Vragen over de wet - Zondag 34

Vragen over de wet - Zondag 34

In onze tijd zijn er veel vragen en twijfels over Gods wet. Daarom heb ik eerst een aantal inleidende preken gehouden over Gods wet en de functie van die wet in het leven van een christen. Daarna ga ik dan over op de behandeling van elk gebod afzonderlijk met heel concrete toespitsing op ons dagelijkse leven in 2014.  Hieronder vind je nu 4 van deze inleidende preken.  

De vijfde preek gaat over het eerste gebod.  Ik hoop nog een tweede te houden en bij te voegen die vooral over de beoordeling van andere godsdiensten gaat en hoe we met andere godsdiensten hebben om te gaan. 

 

 

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/Zegengroet

Psalm  119;7,8,13

Gebed voor de opening van het Woord

Schriftlezing: Exodus 19:1-13

Psalm  81:6,7,8

Schriftlezing; Exodus 19:14-20:2

Psalm  97:1,2,3

Tekst: Zondag 34

Verkondiging van het evangelie

Gez 176a: 1,13

Dankgebed

Collecte

Geloofsbelijdenis

Gez 135

Zegen

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

We hebben voor de vakantie ook al aandacht gegeven aan zondag 34.  Toen hebben we vooral stilgestaan bij de vraag wat nu die 10 geboden en onze vrijheid als christen met elkaar te maken hebben. Juist omdat we in onze tijd het nog al eens als knellend voelen om je aan Gods wet te houden. Vrijheid en wet gaan bij ons vaak niet zo lekker samen. We zagen toen dat de wet van God ons juist wil bewaren bij de echte vrijheid. Dat de wil van God ons laat zien wat een leven in vrijheid is en ons weg wil houden bij het slaaf zijn van de zonden.

Toch zijn er in onze tijd nog wel andere vragen als het om de wet van God gaat.  We leven ook in een tijd waar het gevoel leeft dat we eigenlijk niet goed kunnen weten wat waarheid is. We moeten onze eigen mening en ons eigen gevoel relativeren want iedereen heeft zijn eigen waarheid.

Wie zegt mij dat de normen en waarde die in de 10 geboden naar ons toekomen de echte goede waarde en normen zijn? En als ze voor mij goed voelen wie geeft mij dan het recht om te zeggen dat wat we in de 10 geboden lezen ook goed en verplichtend is voor andere mensen?  Het zijn gevoelens en gedachten waar we mee te maken krijgen. Meerdere keren ook in je eigen leven. Het zijn vragen en gevoelens die soms heel dichtbij zijn in je eigen leven.

Laten we samen vanuit het evangelie zien wat de antwoorden zijn die HERE ons op deze vragen geeft. Ik verkondig jullie het evangelie onder het volgende thema:

 

DE HERE GEEFT ZIJN WET ALS DE ENIGE GOD

 

Om te zien wat de waarde van bepaalde woorden en ook van bepaalde regels zijn is het o.a. belangrijk om te zien van wie die woorden en regels komen.

Als iemand een regel maakt of als iemand zelf een wet maakt, zie je ook iets van de persoon zelf. Je ziet iets van zijn persoonlijkheid. Bij de HERE is dit helemaal zo. De HERE laat in Zijn wet zien wie Hij is. Hij die in en in goed is laat ook zien wat echt goed is. Goed voor jou en mij. Goed voor ons allemaal. Goed voor ieder mens en voor elke samenleving en cultuur.

De HERE is de enige God. Hij is de enige die boven de schepping staat. Hij is de enige die er al was toen er nog geen schepsel was!  Hij heeft Zijn schepping vanaf het begin helemaal goed gemaakt. Hij is het die in een wereld die tegen Hem en wat echt goed is gekozen heeft toch komt zeggen wat echt goed voor ons is! Zo is de HERE. Bij het geven van de 10 geboden legt de Heilige Geest er dan ook veel nadruk op van wie deze geboden komen.

Ik neem jullie eerst even mee naar de tijd net voor de afkondiging van de 10 geboden vanaf de Sinai. Dan al laat de HERE zelf merken dat er iets heel bijzonders gaat gebeuren.

De HERE laat het volk allerlei maatregelen nemen om zich voor te bereiden op die bijzondere ontmoeting met Hem waarbij Hij het hele volk zelf zal toespreken.  Hij laat heel goed merken dat het hier gaat om de ontmoeting tussen de enige en heilige God en Zijn volk.

Als dan de dag aanbreekt waarop het gaat gebeuren laat de HERE zien en horen wie Hij is.

“Op de derde dag, bij het aanbreken van de morgen, begon het te donderen en te bliksemen, er hing een dreigende wolk boven de berg, en zeer luid weerklonk het geschal van een ramshoorn. Iedereen in het kamp beefde.  Mozes leidde het volk het kamp uit, God tegemoet. Aan de voet van de berg bleven ze staan.  De Sinai was volledig in rook gehuld, want de HEER was daarop neergedaald in vuur. De rook steeg op als de rook uit een smeltoven, en de berg trilde hevig. Het geschal van de ramshoorn werd luider en luider. Mozes sprak, en God antwoordde met geweldig stemgeluid.  De HEER was op de top van de Sinai neergedaald. Hij vroeg Mozes naar hem toe te komen, en Mozes ging naar boven.  DeHEER zei tegen Mozes: ‘Ga naar beneden en waarschuw het volk dat ze niet te dichtbij komen in de hoop de HEER te zien, want dan zullen velen van hen het leven verliezen.”  Ex 19:16-21

Het is de HERE die  laat zien dat Hij God is en het niemand anders is die de 10 geboden geeft. Hij geeft deze geboden en daarom hebben ze een gezag dat boven alle woorden van mensen uitgaat. Er zijn ook nog andere dingen waarmee de HERE dat later nog eens bevestigt.

a. De HERE schrijft de 10 geboden met zijn eigen vinger op stenen tabletten.

b. Het schrijven in steen wijst er ook op dat deze geboden niet voor eventjes maar voor altijd bedoeld waren.

c. De bijzondere waarde van de 10 geboden wordt ook onderstreept doordat de oorspronkelijke versie ervan in de ark in de tabernakel bewaard moest worden. Dat was in die tijd de troon van God op aarde. Vanuit Zijn troon als de grote Koning klinkt de boodschap over de wereld dat dit de wil van de enige God is.

De 10 geboden zijn de wet van God. Daarom zijn deze geboden niet te relativeren. Het zou ons leven alleen maar kwaad doen als we Gods geboden wat minder serieus zouden nemen. Dat zie je ook in de woorden waarmee de HERE de 10 geboden begint.

Laten we daar nu samen naar kijken.

 

Ik ben de HERE.  De HERE laat bij het begin van de 10 geboden horen dat deze woorden van Hem komen. Hij onderstreept dat door met Zijn eigen stem deze woorden te spreken vanaf de Sinai. De HERE de enige God, die trouw is aan zichzelf, die de bron van alles wat goed is, Hij geeft Zijn wet. Hij geeft Zijn wet aan mensen die vanuit zichzelf het goede niet meer kunnen doen. Die daarom nodig hebben dat de HERE in de 10 geboden ook vaak zegt wat je als mens niet moet doen. Dat hebben we nodig. Dan is het zo geweldig dat in de rest van de Bijbel en ook door Christus de HERE in liefde ons laat zien hoe we het wel moeten doen. Dat Hij zelf voor de Verlosser van de zonden zorgt en voor de Geest die ons wil leren om vanuit de liefde van God gehoorzaam aan Gods geboden te willen zijn. De HERE laat in het geven van de 10 geboden o.a. zien hoe Zijn hart naar ons uitgaat. Hoe graag Hij wil dat wij een goed leven gaan leiden dat goed voor ons is.

Dat zie je ook in de woorden: jouw God. De HERE geeft Zijn geboden niet om voor jou op afstand te blijven. Nee, Hij geeft het omdat Hij met jou en mij in een liefdesrelatie wil staan. Hij heeft Zijn hart in Christus gegeven. Hij wil jou op de goede weg leiden. Daarbij zijn Gods geboden echt onmisbaar. Zonder Gods geboden leer ik niet zien wanneer je op een verkeerde weg ben. Zonder die geboden zou ik ook niet echt weten  hoe ik kan leven op een echt goede manier.  De HERE ziet in de 10 geboden vol liefde naar ons om. Als onze God. Als de God die jouw hart en jouw liefdevolle gehoorzaamheid wil. Die gehoorzaamheid en dat goede leven ook in de toekomst zou niet mogelijk zijn als de HERE ons Zijn wet niet geeft als de God die Zijn volk bevrijdt.

“Die u uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd.”  De 10 geboden zijn de wet van de Bevrijder. Van de Redder die Zijn volk uit genade alleen in de vrijheid zet om Hem te dienen en te leven volgens deze goede geboden die je dat echte vrije leven laten zien. Christus die gekomen is om ons echt van de oorzaak van de slavernij aan het verkeerde te bevrijden heeft laten zien dat leven met Hem leven volgens Gods wet is. Hij die Zijn leven heeft gegeven heeft om wie gelooft van de verdiende straf en van de verslaafdheid aan het verkeerde te redden. 

