Psalm 77:20,21 HERE wie bent U? (preek oudjaar/jaarwisseling)

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/Zegengroet

Psalm 42:1,2

Gebed

Schriftlezing:  Psalm 77

1 Johannes 1:1-4

Psalm 102:6,8

Tekst:  Psalm 77:20,21

Verkondiging van het evangelie

Psalm 42:6,7

Geloofsbelijdenis met artikel 13 NGB

Gezang 32:3,4

Dankgebed

Collecte

Psalm 43:3,4,5

Zegen

 

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

We kijken terug. Dat is niet altijd makkelijk. Er zijn dingen ook van het afgelopen jaar of verder in het verleden waaraan je niet graag terugdenkt. Je zou ze graag echt vergeten zonder om aan dementie te lijden. Er zijn ook dingen die met het verleden te maken hebben die velen van ons bezighouden. Dingen war velen van ons mee worstelen. Juist als je dieper doorpraat met elkaar komen die naar boven. Er is ook veel stil verdriet en worsteling in de harten van zowel ouderen en jongeren.

Je komt dat vooral tegen als het gaat om kinderen en kleinkinderen. Als het gaat om mensen van wie je veel houdt. Ook als je jonger bent en je denkt aan eigen kleine kinderen. Je denkt aan je toekomst ook als je niet of nog niet getrouwd bent. Hoe hou ik vol in geloof? Hoe moet het in deze wereld en maatschappij als ik later kinderen krijg. Hoe zullen die kinderen in deze wereld Christus leren kennen en met hem volgens zijn Woord blijven leven?

Wanneer ouderen terugkijken en zien en weten hoe het 40 jaar geleden was. Hoeveel mensen in de kring om je heen nog met je naar de kerk gingen. Hoe je samen met toch wel velen allerlei dingen uit liefde voor de HERE en Zijn Woord deed. Wat een hoop, wat een eensgezindheid met velen. Dan denk je als het ware aan de klacht zoals die in Psalm 42 door de dichter wordt geuit: “Mijn tranen zijn mij tot voedsel, dag en nacht, omdat zij de hele dag tegen mij zeggen: Waar is uw God? Hieraan denk ik en ik stort mijn ziel in mij uit: hoe ik meeging in de stoet en met hen optrok naar Gods ​huis, onder luide vreugdezang en lofliederen: een feestvierende menigte. Wat buigt u zich neer, mijn ziel,

en bent u onrustig in mij?” vs 4-6a

Die onrust, dat verdriet uit zich in ons leven meerdere keren ook in vragen, in worsteling. Zoals we dat ook bij de dichter van Psalm 77 lezen. Hij kan wat hij nu meemaakt niet rijmen met wat hij van God weet. Hij kan het niet rijmen met wat de HERE beloofd heeft. Hoe kan het dat veel kinderen en kleinkinderen, veel vrienden en bekenden een weg opgaan al meer bij de HERE en Zijn Woord weg? Hoe kan het dat gedoopten die Gods belofte ontvangen hebben en zo vaak ook echt gehoord hebben de weg gaan bij de HERE weg? Wat kan het verdriet diep zitten. Wat kan het ons brengen tot de rand dat we zelf gaan twijfelen aan de HERE en Zijn trouw.  Het maakt de dichter van onze psalm benauwd. Hij kreunt het uit. Het houdt hem in de nacht uit de slaap. Hij worstelt en is onrustig, Zou de HERE ons aan het verlaten zijn? Of is de HERE toch niet de God die Hij zegt te zijn? Je ziet hoe diep het gaat! Is de HERE alleen nog maar boos? Dan komt de diepte van dit alles in vers 11 zo scherp naar voren.  Zo diep zit het met alles wat de dichter meemaakt en als hij dan denkt aan wat hij uit het verleden weet: “Daarom zeg ik: Dit krenkt mij,  dat de rechterhand des Allerhoogsten verandert.”

Je schrikt van jezelf maar toch is het er. Je twijfelt aan Gods trouw en betrouwbaarheid. Het zit zo diep. Hoe kun je het oude jaar afsluiten en weer echt goed op weg in het nieuwe jaar? Juist in zulke omstandigheden heeft de HERE ons als de Vader zoveel te zeggen. We zien daarvan iets als ik jullie het evangelie van Jezus Christus verkondig onder het volgende thema:

 

HERE WIE BENT U?

