Titus
Hieronder vind je een verklaring van de brief aan Titus in dagstukjes. De ene keer Nederlands de andere keer Afrikaans. Ik hoop het geheel in nederlands over een paar maanden te publiceren. Een inleiding op deze brief kun je vinden op: https://www.evangelie-voor-elke-dag.nl/news/inleiding-op-de-brief-aan-titus/
KERK IN DE 21STE EEUW
Titus 1:1 Ongeveer een maand geleden kwam in een gesprek naar voren dat de wereld wel heel erg en heel snel veranderd is. Wat betekent dat voor de kerk? Kunnen we in de wereld van vandaag nog wel kerk zijn zoals we dat tot nu toe waren? Moeten we niet een heel ander soort kerk worden om mensen nog te kunnen bereiken of te kunnen vasthouden? Deze vragen kwamen van een broeder die hier zelf ook geen antwoorden op had maar er wel erg mee bezig was.
Het zijn vragen die opkomen, waar je ook niet om heen moet willen. Het is goed om de werkelijkheid onder ogen te zien en dan altijd eerst weer terug te gaan naar wat de HERE zegt. Een van de delen in de Bijbel waar veel over het gemeente-zijn in deze wereld gezegd wordt is de brief die Paulus schrijft aan zijn medewerker Titus. Onderwijs van de Geest voor de kerk van Christus in alle eeuwen. We vinden hier belangrijke aanwijzingen van Christus zelf. Ik hoop daarom de komende tijd vers voor vers naar deze brief aan Titus te kijken. Het doel is om de woorden van God zelf te laten spraken en zo zelf te leren hoe we in deze wereld als kinderen van God en als gemeente van Christus hebben te leven.
Paulus schrijft deze brief aan zijn medewerker Titus die hij als dienaar van het Woord naar de gemeente op Kreta gestuurd heeft. Het gaat dus om een al bestaande gemeente. Hoe leven we als gemeente en hoe staan we in de wereld van vandaag. Daarover de komende tijd meer.
DIE WOORD BO ALLES
Titus 1:1 Paulus presenteer hom in hierdie brief as ‘n slaaf van God en ‘n apostel van Jesus Christus. Die woord wat met dienskneg of dienaar vertaal is, is die gewone word vir slaaf in daardie tyd.
Paulus maak vir Titus duidelik dat hy heeltamal in diens van God wil staan. Hy wil nie wat ons vandag so baie hoor: naby homself bly of jy moet jouself bly nie. Nee, hy wil nie aan homself nie maar aan sy getroue Verlosser Jesus Christus behoort. Dit stempel ook wat hy in die kerk van Christus doen. Hy wil niks anders doen en vertel as wat die HERE hom leer nie. Sy gesag in die kerk lê in wat God hom vanuit Sy Woord geleer het.
So is Paulus ook apostel. Apostel beteken dat hy deur Christus gestuur is. Die apostels was die 12 leerlinge van die Here Jesus met Paulus as dertiende een. Dit was hulle wat vir die tyd spesiale gesag in Christus kerk gekry het. Wat persoonlik deur Christus daartoe geroep is. Nochtans was die gesag van ‘n apostel gebind aan die Woord en leer wat die HERE al gegee het. Daarin was hulle ook slaaf van God. Ons lees dit baie duidelik in Gal 1 as die Gees daar deur Paulus skryf: “Maar al sou ons of ‘n engel uit die hemel julle ‘n evangelie verkondig in stryd met wat ons julle verkondig het, laat hom ‘n vervloeking wees.”
Ook vir die kerk van die 21e eeu moet die Woord van God bo alles gaan.
VERTROUWEN EN VOLGEN
Titus1:1 Paulus is een slaaf en een apostel “overeenkomstig het geloof van de uitverkorenen van God”. Het woord geloof heeft hier vooral de kleur van het vertrouwen op de HERE. Zij die bij Gods uitverkoren kinderen horen, vertrouwen niet op zichzelf maar op God.
Zij willen de Here volgen. De weg die Hij wijst, willen zij gaan. Paulus laat hier zien dat hij ook in zijn taak als verkondiger van het evangelie niet voor zichzelf leeft. Hij brengt niet zijn eigen boodschap maar die van Christus! Hij is niet creatief bezig om eigen gedachten te verkondigen. Het gaat hem erom dat hij de boodschap brengt die van God komt hoe mensen er ook op reageren. Ook als hem dat in de gevangenis brengt. Ook als hij daardoor bijna doodgeslagen wordt. Ook als bijna iedereen hem daarom alleen laat staan. Ook als het er op lijkt dat deze boodschap niet veel ingang vindt. Hij past de boodschap zelf niet aan op de reacties van mensen. Hij weet dat hij zo het echte evangelie brengt en dan is hij in handen van Christus en dan is het goed. Dan is zijn leven zinvol en dan komt het uiteindelijk goed. In dat vertrouwen op God leeft Paulus. Daarvan leren wij ook als kerk in de 21e eeuw. Blijven bij de echte boodschap van Christus hoe mensen er ook op reageren. De boodschap niet aanpassen aan de smaak van mensen. Daarvoor is die boodschap te goed en kostbaar.
'N WOORD VIR DIE WêRELD
Titus 1:1 Glo en kerk-wees kan nie sonder dat ons op die HERE, die Drie-enige vertrou nie. Die geloof as die vertroue op Christus is onmisbaar. Die Gees wys nou deur Paulus dat die vertroue nie sonder die regte kennis kan nie. Dit gaan om die ken van die waarheid. Paulus is ’n apostel “volgens die kennis van die waarheid”. Hy bring nie ’n andere boodskap en leer as die wat die waarheid is nie.
Dit is ook vir ons vandag so baie belangrik. As ons regtig kerk wil wees, as ons ’n egte gelowige wil wees dan is die waarheid, die ken van die werkelikheid vir ons baie belangrik en kosbaar. Hoekom? Omdat dit gaan op die ken en vertrou van die ware God, van die egte Verlosser. Dit gaan nie om wat volgens ons gevoel of ons redenerings die waarheid is nie. As ons ons denkbeelde of gevoelens gaan volg word ons ’n kerk wat ons eie beeld gaan aanbid. Dan word die HERE die God volgens ons beeld pleks dat ons mense word volgens Sy beeld. Dit is daarom onmisbaar om die HERE, om Christus, om die werklikheid volgens God se duidelike en betroubare Woord te ken. De egte kerk van Christus in die 21eeeu stel alles in die wêreld, ook eie verstand en gevoel onder wat de Gees ons in en deur God se Woord leer. Dan is die waarheid ook nie ’n teorie nie. Dit is God se stem waardeur ons Hom wil dien en vereer soos Hy is en wil. Dan het ons regtig ’n Woord vir die wêreld!
GELOVIG LEVEN
Titus 1:1 Eerst even een opmerking over de NBV vertaling. In deze vertaling komt niet goed uit dat Paulus hier over de kennis van de waarheid en een vroom leven spreekt. Het is belangrijk om dat te zien. Wel wordt in deze vertaling heel duidelijk dat het erkennen van de waarheid gericht is op het leven. Op een vroom leven, een gelovig leven, een leven in godsvrucht.
Paulus is een apostel om het evangelie zo te verkondigen dat mensen en ook hijzelf leven in eerbied en liefde voor God. Het vertellen en verkondigen van de waarheid is er op gericht om de HERE te kennen, om met Hem te leven. Om al meer te zien wie Hij is en wat Zijn wil is. Dat is voor het volk van God dan geen waarheid die buiten je leven staat of een kennis die je alleen met je verstand begrijpt. Het is de kennis waarvan je wilt dat het jouw leven al meer gaat vormen en sturen. Dat je daardoor al meer in tere liefde voor de HERE leeft. Je bidt de Heilige Geest dat Hij die kennis zo in je hart wil brengen dat deze kennis de wijsheid voor je leven is. Deze kennis is de stem van God die je in liefde wilt kennen en volgen. Hij is de liefde van je hart geworden en daarom wil je niets anders dan de HERE al meer kennen en als Zijn beeld te leven.
De kerk van de 21e eeuw zal juist erop gericht moeten zijn om vanuit de kennis van God gelovig te leven. In liefde en eerbied voor Christus en Zijn Woord.
VERKONDIG DIE WAARHEID
Titus 1:2 Paulus is deur Christus gestuur om God se evangelie op aarde te verkondig. Ons is as Christus se kerk geroep om dit in ons tyd te doen. Mense vererg hulle as jy hulle die waarheid verkondig. ‘Julle moet nie so seker van die boodskap wees wat julle verkondig nie’ is dikwels die reaksie. Baie mense redeneer in ons tyd so dat as jy met sekerheid die waarheid verkondig jy probeer om mag oor ander uit te oefen. Die waarheid sou nie so seker wees nie. Elkeen en elke groep het sy eie waarheid. Dus moet jy nie sê dat jy die waarheid verkondig nie.
Dit is teenstand waarmee ons te doen kry. Dit kan ontmoedig. Dit kan daartoe lei dat jy begin twyfel of die kerk wel so die evangelie moet verkondig. So seker en vas. Dan kom die Heilige Gees hier met bemoediging, met troos. Paulus is apostel, die kerk is in die wêreld om die regte sekere waarheid, wat kom van die Enigste die nooit lieg nie, te verkondig. Hoe groot die teenstand somtyds ook is, selfs in die kerk, nogtans mag jy dit doen met die hoop op die ewige lewe. Hierdie hoop is seker omdat die HERE, wat nooit lieg nie!, die ewige lewe beloof het vir mense, aan Sy kerk wat trou die waarheid van Sy Woord verkondig en bly verkondig. Nie as ‘n moontlikheid nie maar as die sekere waarheid.
ONTMOETING MET GOD
Titus 1:2 Paulus was apostel, wij zijn kerk ‘in de hoop op het eeuwige leven’. Dat zijn heel belangrijke woorden. Ook voor de kerk van de 21e eeuw. We leven in een tijd dat het leven heel sterk op het beleven hier en nu gericht is. ´We moeten kunnen genieten, we moeten kunnen doen wat we willen, we moeten kunnen kopen wat we willen om een goed leven te hebben. Anders is het leven niet goed.´ Het leven is voor veel mensen geen voorbereiding op de eeuwigheid, op de ontmoeting met God.
