit de dood opgestaan om voor eeuwig Hogepriester te blijven! Hij is naar de hemel opgevaren om daar bij de Vader als de Hogepriester voor de gelovigen op te treden. Om steeds weer aan de vader te laten zien dat Hij Zijn offer gebracht heeft. Dat offer is dan maar geen gemakkelijk uitweg voor ieder mens. Het is niet zo dat het door deze Hogepriester uiteindelijk dus toch wel goed komt met iedereen. Nee, Hij is de Hogepriester voor wie Hem in deze wereld belijden! Voor wie in deze wereld niet voor zichzelf wil leven maar voor Hem! Voor Zijn Koninkrijk. Voor wie van Zijn genade, Zijn vergeving willen leven. Voor wie uit liefde de wereld Christus als de enige goede weg voorhoudt. De Here Jezus heeft dat tijdens Zijn leven op aarde heel duidelijk gezegd: “Iedereen niet Mij zal erkennen (belijden) bij de mensen, zal ook ik erkennen bij Mijn Vader in de hemel. Maar wie mij verloochent bij de mensen, zal ook ik verloochenen bij Mijn Vader in de hemel.” Matt 10:32,33
Wie in deze wereld in al zijn zwakheid, in al haar verdriet, in jouw diepe val in zonden, in diepe zorg over allerlei ontwikkelingen bij Christus, bij het kruis het leven zoekt. Die mag weten dat de Here Jezus voor je in de hemel leeft. Hij gaat dan voor jou naar de Vader. Hij noemt jou naam bij de Vader en vraagt om vergeving, om hulp, om de Geest voor jou. Hij doet dat als de Hogepriester die voor jou Zijn leven gegeven heeft. Dan is die vergeving, dan is die hulp, dan is de Geest voor jou zeker. Want de Vader verhoord elk gebed waar Christus zich met Zijn offer achterstelt. Elk gebed dat in diepe afhankelijkheid van Christus volgens Gods wil gebeden wordt. Dat is zeker omdat de Here Jezus vandaag voor Gods gelovige kinderen leeft om te pleiten. Ook dat lezen we in Hebr 7: “Zo kan Hij ieder die door hem tot God komt volkomen redden, omdat hij voor altijd leeft en zo voor hen kan pleiten.” Vs 25.
De HERE in de hemel ziet zo graag dat wij ons leven echt zo bij Christus en dus bij hem zoeken. Dat we zo in Zijn verbond leven. Het is daarom dat we in antwoord 49 ook nog lezen: ‘Ten derde zendt Hij ons Zijn Geest als tegenpand”. Wat betekent dat nu? De Here Jezus is voor de gelovigen als garantie in de hemel. Hij is de garantie dat iedereen die door geloof bij Hem hoort ook eens bij God in de hemel of op de nieuwe aarde zal leven. Maar dat horen bij Jezus gaat niet vanzelf. Geloven gaat ook niet vanzelf. Daarom heeft Christus toen Hij in de hemel kwam de Heilige Geest gestuurd. De Geest die in ons wil wonen en ons zo aan Christus als onze God en Koning wil verbinden. Om door het geloof dat de Geest in je wil geven en wil laten bloeien je te leren om je leven niet te zoeken op deze wereld en niet in jezelf. Maar je leven bij Christus te zoeken en te willen leven zoals Hij de koning in de hemel het graag ziet. Leven voor Christus en Zijn hemels Koninkrijk wil de heilige Geest ook jou leren. Bidt om dat leven door de Geest dan is de hemelvaart van Christus voor jou iets om nooit uit het oog te verliezen. Dan zie je daar je Redder aan het werk van wie je nooit meer los wilt komen. Dan is Christus je Koning en je Hogepriester die je met alles wat in je is wilt volgen en dienen. Die je ook elke dag als je Hogepriester zo nodig hebt om vergeving te krijgen. Dan leer je Hem liefhebben en zie je uit naar de dag dat Hij als de grote Koning op de wolken zal terugkomen. Kom Here Jezus, kom toch gauw!
AMEN