De preek hieronder gaat over onze grondhouding o.a. ten aan zien van abortus en euthanasie. juist omdat er niet veel meer over gesproken wordt. Na de zomervakantie hoop ik in de gemeente op aparte avonden door te spreken over specifieke vragen over medische ethiek. Vooral vragen rond sterven en het begin van het leven.
ORDE VAN DIENST
Votum
Vrede-Zegengroet
Psalm 133
Lezing van Gods wet
Psalm 140:1,2,3,4
Schriftlezing: Psalm 139
Romeinen 14:1-12
Gebed
Gez 161
Tekst: Zondag 40
Verkondiging van het evangelie
Psalm 31: 9,14
Dankgebed
Collecte
Gez 89:1,3
Zegen
Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes
Ik begin deze preek met 2 citaten die alles met het denken en leven vanuit het zesde gebod te maken hebben. Het zijn woorden van mensen die midden in de wereld van vandaag staan.
“Mijn baas vindt het belachelijk dat christelijke partijen abortus willen verbieden. Hij ervaart dat echt als een schending van de rechten van de vrouw. Terwijl ik abortus juist een schending van de rechten van een kind vind. Hoe komt het toch dat we zo langs elkaar heen praten.” “Ik werk in het ziekenhuis op een afdeling waar we soms te maken krijgen met actieve levensbeëindiging Ik heb aangegeven dat ik daar niet aan mee wil werken. Dat wordt geaccepteerd, maar toch krijg ik het idee dat mijn collega’s me maar een fundamentalist vinden omdat ik tegen euthanasie ben. Wat voor beeld zouden ze door mij van het christendom hebben?”
Hoe kijken we naar het leven? Vooral hoe kijken we naar het menselijke leven? Waarom staan we in onze tijd vaak tegenover elkaar als we over het leven en de bescherming van het leven spreken?
Je zou kunnen zeggen dat in onze tijd op 2 verschillende manier naar het leven kijken. De eerste manier is die van waardering en de tweede die van beheersing.
De een ziet het leven als iets dat we krijgen. Iets dat in zichzelf waarde heeft omdat we het krijgen van de Schepper van alle dingen. We krijgen met het leven ook de taak om met het leven verantwoordelijk tegenover de Gever van het leven om te gaan. De HERE die het leven gegeven heeft is ook de enige die dat leven mag beëindigen. Wij leven voor God en niet voor onszelf. We leggen het in Zijn handen. Boven ons leven staat de Here God.
Een ander deel van de mensen in de samenleving ziet en voelt dat heel anders. Het leven is iets waar wij als mensen over beslissen. We hebben zelfbeschikkingsrecht. Het leven krijgt zin als we dingen kunnen doen die ons gelukkig kunnen maken. Het leven op zichzelf heeft geen zin. Als jij de kwaliteit van je leven te weinig vindt, is het aan jou om te besluiten of je nog wil leven. Als je in verwachting bent en dat maakt je niet gelukkig en dat maakt je leven moeilijk dan moet je dat leven kunnen laten wegnemen. Je besluit zelf en jij bent eigenlijk alleen maar verantwoording tegenover jezelf schuldig.
Deze twee manieren van kijken naar het leven zorgen er voor dat we in ons land in onze tijd elkaar meerdere keren niet begrijpen. Het is belangrijk juist in onze tijd om samen te zien wat de werkelijkheid is waarin wij leven. De echte wereld en het echte leven is het leven met God die leeft en regeert. Wat dat voor het begin en het einde van ons leven betekent, willen we nu vanuit het evangelie zien.