In de ogen van veel mensen in de 21e eeuw is het leven korter geworden dan voor veel mensen in de eeuwen ervoor. De meerdereheid in Nederland nu denkt dat het bij het sterven afgelopen is. Al werden mensen vroeger minder oud toch hadden ze de verwachting dat hun bestaan na de dood zou verdergaan. Daarop bereidde je je voor. Het was voor een kind van God niet nodig hier op aarde alles te hebben, je kon ook in een moeilijk leven volhouden want je leefde uit de zekere hoop op het eeuwige leven. Het leven dat niemand je af kon nemen.
Het is juist in onze tijd heel belangrijk dat we weer leren om de toekomstige dingen die God ons wil geven levend voor ogen te hebben. Om als kerk ook uit te dragen dat leven voorbereiding is op de ontmoeting met God die voor je eeuwige verdere bestaan beslissend is.
SEKERE HOOP
Titus 1:2 “In die hoop van die ewige lewe”. Paulus en ook ons in die 21e eeu kan lewe in hoop. Ons het ‘n boodskap van hoop wat ons kan verkondig. Nie as ‘n moontlikheid nie maar as die evangelie wat sy waarborg vind in God wat nie kan lieg nie! Hy wat regtig gee en waarmaak wat Hy beloof het.
Dit wys ons dat hierdie hoop sekerheid is. Wat God beloof het is doodseker! Die kerk het die voorreg om die boodskap van hoop uit te dra vir ‘n wêreld wat deur eie krag geen hoop het nie. Sonder geloof in Christus leef ‘n mens sonder God en hoop. As ‘n mens na hierdie wêreld kyk hoor jy elke dag weer die klok van die dood slaan. Niemand ontkom aan die sterwe. As ons op die lewe op hierdie aarde let, sien ons so baie ellende, verdriet, bedrog, vyandskap, siekte ens. Dit is almal gevolge van die sonde. Ons sondes. Die wêreld lê regtig verlore in skuld.
Jy sien hoe wonderlik dit is dat ons in hierdie wêreld die boodskap van hoop kan verkondig. ‘Bring al jou skuld en al jou nood by Christus. Hoe moeilik jou lewe ook is, al lyk dit asof jou lewe nie sin maak nie nogtans wag jou dan die ewige lewe.’ Die geloof in Christus is so ryk en maak arm sondaars so ryk! Die Heilige Geest wil ons hierdie rus en sekerheid gee.
ER IS TOEKOMST!
Titus 1:2 Waar komt het eeuwige leven vandaan? Is dat leven dat eeuwig goed is en niet stuk te krijgen is een gevolg van een bepaalde ontwikkeling? Kunnen we zelf voor die ontwikkeling zorgen? Is het een soort evolutie van het menselijke ras?
Nee, de oorsprong van het echte goede leven ligt in God. In de Schepper van alle leven. God is de enige die er altijd was en geen resultaat van een ontwikkeling is. Voor ons als schepselen onbegrijpelijk. Zo groot is de HERE! Zo groot is Hij die door Christus ook jouw Vader wil zijn. Hij heeft Zijn Zoon als Verlosser naar de wereld gestuurd om mensen die door eigen schuld het eeuwige leven zijn kwijtgeraakt het weer te geven. Christus is het die met Goddelijk gezag gezegd heeft: “Ik ben de weg, de waarheid en het leven.” (Joh 14:6) En ook: “Ik ben de opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven.’ (Joh 11:25)
De kerk van de 21e eeuw heeft een geweldige boodschap voor de mensen op deze wereld. Er is een toekomst! Een geweldige toekomst voor wie bij Christus zijn of haar leven zoekt. Het leven dat niet stuk te krijgen is omdat het van God komt. Van de ene God die onsterflijk is en die al lang voordat we nog maar ergens van wisten dit leven heeft weggelegd voor wie zich aan Hem toevertrouwt.
DIE WERKLIKHEID
Titus 1:2 Een God bestaan. Een God leef. As ons by ons denke en by ons lewe doen asof God nie daar is nie doen ons die werklikheid en die waarheid geweld aan. Ons kan die HERE en Sy Woord, ons kan Christus wat opgestaan het nooit tussen hakies plaas nie. De enige God is naamlik die een wat nooit lieg nie. Wat Hy sê is waar en betroubaar vir ewig.
Dit maak vir ons ook in die 21e eeu duidelik dat ons ’n kerk moet wees wat luister na die lewende God. ’n Kerk wat leef om te luister en die betroubare Woord aan te neem en dit uit te leef en te verkondig. Die HERE en Sy Woord, Christus en Sy Woord is die fondament vir die kerk en eintlik vir die hele lewe. Somtyds word dit in ons tyd veroordeel, ook in die kerk, as funderingsdenke nogtans is dit die werklikheid en die waarheid.
Wie die HERE op Sy Woord glo, staan in die werklikheid en sy lewe het toekoms! Ons kan altyd op die HERE en Sy Woord bou. Ons hoor dit selfs ’n teenstander as Bileam van die HERE wat deur God se Gees oorweldig is, sê in Numeri 23:19: “God is geen man dat Hy sou lieg nie; of ’n mensekind dat dit Hom sou berou nie. Sou Hy iets sê en nie doen nie, of spreek en dit nie waar maak nie?” Heerlik om op die fondament van de HERE en Sy Woord te kan bou en te kan leef.
CHRISTUS HET LEVEN
Titus 1:3 Het eeuwige leven dat God voor de schepping al beloofd heeft, komt er in al Gods beloofde heerlijkheid. Dat leven was na de zondeval als het ware verborgen. Begraafplaatsen zijn daarvan het zichtbare teken. Verder is het leven op deze aarde vol dutten en deuken. Toch komt dat eeuwige leven er voor wie zich aan Christus als zijn God en Redder toevertrouwt. Dat wordt door Paulus verkondigt. Hij draagt die boodschap uit op de door God bepaalde tijd. Die boodschap kan Paulus nu met nog meer kracht en nog duidelijker verkondigen omdat Christus is opgestaan. Hij is het Woord dat mens geworden is en die aan het kruis gestorven is en op de derde dag opgestaan. Hij is de garantie voor zelfs het eeuwige leven met een volmaakt lichaam. In de Opgestane Christus stond het eeuwige leven zichtbaar voor mensen. De boodschap van dat leven kan Paulus nu uitdragen.
In Christus is het grote geheim van de geschiedenis zichtbaar geworden. In Hem schittert eeuwige leven. We lezen over dat toenemende licht o.a. in Rom 16: “Aan Hem die bij machte is u kracht te geven, overeenkomstig het evangelie van Jezus Christus dat ik verkondig, overeenkomstig de onthulling van het geheim waarover eeuwenlang gezwegen is, maar dat nu is geopenbaard en op bevel van de eeuwige God door de geschriften van de profeten bij alle volken bekend is geworden om ze tot gehoorzaamheid en geloof te brengen.” Vs 25,26
VERKONDIG DIE EWIGE LEWE!
Titus 1:3 Die Here roep Paulus om deur die verkondiging die geheim van Christus openbaar te maak. Om so die ewige lewe vir mense te wys. Paulus het daarvoor ’n regstreekse roeping van Christus ontvang. Dit het gebeur toe hy op pad was om in Damascus die Christene te vervolg. Die Here sê dan vir Ananias wat na Paulus moet gaan: “Gaan, want hy is vir My ’n uitverkore werktuig om my Naam te dra voor nasies en konings en die kinders van Israel.” Hand 9:15 Paulus word geroep om hierdie evangelie van de ewige lewe deur Christus uit te dra. Hy skryf nou vir Titus wat sy medewerker is en dieselfde evangelie moet verkondig.
Ons as kerk van die 21e eeu is geroep om dit in die lyn van Paulus en Titus ook te doen. Dieselfde boodskap vir mense in ons tyd en ons wêreld. .
Ons is regtig kerk van Christus in ons tyd as ons dieselfde boodskap uitdra as wat die apostels gedoen het. Die onmisbare gemeenskap in leer en lewe sien ons o.a. in 1 Joh 1:2,3 as daar van Christus gesê word: “en die lewe is geopenbaar, en ons het dit gesien, en ons getuig en verkondig aan julle die ewige lewe wat by die Vader was en aan ons geopenbaar is – wat ons gesien en gehoor het, verkondig ons aan julle, sodat julle ook gemeenskap met ons kan hê; en ons gemeenskap is met de Vader en met sy Seun, Jesus Christus.”
GOD DE REDDER
Titus 1:3 Paulus brengt het evangelie in opdracht van ‘God, onze Redder’. Het is opvallend dat God hier Heiland, Zaligmaker, Redder wordt genoemd. De HERE is niet de God op afstand. Hij is de enige en almachtige God die de Redder van Zijn volk is. Hij is het die het leven van schuld en diepe wonden verlost. Hij redt, Hij heelt, Hij maakt echt gelukkig. De goede boodschap die Hij door o.a. Paulus de wereld in laat gaan is de boodschap die komt van de enige echte Verlosser.
Zo presenteert de HERE zich ook als Hij aan Zijn volk de 10 geboden geeft. Hij laat juist als de Bevrijder Zijn goede wil zien. Zo is Gods wet ook evangelie. We lezen dan aan het begin van Exodus 20: “Ik ben de HEER, uw God, die u uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd.” Ex 20:2.
Als ik in de spiegel van Gods wet kijk, zie ik mijn eigen zonden. Dan zie ik dat ik Gods straf verdiend heb. Juist dan laat de HERE zien dat Hij de Redder van Zijn volk is want dan verwijst Hij mij naar Christus als de drager van mijn schuld. De Verlosser die God de Redder gegeven heeft. In Christus is er vergeving en eeuwig leven. Dat evangelie hebben we als kerk van de 21e eeuw te brengen. Dan willen we ook graag volgens Gods wet leven. Die wet krijgt in ons leven dan een ereplaats omdat het de wet van onze Redder is.
DIE GEMEENSKAPLIKE GELOOF
Titus 1:3 Paulus skryf sy brief aan Titus. Hy noem hom sy ‘ware kind’. Dit wys ons dat tussen Paulus en Titus ’n spesiale band bestaan. Soos dit ook met Timoteus so was. Paulus is die geestelike vader van Titus wat ook sy medewerker geword het.
Titus is ’n Griek. Hy het geen joodse wortels nie soos Timoteus die wel gehad het. Dit is ook die rede hoekom Titus nie besny is nie. Ons lees daarvan in Gal 2:3: “Maar selfs is Titus, wat by my was, nie gedwing om besny te word nie, alhoewel hy ’n Griek is”.