  1. De God die niet gezien wordt
  2. De God die verlossend leidt

 

  1. De God die niet gezien wordt

 

 Gods kind, een gelovige is niet iemand die immuun is voor vragen, aanvechting en twijfel. Dat was in 2019 ook niet zo. Dat is op de drempel naar 2020 ook niet zo. Het is heel belangrijk om dat ook niet te ontkennen. We moeten niet doen alsof we sterker en zekerder zijn dan het echt is. Niet om met eigen twijfel, onzekerheid en vragen te pronken. Niet om daaraan toe te geven en al meer het leven met Christus te verliezen. Maar wel om  eerlijk te wezen en met onze eigen zwakheid en moeiten naar de HERE te gaan. Om elkaar daarbij juist te helpen. Om waar dat nodig is samen te huilen en ons verdriet en onze onzekerheid bij de HERE als onze Vader te brengen.

Let maar eens op vers 2,3a van onze Psalm. Asaf worstelt, Gods kind worstelt. Waar brengt hij deze worsteling? Bij wie klopt hij aan in al dat verdriet, met al die vragen? Bij de HERE: “Mijn stem is tot God, en ik roep, mijn stem is tot God, opdat Hij Zijn oor tot mij neigen. Ten dage van mijn benauwdheid zoek ik de Here”.    

HERE, wilt u alstublieft naar mij luisteren als Uw kind. Ik weet het niet meer. Mijn hart is zo in de war dat het weigert om zich te laten troosten. HERE ik kom met alles wat in mij trilt en ook opstandig is naar U. HERE wie bent U? Waar bent U?  Als ik kijk dan lijkt het alsof u veranderd bent. Terwijl U zegt dat U de Onveranderlijke bent. Terwijl U zegt dat we op Uw beloften en Uw woorden kunnen bouwen. HERE hoe kan het dan dat er zoveel moeite is, dat het er op lijkt dat Christus’ kerk om ons heen al meer krimpt en we dat ook voelen als we denken aan mensen van wie we zoveel houden en die ook gedoopt zijn. Die we met liefde Uw Woord, het evangelie van Christus hebben voorgehouden. Toch zien we zovelen op een andere weg gaan.  Deze dingen gaan ons als gemeente niet voorbij. Het is niet zo dat een orthodoxe gereformeerde kerk, het is niet zo dat een echte gemeente van de Here Jezus daarvoor immuun zou zijn. Het is niet zo dat als wij maar volgens bepaalde gewoonten en regels leven onze kinderen en kleinkinderen zullen blijven geloven. Ons past geen houding van hoogmoed en ons beter voelen dan anderen en denken dat de afval, de moeite, de aanvechting ons wel voorbij zal gaan. Dat is niet het geval.

Dat heeft ook alles te maken met het kennen van je eigen hart. Met ons eigen hart.  We hebben een hart dat zo gevoelig is voor aanvechtingen, voor twijfel, voor meer vertrouwen in onszelf dan in de HERE. Daarbij komt dan het punt dat de HERE ons hart, ons vertrouwen vraagt. Hij vraagt van ons om Hem te geloven op Zijn Woord zonder dat we Hem zichtbaar voor ons zien. Waar is de HERE? Wie is de HERE? Als we letten op wat we met onze eigen ogen zien, dan zien we de HERE niet. Dan zien we na de hemelvaart van de Here Jezus de Here Jezus niet.  Het volk Israël  moest juist leren om de HERE zonder beeld, zonder Hem te zien te dienen. Op Zijn Woord.

Je ziet Asaf in diepe vertwijfeling. Dat kan ons treffen als mensen ons vragen: Waar is de HERE dan? Waar kan ik Hem zien. Als Hij zich laat zien dan zal ik geloven. Dat gebeurt niet. De HERE wil gediend, vertrouwd worden zonder dat je hem ziet. De Here Jezus maakt dat ook na Zijn opstanding duidelijk wanneer Hij tegen Thomas zegt: “Omdat u Mij gezien hebt, hebt u geloofd? Zalig zij, die niet gezien hebben en toch geloven.”  Joh 20:28

Ik voel mijn twijfel, ik voel de aanvechting, ik voel mijn hart dat eigenlijk niet wil geloven, we zien hoe de vragen op ons afkomen als we om ons heen kijken. Hoe moeten we verder naar 2020? Is de HERE niet verandert, is Hij niet de grillige onbetrouwbare God met wie we de toekomst eigenlijk niet in kunnen? HERE laat U toch zien aan een arm volk dat U en de zekerheid in U zo nodig heeft!  En dan? Dan wijst de Geest door Asaf ons de weg. Dan geeft de HERE antwoord in deze worsteling en aanvechting. Dan laat Hij zich zien als de God die verlossend leidt. We zien dat in het tweede punt.