Ik verkondig jullie het evangelie van Jezus Christus onder het volgende thema:
DE HERE IS DE GOD VAN LEVEN EN DOOD
1. Dit bepaalt onze grondhouding tegenover de levenden
2. Daarom bescherming vanaf het begin van het leven
3. Daarom bescherming voor het zwakke leven
1. Dit bepaalt onze grondhouding tegenover de levenden.
“Pleeg geen moord”. De HERE noemt voor ons waar een bepaalde levenshouding op uit kan lopen. Als we vol van onze eigen verlangens, als we vol prestatiedrang zitten, als we jaloers zijn dan worden andere mensen om ons heen een bedreiging. Dat komen er de gedachten hoe we anderen op een bepaalde manier kunnen wegwerken. In ieder geval zo dat ze geen bedreiging voor ons en onze positie meer zijn. Zo’n levenshouding leidt tot haat en tot de dood. We zien dat steeds weer in de wereld gebeuren. De een voelt zich beter dan de ander, de een vindt dat hij meer recht op iets heeft dan de ander. Vanuit zo’n levenshouding ontstaan oorlogen en zelfs dat de en groep de andere wil uitmoorden. We zien daarvan steeds weer voorbeelden in de geschiedenis. Ook in het hoogontwikkelde Europa.
Ergens diep van binnen in ons als mensen zit er het virus dat we voor onszelf en onze eigen belangen willen leven.
Een levenshouding die je in de Bijbel al vindt bij Kain als hij Abel doodslaat. Je vind deze levenshouding nog meer uitgesproken bij Lamech in Gen 4:
Lamech zei tegen zijn vrouwen: ‘Ada en Silla, hoor wat ik zeg! Vrouwen van Lamech, luister naar mij! Wie mij verwondt, die sla ik dood, zelfs wie mij maar een striem toebrengt. Kaïn wordt zevenmaal gewroken, Lamech zevenenzeventigmaal.’ Vs 23,24
De Heilige Geest laat in het zesde gebod zien dat de HERE deze levenshouding van ons niet wil. De HERE is die God die niet wil dat we elkaars leven aantasten. Hij heeft het leven ons gegeven om het in liefde met elkaar te leven. Zodat ieder van ons zijn of haar volle plaats in het leven heeft. Een plaats die goed is in Gods ogen en ook een plaats waar het leven echt goed voor je is.
Dat is een levenshouding die we moeten leren. Een levenshouding die we niet van onszelf hebben. We hebben in ons leven de verandering en genezing door de Heilige Geest en door Gods genade nodig. Om verlost te worden van ons eigen ik dat zo veel op onze eigen belangen ten koste van andere gericht is. Het is de HERE die op de berg Sinai voor de oren van Zijn volk uitsprak: “Pleeg geen moord”. De Here Jezus maakt ons duidelijk hoe ver en diep dit gebod gaat! Hij maakt ons door wat Hij noemt zo duidelijk dat echte liefde die het goede voor de ander blijft zoeken de diepste inhoud van dit gebod is. In de Bergrede maakt de Here Jezus dat heel duidelijk: “Jullie hebben gehoord dat destijds tegen het volk is gezegd: “Pleeg geen moord. Wie moordt, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht.” En ik zeg zelfs: ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie tegen hen “Nietsnut!” zegt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. Wie “Dwaas!” zegt, zal voor het vuur van de Gehenna komen te staan. ….. jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” En ik zeg jullie: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen,”vs 21,22 …. 43,44
Het gaat om de echte liefde die we alleen leren bij de HERE. Het gaat om de liefde die Christus ons heeft voorgeleefd. Het gaat om de liefde die we na belijdenis van eigen liefdeloosheid steeds weer op het gebed van de Geest krijgen. Het gaat om het nieuwe leven waardoor zo anders in het leven staan en uitstralen dat we beeld van God willen zijn. Dan willen zo in de wereld staan dat we mensen laten zien en horen dat ook het ongeboren leven beschermwaardig is.
2. Daarom bescherming vanaf het begin van het leven.
Er was een tijd dat het begin van het leven heel erg in de belangstelling stond. In de wet was geregeld dat het afbreken van een zwangerschap behalve als het leven van de moeder in gevaar was niet mocht. Het waren de jaren waarin al meer de woorden gehoord werden: “Baas in eigen buik”. Waarin er heel actief actie gevoerd werd voor het mogelijk maken van abortus en waarin abortusklinieken werden opgericht en daar een hevige strijd over ontstond. Het was ook de tijd waarin veel christenen voor het eerst met een protestoptocht meededen in Den Haag. Om op te komen voor het ongeboren leven.