Dit is ook die rede hoekom Titus juis as medewerker so goed kan werk onder Grieke. In gemeentes waar daar geen of min Joodse wortels is nie. Die band tussen Paulus en Titus word bepaal deur die ‘gemeenskaplike geloof’. Hier wys die Gees dat dit in die kerk nie daarom gaan of ons Jood of Griek is nie. Dit gaan nie daarom wat ons velkleur of ons afkoms is nie. Dit gaan daarom dat ons in dieselfde geloof staan. Die ware band is dat ons saam tot die volk van God behoort door die ware geloof in Jesus Christus as ons Verlosser en Here. Dit gaan daarom dat ons saam kinders van God wil wees en juis ook saam die vrede van Christus soek.
GODS ZEGEN BROODNODIG
Titus 1:4 Paulus groet Titus. Zijn groet is meer als dat hij schrijft: Beste Titus. Als medewerker in de dienst van het evangelie heeft Titus veel meer nodig. Hij heeft veel meer nodig dan vriendelijke en waarderende woorden van een vriend. Hij heeft meer nodig dan de goede wensen van zijn geestelijke vader.
Om echt in dienst van Christus Zijn werk in de gemeente op Kreta te kunnen doen, heeft hij de zegen van God nodig. Zonder die zegen kan Titus niet, Zonder die zegen kan zelfs geen enkel mens. We lezen dat zo duidelijk in Psalm 127: “Als de HEERE het huis niet bouwt, tevergeefs zwoegen zijn bouwers eraan; als de HEERE de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter.” Vs 1,2
Voor Titus is Gods hulp als dienaar van het Woord op een heel bijzondere manier nodig. Ook Titus voelt meerdere keren hoe moeilijk het is om als dominee echt dienaar van Christus te zijn. Om steeds weer de moed en het geloof te vinden om vanuit Zijn liefde niets anders dan Zijn Woord te brengen.
Dan heb je zo nodig dat je van God de Vader en van Jezus Christus genade, barmhartigheid en vrede krijgt. Dan heb je Zijn steun en liefde zo nodig. Dominees en andere ambtsdragers die denken zelf zo goed te zijn, komen bedrogen uit en zijn een plaag voor Gods volk.
GENADE NODIG
Titus 1:4 Paulus bid Titus ‘genade, barmhartigheid en vrede’ toe. Ook ‘n dienaar van die Woord het genade nodig. Die boodskap van geloof en bekering, die oproep tot berou oor jou sondes is by die dienaar van die Woord as dit goed is ook tot homself gerig. Ook die ampsdraers in die kerk leef zelf van die genade en is daarom genadig vir die broers en susters wat hulle help en lei.
Ons het in die kerk God se barmhartigheid so nodig. Dat is sy helpende liefdevolle trou. Juis wanneer jy sien dat jy ontrou was of die verleiding om ontrou te word na jou toekom, is dit so goed om God se barmhartigheid te sien. Hoe Hy ondanks ons ontrou met Sy liefde na ons bly kom.
As ons as gemeente en ampsdraers die barmhartigheid van God vasvat kom ook God se vrede, wat die resultaat van Sy genade en barmhartigheid is, in ons lewe. Dan soek ons saam in die een gemeente ook onder mekaar die regte vrede. Dan luister ons regtig na mekaar om ons lewe saam na die Woord van God te rig.
Dan sien jy ook raak dat dit die HERE om die verlossing van Sy volk gaan. Ons het in vers 3 gesien dat God ons Verlosser genoem word. Hy is nie anders as Sy Seun wat Hy na die wêreld gestuur het nie. Ons lees naamlik in ons vers dat genade, barmhartigheid en vrede ook kom van Jesus Christus ons Verlosser!
VERDER ONDERWIJS NODIG
Titus 1:5 Titus moet als medewerker van Paulus op Kreta aan het werk blijven. We lezen dat er op dit eiland meerdere gemeenten van Christus zijn onstaan. Op Kreta zijn dus al vroeg in de geschiedenis kerken ontstaan. Dat is ook niet zo vreemd als je weet dat op dit eiland er een grote Joodse gemeenschap woonde. Van deze Joodse gemeenschap waren er ook op de Pinksterdag in Jeruzalem aanwezig. We lezen in Handelingen 2 daarvan: “Kretenzen en Arabieren, wij horen hen in onze eigen taal over de grote daden van God spreken.” Vs 11
Als er door de verkondiging van het evangelie gemeenten zijn ontstaan, betekent dit nog niet meteen dat die gelovigen meteen zelfstandig kerk kunnen zijn. De groei in geloofskennis is nog niet zo groot dat ze al als volledige gemeente kunnen bestaan. Daarom is Titus op Kreta om wat nog ontbreekt in orde te brengen.
Je ziet hier ook een duidelijke aanwijzing voor ons in de 21e eeuw. Als we het evangelie uitdragen en als er een nieuwe gemeente ontstaat, is dat prachtig. Heerlijk werk van Gods Geest. Toch is er dan alle reden om vanuit de bestaande kerk er op te letten of er al zo’n geloofsgroei is dat deze gemeente zelfstandig kan bestaan. Dan is het nodig om eerst in orde te brengen wat in die jonge gemeente nog ontbreekt door verder onderwijs vanuit Gods Woord.
OUDERLINGE AANSTEL
Titus 1:5 Dit is duidelik dat op Kreta al meer gemeentes ontstaan het. Ons lees naamlik dat Titus ‘van stad tot stad’ ouderlinge moet aanstel. Dit is nie snaaks dat ons hier van meerdere stede lees. Ons lees naamlik in ander geskrifte uit die tyd en selfs in geskrifte wat nog ouer is dat Kreta ‘n eiland was met baie stede. Kreta het bekend gestaan as ‘hekapolis’ dat wil sê as eiland van 100 stede.
Een van die dinge wat nog in die gemeentes op Kreta ontbreek het en waaraan Titus nou moet werk, is die aanstel van ouderlinge. Ons sien hier dieselfde as wat Paulus self gedoen het. Wanneer hy die evangelie verkondig het en mense tot geloof gekom het, het hy na ‘n ruk ouderlinge gaan aanstel. Hy het dus gekyk en daaraan gewerk om broers te vind wat so in geloof gegroei het dat hulle die gemeente in die naam van Christus kon lei. Dan gaan dit om manne wat regtig deur die Gees vervul nie anders as die leiding van die Woord wil gee nie. Die Gees bind ons juis aan die Woord van God en nie aan ons eie verstand of gevoel nie. Dat Paulus deur die leiding van die Gees ook so gewerk het lees ons in Handelinge 14: “En hulle (dit is Paulus en Barnabas) het in elke gemeente vir hulle ouderlinge gekies, en hulle, na gebed en vas, opgedra aan die Here in wie hulle geglo het.” Vs 23.
DE GEMEENTE COMPLEET MAKEN
Titus 1:5 Paulus geeft Titus de opdracht om aan te vullen wat nog in de gemeenten op Kreta ontbreekt. Daarbij hoort heel nadrukkelijk het aanstellen van ouderlingen. Je ziet hier dat een gemeente niet compleet is zonder de ouderlingen. Die horen er echt te zijn. Er moeten broeders zijn die echt goede leiding geven. Daarbij is juist hun betrouwbaarheid van het grootste belang. Niet in de eerste plaats of het vlotte mannen zijn, of ze creatief zijn enz. Nee, het gaat in de eerste plaats om betrouwbaarheid. Mannen die echt het betrouwbare Woord volgens de leer van Schrift in leer en leven ons voorhouden. We lezen dat in 2 Timotheus 2:2 zo: “Geef wat je in aanwezigheid van velen van mij hebt gehoord, door aan betrouwbare mensen die geschikt zijn om anderen te onderwijzen.”
Ook in Titus 1 lezen we hierover als over de mannen die ouderling kunnen worden o.a. dit gezegd wordt: “En hij moet zich houden aan de betrouwbare boodschap die in overeenstemming is met de leer, zodat hij in staat is om anderen met heilzaam onderricht te bemoedigen en dwarsliggers terecht te wijzen.” Het is opvallend dat Paulus in alle gemeenten begint om ouderlingen aan te stellen. Het lijkt erop dat die eerste ouderlingen net als de apostelen in de gemeente van Jeruzalem ook de taken van de diakenen deden. Als dat later teveel wordt komen er diakenen met een aparte taak.
DIE MAN VAN EEN VROU
Tim 1:6 Paulus gee vir Titus die opdrag om ouderlinge te gaan aanstel. Hy maak duidelik dat nie elke lidmaat van die gemeente in aanmerking kom nie. Hoe belangrik is dit in ons tyd om daaraan aandag te gee. In ons tyd bestaan die gevoel dat elkeen wat by die gemeente behoort en tot die nagmaal toegelaat word ook ampsdraer kan wees. Dit het alles met ons denke vanuit die demokrasie te doen.
Die Heilige Gees maak duidelik dat dit nie so is nie. Titus moet mooi kyk in die gemeentes en mans wat voldoen aan die voorwaardes wat die Gees hier noem, aanstel. Dit moet mans wees wat so gegroei het in die lewe en kennis van die HERE dat hulle die res van die gemeente regtig kan lei.
Dit val op dat Paulus sê dat dit mans moet wees: “”die man van een vrou”. Dit is iets waarmee baie kerke in die 21e eeu dit moeilik het. Die vorige week het ek ‘n onderhoud gelees waarin beweer word dat omdat God relasioneel is en die mens beeld van God is die beeld van God in die ampte beter uitkom as ook vrouens ampsdraers is. Hieroor is baie te sê maar nou net twee dinge: 1. Dit stry met wat de Heilige Gees hier voorskryf. 2. Dan het die Here Jesus wat die Seun van God is ons nie die goeie voorbeeld gege deur net mans as apostels te kies.
ONBERISPELIJK
Titus 1:6 De eerste voorwaarde voor een man in de gemeente die ouderling kan zijn is dat hij ‘onberispelijk’ is. Het woord onberispelijk roept bij ons al snel het beeld op van iemand die bijna zonder zonde is. Iemand die perfect is. Als dat zo zou zijn, mocht niemand ouderling of predikant in deze wereld zijn.
We lezen het word onberispelijk ook al in het Oude Testament. Bijvoorbeeld als het om Noach gaat. Gen 6:9. We horen de HERE tegen Abraham zeggen: “Leef in verbondenheid met Mij, leid een onberispelijk leven.” Gen 17:1 Het woord dat hiervoor in het Hebreeuws gebruikt woord betekent ook: oprecht.