Dat is ook de reden waarom de meeste van de 10 geboden ook verboden zijn! Ik hoor wel eens iemand zeggen dat het veel beter was geweest dat al de geboden positief geformuleerd waren. Dan zouden mensen eerder naar Gods geboden luisteren. Toch is dat niet waar! Dan gaan we er onterecht vanuit dat wij als mensen uit onszelf het goede wel graag willen doen. We hoeven dan volgens die gedachte alleen maar een positief duwtje te krijgen en dan gaan we het goede wel doen. Volgens deze gedachte is de kern van het mens-zijn toch nog dat we zelf het goede willen.

Dat is na de zondeval echt niet zo! Daarom zijn voor ons ook de verboden nodig. Daarom is het ook nodig dat wat verkeerd is door de HERE echt benoemd wordt als zonde. Zodat we dat ook echt ontdekken en er ook aan gaan denken als verkeerd. Dat iets verboden wordt,  is niet verkeerd. De HERE die in alles goed en wijs is deed dit zelfs al in het paradijs. Als Hij daar zegt dat er van die ene boom van kennis van goed en kwaad niet gegeten mag worden. De HERE die in en in goed en wijs is, zegt dan ook meteen dat overtreding van dat gebod de straf van de dood zal brengen. De HERE  waarschuwt hier uit liefde in Goddelijke wijsheid. Zo doet Hij dat ook in de 10 geboden. Omdat Zijn liefde naar je uitgaat!

De Here Jezus is de grote Bevrijder en Verlosser die de HERE beloofd heeft. Hij is meer dan Mozes. Hij is het die volledig volgens Gods geboden leeft en vergeving verdiend heeft voor de keren dat wij Gods geboden overtreden hebben. Heeft de Here Jezus daarmee de band aan Gods geboden los gemaakt? Betekent de komst en het werk van Jezus, de Zoon van God op aarde dat we eigenlijk de 10 geboden wel kunnen vergeten?  Dat we daaraan nu niet meer zo gebonden zijn? Is God door Christus werk nu soepeler voor ons geworden?

Dat is een van de grote waanbeelden die er in ons tijd zijn. Ook onder ons kun je deze dingen horen. Hoe meer je van Gods liefde door Christus kent des te meer wil je jou vanuit liefde  binden aan een leven volgens Gods geboden. Niet als last maar als lust. En als het als last voelt ga dan in  gebed vragen dat de HERE jouw hart al meer verandert zodat het niet meer als last voelt.

De joden kwamen al met met de beschuldiging dat de Here Jezus de wet aan de kant schoof.. Jezus zou tegen de mensen zeggen dat ze zich niet aan Gods wet hoefden te houden. Dan is het antwoord van Christus dat ook voor ons vandaag zo geweldig belangrijk is het volgende:

 “Denk niet dat ik gekomen ben om de Wet of de Profeten af te schaffen. Ik ben niet gekomen om ze af te schaffen, maar om ze tot vervulling te brengen.  Ik verzeker jullie: zolang de hemel en de aarde bestaan, blijft elke jota, elke tittel in de wet van kracht, totdat alles gebeurd zal zijn. Wie dus ook maar een van de kleinste van deze geboden afschaft en aan anderen leert datzelfde te doen, zal als de kleinste worden beschouwd in het koninkrijk van de hemel. Maar wie ze onderhoudt en dat aan anderen leert, zal in het koninkrijk van de hemel in hoog aanzien staan.  Want ik zeg jullie: als jullie gerechtigheid niet groter is dan die van de schriftgeleerden en de farizeeën, zullen jullie zeker het koninkrijk van de hemel niet binnengaan. “  Matt 5:17-20

De Here Jezus heeft in Zijn eigen leven en in Zijn onderwijs laten zien dat leven volgens Gods goede geboden leven in het verbond is. Hij doet juist wat Vader wil tot in de volle diepte. Hij heeft vergeving verdiend voor echt al onze overtredingen in onze gedachten, gevoelens en daden tegen Gods wil. Dat was nodig om de gelovigen te redden van de dood. De Here Jezus heeft voor ons verdiend dat de Geest ons het geloof en de liefde geeft dat we ook zo willen leven. Dat we Gods wet niet aan de kant willen schuiven, niet willen overtreden maar uit dank voor Gods liefde volgens die geboden willen leven.

Je ziet dat later ook heel duidelijk in de brieven die o.a. Paulus schrijft.  Ik denk dan aan het tegenwoordig heel populaire gedeelte over de vrucht van de Geest. Waar de Geest werkt wil je juist uit liefde vanuit de verlossing echt volgens Gods wet leven en het verkeerde uit je leven wegdoen. Dat is nu echt leven uit de Geest. De wet van God relativeren en dat niet zo belangrijk vinden is je verzetten tegen de Heilige Geest.

Luister maar naar wat de Geest zegt: “Maar wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen aan de wet. ( Hier gaat het om de wet zoals die voor Israel voor het leven in de tempel en als volk gegeven was, ook bijvoorbeeld de besnijdenis)  Het is bekend wat onze eigen wil allemaal teweegbrengt: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid,  afgoderij en toverij, vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit,  afgunst, bras- en slemppartijen, en nog meer van dat soort dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al eerder gaf: wie zich aan deze dingen overgeven, zullen geen deel hebben aan het koninkrijk van God.  Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof,  zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen wet die daar iets tegen heeft.  Wie Christus Jezus toebehoort, heeft zijn eigen natuur met alle hartstocht en begeerte aan het kruis geslagen.  Wanneer de Geest ons leven leidt, laten we dan ook de richting volgen die de Geest ons wijst.  Laten we elkaar niet uit eigenwaan de voet dwarszetten en elkaar geen kwaad hart toedragen.”  Vs 18-26

Leven uit liefde volgens Gods wil door de Geest is beslissend voor je leven. Voor leven of dood, hemel of hel.  

Christen zijn en afstand nemen van Gods wet kan echt niet. Wie God door  Christus kent, leert elke dag danken voor het cadeau van Gods wet in je leven. Dan leer  je staan op de hoogte van Psalm 119. Dan maak je de woorden van deze Psalm tot jouw eigen woorden. Woorden van je hart: “.Wees goed voor uw dienaar – dan zal ik leven en mij houden aan uw woord.  Neem de sluier van mijn ogen – dan zal ik zien hoe wonderlijk mooi uw wet is.

  Ik ben een vreemdeling op aarde, verberg uw geboden niet voor mij.  Mijn ziel kwijnt weg van verlangen naar uw voorschriften, dag en nacht.” Vs 17-20

 

AMEN

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/Zegengroet

Psalm 40;2,3

Lezing van Gods wet

Psalm 1

Schriftlezing: Johannes 1:14-18; 43-51; Joh 5:19-24; 30-38

Gebed

Psalm  19:3,4,5

Tekst:  Zondag 34

Verkondiging van het evangelie

Gez 131:3,4,5

Dankgebed

Collecte

Gez 156

Zegen

 

Geliefde gemeente van onze here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Het is nog niet zo lang geleden dat in een gesprek met een zuster we het ook over de wet van God kregen. Deze zuster had er moeite mee dat we in de kerk nog zo vaak over de wet, over de 10 geboden en de uitwerking daarvan in ons leven spreken. Haar beeld was dat God in de tijd van het Oude Testament heel precies en streng was. Toen moesten allerlei dingen.

Het zou nu anders zijn. De Here Jezus is gekomen en die heeft Vader in de hemel milder gestemd. We zouden nu leven in een tijd waarin God heel wat soepeler geworden is. Daarom zou spreken over Gods wil en wet nu niet meer passen. We moeten het nu hebben over de liefde van God. Ook een preek moet eigenlijk alleen gaan om die liefde van God. Liefde van God dan in de zin van die soepele God die nu zo mild geworden is.

Over dat verschil in God in de tijd van het Oude Testament en in de tijd na Christus zou veel te zeggen zijn. Dat ga ik nu niet doen. Alleen dit: de naam die God zichzelf gegeven heeft is HERE. Die naam betekent: Ik ben die Ik ben, Ik blijf trouw aan Mijzelf, ik ben eeuwig dezelfde!  Denk ook aan wat we vorige week vanuit de Bergrede gezien hebben waarin de Here Jezus zegt dat Hij niet gekomen is om de wet af te schaffen!