 

  1. De God die verlossend leidt

 

Asaf ziet het niet meer. HERE hoe kan dit allemaal terwijl U met uw belofte bent gekomen? Bent u dan veranderd? Waar bent U? Dan ziet Asaf zijn eigen kleinheid, zijn eigen gebrek aan wijsheid. Dan zie je hoe de Geest Asaf weer terugbrengt bij wat de trouwe God zelf gedaan heeft en wat hem vanuit Gods betrouwbare Woord vertelt is. De HERE heeft zich in de geschiedenis als de trouwe en verlossende God laten zien. Dan is daar dat machtige vers 13; “Ik zal de daden van de HERE gedenken, ja, ik wil gedenken uw wonderen van ouds.”

Wat hebben we nodig als verdriet, aanvechting, moeite, twijfel op ons afkomen? Wanneer ons die er onder lijken te krijgen. Wanneer de duivel denkt dat hij ons bijna te pakken heeft. Dan hebben we zo nodig om weer in alle rust te luisteren, te lezen, te overdenken wat de HERE gedaan heeft. De HERE is zo zoals Hij altijd was! Zo is Hij en zal Hij ook zijn. Een ding blijft dan wel. Dat is dat we God zelf niet zien. De HERE werkt en doet veel dingen op een manier dat wij Hem zelf niet zien. Daarop wijst de Heilige Geest heel duidelijk heel duidelijk in vers 20: “Uw weg was in de zee, uw pad in de grote wateren, zodat Uw voetsporen niet werden gekend.” Het gaat hier om het geweldige wonder dat de HERE Zijn volk dat in het nauw zat en ten dode opgeschreven was  door een wonder redde. Volgens Zijn belofte!

Het volk was uit Egypte weggetrokken. Ze waren op weg naar de vrijheid in het land Kanaan. Vrij om de HERE te dienen volgens Zijn Woord zonder verdrukking. Dan ineens als ze geen kant op kunnen komt de farao met zijn elitetroepen aanstormen. Er is geen ontsnappen mogelijk. Niets anders dan dood en voor een deel nog zwaardere slavernij wacht. Het lijkt voor altijd uit met een echte goede toekomst. Dan is het de HERE die laat zien wie Hij is! Hij laat het water van de Schelfzee wijken. Ongelooflijk maar toch. Zo is de HERE. Het volk gaat over een droog pad door de zee. De farao gaat er met zijn leger, met zijn ruiters achteraan. De HERE zorgt! Hij houdt de farao met Zijn wolk op afstand. Hij zorgt dat Zijn hele volk met de meest zwakken die er bij zijn veilig aan de overkant komen. Dan ineens komt Gods oordeel over de vijanden van Zijn volk die ook Zijn vijanden zijn. Het water spoelt terug en de farao en Zijn geweldige macht verdrinken in de zee. De HERE verlost.

Waar zijn de bewijzen daarvoor? Niet te vinden. Gods voetstappen waren in de Schelfzee. Hij heeft daar een geweldig grote daad van verlossing gedaan. Hij liet het water terugvloeien en daarmee was er niets meer te zien van wat Hij gedaan had. Geen zichtbaar bewijs. Alleen getuigen die er van konden vertellen en het Woord waarin de HERE het liet opschrijven.

Nu denk ik als het om Gods grote daden gaat aan Gods grootste daad van verlossing. Dat Hij Zijn Zoon naar de wereld gestuurd heeft. Dat Hij mens geworden is. Dat Christus als de Verlosser naar de wereld kwam en daar Zijn werk tot het uiterste voor schuldige mensen deed. Dat Hij volgens Gods plan de zonde van de wereld op zich nam. Dat Hij voor wie met al die eigen zonden en schuld tot Hem komt en dat belijdt vergeving verdiend heeft. Echte verlossing van Gods welverdiende oordeel. Verlossing uit de greep van de duivel. De voetstappen van de Zoon van God hebben op deze aarde gestaan! Wat is daar van over? Geen voetstap meer zichtbaar te vinden. Relikwieën worden aangeboden zonder enige vorm van zekerheid. Vaak meer handel dan geloof. We hebben ze ook niet nodig!