Het gaat erom dat een oudste in de gemeente iemand is die met zijn hart voor Christus leeft en in alles volgens de wil van God wil leven. Die daarin de gemeente voorgaat. Dan is het ook iemand die niet openlijk van heel verkeerde dingen beschuldigd kan worden. Een man die een dubbel leven leidt en daarom in de samenleving van ernstige zonden beschuldigd kan worden, is niet geschikt om ambtsdrager in de gemeente te zijn. Dat zou anti-reclame voor Christus kerk zijn. Het is anders wanneer iemand omdat hij volgens de wil van Christus leeft in de samenleving beschuldigd wordt. Dan lijdt hij om Christus wil. Dan laat hij juist Christus zien en treft hem het lot dat ook zijn Meester trof.
KRITIES?
Titus 1:6 As ons nadink oor die kerk in die 21e eeu is die vereistes vir die ampsdraers wat de Heilige Gees hier noem baie belangrik. As ek dit nou skryf moet ons nogtans mooi pasop. Dit kan naamlik maklik gebeur dat ons vanuit die gemeente krities na die ampsdraers kyk. Ons het baie kritiek op hulle en eintlik sê ons dat die ampsdraers wat ons lei nie geskik is nie.
Dikwels doen mense dit vanuit ‘n kritiese houding sonder om na hulleself te kyk. Wanneer jy jou kritiek so uiter en vir jou word gevra: “Hoe is dit met jou lewe vir Christus en jou naaste”, raak jy dalk kwaad. Dit is volgens jou nie waar dit om gaan nie. Dit gaan om jou kritiek.
As jy vanuit ‘n kritiese houding na ander kyk en nie na jouself nie sal die kritiek op ander baie keer onbillik wees. Dit is so belangrik dat ons die voorwaardes wat de Gees hier vir ampsdraers noem in die eerste plek op onsself betrek. Om as ons mans is ons geskik te maak vir die amp sodat die Here ook ons kan roep. Om as vrouens vir ons mans geen belemmering te wees om die gemeente as ampsdraer te kan dien nie. Ons het hier in Titus 1 in die meeste van die vereistes te doen met ‘n lewe soos die HERE dit so graag by ons almal wil sien.
Ampsdraers is voorbeelde om te volg en nie mense om onbillike kritiek op te hê om dan maar self slordig vir Christus te kan leef nie.
MAN VAN 1 VROUW
Titus 1:6 Een man die Titus als ouderling mag aanstellen, moet als hij getrouwd is een man van een vrouw zijn. Als Paulus dat hier noemt, moeten we goed bedenken dat toen ook meespeelde dat er mannen waren die meer vrouwen hadden. Die ook met meer vrouwen getrouwd waren. Voordat ze christen werden was dit al zo. Deze mannen die de plicht op zich genomen hebben om voor meer vrouwen te zorgen, komen niet in aanmerking voor het ambt. Ze geven niet het goede voorbeeld.
Dit geldt nog meer als duidelijk is dat een man naast zijn huwelijk er nog andere seksuele relaties op na houdt. De HERE heeft het huwelijk en de seksuele eenwording als kroon op het samen een zijn voor die ene man en die ene vrouw in het huwelijk gegeven. De mannen die ambtsdrager in de kerk worden, moeten daarin goede en tere voorbeelden van liefde voor hun vrouw zijn. De Here Jezus maakt duidelijk dat dit altijd al Gods doel met het huwelijk was. Vanaf het begin. We horen onze Verlosser in Mattheus 19 zeggen: “Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen een worden; ze zijn dan niet langer twee maar een. Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden.” Vs 5,6 Let erop dat er staat dat die twee een zullen worden. Daar past geen derde meer bij! Ook niet in de 21e eeuw.
JOU GESIN LEIDING GEE
Titus 1:6 Titus moet mans as ouderlinge aanstel wat ook in hulle gesin wys dat hulle goeie leiding gee. Mans wat in hulle gesin die leiding van die HERE se Woord gee. Mans wat met hulle hele huis Christus wil dien. Dit gaan om broers wat in hulle gesin die liefde vir die HERE en Sy Woord wys. Dit gaan om mans wat as in hulle gesin anders gedoen en gepraat word as wat die Gees ons in die Woord leer die korrigerende onderwys gee. In liefde vir Christus en met liefde vir hulle gesin. Hulle laat hul gesin nie los van die band aan die HERE leef nie. Om juis so in die heerlike vryheid van Christus te staan. Daarom praat hulle met liefde en met gesag in hulle gesin. Mans wat so leef is geskik om so ook met gesag in die gemeente te dien.
Hierby kom altyd die vraag wat moet gebeur as 'n broer kinders het wat nie meer glo nie. As hy in liefde die goeie onderwys vir sy kinders gegee het en daarna kinders 'n ander pad kies, kan ons dit ons broer nie toereken nie. Die kinders staan nie meer onder sy gesag nie. Dit gaan daarom of hierdie broer die regte onderwys met liefde gee en bly gee.
TOEZIEN DOOR DE WIJSHEID VAN HET WOORD
Titus 1:7 De mannen die Titus moet aanstellen worden in vers 5 ouderlingen genoemd en in vers 7 opzieners. Het moeten mannen zijn die ervaren en wijs zijn in het leven met de HERE. Zij moeten ervaring hebben in het leven met Christus. Het moet duidelijk zijn dat hun geloof niet alleen theorie is maar in de praktijk gebleken en gelouterd. Dan kunnen het nog jonge mensen zijn maar in het geloof zijn ze door de Geest al wijs geworden en zie je ook dat ze er in volhouden en groeien.
Vanuit die wijsheid en ervaring kunnen ze opziener zijn. Kunnen ze de gemeente overzien en met liefde voor het Woord van God leiding geven. De leiding volgens het Woord van de goede Herder Christus. Juist door zo leiding te geven wordt de gemeente ook verzorgd. Dan kun je met je vragen naar de ouderlingen om juist antwoorden te krijgen vanuit het geloof dat zijn wijsheid altijd weer zoekt in de wijsheid van God. Die wijsheid vanuit Gods Woord is dan beslissend. Tot het zo leiden en toezien op de gemeente zijn de ouderlingen geroepen. Juist ouderlingen zijn daarom steeds weer bezig met het Woord om de wijsheid die ze daar krijgen uit te dragen. Laten we daar allemaal mee bezig zijn!
AMPSDRAER RENTMEESTER
Titus 1:7 Paulus skryf nou dat 'n opsiener, 'n ouderling 'n rentmeester of 'n beheerder is. Wat was 'n rentmeester in daardie tyd? Dit was iemand wat namens sy heer oor 'n deel van sy besittings die beheer gehad het. So'n rentmeester het namens sy heer dit bestuur. Hy moes vir die bestuur daarvan verantwoording aan sy heer aflê. Van die ouderlinge word hier gesê dat hulle rentmeesters van God is.
Dit wys op twee dinge. Die eerste is dat hulle namens die HERE hulle werk doen. Hulle het hul bevoegdheid as ouderlinge van God gekry. As hulle by die lidmate van die gemeente op besoek kom, kom hulle namens Christus. Kom hulle met die Woord van hulle heer. Dit is vir ons tyd baie belangrik. Ons wil dikwels alles gelyk skakel en daarom nie meer aanvaar dat ouderlinge met die gesag van God in ons huise kom nie.
Die tweede is dat die ouderlinge ook verantwoording vaan hulle werk aan God moet aflê. Daarin sien jy hoe 'n verantwoordelike werk ouderlinge en dienaars van die Woord doen. Ons lees dit byvoorbeeld in Hebr 13:17: ""Wees gehoorsaam aan julle voorgangers en onderdanig, want hulle waak vir julle siele as diegene wat rekenskap moet gee."
Dit is baie belangrike en aktuele aanwysings van die Heilige Gees vir die kerk van die 21e eeu.
SAMEN RENTMEESTERS
Titus 1:7 De Heilige Geest noemt ambtsdragers hier beheerders van Gods huis. Dat woord beheerder of rentmeester wordt ook voor elke gelovige gebruikt. We worden allemaal opgeroepen om wat we van God in ons leven in bruikleen gekregen hebben goed te beheren. Er komt voor ieder mens het moment dat hij daarvan verantwoording aan God moet afleggen.
De gelovigen worden dan ook opgeroepen om samen in het huis van God, de gemeente, als rentmeesters te leven. We lezen dat heel duidelijk in 1 Petrus 4:10: "Laat ieder van u de gave die hij van God gekregen heeft, gebruiken om anderen daarmee te helpen, zoals het goede beheerders van God veelsoortige gaven betaamt."
Wat zien we hier als we aan de ambtsdragers denken? Dat zij er juist zijn om de leiding te nemen en zo te beheren dat de leden van de gemeente hun gaven in dienst van Christus stellen. Dat de ambtsdragers dat vanuit en volgens het Woord van God besturen en daarin de juiste richting wijzen. Dat ze zo stimuleren dat de gelovigen hun gaven in en buiten de gemeente tot eer van God gebruiken. Samen leven als gemeente en ambtsdragers om als beheerders onze Here in deze wereld alle eer te geven.
OPRECHT IN DE GEMEENTE
Titus 1:7 Een ambtsdrager moet onberispelijk zijn als beheerder van het huis van God. Ook in vers 6 lazen we al dat ouderlingen onberispelijk moeten zijn. Toen zagen we dat het daarbij niet om zondeloos of perfect gaat. Maar dat het er om gaat dat je je hele leven met je hart aan de perfecte ambtsdrager Jezus Christus en Zijn wil wilt wijden. Dat je daarin oprecht bent. Dat wordt nu nog eens benadrukt als het gaat om je leven in het huis van God. In vers 6 gaat het er om dat je zo bekend staat in je hele omgeving. Nu om hoe je leeft en werkt als ambtsdrager in de gemeente.
Het huis van God is namelijk de gemeente. Dat zie je bijvoorbeeld ook in Hebreeën 3 waar we lezen over het huis van God: ""Wij vormen dat huis, mits wij trots en zonder schroom vasthouden aan datgene waarop wij hopen." vs 6
Let erop dat er over het huis van God in het enkelvoud gesproken wordt. Het gaat om de gemeente waar je leeft met haar ambtsdragers. De concrete gemeente waar je samen huis van God bent. Daar heb je voor elkaar verantwoordelijkheid en daar heeft God je een plaats gegeven in goede en kwade dagen. Bij de onberispelijkheid die God van ons allemaal vraagt, hoort ook daarin trouw!