Maar hierover nu niet verder. Het is meer dan de moeite waard  om aandacht te geven aan de liefde van God en Zijn wet. Daarbij is al meteen duidelijk dat de wet van God nooit in strijd kan zijn met Zijn liefde! Want de 10 geboden zijn de wet van God!!!.  We weten dat God liefde is! Alles wat Hij doet en zegt is gestempeld door Zijn liefde. Als Hij dan Zijn wet aan ons als mensen geeft dan komt ook dat voort uit zijn liefde. Dan zijn die geboden ook goed! Ook goed voor jou en mij. Luister maar eens wat Jakobus door de Geest van God zegt:

“Elke goede gave en elk volmaakt geschenk is van boven en daalt neer van de Vader der lichten,  bij Wie er geen verandering is, of schaduw van omkeer.” Jak 1:17

Het is dan ook zo dat het cadeau van de wet voor Gods volk een voorrecht is. Iets waarin je bevoorrecht bent tegenover mensen die Gods geboden niet kennen. Zo horen we het in Psalm 147: “Hij maakt zijn woorden aan Jakob bekend,  zijn wetten en voorschriften aan Israël.  Met geen ander volk heeft hij zich zo verbonden, met zijn wetten zijn zij niet vertrouwd.” Vs 19,20

Wat is nu het verband vandaag tussen Gods liefde en Zijn wet voor ons? We gaan daar iets van zien als ik jullie het evangelie van Jezus Christus onder het volgende thema verkondig:

 

 

GOD DE VADER GEEFT ZIJN WET IN LIEFDE

 

1. De Zoon leeft in liefde aan het Vaders wet

2. De Geest leert Gods kinderen zo in liefde aan Vader’s wet te leven.  (Volgende preek)

 

1. De Zoon leeft in liefde aan Vaders wet

 

We hebben in de eerdere preken gezien dat de 10 geboden Gods wet bij uitstek is. Het is Zijn grondwet die Hij ons gegeven heeft. Het is de wet van de Drie-enige God. Het Zijn de geboden van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Het is de Vader die Zijn volk als Zijn kinderen uit het slavenbestaan in Egypte bevrijdt. Hij gaat met het volk op weg naar het door Hem beloofde land. De Vader laat horen hoe het leven goed is, ook in dat beloofde land. Dat leven is goed als ze leven volgens Zijn goede geboden. Dan komt het leven van het volk en van ieder persoonlijk tot zijn doel en recht.

Toch stoten wij ons vaak aan Gods geboden.  Ook in ons leven nadat de HERE in Christus Zijn geweldige werk van verlossing van de zonden gedaan heeft. De wet van God voelt voor ons meerdere keren als een last, als  iets dat in ons leven een spaak in onze wielen steekt.

Hoe kunnen we  dat gevoel, hoe kunnen we die instelling in ons leven kwijtraken. Door op Christus te letten!

Daarvan wil ik vanmorgen dan twee dingen laten zien.

Het eerste is hoe Vader en Zoon elkaar liefhebben en daarom de wet zo liefhebben. Dat die liefde juist ook het wonder laat zien dat Christus de vloek van de wet wilde dragen.

Het tweede dat ik in dit verband wil laten zien hoe Christus ons de liefde voor Gods wet bij elke gebod  voorgeleefd heeft.

a. We hebben gezien dat de HERE Zijn hart in Zijn wet aan ons geeft. Hij laat zien hoe Hij graag wil dat wij leven en hoe het leven goed is. Wie iemand is en wat hij wil heeft alles met elkaar te maken. Je kunt de manier waarop iemand leeft en wat hij graag wil niet van elkaar losmaken. Kun jij echt een vriend zijn, kun jij echt in liefde met iemand leven die altijd dingen anders wil dan jij wilt?  Kun jij dicht bij iemand leven die altijd zegt dat hij of zij het anders wil dan jij het wilt?  De vraag stellen is eigenlijk al antwoord geven op deze vraag. Kun je de HERE kennen en van Hem houden als je niet weet wat Hem beweegt en wat Hij wil? Misschien zegt je dat je van God houdt omdat Hij liefde is en je eigenlijk niet zo geïnteresseerd bent in wat God van jou wil en wat Zijn wil voor de hele schepping is. Dat kan allemaal mooi klinken maar eigenlijk is een  dwaze gedachte. Dan ben je bezig om zogenaamd van iemand te houden van wie je niet weet wat die liefde waar je over spreekt concreet betekent. Iemand kennen en liefhebben betekent dat je Hem echt wilt kennen. Juist ook in Zijn wil, ook in de waarden en normen die Hij uitdraagt.

Als je dan let op de verhouding van de Vader en Zoon, de verhouding van de Vader en Zijn enige Zoon dan zie je dat ze voor 100% hetzelfde willen. Tussen de Vader en de Zoon is er de verhouding van volmaakte liefde. De Here Jezus maakt dat meerdere keren heel duidelijk. Ik noem daarvan nu 2 van de vele voorbeelden.

“Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft Hem doen kennen.”  Joh 1:18

“Toen zei Tomas: ‘Wij weten niet eens waar u naartoe gaat, Heer, hoe zouden we dan de weg daarheen kunnen weten?’  Jezus zei: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door mij.  Als jullie mij kennen zullen jullie ook mijn Vader kennen, en vanaf nu kennen jullie hem, want jullie hebben hem zelf gezien.’  Daarop zei Filippus: ‘Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.’  Jezus zei: ‘Ik ben nu al zo lang bij jullie, en nog ken je me niet, Filippus? Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien. Waarom vraag je dan om de Vader te mogen zien?  Geloof je niet dat ik in de Vader ben en dat de Vader in mij is? Ik spreek niet namens mezelf als ik tegen jullie spreek, maar de Vader die in mij blijft, doet zijn werk door mij.  Geloof me: ik ben in de Vader en de Vader is in mij.” Joh 14:5-11  

Vader en Zoon willen hetzelfde. De Zoon luistert naar de Vader. Die liefde is zo groot dat de Zoon ook bereid is Zijn plaats in het plan van redding van zondaren, van de overtreders van Gods wet in te nemen. Broeders en zusters, jongens en meisjes dat is wat! Dat is zo vol liefde, dat is zo ontroerend en aangrijpend! Vader en Zoon die er in volmaakte liefde voor elkaar zijn  besluiten samen om een aangrijpende afstand van elkaar te nemen. De Vader stuurt de Zoon, de Zoon laat zich sturen. De Zoon geeft Zijn plaats in de hemel bij Vader op. De Zoon neemt voor Gods uitverkoren kinderen op zich dat Hij zich tot een stuk zonde zal laten maken waarover Gods straf, Zijn oordeel in alle hevigheid zal komen. Wat moet dat de Vader en en de Zoon een  pijn gedaan hebben uit liefde voor zondaren zoals jij en ik. Zij die zo een zijn, die zo in onderlinge liefde volmaakt zijn, die zo de zonden vanuit hun hart haten, nemen afstand van elkaar om die overtreders van Gods wet die tot Christus vluchten te redden. Dat is een liefde niet te beschrijven zo groot, zo intens, zo alleen maar genade. Een liefde die jij en ik echt nergens maar dan ook nergens aan verdiend hebben. Alleen genade, alleen genade van God!  Als je dat ziet, als je dat met je hart ziet wil je dan nog een seconde afstand nemen van Gods wet! Nog een seconde zeggen dat de HERE er echt niet zo moeilijk over doet dat jij op bepaalde punten niet volgens zijn wil leeft?  Dat kan toch helemaal niet! Toch komt het in ons leven voor maar zoek dan niet naar een excuus maar ga met dat diepe verdriet over dat overtreden naar Christus om bij Hem vergeving te vinden.

b. Dan wordt Christus ook je grote voorbeeld in een leven vanuit Gods liefde volgens Gods wil en dus volgens Zijn geboden. Dat zie je dan ook zo prachtig oplichten in het leven van de Here Jezus zelf. Kom met mij mee en laten we daar toch iets van zien als we de 10 geboden langs gaan.

De Here Jezus is de grote Verlosser! Hij leidt ons uit het slavenhuis van de duivel, van de zonden. Hij heeft de overtredingen van de gelovigen tegen Gods wet op zich genomen. Hij laat ons in Zijn leven zien wat leven uit dankbaarheid daarvoor is.

1. De Here Jezus heeft geleefd in volmaakte liefde aan God en daarom in volmaakte gehoorzaamheid aan  Zijn Vader.  Zelfs toen het ergste over Hem moest komen en wat de Here Jezus zo bang en benauwd maakte, waren nog zijn woorden: Niet mijn wil maar Uw wil geschiede.

2. De Here Jezus heeft nooit een eigen beeld van God gemaakt. Hij heeft altijd eerst geluisterd naar zijn Vader om  Hem te kennen en zo te spreken en zo te doen zoals Zijn Vader in de hemel het Hem duidelijk maakte.

3. De Here Jezus  gaat ons voor in het vol eerbied gebruiken van de naam van God. Zijn leven is ook een biddend leven waarin Hij steeds in het gebed de HERE als Zijn Vader opzoekt. Om bij Hem de kracht te vinden om in dienst van Vader Zijn taak op aarde te doen en te blijven doen.

4. De Here Jezus heiligt de dag van de HERE. Hij bezoekt trouw de synagoge om samen met Gods volk op de rustdag naar Gods stem te luisteren. De Here Jezus leert ons de echte heiliging van Gods dag. Hij verwerpt allerlei regeltjes die meer en andere dingen van ons vragen op Gods dag dan de HERE zelf vraagt.  Hij leeft helemaal volgens het gebod van rust en van bijzondere aandacht voor de HERE samen met Gods volk op deze dag.

5. De Here Jezus is de Zoon van God. Hij wist de dingen veel beter dan zijn vader en moeder op aarde. Toch is Hij hetn die als kind en als jongeman in gehoorzaamheid aan Jozef en Maria leeft. Een treffend voorbeeld lezen als Hij als 12 jarige in de tempel is. Dan lezen we na alles wat er gebeurd is: “En Hij ging met hen mee en kwam in Nazareth en was hun onderdanig. En Zijn moeder bewaarde al deze dingen in haar hart.” Luk 2:51    

Hij is het ook die ons leert met Zijn leven om als Gods kinderen in gehoorzaamheid aan de Vader in de hemel te leven.  Om vanuit Gods liefde je aan Hem uit te leveren en vol liefde te zeggen: Vaders wil is wet!