Het was een tijd waarin er veel over geschreven en gesproken werd. Het was een tijd waarin o.a. de Vereniging Bescherming voor het Ongeboren Kind veel steun kreeg en ook veel hulp tot in de nacht toe verleende.
In onze tijd is het op het punt van abortus stiller. Het lijkt ook wel dat het voor ons gewoner is geworden. Hebben we over abortus nog wel een duidelijke mening vanuit de Bijbel? Dan bedoel ik niet alleen een mening in de zin dat we het zo goed weten wat anderen moeten en niet moeten doen. Het gaat mij dan om een overtuiging die ook in ons eigen leven als het dichtbij komt het leven als een geschenk ziet dat bescherming en verzorging verdiend. Dat we samen om het ongeboren leven heen staan ook als dat kind nog geen naam heeft. Ook als moeder en vader het er heel moeilijk mee hebben en juist onze steun zo erg nodig hebben. Ook als onder ons een ongetrouwd meisje of vrouw in verwachting raakt. Dat we dan niet uit een soort veroordeling op een afstand blijven staan maar dat we met liefde en zorg om moeder en kind willen staan en onze warmte en liefde laten zien en voelen.
Waarom zouden we dat doen? Omdat het leven door God aan ons gegeven wordt. Het is niet zo dat wij onze kinderen maken en dat doen op onze tijd en dat als het niet op onze tijd komt dat kind niet welkom is en we het daarom niet echt ter wereld laten komen. Wij zijn niet baas in eigen buik. Nee, wij zijn door de HERE gemaakt, we hebben van Hem het leven gekregen. Op een indrukwekkende manier lezen we dat in Psalm 139: “U was het die mijn nieren vormde, die mij weefde in de buik van mijn moeder. Ik loof u voor het ontzaglijke wonder van mijn bestaan, wonderbaarlijk is wat u gemaakt hebt. Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel. Toen ik in het verborgene gemaakt werd, kunstig geweven in de schoot van de aarde, was mijn wezen voor u geen geheim. Uw ogen zagen mijn vormeloos begin, alles werd in uw boekrol opgetekend, aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één.” Vs 13-16
Een kindje in de buik van de moeder is vanaf de bevruchting een mens. Een mens die naar het beeld van God gemaakt is. Een mens die alle zorg, liefde en bescherming verdiend. Dat een mens beeld van God van God is en daarmee een unieke plaats in Gods schepping inneemt lezen we steeds weer in de Bijbel. Dat is ook zo na de zondeval. Dat zie je heel duidelijk in Jakobus 3:9: “Met onze tong zegenen we onze Heer en Vader, en we vervloeken er mensen mee die God heeft geschapen als zijn evenbeeld.“
Het is zo belangrijk om dat kleine kindje dat in moeders buik groeit niet als een iets te zien. Niet te zien als iets waarover wij volgens onze belangen hier en nu kunnen beslissen maar het te zien als een levend mensje zoals de mensen om je heen bij je zijn.
Wat nu als in jouw het toch gebeurd is dat je zo ten einde raad was dat je een kind je hebt laten wegnemen? Je ziet nu in dat het verkeerd was en het dringt tot je door. Misschien loop je al steeds met wroeging in je leven rond en belast het je ook heel erg. Je hebt de HERE ook om vergeving gevraagd maar toch voelt het zo slecht en kun je het niet van je afzetten en zegt je gevoel dat je daar toch eigenlijk geen vergeving voor kunt krijgen.
Als het zo in jouw leven is dan mag je ondanks al je gevoelens weten dat ook daarvoor vergeving vanuit Gods hart is. Vanuit Christus lijden aan het kruis is er dan vergeving waardoor echt alles tussen jou en de HERE weg is zoals dat ook zo was bij de moordenaar aan het kruis en bij Paulus. Dan leren we vanuit de liefde van God ook om mensen heen te staan die zwak zijn en die richting het sterven gaan. We letten daarop in de derde plaats.