LEEF IN GOD SE HUIS
Titus 1:7 Die gelowiges leef in die huis van God. Jy leef in die gemeente waar Christus jou 'n plek gegee het. Die gemeente is nie 'n vereniging waar ons ons eie reëls maak nie. As dit so is dan is ons nie in God se huis nie. Dan het ons een of ander godsdienstige klub gestig. Dan is ons 'n sekte.
Dit gaan in die kerk daarom dat ons hart op God gerig is. Dat ons wil leef en glo volgens die reëls wat God gegee het. Dit gaan om Sy huis. Dit is die huis waar jy al iets van die hemel proe want die leef volgens God se reëls is goed en heilig. Waar die hele lewe en die hele skepping volgens die HERE se wi leef daar bly ons op die nuwe aarde.
Dat elke lidmaat en ook elke ampsdraer op Christus gerig moet wees en vra wat is Sy wil sien ons baie mooi in Hebreeën 3. Ons lees daar: "Daarom, heilige broeders, deelgenote van die hemelse roeping, let op die Apostel en Hoëpriester van ons belydenis, Christus Jesus, ...... En Moses was wel getrou in sy hele huis as 'n dienaar, om te getuig van wat nog gespreek sou word, maar Christus as die Seun oor die huis". vs 1:5,6
Jy is 'n goeie dienaar, 'n goeie bewoner van God se huis as jy niks meer as 'n dienaar van Christus wil wees nie. Dan is daar plek voor jou.
NIET EIGENZINNIG
Titus 1:7 Een man die tot ambtsdrager in de gemeente aangesteld wordt, mag niet eigenzinnig zijn. Als we in de komende tijd allerlei eigenschappen bespreken waaraan ambtsdragers moeten voldoen, is het goed om te bedenken dat het om dingen gaat die de HERE in de levens van ons allemaal graag ziet!
Niet eigenzinnig. Dat betekent dat je niet je eigen zin voorop stelt. Niet zoals jij voelt en jij denkt en zoals jij het wil. De kerk is niet jouw zaakje. De gemeente is het huis van God. De kerk is van Christus. Het gaat erom dat jij je wijdt aan het belang van Christus’ gemeente. Dat juist dat bij ons boven ons eigen belang gaat. In het huis van God geldt de regel dat we ons denken, voelen en willen niet door onze eigen zin laten regeren maar door de wil van God. Dat betekent dat we steeds weer vragen wat leert de Geest ons in het Woord van God. We laten al biddend ons willen, denken en voelen corrigeren door wat Christus ons leert.
Daarin hebben de ambtsdragers een voorbeeldfunctie voor de hele gemeente. Een voorbeeld in het volgen van Christus, je laten vormen door het onderwijs van God in de Bijbel. Wie zich zo laat vormen, ziet het werk van de Geest in zijn leven. Dan wordt je een ander, een nieuw mens. Wat is dat belangrijk voor ons in de 21e eeuw. Wij die zo’n nadruk leggen op je eigen ontplooiing, op dicht bij jezelf blijven, op dat je dingen moet doen volgens je eigen gevoel. Christus leert het ons zo anders en dat is goed.
NIE DRIFTIG NIE
Titus 1:7 ‘n Man wat in aanmerking kom om ampsdraer te wees, moet nie oplopend wees nie. Nie driftig, nie gou kwaad word nie. Ook hier het ons met ‘n eienskap te doen wat die HERE graag in al ons lewens sien.
Teenoor opvlieënd wees, staan dat jy jouself in bedwang kan hou. Dat jy nie graag rusie soek nie. Dat jy regtig na ‘n ander wil luister. Ook as die ander in die dinge wat hy sê onbillik is. Eers luister om daarna rustig die ander te onderwys. Om die ander rustig te vertel wat die feite is of wat die Gees ons in God se Woord leer.
Belangrik is dat ons die egte vrede soek. Nie deur wie oneerlik en onbillik is sy ding te laat doen nie. Die ware vrede soek ons as ons ‘n ander in alle rus antwoord gee. As jy gou kwaad raak is die gevolg dikwels dat ander nie meer luister nie en dit tot ‘n rusie lei waarby die waarheid nie gehoor word nie. Ons lees daarvan in Spreuke 15:18: “’n Driftige man verwek twis, maar die lankmoedige laat die verskil bedaar.” Hoe kan ‘n mens dit doen? Luister ook na hierdie wysheid van die Gees: “’n Sagte antwoord keer die grimmigheid af, maar ‘n krenkende woord laat die torn opkom.” Spreuke 15:1. Dit gaan daarom dat ons bid om die Gees wat ons leer om onsself te beheers en dan in liefde antwoord te gee.
TEVEEL DRANK
Titus 1:7 Een ambtsdrager moet een man zijn die niet teveel drinkt. Bedenk weer dat onze God en Vader van al Zijn kinderen wil dat ze niet teveel drinken. We leven in de dagen voor het Pinksterfeest. De uitstorting van de Heilige Geest. Leven door en uit de Geest is een leven waarin we vol van Hem zijn. Waarin de Geest van Christus ons leven leidt. Daarbij past niet dat je aangeschoten of dronken bent. Daarbij past niet dat iets anders de leiding van je leven overneemt. Daarbij past niet dat je dingen gaat doen waarvan je later eigenlijk niet meer of nog maar vaag weet dat je het gedaan of gezegd hebt.
Dat is niet iets dat ik nu bedenk omdat ik iets wil opleggen. Nee, dat is de duidelijke wil van God, de duidelijke wil van de Here Jezus die Zijn leven voor Gods kinderen gegeven heeft. Deze tijd is ook de tijd dat veel jonge mensen belijdenis van hun geloof afleggen. Daarbij hoort dan ook het breken met aangeschoten en dronken zijn. Dat je dat wilt mijden als de pest uit liefde voor Christus.
Juist in verband met het leven door de Geest lezen we in Efeze 5:18: “Bedrink u niet, want dat leidt tot uitspattingen, maat laat de Geest u vervullen.”
De Here Jezus zegt in Lukas 21: “Pas op dat jullie hart niet afgestompt raakt door roes en dronkenschap en de zorgen van het dagelijkse leven, zodat die dag jullie overvalt.” Vs 34
VOORBEELD
Titus 1:7 Mense kan kort van draad wees. Mense kan agressief wees. Mense kan bakleierig wees. Al hierdie dinge behoort nie by die mens soos die HERE hom bedoel het nie. Dit behoort nie by die mens as God se beeld nie.
Dis ook die rede hoekom ons lees dat ’n man wat ampsdraer word nie as ’n vegter bekend mag staan nie. Weer sê ek daarby dat dit vir ons almal geld. Die ampsdraers moet in die kerk en daarbuite voorbeelde wees waarop ons ons kan rig. De Gees sê dit in 1 Petrus 5 so: “Hou as herders toesig oor die kudde van God wat onder julle is, … as voorbeelde vir die kudde.” Vs 2,3
Belangrik is hierby dat ons nie net kritiek op die ampsdraers het en net op hulle tekortkomings wys om self ’n verskoning te hê om nie as God se beeld te leef nie. Dit is baie belangrik om juis te let op die dinge waarin die ampsdraers vir ons voorbeelde is in die lewe met die HERE. Om hulle daarin na te volg. ’n Mens leer af om mense te wil slaan as jy daarop let wat die Here Jesus gedoen het. Hy is geslaan vanweë jou en my sondes en Hy het niet teruggeslaan nie. Hy het dit verdra om vir jou en my die vrede met God te verdien. Sy vrede leer ons om vredeliewend en vriendelik te wees.
OM HET GELD?
Titus 1:7 We zien om ons heen hoe mensen misbruik maken van hoge en verantwoordelijke posities die ze krijgen. In de eerste plaats moet er heel veel geld tegenover staan anders willen velen die verantwoordelijkheid niet dragen. Daarbij komt dan vaak nog dat er allerlei bonussen als stimulans bij moeten komen. Dan heb ik het nog niet over het graaien dat achter de schermen gebeurt zonder dat het openbaar wordt. Je ziet dan dat de liefde en de eerlijkheid en het je in dienst stellen van anderen er zo weinig is. Het gaat om ik en meer voor mijzelf. Ik moet er beter van worden.
Dat mag zeker als het gaat om het werk in de kerk en bij het ambtsdrager zijn geen enkele rol spelen. Het mag niet zo zijn dat je ouderling in de kerk bent omdat je “op oneerlijke winst uit bent”. Ook hier zie je weer dat het echt als gelovige leven en ambtsdrager zijn alles met elkaar te maken heeft. Als het goed is gaat het bij een gelovige er in dit leven niet om dat je er financieel beter van wordt maar dat je in liefde de HERE en je naaste dient. Ik denk nu aan 1 Timotheus 6 waar we lezen dat we ons moeten afkeren van mensen die “denken dat de godsvrucht een bron van winst is.” Daartegenover zegt de Geest: “Als we echter voedsel en kleding hebben, zullen we daarmee tevreden zijn.” Vs 5,8
GASVRY
Titus 1:8 “Maar gasvry”. Die Gees het vertel wat ampsdraers en daarom ook regte Christene nie behoort te wees nie. Nou hoor ons wat juis die positiewe eienskappe van ampsdraers moet wees.
As jy mooi oplet sien jy dat die liefde vir die naaste baie belangrik in God se oë is. Die eerste positiewe eienskap wat hier genoem word, is dat ’n mens bereid is om ander mense op te vang en te help. Om ander as gaste in jou huis te ontvang en te help. Dit is een van die dinge wat in die eerste paar honderd jaar van die Christelike kerk opgeval het: dat die Christene ander mense gehelp het. Of hulle nou geglo het, of nie Christen was nie steeds weer het die gelowiges mense in nood gehelp en in huis opgeneem. Hulle het die liefde van God konkreet in hul lewe vir hul naaste gewys.
Ons dink dikwels dat dit veral is wat die diakens moet wys en stimuleer. Ons sien hier dat dit ’n vereiste vir elke ampsdraer in die kerk is. Hulle moet daarin voorbeelde wees. Toe ons nog sondaars was het Christus vir ons die straf gedra sodat ons gasvry deur die HERE by Hom ontvang sou word. As ’n mens dit raaksien, wil jy ook doen wat ons lees in Romeinen 12: “Maak voorsiening in die behoeftes van die heiliges; streef na gasvryheid; seën wat julle vervolg, seën en moenie vervloek nie”. Vs 13,14
IEFDE VOOR HET GOEDE
Titus 1:8 De Here Jezus heeft vanuit de hemel de Heilige Geest gegeven. De Geest die mensen over de hele wereld leert om met hun hart Christus te zoeken en dat uit te dragen in hun eigen omgeving. Om ook andere mensen voor Christus te winnen.