6. De Here Jezus laat ons zien hoe diep de liefde voor de naaste gaat. Hij is het die voor Zijn vijanden, want dat zijn wij vanuit onszelf, in liefde sterft. Om ons te redden. Om Gods uitverkoren kinderen te redden. Hij roept jou in liefde tot Hem om door Zijn werk een kind van God te worden! Door het werk dat de Geest in jou wil doen. Om jou een ander mens te maken, een wedergeboren mens.

7.  De Here Jezus heeft seksueel schoon geleefd. Tot in al Zijn verlangens toe. Hij legt ons in de Bergrede uit hoe diep ook het zevende gebod gaat en dat dit ook al onze verkeerde blikken en verlangens raakt. Dat laat ons zien hoe diep de liefde van Christus gaat want zelfs die zonden van ons werden op Hem geladen! Wat was de last zwaar die Hij voor wie tot Hem vlucht moest dragen. Wat een liefde!

8. De Here Jezus die eigenlijk recht op alles op deze aarde had, nam niemand iets af. Hij respecteerde ieders bezit.  Hij was arm. Hij eigende zich niets toe. Hij liet zich arm maken om mensen die geestelijk arm zijn voor altijd rijk te maken. Geestelijk rijk maar ook rijk in die zin dat je dan door Christus werk op de nieuwe aarde voor altijd in overvloed zal leven!

9. De Here Jezus is het grote voorbeeld van eerlijkheid, van niet roddelen, van nooit woorden verdraaien, van nooit iemand onverhoord veroordelen. Hij gaf in al Zijn eerlijkheid aan Kajafas het antwoord dat er voor zorgde dat Hij veroordeeld werd. Hij verloochende God niet om het eigen leven te redden en niet te hoeven lijden. Hij deed dat om ons uit een leugenachtige wereld te redden.

10. Het 10e gebod geeft ons een kijkje in het hart van de Here Jezus. Ook in Zijn hart was er nooit een verlangen, nooit een gevoel, nooit een opstandigheid tegen de wil van Vader. Nooit ook een innerlijk verzet tegen  een van Vaders geboden. Dat kunnen wij niet zeggen. Dat laat zien hoe wij de Here Jezus als onze Verlosser nog elke dag nodig hebben.

Wat is de Here Jezus in Zijn liefde voor de Vader en in Zijn liefde voor verloren zondaren voor ons het voorbeeld. Dan kan ik geen negatief woord meer zeggen over de 10 geboden als de leefregels voor mijn leven. Dan smoort Gods liefde alles wat die kant opgaat.  Wanneer je dit nu allemaal uit het rijke Woord van God ziet, dan kun je toch niet meer zeggen dat gehoorzaamheid in het leven van een christen eigenlijk geen rol of een kleine rol speelt. Wat is dat verschrikkelijke dwaling die ontzettend veel verwoest. Een dwaling die zijn duizenden verslagen heeft tot in de kerken toe.  Gehoorzaamheid uit liefde is zo goed, zo mooi, zo nodig.

Laten wij Christus gehoorzaam vogen zoals Hij de Vader gehoorzaam volgde. Ik sluit af met een gedeelte waar we dat heel duidelijk zien in het leven van de Here Jezus.

 “Jezus reageerde hierop met de volgende woorden: ‘Waarachtig, ik verzeker u: de Zoon kan niets uit zichzelf doen, hij kan alleen doen wat hij de Vader ziet doen; en wat de Vader doet, dat doet de Zoon op dezelfde manier.  De Vader heeft de Zoon immers lief en laat Hem alles zien wat Hij doet. Hij zal Hem nog grotere dingen laten zien, u zult verbaasd staan! Want zoals de Vader doden opwekt en levend maakt, zo maakt ook de Zoon levend wie Hij wil.  De Vader zelf velt over niemand een oordeel, maar Hij heeft het oordeel geheel aan de Zoon toevertrouwd.  Dan zal iedereen de Zoon eer betuigen zoals men de Vader eert. Wie de Zoon niet eert, eert ook de Vader niet die Hem gezonden heeft.  Waarachtig, ik verzeker u: wie luistert naar wat ik zeg en Hem gelooft die mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven; over Hem wordt geen oordeel uitgesproken, hij is van de dood overgegaan naar het leven.”  Joh 5:19-24

 

 

AMEN

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/zegengroet

Psalm  119:36,37,38

Viering van het heilig Avondmaal

Terwijl we aan tafel gaan:  Gez 127:1,2,3

1.  Galaten 5:13-26             Gez 127:4

Terwijl we van tafel gaan.  Gez 127:5

Slot formulier

Psalm 104:8,9,10

Tekst: Zondag 34

Verkondiging van het evangelie

Psalm  143:9,10

Dankgebed

Collecte

Lied 477/Opwekking 383

Zegen

 

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Geloven met hoofd, hart en handen. Je leven geven als een levend dankoffer. Je wijden aan Christus. Prachtige woorden maar hoe doe je dat? Hoe geef je dat nu echt handen en voeten?  Hoe kan ik me wijden, in dienst stellen van iemand? Dan moet ik weten wat die ander wil! Dan moet ik die ander kennen, zijn hart als het ware proeven. Om mij in liefde aan die ander te kunnen geven.

De HERE is gelukkig geen zwijgende God. Hij is geen God op afstand. Hij is de God die in Zijn diepe liefde zich aan ons laat kennen. Die door Christus werk en leven ons Zijn hart als nooit tevoren heeft laten zien. De HERE is de enige God en ook de sprekende God. Hij laat horen dat Hij leeft en wie Hij is en wat Hij wil.

Dat doet Hij op een bijzondere manier in de 10 geboden. We hebben de afgelopen tijd gezien dat  deze wet ons niet kan bevrijden. Deze wet kan ons niet redden van de straf op onze zonden. Zonder Christus als onze Redder is Gods wet voor ons deprimerend. Het laat je namelijk het goede leven in vrijheid zien maar je kunt er nooit bijkomen. De wet zelf kan ons niet bevrijden uit de gevangenis van een leven tegen Gods wil in. Het geheim van een echt leven met de HERE vinden we dan ook hier in dat je Christus als je Verlosser kent en daarom bevrijdt van de straf  juist volgens de wil van je hemelse Vader wilt leven.

Dat is mooi en snel gezegd maar is dat niet te hoog gegrepen? Lopen we daar niet vaak nog op vast. Al dat praten over de wil van god en de geboden van God  kan nog altijd zo moeilijk zijn en voelen. Want jij loopt in je eigen leven misschien wel vast op een bepaald gebod van God. Je ziet bij jezelf nog meerdere keren dat je het niet red om volgens Gods geod te leven. Dan hebben we gezien dat Gods geboden nog altijd voor iedereen geldig zijn omdat Hij de enige God is. Dat Hij ook de enige is die in en in goed is. En toch loopt je nog zo vaak tegen Gods geboden als een muur aan.

Je ervaart die wet als iets wat moet, als iets dat je leven beperkt. Toch zagen we vorige week dat de HERE Zijn wet met liefde geeft en daarin ook Zijn liefde voor jou en mij laat zien. Maar toch!  Juist dan is het zo belangrijk om te letten op en te bidden om het werk van de Heilige Geest in ons leven. Om met hoofd, hart en handen Gods geboden als iets heel moois in je leven te zien en te doen. Laten we samen ons laten leren door de Heilige Geest als ik jullie het evangelie van Jezus Christus onder het volgende thema verkondig:

 

 

  DE GEEST LEERT GODS KINDEREN VANUIT HUN HART VOLGENS  VADER’S WIL TE LEVEN

 

1.  Met hun verstand

2.  Met hun gevoel

3.  Met hun handen

 

1.  Met hun verstand

 

De HERE heeft met Israel in het Oude Testament en nu met ons Zijn verbond gesloten. Dat laat de HERE ook bij het geven van de 10 geboden zien. Een verbond  in die tijd werd o.a. gesloten door een machtige koning met een andere koning en zijn volk. Die machtige koning vertelde dan wie Hij was en hoe machtig Hij was. Wat Hij gedaan had. Zijn grote daden.

We zien dat de HERE dit ook doet bij het begin van de wet: “Ik ben de HEER, uw God, die u uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd.”   

De HERE verbindt zich aan Zijn volk. Hij is hun God. Dat was geen vrije keuze. Nee, de HERE kondigt dit feit af. Hij is het die dit volk volgens wat Hij beloofd heeft uit de hand van wereldmacht Egypte heeft bevrijdt. De HERE heeft in de bevrijding uit Egypte laten zien dat Hij God is.

De God die de grote Koning is maakt nu duidelijk hoe Hij wil dat het volk met wie Hij Zijn verbond sluit zal leven. Gods belofte in het verbond is dat Hij onze God wil zijn, dat Hij ons wil redden en eeuwige toekomst wil geven. Daarbij vraagt Hij, daarbij eist Hij van jou en mij in liefde om te leven volgens Zijn geboden. Dat is de belofte en de eis waarover in het doopsformulier gesproken wordt.