Het oor en ooggetuigenis van de mensen die bij de Here Jezus hebben we gekregen! De Geest heeft het laten opschrijven in de Bijbel. O.a. in de evangeliën!   Matheus, Marcus, Lukas en Johannes. Johannes schrijft later van dat getuigen Zijn van Christus’ werk in 1 Joh 1: “Wat er was vanaf het begin, wat wij gehoord hebben, wat wij gezien hebben met onze ogen, wat wij aanschouwd hebben en onze handen getast hebben van het Woord des levens  – want het leven is geopenbaard en wij hebben het gezien, en wij getuigen en verkondigen u het eeuwige leven, dat bij de Vader was en aan ons is geopenbaard – wat wij gezien en gehoord hebben, verkondigen wij u, opdat ook u gemeenschap met ons hebt; en deze gemeenschap van ons is er ook met de Vader en met Zijn Zoon ​Jezus​ ​Christus. En deze dingen schrijven wij u, opdat uw blijdschap volkomen wordt.” Vs 1-4

Wanneer wij de aanvechting in 2019 zo duidelijk voelen. Ook op weg naar het nieuwe jaar wat hebben we dan nodig om niet ons eigen kritische hart te volgen maar te letten op Gods grote daden zoals Hij die heeft laten opschrijven in Bijbel. Om vanuit die grote daden die vast en zeker zijn zo zeker als we het water bij de doop zien en het brood en de beker bij het avondmaal.  Ons onzekere hart, ons schuldige hart, ons twijfelende hart, ons opstandige hart vindt alleen echte vastheid en vrede als we Gods grote daden en Zijn onverdiende trouw zien. Hij komt elke week weer met het evangelie naar ons toe. Mozes en Aaron leidde het volk van God op weg naar het beloofde land.  Christus is de Goede Herder die Gods volk leidt naar het hemels Kanaan en naar de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Dan dreig ik onderweg te struikelen. Dan zie ik zoveel afval, zoveel ontrouw, zoveel mensen, ook mensen die ik zo liefheb die zich al meer van de HERE en Zijn Woord, van Christus en Zijn belofte afkeren. Dan ben ik van tijd tot tijd zo bezorgd. Dan bid je tegen de klippen op met de tranen over je wangen. Dan voed je op met zorg in je hart. Denk er aan om de HERE nooit de schuld te geven van geliefden die een andere weg gaan. Geef ook de kerk niet de schuld al worden er fouten gemaakt maar het evangelie klinkt hier door Gods genade steeds weer. Dat is  ons jong en  oud het afgelopen jaar voorgehouden in prediking, in catechese, bij de verenigingen, in de bezoeken van de ambtsdragers. Dat Woord van Gods belofte dat uitgaat naar ieder die het hoort. Die belofte dat de HERE door Zijn Geest om het offer van Christus ieder van ons de kracht wil geven om tegen de grootste klippen op in Hem te geloven, op Christus te bouwen.

Ik zie Hem niet. Als ik Hem zag zou ik geloven! Is dat zo? Heb je ooit Willem van Oranje gezien, ooit Napoleon gezien, ooit keizer Augustus gezien? Nee! Je gelooft dat ze hebben bestaan en wat ze hebben gedaan omdat er getuigen waren, omdat dingen over hen zijn opgeschreven. Altijd nog gebrekkig en met vaak een verkeerde blik. De Geest heeft ons het onfeilbare, 100% betrouwbare Woord gegeven waaruit we weten dat de HERE de enige God is, dat Christus de enige Verlosser is, waaruit we weten wat de Drie-enige gedaan heeft. Wat Zijn wil is voor vandaag en morgen en wat Hij in de toekomst geeft voor wie op Christus bouwt en voor Hem leeft. Wij mogen ons in alles vasthouden aan die ene God die ons zo ver te boven gaat. Hij wil jouw en onze Vader zijn. In al onze moeiten. Op Hem kun je echt aan! Vertel dat met blijdschap en uitnodigend aan hen van wie u zoveel houdt. Bid voor hen en dat je ook zelf in het geloof blijft staan en daarin groeit. Wees zo in alles Christus blije getuige omdat je op je Herder, op je Verlosser, op je God let. Omdat je Hem ziet met de door de Geest verlichtte ogen.

Dan leer je vol verwondering en aanbidding 2019 afsluiten met deze woorden uit Rom 11: “O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen! Want: wie heeft de zin des Heren gekend? Of wie is Hem tot raadsman geweest? Of wie heeft Hem eerst iets gegeven, waarvoor hij vergoeding ontvangen moet? Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen: Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid! ​Amen.” Vs 33-36

AMEN