De ambtsdragers geven daarin als cadeaus van de Heilige Geest leiding. Ze geven o.a. leiding in de liefde voor het goede. Zowel de vertaling van de NBV en de Herziene Statenvertaling vind ik hier wat ongelukkig. Ze hebben hier het woord goedwillend. Het woord zelf drukt dit wel uit maar de gevoelsbetekenis is toch meer dat iemand goedig is. Het gaat hier echt om mensen die voorgaan in het steeds weer doen van wat goed is. Mensen die zo in het leven staan dat ze het leven beoordelen in het licht van Gods woorden en dan verwerpen wat verkeerd is in Gods ogen en dan het goede doen. Dat is wat de Geest ons wil leren. De Geest roept ons in Zijn Woord hier allemaal toe op. Ik denk dan o.a. aan 1 Thes 5: “Zie erop toe dat niemand kwaad met kwaad vergeldt en streef altijd naar het goede, zowel voor elkaar als voor ieder ander. …. Onderzoek alles, behoud het goede en vermijd elk kwaad, in welke vorm het zich ook voordoet. Vs 15,21,22.
INGETOë
Titus 1:8 ’n Ouderling moet ingetoë wees. Wat beteken dit? Moet hy amper nie reageer nie? Moet dit lyk asof niks hom raak nie? Is dit die ideale beeld van ’n Christen? Nee, vir seker nie. Dit is juis reg as die dinge wat gebeur ’n mens se lewe raak. As jy wys dat jy by wat ander mense meemaak betrokke is. Jy wys so jou liefde vir ander.
Ingetoë wees beteken dat jy jouself beheers. Jy laat jou nie saamneem deur jou gevoelens of deur jou eie gedagtes nie. Jy laat jou beheers deur die wil van God. Jy laat jou beheers deur die Gees wat jou leer om volgens die HERE se wil te lewe. ’n Ouderling het die taak om die gemeente en om ’n gelowige persoonlik juist te leer om volgens God se wil te lewe. Om jou eie gevoelens en gedagtes nie te volg maar om Christus volgens Sy Woord te volg. As ek dit skryf, gaan my gedagtes na die opdrag wat Christus Sy kerk het effens voordat Hy na die hemel opgevaar het, gegee het: “Gaan dan heen, maak dissipels van al die nasies, en doop hulle in die naam van die Vader en die Seun en die Heilige Gees; en leer hulle om alles te onderhou wat Ek julle beveel het.” Matt 28:19
Laat jou beheers deur wat Christus ons geleer het en leer dit weer aan ander. Dan is jy tot ’n seën op hierdie wêreld.
RECHTVAARDIG
Titus 1:8 Een ambtsdrager moet rechtvaardig zijn. Hij moet vanuit Gods recht de mensen eerlijk behandelen. Dat betekent o.a. dat je niet in partijen denkt. Dat je in het toezicht dat je van Christus over de gemeente gekregen hebt iedereen op dezelfde manier behandelt. Dat er bij een ambtsdrager geen aanzien van de persoon is. Als iemand die je graag mag iets gezegd of gedaan heeft dat niet goed is moet die net zo goed vermaand worden als dat iemand dit gedaan heeft die je minder goed ligt. Bij Gods recht hoort ook dat je de een niet boven de ander voortrekt. Lees maar mee: “Mijn broeders, heb het geloof in onze Here Jezus Christus, de Here der heerlijkheid, zonder aanzien des persoons. ……Maar als u met aanzien des persoons handelt, begaat u een zonde en wordt u door de wet ontmaskerd als overtreders.” Jak 2:1,9
Het gaat hierbij echt ook om beeld zijn van God. Daarom wordt dit ook niet alleen van ambtsdragers gevraagd maar van ons allemaal. Het is nodig dat we als christenen naar de samenleving rechtvaardigheid en eerlijkheid uitstralen. We gaan niet voor een groep maar we willen beeld van God zijn. Van de HERE geldt wat we lezen in 1 Petrus 1:17: “ En aangezien u Hem die iedereen beoordeelt naar zijn daden, zonder aanzien des persoons, Vader noemt, moet u tijdens uw leven als vreemdeling ook ontzag voor Hem hebben.”
HEILIG
Titus 1:8 Iemand wat ampsdraer word moet ook “heilig” of “toegewy” wees. Dit val op dat die woorde “regverdig” en “heilig’ hier so naby aan mekaar staan. Hierdie woorde was in toe se wêreld ’n vaste uitdrukking om te sê hoe ’n mens met ander en met die gode moes omgaan. Jy moes regverdig en eerlik vir ander mense wees. Dit was ook nodig om aan die gode toegewy te wees. As jy die gode nie met eerbied behandel nie, sal hulle kwaad vir jou wees. Dit kan baie slegte gevolge vir jou hê.
Dit is natuurlik nie so dat Paulus hier ampsdraers aanbeveel om meerdere gode te dien nie. De Gees leer ons ook deur Paulus dat net een God bestaan: “Want al is daar ook sogenaamde gode, of dit in die hemel en of dit op die aarde is – soos daar baie gode en baie here is - tog is daar vir ons maar een God, die Vader uit wie alles is, en ons tot Hom, en een Here Jesus Christus deur wie alles is, en ons deur Hom.” 1 Kor 8:5,6
Die bekende woorde regverdig en heilig kry ’n nuwe inhoud as ’n mens die enige God en enige Heer Jesus Christus leer ken het. Dan is jy nie meer bang soos die heidene bang vir hulle gode was nie. Nee, dan gaan ampsdraers die gemeente voor in liefde vir die enige God en Verlosser. Dan sien die gemeente hoe bevrydend dit is om die enige God as jou Vader en Redder te ken. Sien 1 Joh 4:18
BEHEERST
Titus1:8 Een ambtsdrager en ook elk kind van God moet beheerst zijn. Het is heel erg nodig dat de Geest ons leert om onszelf te beheersen en dan juist uit te zien naar dat nieuwe leven dat Geest in ons wil en moet werken. Dat betekent dus dat we moeten leren om ons eigen hart, ons eigen verlangens die opspelen om dingen te doen die tegen die wil van God ingaan te beheersen. Dat we die in bedwang houden, dat we die terugdringen en eigenlijk dood willen maken. Dat is een strijd.
We leven in een samenleving waarin ontzettend veel prikkels op ons afkomen. Prikkels die heel veel te maken hebben met reclame voor de gedachte dat je het moet hebben van het leven op deze aarde hier en nu. Want de dag dat je sterft is het voorbij. Deze gedachte is niet nieuw. We lezen daarvan bijvoorbeeld al in 1 Korinthe 15:32: “Wanneer de doden toch niet worden opgewekt, kunnen we maar beter zeggen: ‘Laten we eten en drinken, want morgen sterven wij.”
Wij hebben het gebed om zelfbeheersing zo nodig om voor de HERE te leven met het perspectief op de eeuwigheid.. Het gebed om de Geest die je nodig hebt om je wil zo te veranderen dat je jezelf in bedwang kunt houden en Gods wil over je leven gaat heersen.
WYSHEID UIT GOD SE MOND
Titus 1:9 Kerk wees in die 21e eeu. Ons leef in ander tye as ons broers en susters 2000 jaar gelede. Nogtans is die HERE die ewige, die onveranderlike. Hy soek in die mense op aarde nog altyd ’n lewe volgens dieselfde norm. Ons het gelees waaraan ampsdraers moet voldoen. As jy lees waaraan hulle moet voldoen, is daar die vraag hoe ’n mens die kenmerke moet invul. Hoe weet ons wat goed, regverdig en heilig is?
Die Gees gee vir ons die antwoord in vers 9. Ons lees daar oor die ampsdraer dat hy ’n man moet wees ‘wat vashou aan die betroubare woord wat volgens die leer is’. Ons sien hier hoe die Woord, die Bybel vir alle tye beslissend is. Die Woord van God, die Bybel moet vir ’n ampsdraer en dus ook vir ons almal beslissend wees. Vir wie dit nie beslissend is nie daardie man kan geen ouderling wees of bly nie.
Toe ek hierdie woorde lees het my gedagtes na Spreuke 2 gegaan: “dan sal jy die vrees van die HERE verstaan en die kennis van God vind want die HERE gee wysheid, uit Sy mond kom kennis en verstand, ….. dan sal jy geregtigheid en reg verstaan en regverdigheid - elke goeie pad.” Vs 5,6,9 Die ampsdraers gee goeie leiding as hulle luister en leer wat die HERE in Sy Woord sê. Ook in die 21e eeu.
VASTHOUDEN AAN DE LEER
Titus 1:9 Een ambtsdrager die duidelijk maakt dat hij wil vasthouden aan de leer, krijgt in onze tijd zomaar te horen: Die leer altijd daar heb ik niet zoveel mee. Mensen verlaten de kerk omdat ze meer vrijheid en creativiteit zoeken, meer zichzelf willen zijn want die leer dat spreekt ze niet aan. Dit soort geluiden zit in onze tijd in de lucht.
Dan vind je o.a. in onze tekst vandaag de Heilige Geest tegenover je. Dan staat de HERE zelf vandaag tegenover je als je zo denkt. Dat is niet zo vreemd. Moet je eens bedenken dat jij van bepaalde dingen echt weet hoe het in elkaar zit. Je weet ook dat dit voor andere mensen van levensbelang is om deze feiten te aanvaarden en daarnaar te leven. Toch zeggen mensen dan tegen je: Je zegt het wel maar wij doen het toch graag anders, wij aanvaarden dit niet op jouw gezag.
Dan zegt iemand dat hij het beter weet dan jij. Dan wordt je aan de kant gezet. Dan willen mensen de echte feiten niet zien. Dan leven ze tegen de werkelijkheid in met gevaar voor eigen leven. Zo is het ook met de leer die de Geest ons door het Woord leert. Dat is wat hier ook letterlijk staat. De leer van het Woord daaraan moet vastgehouden worden. Dat moeten de ambtsdragers uitdragen! Dat is van levensbelang voor de gemeente.