Voor de meeste van ons bekende woorden maar wat betekenen ze echt. Echt in jou leven. We worstelen daar in onze tijd mee. Ook in onze kerken.  Een van de redenen is dat we niet gewend zijn om gezag boven ons te eerbiedigen. Wij zijn geneigd om te zeggen dat iemand gezag moet verdienen. Dat is heel iets anders dan dat iemand gezag heeft!  Als we er op letten hoe de HERE over gezag spreekt dan is het duidelijk dat Hij spreekt over mensen, over gezagsdragers die gezag hebben! Op bepaalde gebieden van het leven.

De HERE heeft gezag over alles, de ouders krijgen van Hem het te zeggen over hun kinderen, de regering krijgt gezag over het openbare leven van een land, onderwijzers hebben gezag op school over de leerlingen. Dan heb ik het nu over misbruik van gezag en daarmee het misbruiken van mensen die onder het gezag van anderen staan. Zonder dat misbruik moeten wij beginnen bij het gezag dat de HERE geeft. Zo onze kinderen opvoeden, zo naar de wereld om ons heen kijken. Zo in de eerste plaats naar de HERE kijken en naar Hem luisteren. Wat Hij zegt en wat Hij ons in Zijn woorden, in Zijn geboden geeft is goed en heeft gezag. Het is goed om de wil van God te doen en met je verstand niet eigenwijs te zijn. Laat je leren door de HERE en volg Hem. Wie geleerd heeft om uit genade te leven, wie de genadeklap gekregen heeft wil juist in alles gehoorzaam zijn. Dan is gehoorzaamheid aan Christus nooit meer een vies woord voor je. Je ziet dit bijvoorbeeld heel duidelijk als de HERE ons laat zien hoe we onze kinderen hebben op te voeden binnen Zijn verbond:

“Luister, Israël: de HEER, onze God, de HEER is de enige! Heb daarom de HEER, uw God, lief met hart en ziel en met inzet van al uw krachten.  Houd de geboden die ik u vandaag opleg steeds in gedachten.  Prent ze uw kinderen in en spreek er steeds over, thuis en onderweg, als u naar bed gaat en als u opstaat.  Draag ze als een teken om uw arm en als een band op uw voorhoofd.  Schrijf ze op de deurposten van uw huis en op de poorten van de stad.” Deut 6:4-9

Het zijn woorden waarin de liefde van God zo intens naar je toekomt. Is dat wel zo?

Ik wil met jullie naar heel belangrijke woorden in de Bijbel. Woorden die laten zien hoe belangrijk het werk van de Heilige Geest in ons hier is. Ik denk nu aan 1 Korinthe 12:3: “Daarom zeg ik u nadrukkelijk: niemand kan ooit door toedoen van de Geest van God zeggen: ‘Vervloekt is Jezus,’ en niemand kan ooit zeggen: ‘Jezus is de Heer,’ behalve door toedoen van de heilige Geest.”

Ons denken moet zo door de Geest bewerkt en veranderd worden dat we Jezus Christus erkennen als Heer. Bekende woorden voor jou waarschijnlijk. Ze klinken je misschien wel als heel gewoon, als een cliche in de oren. Maar jongen wat zijn het een woorden! Wat een betekenis. “Jezus Christus is de Heer”.  Dat betekent dat ik naar Hem luister en in alles zo wil leven zoals Hij dat door Vaders goede wet aan ons geeft. Dat betekent dat ik mijn eigen baas niet meer wil zijn, dat ik wil leren en vanuit wat ik geleerd heb, wil doen wat de Heer van mijn leven die ook mijn Verlosser is  mij in Zijn geboden leert. Ik lever mij aan hem uit om uit liefde Hem gehoorzaam te zijn. Hier zie je dus dat werk van de Heilige Geest. De Geest wil uit jouw en mijn denken de tegenstand tegen de wil van God in mijn leven halen. De Geest wil mij al meer leren om met mijn verstand Gods wil te zien en die ook te willen doen als dat verandering van denken of voelen in mijn leven met zich mee brengt. De Geest leert je dan om echt met liefde naar Christus te luisteren. Dat raakt ook ons gevoel. Daarover in het tweede punt

 

2.  Met hun gevoel

 

Gods wet en ons gevoel. Hebben de 10 geboden iets met ons gevoel te maken? Het is goed om voor dit punt en het volgende samen eens te kijken naar het tegenwoordig heel populaire gedeelte van Galaten 5.

 “Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkaar in liefde,  want de hele wet is vervuld in één uitspraak: ‘Heb uw naaste lief als uzelf.’  Maar wanneer u elkaar aanvliegt, pas dan maar op dat u niet door elkaar wordt verslonden.  Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan bent u niet gericht op uw eigen begeerten.  Wat wij uit onszelf najagen is in strijd met de Geest, en wat de Geest verlangt is in strijd met onszelf. Het een gaat in tegen het ander, dus u kunt niet doen wat u maar wilt.  Maar wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen aan de wet.” 13-18  

 

“Wie Christus Jezus toebehoort, heeft zijn eigen natuur met alle hartstocht en begeerte aan het kruis geslagen.” Vs 24  

 

 

3.  “Het is bekend wat onze eigen wil allemaal teweegbrengt: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid,  afgoderij en toverij, vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit,  afgunst, bras- en slemppartijen, en nog meer van dat soort dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al eerder gaf: wie zich aan deze dingen overgeven, zullen geen deel hebben aan het koninkrijk van God.  Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof,  zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen wet die daar iets tegen heeft.  …………………

 Wanneer de Geest ons leven leidt, laten we dan ook de richting volgen die de Geest ons wijst.  Laten we elkaar niet uit eigenwaan de voet dwarszetten en elkaar geen kwaad hart toedragen.” Vs 19-23; 25,26        

 

 

AMEN

 

 

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede-Zegengroet

Gez 149

Lezing van Gods wet

Gez 37:1,6,8

Schriftlezing:  Jesaja 44:21-28; 45:15-25

Gebed

Psalm  81:3,4,5,6,7,8

Tekst: Zondag 34  vr/ant 94,95

Verkondiging van het evangelie

Psalm 97:3,5

Dankgebed

Collecte

Psalm 150

Zegen

 

Broeders en zuster, jongens en meisjes, geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus

 

Een van de belangrijke dingen die we onze kinderen hebben te leren is dat ze leren delen. Niet alles voor zichzelf houden maar ook met anderen delen wat ze hebben. Als het gaat om eten, snoep of geld. Om ook echt  te willen weggeven van wat jij hebt. Wie niet leert delen wordt een egoist, een verschrikkelijk persoon in deze wereld. Een plaag voor anderen.

Toch zijn er ook dingen die je niet kunt delen of niet mag delen. Het zou heel onverstandig zijn om de stukjes van een puzzel te verdelen. Dat iedereen een deel van de stukjes mee naar zijn eigen huis neemt. Dan is die puzzel waardeloos geworden.

Er zijn ook dingen die je niet mag delen die alleen voor een bepaald iemand bedoeld zijn. Bijvoorbeeld dat je de man van een vrouw bent en de vrouw van die ene man met wie je iets deelt dat je met niemand anders deelt.

De HERE leert ons delen, leert ons om geen egoist te willen zijn. De HERE deelt Zijn liefde en genade uit aan mensen. Toch is er een ding wat de HERE niet deelt. Iets wat wij ook niet over Hem en andere mogen verdelen. Dat komt in dat eerste, dat fundamentele gebod waar we het vanmorgen hebben zo duidelijk uit: “Vereer naast Mij geen andere goden.”

De HERE is de enige God en wil niet dat wij doen alsof er nog andere goden zijn. De HERE haat het echt als wij doen alsof Hij collega’s zou hebben die we ook Goddelijke eer geven. Hij alleen is God en verdiend dan ook alle eer in ons leven. In het leven van elk mens! De HERE neemt het niet als wij doen dat iemand of iets net zo belangrijk in ons leven is dan Hij. Dat komt zo duidelijk in de Bijbel naar voren. Dat heeft ook heel praktische gevolgen voor ons leven. Ik geef nu van allebei 1 voorbeeld uit Gods egen Woord:

“Dit zegt de HEER, die de hemel geschapen heeft – hij is God! –, die de aarde gemaakt en gevormd heeft en die haar heeft gegrondvest – niet als chaos schiep hij de aarde, maar om te bewonen heeft hij haar gevormd: Ik ben de HEER, er is geen ander.” Jes 45:18

“Wie meer van zijn vader of moeder houdt dan van mij, is mij niet waard, en wie meer houdt van zijn zoon of dochter dan van mij, is mij niet waard.  Wie niet zijn kruis op zich neemt en mij volgt, is mij niet waard.  Wie zijn leven probeert te behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, die zal het behouden.” Matt 10:37-39

Het eerste gebod is voor ons leven zo belangrijk! We zien dat als ik jullie het evangelie onder het volgende thema breng:

 

MIJN VOLK DIEN GEEN ANDERE GODEN!

 

1. Het fundamentele gebod

2. Houd je eraan

 

1. Het fundamentele gebod

 

 Dit is niet maar een van de 10 geboden. Het is niet zo dat we zonder problemen de geboden door elkaar kunnen husselen. Het eerste gebod is in wezen waar het hele leven met de HERE en eigenlijk je hele leven op gegrond is. Het eerste gebod laat zien wat echt is! Wat werkelijk is.