3. Daarom bescherming voor het zwakke leven
De HERE geeft het leven. Onze tijden liggen in Gods hand. Na de zondeval is het leven niet meer iets dat er altijd. We zijn door de zonde sterfelijk geworden. Onze levens staan open voor afbraak en voor beperkingen. Als we denken vanuit de gedachte dat het leven van ons is dan is zwakte en beperking alleen maar iets dat lastig is. Dan komt de gedachte op om als er blijvende zwakte is dat leven niet te willen. Dan zoeken we naar onderzoeken die al tijdens de zwangerschap laten zien dat je een kindje verwacht met een beperking, een kindje dat veel zorg haar of zijn leven lang zal moeten ontvangen. Dan zeggen we tegen elkaar dat dat toch de bedoeling kan zijn en dat niet in jouw leven past en daarom mag het kindje niet geboren worden.
Als je in je eigen leven al meer de zwakte van het leven voelt. Als je vader of moeder aan Alzheimer beginnen te lijden. Als je zelf vind dat jouw kwaliteit van leven niet meer dat is waar je voor leeft, is de vraag of je dat verzwakte leven nog wil leven. Is de kwaliteit van leven nog goed genoeg om verder te gaan. We leven als christenen in een tijd en omgeving waarin deze dingen sterk op ons afkomen. Het gaat ons niet voorbij en het kan ook echt sterk aan onze gedachten en gevoelens trekken. Wat doe je als de dokter zegt: U verwacht een kindje met het syndroom van Down of met een beperking waarbij het maar de vraag is of uw kindje ooit kan lopen en praten. Wat doe je als tegen je gezegd wordt dat de komende tijd er een zware tijd voor je aanbreekt en omdat je ongeneeslijk ziek bent. Als dan hulpverleners bij je komen en zeggen dat er voor jou ook de mogelijkheid van euthanasie is?
Juist dan is het belangrijk om samen ons hart en leven op de HERE te richten. Om je hart op Christus te richten. De Here Jezus was de enige mens die van de HERE de bevoegdheid gekregen had om het moment van Zijn sterven als mens te bepalen. We lezen dat in Joh 10:
“De Vader heeft mij lief omdat ik mijn leven geef, om het ook weer terug te nemen. Niemand neemt mijn leven, ik geef het zelf. Ik ben vrij om het te geven en om het weer terug te nemen – dat is de opdracht die ik van mijn Vader heb gekregen.’ Vs 17,18
We mogen ons leven ook in alle zwakte en beperking in de handen van onze hemelse Vader leggen. Door het werk van de Geest ook in de handen van Christus als de Heer en Verlosser van ons leven. Dan mag je weten dat al is de weg door het leven tot je sterven zwaar dat het een verlost leven is. Verlost van Gods oordeel. Wie leeft en ook lijdt in dienst van de Christus mag weten dat je dan ook in de moeite van het leven, ook als wij de kwaliteit van leven laag vinden, door Hem gedragen worden. Dan heeft ons leven zin al zien we dat zelf misschien niet. Het leven heeft namelijk altijd zin als het in dienst van Christus geleefd wordt. Ook het in geloof dragen van de moeite in het leven is een getuigenis in deze wereld. Dan is je leven en het sterven op Gods tijd echt leven met toekomst. We hebben dast ook gelezen in Rom 14: “ Niemand van ons leeft voor zichzelf, en niemand van ons sterft voor zichzelf. Zolang wij leven, leven we voor de Heer; en wanneer wij sterven, sterven we voor de Heer. Dus of we nu leven of sterven, we zijn altijd van de Heer. 9 Want Christus is gestorven en weer tot leven gekomen om te heersen over de doden en de levenden.” vs 7-9
Dan kunnen we ook als we zwakker worden het moment van ons sterven aan de HERE overlaten. Dan willen we er ook alles aan doen om elkaar ook dan te helpen. Om ons in te zetten voor goede verzorging, voor optimale palliatieve hulp. Om ook vol liefde om onze geliefden heen te staan die op weg zijn naar de dag van hun sterven. Om elkaar te bemoedigen dat de HERE ons draagt en op het juist moment naar zich toeroept.
Wie met Christus leeft kan vanuit die rust leven. Dan hoef ik niet mijn eigen leven te beheersen want als ik dat wil verlies ik het eeuwige leven. Als jij je aan de HERE toevertrouwt hoe zwak ook dan ga je je het eeuwige leven binnen zonder dood en pijn.
AMEN