DIE HEMELSE LEER
Titus 1:9 Ek het gister oor die leer geskryf. Die leer wat in die en deur die Woord van God na ons toekom. In die tyd wat Paulus hierdie brief skryf, is die leer duidelik. Ons lees byvoorbeeld in die brief aan die Romeine die volgede daaroor: “Maar ons dank God dat julle wel diensknegte van die sonde was, maar van harte gehoorsaam geword het aan die voorbeeld van die leer wat aan julle oorgelewer is, en, vrygemaak van die sonde, het julle diensbaar geword aan die geregtigheid.” Rom 6:17,18
Let nou baie mooi op wat ons hier gelees het. Hoe innig hier oor die leer gepraat word. Die gehoorsaam word aan die leer is iets om die HERE vir te dank! Jy sien hier ook dat dit nie daarom gaan dat die leer iets bly wat buite jou staan nie! Dit is die hemelse leer waarin die HERE jou en my om ons hart, om ons liefde vra. Die HERE vra om die vertroue om Hom as ons Leermeester te volg. Om met ons hart gehoor te gee aan wat Hy ons leer en daaruit te leef. Iemand wat sê dat die leer saai en dor is, ken nie die regte leer of wil die HERE niet regtig ken nie. Mense wat sê dit gaan om die Heer en nie om die leer nie, sien nie raak dat die HERE juis in wat Hy ons leer wys wie Hy en wie die Here Jesus is nie. Die HERE vra om gehoorsame leerlinge wat volgens Sy leer glo en leef. Daarin gaan ware ampsdraers ons voor.
IN OVEREENSTEMMING MET DE LEER
Titus 1:9 Een man die ambtsdrager wordt moet iemand zijn die echt vasthoudt aan het Woord van God. Iemand die daar niet van af wil wijken. Ook iemand die niet creatief met de Bijbel wil omgaan. Niet iemand die de Bijbel uit wil leggen volgens eigen gevoel of gedachten. Ook niet iemand die zegt: als je de Bijbel maar gebruikt en je kunt de Bijbel nu eenmaal op vele manieren uitleggen. Niet iemand die dat als goed en verrijkend ziet. Het zijn wel de geluiden die je hoort. Soms angstig dichtbij.
Nee, ook voor de kerk van de 21e eeuw geldt dat ambtsdragers voorop gaan om de Bijbel, het Woord van God uit te leggen “in overeenstemming met de leer”! De leer die in de Bijbel ons zelf gegeven is. Dat betekent ook dat we de Bijbel als een geheel zien waarin de Geest met een duidelijke stem spreekt. Dat is ook wat de Geest zo duidelijk zegt in 2 Petrus 1: “Dit moet u allereerst weten, dat geen enkele profetie van de Schrift een eigenmachtige uitleg toelaat; want de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken.” Vs 20,21
We zoeken voor de 21e eeuw geen creatieve ambtsdragers die de Bijbel op allerlei manieren naar eigen gedachten uitleggen en zo aan inlegkunde doen. Nee, we zoeken trouwe ambtsdragers die in diepe eerbied het Woord uitleggen volgens de leer van de Geest.
VASHOU OM TE BEMOEDIG
Titus 1:9 Hoekom moet ‘n ampsdrers nou “vashou aan die betroubare word wat volgens die leer is”? Wat is die doel en die nut daarvan? Die Gees gee ons vir alle tye daarop die antwoord. Ek gee dit weer in die 1983 vertaling. Ek doen dit omdat hierdie vertaling tereg wys dat dit hier om bemoedig envermaan gaan en nie net oor vermaan nie. Ons lees dan: “ Dan sal hy in staat wees om ander met die gesonde leer aan te moedig en die argumente van teenstanders te weerlê.”
Die ampsdraer moet juis met die leer van die Skrif bemoedig. Hy moet in staat wees deur die goeie kennis van die leer om mense die gesondmakende leer te laat hoor. Dit is belangrik as mense begin twyfel. Dit is belangrik as mense in aanraking kom met allerhande dwaalleer. Dit is belangrik as jongmense of ander jonggelowiges deur beproewings gaan. Dit kan wees dat gelowiges moedeloos raak deur die dinge wat hulle in die lewe ervaar. Dan is dit so belangrik dat ’n ampsdraer sy Bybel ken. Dat hy die leer ken wat jou weer wys wie die HERE regtig is, wie Christus is, wat die werklikheid is. Nie volgens wat mense dink of voel maar volgens die HERE se eie leer. Die leer is dan die regte medisyn, is die regte vitamines om weer op kragte te kom. Is die regte medisyn om as jy moedeloos raak weer raak te sien dat wie regte Christus ken en met Hom leef die verloste lewe gekry het!
GEZONDE LEER
Titus 1:9 Wat kan een ambtsdrager die gepokt en gemazeld is in de leer volgens Gods Woord? Hij kan bemoedigen en ook op een goede manier corrigeren met de gezonde leer of zoals de NBV het heeft: met heilzaam onderricht.
Nu is het belangrijk om er op te letten dat deze leer, dat dit onderwijs in zichzelf gezond is, een gezondmakend medicijn. Juist in onze tijd is het heel belangrijk om dit te beseffen. Want voor ons is het vaak zo dat iets gezondmakend of heilzaam is als het volgens ons helpt. Als het volgens ons goed voelt.
Woorden van een ambtsdrager of de verkondiging van een predikant waardoor we ons schuldig of rot voelen, worden door ons snel als niet goed bestempeld. Juist dan is het zo nodig om na te gaan of wat die ambtsdrager gezegd heeft volgens de leer van het Woord en dus volgens de leer van de Geest is. Als het volgens Gods Woord is en het heeft de vinger op de zere plek in mijn leven gelegd dan is het goede medicijn toegediend. Dan is het de vraag of ik dat medicijn slik of het laat liggen. Maar dan moet je niet boos of negatief over die ambtsdrager zijn maar moet je zo eerlijk zijn dat jij dat gezondmakende medicijn niet wil slikken omdat het niet naar jouw smaak is. Je kiest er zelf voor om ziek te blijven en zieker te worden. Je weigert dan zelf om de weg van het leven achter Christus aan op te gaan.
DWARSTREKKERS
Titus 1:9 Mense het somtyds ’n te mooi beeld van die kerk wat in die tyd van die apostels en nie lank daarna ontstaan het nie. Dat die gemeentes wat toe daar was amper volmaakte kerke was. Wie die Nuwe Testament eerlik lees, sien raak dat dit nie so was nie. Dit is baie belangrik dat ons ook vir ons tyd, ook in die 21e eeu, byvoorbeeld Paulus se briewe lees. Die Gees wys ons hoe ons ook in moeilike dingen met mense in die gemeente behoort om te gaan.
Dan sien ons dat ook in die eerste gemeentes daar mense was wat teen die evangelie in gepraat het. Ook toe was daar mense wat die leiding volgens die Skrif deur die ampsdraers nie aanvaar het nie. Hulle wys hul as teësprekers, as dwarstrekkers.
Hoe moet ampsdraers daarmee omgaan? Hoe moet ’n kerkraad daarmee omgaan? Die Gees wys ons dan dat die teësprekers weerlê moet word. Ons moet dus nie net sê dat ons hulle verstaan maar nie heeltemal saamstem nie. Ons moet met liefde vir die ander die ander weerlê. Ons moet dan wys dat die dinge nie so is soos hy sê nie. Ons moet wys dat Christus volgens Sy Woord ’n ander pad wys. As dit om die leer gaan moet die ampsdraer die gemeente wys dat daardie teêspreker met ’n verkeerde leer kom. Ook dit behoort by die bediening van ampsdraers. Paulus skryf daaroor aan Timotheus: “Verkondig die woord; hou aan tydig en ontydig; weerlê, bestraf, vermaan in alle lankmoedigheid en lering.” 1 Tim 4:2
IMAGO
Titus 1:10 Een optimistisch beeld over de kerk zorgt ervoor dat als er mensen ontevreden zijn, als mensen in de gemeente met kritiek komen al heel gauw gedacht wordt dat er iets mis is met de gemeente of met de prediking. Dat we dan niet eerst kijken of deze kritiek of ontevredenheid wel klopt met wat de Geest ons in de Bijbel leert. Onze eerste reactie is in onze tijd dan vaak niet dat we die kritiek langs de gezonde leer leggen. Nee, als mensen het zo voelen dan is er wel iets aan de hand, dan moeten we daar iets mee wordt er dan snel gezegd.
Dat is nog maar zeer de vraag als we hier de wijsheid van de Geest, de wijsheid van God lezen. De HERE laat ons hier de werkelijkheid zien. Er zullen altijd opstandigen, ongehoorzamen, praatjesmakers enzovoort in de gemeente zijn. Dit is de wijsheid van God die ons nuchter maakt. Die ons leert om niet achter elke hype die mensen graag willen aan te gaan. Leg wat mensen zeggen en voelen langs de lat van de gezonde leer. Blijf die verkondigen en in praktijk brengen. Laat steeds weer in ons leven in de kerk als ambtsdragers en hele gemeente dit de leidraad zijn: “Alleen de kerk die zich niet bekommert om haar imago in de wereld maar alleen om haar aantrekkelijkheid voor Christus, kan het evangelie verkondigen in onze postmoderne cultuur.” Die kerk bekommert zich juist echt om haar imago in deze wereld.
AAN DIE SKRIF TOETS
Titus 1:10 Dit is baie belangrik om nie te doen asof geen dwaalleer in die gemeentes in kom nie. Dit is baie belangrik om niet te dink dat ons almal by die gemeente behoort, dat ons almal van die Here Jezus hou en dus nie egte dwaalleer onder ons kan wees nie. Dan doen ons nie reg aan die werklikheid nie. Dan is dit die duiwel wat lag en ons oë verblind. Wanneer Paulus afskeid neem van die ouderlinge uit Efese sê hy o.a. dit: “Ja, uit julle self sal daar manne opstaan wat verkeerde dinge praat om die dissipels weg te trek agter hulle aan. Daarom moet julle waak en onthou dat ek drie jaar lank nag en dag nie opgehou het om elkeen met trane te vermaan nie.” Vs 30,31
Dit gebeur dat ons 20 jaar gelede ’n bepaalde standpunt vanuit die Bybel gehad het en dat nou in dieselfde kerk heeltemal anders gedink en gedoen word. Hoe moet ’n mens daarmee omgaan. Ek hoor rondom my dikwels: ‘Die mening het by daardie tyd gepas en dit pas nou nie meer nie’. Mense wil dan nie hulle mening gee of die vroeëre standpunt reg of verkeerd was nie. Hulle wil nie die argumente aan die Skrif toets nie. Nee, dit gaan net daarom of dit in hierdie of daardie tyd pas en of dit volgens ons van liefde spreek. Om te gaan kyk of een van die menings volgens die Skrif reg is, word as liefdeloos gesien. ’n Gemeente wat leef wil juis altyd eie siening toets aan en rig op God se Woord! Om Christus te volg.