Ik heb de laatste weken  mensen gesproken en verhalen van mensen gelezen die het bevrijdend vinden om de dingen allemaal niet zo zeker te weten. Die niet houden van een geloof van zeker weten maar dit graag zoekende zijn, graag de dingen niet zo zeker weten. Dat geeft zoveel vrijheid. Dan zit je niet opgesloten in een systeem. Dan kun je vanuit jezelf naar de Bijbel kijken en kunnen we de Bijbel laten zeggen wat bij ons en onze tijd past. Ik snap dat zulke dingen heel aantrekkelijk kunnen zijn. Het kan je het gevoel van vrijheid geven en dat je met iets spannend en ontspannende dingen bezig bent en dat je dan steeds weer nieuwe dingen kunt vinden. Je zit nergens aan vast. Nou toch wel aan iets aan het idee dat je toch steeds weer nieuwe dingen die bij jou passen moet kunnen ontdekken. Deze gedachte is eigenlijk je nieuwe god geworden. Maar daarover later.

Toch passen zulke gedachten heel goed bij onze tijd. Ik kan ook heel goed begrijpen jongelui dat meerdere van jullie dit soort dingen aanspreken. Al dat zeker weten. Al die druk dat je op een bepaalde manier moet denken en leven. Laat ik het toch zelf uitzoeken en als ik dat graag wil met anderen die ook met zo’n zoektocht bezig zijn. Deze dingen kunnen je heel erg aanspreken. In een boek dat een paar weken geleden verschenen is, vind je 16 verhalen van dertigers die voor het grootste deel vrijgemaakt gereformeerd waren en enkele het nog zijn. Ze beschrijven hoe ze in hun en na hun jeugd zijn gaan denken. Waarom ze in meerderheid afscheid van het geloof van hun ouders genomen hebben. Een van de hoofdlijnen van deze verhalen wordt zo onder woorden gebracht: “Waarschijnlijk nemen we allemaal een andere weg. Wat mij betreft wordt een verhaal daarmee levensecht: wanneer iemand zichzelf de vrijheid heeft gegund om oprecht te mogen dwalen.

Voor mij is heel belangrijk: de vrijheid voelen om zelf te blijven ontdekken, en dat ook te mogen. Het is soms moeilijk om die vrijheid te ervaren, misschien vooral in situaties waarin mensen met dezelfde overtuigingen bij elkaar zijn en je het gevoel hebt dit te moeten delen.

Ik vind dit een mooi uitgangspunt: geloven en niet geloven wordt niet iets wat op een gegeven moment af is, maar blijft een zoek- en ontekkingstocht langs allerlei wegen met zijpaden, kruispunten, bochten en bruggen. Je verandert voortdurend van inzicht, en dat mag. Een tijdje zoeken, ronddolen, geen zekerheden of duidelijk eindpunt hebben. Ik zou het iedereen wel gunnen.”  p. 14  

Toch is er een serieus maar. Dat is de werkelijkheid. Hoe het echt is. Ik kan op een zoektocht gaan maar naar iets zoeken dat helemaal niet echt bestaat. Ik kan mijn eigen denkwereld maken maar wie zegt me dat die bestaat? Dat het echt zo is? Je kunt God in je leven tussen haakjes zetten. Zo gaan leven en denken alsof Hij er niet is. Zo denken en voelen heel veel mensen in onze tijd. Veel mensen met wie we samen leven en werken. Ook als ze zeggen dat ze denken dat er waarschijnlijk een hogere macht zal zijn. In het leven en denken van veel mensen neemt God geen echte plaats meer in. Om nu met de andere mensen op hetzelfde niveau te kunnen praten zeggen we: Laten we God even tussen haakjes zetten. Als je bijvoorbeeld een gesprek voert of je bent in de wetenschap bezig dan kun je toch beter over God zwijgen want dat helpt je toch niet in een gesprek of in de wetenschap. God ter sprake brengen (wat is dat al vreselijke zin!) wordt dan toch afgedaan als onwetenschappelijk of als oneerlijk want je moet gewone argumenten gebruiken.

Wat doe je eigenlijk als je God tussen haakjes zet?  Dan ben je bezig om jezelf en andere mensen voor de gek te houden. Dan laat je jezelf en andere mensen niet zien hoe het echt is maar dan laat je juist de schijn zien. Dat is ook de reden waarom de HERE in de Bijbel zo kan spotten met het geloof in andere goden. Een heel treffend voorbeeld vinden we Jesaja 44:

“Mensen die godenbeelden maken zijn niets, en van hun dierbare maaksels valt niets te verwachten. De mensen die van deze goden getuigen, zien niets en weten niets, zij zullen beschaamd staan.  Wie vormt er nu een god en giet zo’n nutteloos beeld?  Die ambachtslieden zijn maar mensen, en daarom zullen al hun bewonderaars bedrogen uitkomen. Laten ze bijeenkomen en zich opstellen; ze zullen sidderen en te schande staan, zonder uitzondering.” Vs 9-11  

Als we niet verder komen dan onze eigen menselijke gedachten dan komen we niet bij de echte God uit. Dan komen we niet uit bij Jezus Christus de Verlosser die Koning is van hemel en van aarde. De werkelijkheid is dat alles wat we maar ontdekken in  het helal gemaakt is door de ene God. Die recht heeft op ons leven. Die ondanks de zonden hons het allerbeste wil geven. Geven aan hen die Hem eren en volgen als de enige God. Dat is fundamenteel. Het is zo belangrijk voor je leven dat je daaraan houdt. We letten daarop in de tweede plaats.

 

2. Houd je eraan

 

Je kunt opgegroeid zijn met een leven heel dicht bij de Here als de enige God en met een leven in verbondenheid aan Christus als de enige Verlosser en Heer. Het kan zijn dat je in je leven ook belijdenis van je geloof gedaan hebt. Je hebt toen ja gezegd op een leven waarin de HERE als de enige God van jouw al jouw liefde zal krijgen. Als de enige God. Je hebt toen beloofd om je hart aan Hem te geven.

Toch kan dat ook na het doen van belijdenis, toch kan dit ook nadat je bewust tot geloof gekomen bent  lastig worden. Een voorbeeld daarvan in de Bijbel is koning Salomo.

Salomo was een man die echt de HERE wilde dienen volgens Zijn Woord. Wanneer Salomo koning geworden is, zien we dat hij dat in diepe afhankelijkheid van de HERE wil zijn:

  Die nacht verscheen de HEER hem daar in een droom. ‘Vraag wat je wilt,’ zei God, ‘ik zal het je geven.’ Salomo antwoordde: ‘U bent uw dienaar, mijn vader David, altijd goedgezind geweest, omdat hij u trouw toegewijd was en steeds eerlijk en oprecht was tegenover u. U hebt hem een grote gunst bewezen door hem een zoon te geven die nu op zijn troon zit.  U, HEER, mijn God, hebt mij als opvolger van mijn vader David als koning aangesteld. Maar ik ben nog zo jong en ik heb geen ervaring.  Ik sta nu voor de taak uw uitverkoren volk te leiden, een volk zo talrijk dat het niet te tellen is. Schenk uw dienaar een opmerkzame geest, zodat ik uw volk kan besturen en onderscheid kan maken tussen goed en kwaad. Want hoe zou ik anders recht kunnen spreken over dit immense volk van u?’  Het beviel de Heer dat Salomo juist hierom vroeg,  en hij zei tegen hem: ‘Omdat je hierom vraagt – niet om een lang leven of grote rijkdom of de dood van je vijanden, maar om het vermogen om te luisteren en te onderscheiden tussen recht en onrecht –  zal ik je wens vervullen. Ik zal je zo veel wijsheid en onderscheidingsvermogen schenken dat je iedereen vóór jou en na jou overtreft.  Ook waar je niet om gevraagd hebt zal ik je geven: zo veel rijkdom en roem dat geen enkele andere koning je tijdens je leven zal evenaren.  En als je mij gehoorzaamt en je houdt aan mijn bepalingen en geboden, zoals je vader David dat deed, zal ik je een lang leven schenken.’  Toen Salomo wakker werd, besefte hij dat hij een droom had gehad. Bij zijn terugkomst in Jeruzalem ging hij naar de ark van het verbond met de Heer, waar hij brandoffers en vredeoffers bracht. Hij nodigde al zijn hovelingen voor het feestmaal uit.” 2 Kon 3:5-15

Je ziet hoe dicht Salomo bij de HERE als de enige God wil leven. Toch wordt ook dan in je leven aan je getrokken om dat in ieder geval praktisch al meer achter je te laten. Ik noem nu 3 voorbeelden in het leven van Salomo waar je dat ziet gebeuren. Op terreinen van het leven waar dat ook in ons leven kan gebeuren. Hoe kan iemand die zo wijs was en om mdie wijsheid gebeden heeft toch afgoden gaan dienen? Hij heeft zich later ook letterlijk voor afgoden gebogen.

a. Het hart van Salomo is gaan bewegen naar de verkeerde kant  door heel aantrekkelijke dingen om hem heen. Dat zie je ook in onze tijd bij mensen die christen willen zijn. Dat kan ook met ons makkelijk gebeuren als we met ons hart niet op de HERE, op Christus gericht blijven.

Je ziet bij Salomo dat hij in al zijn macht en welvaart al meer op rijkdom, op het uitstralen van zijn eigen macht gericht raakt. Eerst zet Salomo zich in voor de bouw van de tempel. Dat is hartverwarmend, dat is prachtig om te zien. Zeven jaar is er aan tempel gebouwd. 1 Kon 6:38. Prachtig dat het vaste huis van God er nu is op de berg Sion.

Dan zie je ineens aan het begin van 1 Kon 7 een opvallende mededeling: “Salomo liet ook een paleis voor zichzelf bouwen. Hij besteedde  13 jaar aan de bouw van het hele paleiscomplex.” Vs 1.

Salomo besteede 7 jaar aan het huis van de HERE en 13 jaar aan de bouw van zijn eigen paleis! Salomo kan de verleiding niet weerstaan om uiterlijk meer grootheid voor zichzelf te maken dan voor de HERE!  Veel willen hebben, rijk willen zijn, leven voor je eigen welvaart kon Salomo zo moeilijk weerstaan. De afgod meer voor jezelf, meer voor ons dan voor de HERE is er altijd weer. We hebben het gebed zo nodig om tegen deze verleiding ook in onze tijd weerstand te bieden. Leven voor je welvaart, zoveel mogelijk verdienen maar weinig tijd overhebben en weinig van je geld over hebben voor Christus en Zijn koninkrijk. Voor een leven dicht bij Hem. Dan wordt de afstand tussen jou en God langzaam maar zeker groter.

b. Een tweede ding in het leven van salomo laat zien hoe zijn hart zich meer van de HERE verwijdert. De wijsheid waar Salomo om gebeden had betekende ook dat hij een bescheiden koning zou zijn. Een koning die zou vertrouwen op de HERE en niet op eigen kracht. De echte wijsheid is de wijsheid die volgens Gods aanwijzingen wil leven. In de wet voor de koning die we in Deuteronomium 17 lezen staat ook dit: “Dat is geoorloofd: u mag uit uw midden iemand die door de HEER, uw God, zal worden uitgekozen, als koning aanstellen. Maar het mag niet iemand uit een ander land of van een ander volk zijn.  Hij mag geen paarden gaan houden, want hij zou zijn volksgenoten naar Egypte kunnen terugsturen om voor uitbreiding van zijn stallen te zorgen, in strijd met de waarschuwing van de HEER dat we nooit meer die weg terug mogen gaan.”  Vs 15,16   

Het blijkt voor Salomo heel moeilijk om ook militair alleen op de HERE te vertrouwen. Want wat lezen van Salomo: “Salomo schafte ook wagens en paarden aan. Hij bezat veertienhonderd wagens en twaalfduizend paarden, die hij deels in Jeruzalem bij zich hield en deels onderbracht in garnizoenssteden verspreid over het land.” 1 Kon 10:26

Invloed en macht zijn van die afgoden die sterk aan je kunnen trekken. Het kan zo goed voelen om invloed te hebben, om wat te zeggen te hebben. Mensen gaan soms heel ver om die invloed te krijgen of te houden. Het kan zijn dat je daar heel veel tijd voor over hebt of dat je je tegen het Woord van god je aanpast om maar invloed te houden. Dan is macht, invloed een afgod in je leven geworden. Dat kan heel sluipend je leven binnen komen. Wat is het dan belangrijk om in de spiegel te kijken en dan je af te vragen of er nu dingen in je leven zijn die voor jou belangrijker of net zo belangrijk als de HERE zijn.

c. Een derde ding dat je in Salomo’s leven ziet zijn de vrouwen. Dat is de seks. Dat is het vermaakt worden door iemand van het andere geslacht. We weten dat Gods wil en dat daarom het goede leven is dat je je leven deelt met die ene vrouw of man aan wie je je leven lang trouw blijft. Salomo leeft in een tijd waarin de HERE nog voor koningen meer vrouwen toestaat maar niet veel! Kijk maar weer mee in Deut 17: “Evenmin is het de koning toegestaan er veel vrouwen op na te houden, want dat zou hem tot afgodendienst kunnen verleiden. En verder mag hij ook geen zilver en goud ophopen.” Vs 17.

Vergelijk dit eens met: “Koning Salomo beminde vele buitenlandse vrouwen: behalve de dochter van de farao beminde hij ook vrouwen uit Moab, Ammon, Edom en Sidon, en Hethitische vrouwen.  Ze waren afkomstig uit de volken waarover de HEER tegen de Israëlieten had gezegd: ‘Jullie mogen je niet met hen inlaten en zij mogen zich niet met jullie inlaten, anders zullen zij jullie ertoe verleiden hun goden te gaan dienen.’ Juist tot die vrouwen voelde Salomo zich aangetrokken.  Hij had zevenhonderd hoofdvrouwen en driehonderd bijvrouwen, en deze vrouwen maakten hem ontrouw:  op zijn oude dag verleidden zij hem ertoe andere goden te gaan dienen en was hij de HEER, zijn God, niet meer met hart en ziel toegedaan zoals zijn vader David dat was geweest.  Salomo zocht zijn heil bij Astarte, de godin van de Sidoniërs, en Milkom, de gruwelijke god van de Ammonieten.” 1 Kon 11:1-5 

 

“Ook heb ik grootse dingen ondernomen: Ik heb voor mezelf paleizen gebouwd en wijngaarden geplant.  Ik heb tuinen en parken aangelegd en daarin een keur van vruchtbomen geplant.  Ik heb waterbekkens gegraven om een bos met jonge bomen te bevloeien.  Ik heb slaven en slavinnen gekocht, en ook hun kinderen werden slaven in mijn huis. Ik bezat talrijke runderen, schapen en geiten, meer dan iedereen die voor mij in Jeruzalem heeft geregeerd.  Ik heb goud en zilver opgestapeld en in de rijkdom gedeeld van koningen en landen. Ik heb zangers en zangeressen aangesteld en het genot geproefd van vele, vele vrouwen.  Grootse dingen heb ik ondernomen en meer bezit vergaard dan iedereen die voor mij in Jeruzalem heeft geregeerd. En bij alles wat ik voor mezelf verworven had, behield ik ook mijn wijsheid.  Alles wat mijn ogen vroegen heb ik ze gegund, elke vreugde die mijn hart verlangde heb ik het gegeven, en ik genoot naar hartenlust van al het goede dat ik had verworven. Het was het loon voor mijn gezwoeg.  Maar toen nam ik alles wat ik ondernomen had nog eens in ogenschouw, alles wat mijn moeizaam gezwoeg me opgeleverd had, en ik zag in dat het allemaal maar lucht en najagen van wind was. Het had geen enkel nut onder de zon.”  Prediker 2:4-11

 

Je houdt niets over als dat de belangrijke dingen in je leven zijn. Als je hart op de HERE gericht is en Christus je rijkdom is ben je rijk en wordt je in de toekomst alleen maar rijker.

 

AMEN

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/Zegengroet

Psalm 145:1,5

Gebed voor de opening van het Woord

Schriftlezing: Handelingen 17: 15-34

Psalm 96:1,2,3

Gebed

Psalm 35:1,2,9,10

Tekst: Zondag 34  vr/ant 93-95

Verkondiging van het evangelie

Gez 179a

Dankgebed

Collecte

Gez 167:2,3

Zegen

 

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Ik zou eigenlijk nu een preek houden over het tweede gebod.  Maar naar aanleiding van verschillende gesprekken en vragen gaan we het toch nog een keer over het eerste gebod hebben. Dit vooral vanwege vragen over andere godsdiensten. Hoe kijken we daar vanuit de Schrift tegenaan. Hoe gaan we om met mensen die een andere godsdienst hebben om. Hoe ga je om met je Moslimburen, met mensen die Hindoe zijn of een nog andere godsdienst aanhangen.  We kunnen niet doen alsof deze mensen er niet zijn. We krijgen met deze naasten te maken.

Daar komt nog iets bij in deze tijd. We veroordelen allerlei terroristische acties die mensen vanuit hun godsdienst op deze wereld doen. We krijgen te maken met heel intens geweld vanuit bepaalde groepen als Bokoro Haram, El Shabab en de Isisstrijders. Er zijn er nog veel meer te noemen. Als we het geweld en de dwang die deze groepen opleggen veroordelen, kijken we dan wel genoeg naar onszelf?  

Ook in de geschiedenis van het christendom zien we geweld en hoe mensen in de naam van Christus onderdrukt zijn en zelfs gedood zijn. De grote vraag die ons nu bezighoudt is of dat een gevolg is van wat we in de Bijbel lezen. Geeft de HERE ons ook als christenen niet de opdracht tot een heilige oorlog? Was het bij de verovering van het land Kanaan ook niet zo dat Israel in Gods naam die andere volken er uit joeg en doodde?

Is het geloven in een God die recht op alles heeft geen groot gevaar voor andere mensen? Ben je ook als christen die de Bijbel echt gelooft als het onfeilbare Woord van God ook niet iemand die zomaar een terrorist kan worden?  Zijn wij niet inconsequent als wij kritiek hebben om de groepen die we eerder noemden en die de jihad, de heilige oorlog voor Allah voeren?

Het zijn goede en belangrijke vragen. Die heel actueel zijn. Laten we er samen naar kijken vanuit het eerste gebod. Het gebod waar de HERE heel duidelijk zegt: “Vereer naast mij geen andere goden.”

Ik verkondig jullie het evangelie van de Ene Levende God onder dit thema:

 

MIJN VOLK DIEN GEEN ANDERE GODEN!

MAAR WAT DAN VAN ANDERE GODSDIENSTEN?

 

Ik wil jullie eerst een deel van een beroemd verhaal vertellen. Het verhaal is aan het einde van de 18e eeuw geschreven. Lessing: Nathan der Weise.

Er is een oosters koningshuis. Het is in dit koningshuis de gewoonte dat de zoon die zijn vader opvolgt  een ring krijgt. Een prachtige ring. Deze ring zou er voor zorgen dat de drager ervan geliefd wordt bij God en mensen. Dan komt het moment dat een koning uit dit koningshuis 3 zonen heeft. De koning houdt van al zijn zonen. Wie moet nu de ring krijgen? Hij kan niet kiezen. Hij besluit om naar een edelsmid te gaan en die de opdracht te geven om de ring die hij draagt precies na te maken. Zo precies dat je geen verschil tussen de ringen kan zien. De edelsmid voert zijn opdracht heel goed uit. Als het moment gekomen is dat de koning sterft, blijkt het zo te zijn dat er voor elk van zijn 3 zonen een ring klaarligt. Hoe ze er ook naar kijken ze kunnen niet zien wat de oorspronkelijke ring is.

Wie de oorspronkelijke ring heeft, kan alleen maar duidelijk worden in de manier waarop de zonen leven. Wie echt vol liefde voor de mensen om zich heen leeft heeft de echte ring.

De drie zonen zijn dan christen, jood en moslim. De schrijver van dit verhaal wilde daarmee laten zien dat je niet kunt zeggen wat de ware godsdienst is. Het gaat er om dat je in liefde voor je naaste leeft en de godsdienst die dit laat zien is echt. het zou er om gaan dat we niet strijden om welke godsdienst goed is maar dat we ons samen inzetten voor naastenliefde. Dan zijn we verdraagzaam en houden we ons niet bezig met wat nu precies de ware God is en komt dat de vrede op aarde ten goede.  Veel mensen in onze tijd zullen dit een prachtig verhaal vinden en er mee instemmen.

Toch zet zo’n verhaal, hoe aansprekend ook ons op een verkeerd spoor. Juist ook omdat de HERE, de Vader van onze Here Jezus Christus duidelijk maakt dat Hij alleen God is. Dat je Hem alleen echt leert kennen door Christus. Christus die zegt: “Ik ben de weg, de waarheid en het leven.” Joh 14:6

Hoe geef je dat nu vorm in een wereld waarin er veel meer godsdiensten zijn? Ik wil jullie meenemen naar Paulus die in Athene aankomt. We hebben daarover gelezen in Handelingen 17.

Paulus komt op een van zijn zendingsreizen in de hoofdstad van Griekenland: Athene. Het is ook een van de belangrijkste steden in die tijd als het om cultuur en godsdienst gaat.  Als paulus door de stad loopt, valt een ding hem heel erg op. Overal zie je beelden en tempel om goden te vereren. Athene was een stad van heel veel godsdiensten. Een stad waar ook veel over de godsdiensten gesproken en gediscussieerd werd.  Paulus verteld later dat hem heel erg opgevallen is dat er zelfs een altaar voor de onbekende god staat.

Hoe reageert Paulus nu op al die godsdiensten?  Zegt hij dat ze allemaal wel iets van de waarheid hebben? Nee!

Let maar eens op wat we in vers 16,17 lezen: “Terwijl Paulus in Athene op hen wachtte, raakte hij hevig verontwaardigd bij het zien van de vele godenbeelden in de stad.  In de synagoge sprak hij met de Joden en met de Grieken die God vereerden, en op het marktplein ging hij dagelijks in debat met de mensen die hij daar aantrof.”

Het raakt Paulus pijnlijk dat er zoveel goden in Athene vereerd worden. Zoveel afgoden. Zoveel bedrog. Zoveel waarbij de HERE als de enige God niet de eer krijgt die Hij verdiend. Paulus gaat het marktplein op. Hij gaat met de mensen in gesprek. Hij gaat ze vertellen over Jezus Christus en Zijn opstanding. (Hier een opmerking over de verkeerde, vreemde vertaling van de NBV – Bijbel in gewone taal:  “Paulus vertelde over Jezus en Zijn opstanding”)

Dat is ook de boodschap die Hij later op de Areopagus aan de mensen brengt. Je moet niet bij al deze goden wezen maar bij Jezus Christus. Hij is de enige die opgestaan is en ieder mens moet eens voor Hem als de rechter verschijnen.  Dat zegt Paulus in een omgeving waarin mensen graag discussiëren zonder om die ene God te gaan dienen als de ware. Waarin mensen vinden dat de goden allemaal een deel van de waarheid zijn en voor een deel van de waarheid zorgen.

“God slaat echter geen acht op de tijd waarin men hem niet kende, maar roept nu overal de mensen op om een nieuw leven te beginnen,  want hij heeft bepaald dat er een dag komt waarop hij een rechtvaardig oordeel over de mensheid zal laten vellen door een man die hij voor dat doel heeft aangewezen. Het bewijs dat het om deze man gaat, heeft hij geleverd door hem uit de dood te doen opstaan.’” Vs 30,31        

Let erop dat Paulus hier spreekt over God in het enkelvoud! Dat hij ook spreekt over het oordeel dat de neige echte God uitspreekt. Je ziet hier hoe het nodig is om te blijven belijden dat de HERE de enige God is. De apostelen roepen zelfs de Joden op om in Christus te geloven want zonder hun leven aan Hem te wijden gaan ze verloren. Wat spreekt paulus daar bewogen over in Romeinen 9:

Omdat ik één ben met Christus spreek ik de waarheid, en mijn geweten, geleid door de heilige Geest, is mijn getuige dat ik niet lieg:  ik ben diepbedroefd en word voortdurend door verdriet gekweld.  Omwille van mijn volksgenoten, de broeders en zusters met wie ik mijn afkomst deel, zou ik bijna bidden zelf vervloekt te worden en van Christus gescheiden te zijn; omwille van hen, de Israëlieten, die God als zijn kinderen heeft aangenomen en aan wie hij zijn nabijheid, de verbonden, de wet, de tempeldienst en de beloften heeft geschonken;  omwille van het volk dat van de aartsvaders afstamt en waaruit Christus is voortgekomen. God, die boven alles verheven is, zij geprezen tot in eeuwigheid.https://www.biblija.net/images/opomba.gif Amen.” Vs 1-5 (Bijbel in gewone taal geeft bedoeling goed weer!)

Een ding is duidelijk en dat is dat een mens alleen door het geloof, het leven met Christus als de enige Verlosser en met de HERE als de Drie-enige God gered kan worden. De HERE is God en Hij alleen. Juist dat moet er toe brengen om dat evangelie in eigen omgeving en overal op de wereld te vertellen. Om mensen tot Christus te brengen om uit hun verlorenheid gered te worden.

Toch blijft nog de vraag over of we verdraagzaam moeten zijn of anderen moeten dwingen om te gaan geloven en eventueel zelfs moeten doden als ze dat niet gaan doen. Is dat niet de consequentie als we zeggen dat we de HERE alleen moeten eren?

Laten we eerst maar eens met de moeilijke vraag beginnen over het innemen van Kanaan en  al de doden die daarbij gevallen zijn.

Gen 15:16!  We zien hier dat de HERE niet zomaar de inwoners van Kanaan laat verjagen en een deel doden. Dat gebeurd pas op het moment dat ze dat door hun leven ook echt verdienen. De HERE is rechtvaardig!  Een voorbode is wat we in Genesis 18 over Sodom en Gomorra lezen. Deze gebeurtenis was ook nog een waarschuwing voor de andere inwoners van Kanaan. Maar zij gaan op diezelfde weg en komen zover dat ze Gods straf ook zo verdiend hebben.

Sodom en Gomorra laat zien hoe het later in heel Kanaan werd. 

Het gaat hier om de rechtvaardige straf over het leven van dit volk.

Wat is de oproep aan het israel in het Oude Testament. Met geweld andere volken dwingen de HERE te dienen? Nee. Psalm 96!

Wat is de opdracht van de Here Jezus?  Mattheus 28:16-20

Niet met geweld maar door Mijn Geest

Hoe moet onze houding tegenover mensen zijn van andere godsdiensten?

Mattheus 22:34-40! Heb je naaste lief als jezelf.

Duidelijk in de verkondiging!

Vol liefde voor alle mensen!  Ook in zorg en belangstelling!

Fil  4:4,5  Let erop dat we in deze verzen lezen dat we als christenen aan alle mensen als vriendelijke mensen bekend moeten staan. Dat zegt de Geest in een wereld waarin de gemeente heel klein was in een stad met enkele honderdduizende inwoners die andere goden dienen. De HERE is nabij en wil die liefde en vriendelijkheid als een getuigenis van Hem geven.

 

AMEN