STIL MAKEN
Titus 1:10,11 Er zijn op Kreta mensen in de kerk die de mond gesnoerd moet worden. Mensen die stil moeten zijn om te luisteren naar de gezonde leer. Om op die manier weerlegt te worden. Het weerleggen van een broeder of zuster is niet verkeerd. Er zijn momenten in het leven van de gemeente dat het juist moet. Dat ook juist ambtsdragers daarin het voorbeeld moeten geven. De liefde voor Christus en wat Hij ons leert moet bij ons groter zijn dan dat we mensen maar laten praten omdat we bang zijn ze anders te verliezen. We moeten mensen die onzin spreken of verkeerde dingen aanbevelen in de gemeente juist in liefde terechtwijzen. Ik weet dat we daar in de 21e eeuw niet van houden. Dat we in onze eeuw allerlei theorieën hebben dat we dan onze macht als ambtsdragers zouden misbruiken en mensen niet in hun waarde laten. Laten we goed bedenken als we dit niet doen dat we dan Christus en wat Hij ons geleerd heeft niet op waarde schatten. Als de sociale wetenschappen in de kerk de dienst gaan uitmaken, is de gemeente ten dode opgeschreven. Dan raken namelijk door de verwarring over wat Christus ons leert en wat de weg is die Hij ons door het leven wijst hele families van de goede weg af. Dat heeft een vernietigende invloed op een hele groep mensen in de gemeente. De ambtsdragers zijn geroepen om dat te voorkomen door echt op te komen voor de leer van Christus. Hier geldt: `Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.´
POPULêR RAAK?
Titus 1:11 Ons is geroep om mense vir Christus te wen. Om vir hulle die evangelie te verkondig met die oproep om tot Christus te kom. Die ampsdraers het die taak om die gemeente daartoe te stimuleer.
Die ampsdraers is nie daar om die evangelie so aan te pas dat hulle populêr word en baie geld aan die evangelie verdien nie. ’n Mens sien hoe in die wêreld mense die evangelie so aanpas dat hulle daardeur beroemd raak. Dat hulle daardeur ’n groot naam kry, dat daardeur baie mense kom en hul kerke vol raak. Hulle spog dat by hulle die kerk groei. Nogtans sien jy dikwels dat dan die evangelie dat jy Christus elke dag as jou Verlosser vir jou eie sondes nodig het nie meer reguit verkondig word nie. Die ergernis van die evangelie laat hulle weg en hulle praat nie van die stryd van die geloof en die stryd teen die sondes jou lewelank. Hulle swyg dikwels of heeltemal oor die oordeel van God wat oor ons kom as ons ons nie elke dag bekeer nie. Ampsdraers wat om populêr te raak die evangelie aanpas is ’n plaag vir Christus egte gemeente. Hulle verkondig die evangelie so dat mense hul aan die wêreld aanpas teen die Woord van God in. Ons en ook ampsdraers moet nie as doel sukses hê nie maar die HERE se seën. De opbou van die gemeente volgens die HERE se Woord alleen. Dan leer jy om te dien en nie om vir jou eie wins te gaan nie. Die laaste is in Christus se gemeente onvanpas.
LOS LEVEN
Titus 1:11 Er is een groep mensen in de gemeenten waar Titus dominee van is die dingen uitdraagt die verkeerd zijn. Die onbehoorlijk zijn. In vers 10 hebben we gezien dat er verkeerde invloed is van mensen die uit Joodse kring komen. Maar dat is het niet alleen want als we vers 12 lezen zien we dat het ook uit de oorspronkelijke bevolking van Kreta komt.
Wanneer je het vervolg leest, zie je dat het hierbij ook gaat om een los leven. Een leven waarin je je eigen verlangens kunt volgen. Om het eens naar vandaag over te brengen: “Wat is er mis mee om na je examen eens een week met anderen flink uit je dak te gaan en een week te feesten, dronken te zijn en met verschillenden naar bed te gaan? Dat moet je niet je leven lang doen maar af en toe is daar toch niets mis mee?” Dan zijn er mensen die zeggen dat als je zo leeft en denkt nog best een gelovige kunt zijn, belijdenis van je geloof kunt doen en aan het avondmaal kunt zitten. Mensen die dit zeggen zijn dwaalleraars. Hoe populair ze ook zijn en hoe goed het ook klinkt het zijn mensen die het echte leven met Christus stuk maken. Van zo iemand geldt wat we lezen in 1 Tim 6:3: “Als iemand een andere leer brengt en zich niet houdt aan de gezonde woorden van onze Here jezus Christus en aan de leer die in overeenstemming is met de godsvrucht, dan is hij verwaand, weet niets”.
SONDES AANWYS
Titus 1:12 Paulus is ‘n kind van God. Hy wil in Sy hele lewe die wil van Sy hemelse Vader doen. Dit beteken nie dat hy hom uit de wêreld terugtrek nie. Paulus weet wat in die wêreld aangaan. Hy weet hoe mense dink en voel. Hy ken die gees van die tyd. Ons sien dit daaraan dat hy ‘n bekende skrywer aanhaal. Iemand wat ruim 500 jare gelede geleef het maar in Paulus se tyd nog altyd as ‘n belangryke skrywer gesien word. Dit gaan hier om Epimenides. Hy was ‘n Griekse wysgeer wat afkomstig was van Knossus op Kreta.
Hierdie man het die gees wat op die eiland Kreta heers baie goed getipeer: “Die Kretense is altyd leuenaars, ongediertes, lui buike.” Dit is ‘n goeie tipering want in die Grieks bestaan selfs ‘n werkwoord wat beteken: “lieg as ‘n Kretenser”.
Paulus noem hierdie Epimenides ‘n profeet. Nie omdat hy ‘n profeet van die HERE was nie maar omdat die Grieke gedink het dat hierdie man ‘n spesiale band met die gode gehad het. Hulle sien hom as ‘n profeet. Paulus sê: as Epimenides die Kretensers so negatief beoordeel, is hy reg. In baie dinge was hy nie reg nie maar op hierdie punt wel.
Is dit verstandig van Paulus om nou so’n negatiewe oordeel oor die mense op Kreta te gee? Moet ‘n mens nie versigtiger wees as jy probeer ‘n gemeente te bou nie? Ons leer hier dat ons met liefde vir die mense die sondes moet aanwys. Om te weet waar ‘n mens hom van moet bekeer. Dit is die wysheid van die Gees ook vir die kerk in 21e eeu.
LEVEN VOOR JEZELF
Titus 1:12 Paulus oordeel over de Kretenser, over hun volksaard is niet mis. Hij noemt ze o.a. ‘gemene beesten en vadsige buiken’. Ze zijn onbetrouwbaar, ze schuwen geen geweld en ze leven voor eten en drinken. Al met al een leven dat sterk gericht is op het eigen ik en het zelf kunnen genieten zoveel als je kunt. Ook als het ten koste van anderen gaat.
Als je dat eens op je in laat werken, zie je veel van onze eigen tijd terug. Wanneer het evangelie van de Here Jezus daarin je beperkingen oplegt, is dat maar erg wettisch en daar moeten we vanaf. Want God gunt ons toch dat we juist zoveel mogelijk genieten?! Hij is toch liefde. Hij staat wat we graag willen toch niet in de weg?
Paulus draagt Titus op om hiertegen heel duidelijk op te treden. Juist omdat deze geluiden ook in de kerk hun aantrekkingskracht hebben. Verantwoording aan Christus afleggen en jezelf verloochenen omdat er verlangens bij je zijn die in Gods ogen niet goed zijn, vinden we zo moeilijk. Dat willen we eigenlijk niet. We horen de Geest door Paulus ook in de brief aan de Fillippenzen in dit verband iets heel belangrijks zeggen: “Ik heb u al vaak gezegd, en zeg nu zelfs met tranen in mijn ogen: velen leven als vijand van het kruis van Christus en gaan hun ondergang tegemoet. Hun god is hun buik, hun eer is schaamteloosheid en hun aandacht is alleen gericht op aardse zaken.” 3:18,19
DIE GEES VAN ONS TYD
Titus 1:13 Sommiges in die gemeentes op Kreta is ‘n bedreiging vir die lewe van die kerk. Hulle soek aansluiting by die volksaard van die mense daar. Dit is ook in ons tyd ‘n aktuele bedreiging. Jy kry mense wat sê, en dit dalk ook opreg meen dat hulle die kerk weer lewendig en groot wil maak. Die gemeentes in baie lande krimp en mense soek na ‘n omkeerstrategie. Dikwels is die voorstel om ons meer by die gees van die tyd aan te pas. Ons moet as gemeentes minder teenoor die wêreld gaan staan. Ons moet meer saamgaan met die gees van die tyd. Dan sal die kerk weer groei. Dan gaan die mense die kerk nie meer sien as outyds nie.
Dit klink almal baie goed en nogtans is dit nie die regte pad nie. Een ding in hierdie redenasie is reg en dit is dat ons in hierdie wêreld die evangelie moet verkondig. Dat ons dit moet doen in die taal van ons tyd en dat ons ons nie uit die wêreld moet terugtrek nie. Ons moet ook oor die dinge gesels wat in ons tyd gebeur en dit in die lig van die evangelie sit. Nogtans kan ons die boodskap van die evangelie nie aanpas aan die volksaard of die gees van die tyd nie. Nee, ons moet mense oproep om waar hulle aard en hulle gees en die samelewing se aard en gees met die evangelie stry om op die punte tot bekering te kom. Om die Gees van God te gaan volg. Mense wat so wil aanpas moet skerp bestraf word! Hulle is ‘n gevaar vir Christus se gemeente. Hulle is meer lief vir hul eie tyd dan vir Christus.
STRENG AANSPREKEN
Titus 1:13 Wat moet je doen met mensen in de gemeente die de weg van de aanpassing aan de wereld in leer en leven wijzen? Die een weg wijzen waarin we ons aanpassen aan wat er in ons eigen zondige hart leeft. Hoe moet je daar als ambtsdragers, als kerkenraad tegenover staan?
De Heilige Geest wijst ons in onze tekst een heel duidelijke weg. Je mag ze niet hun gang laten gaan. Dat werkt verwoestend al zou de gemeente daar in aantal door groeien . Je mag ze ook niet zo snel mogelijk de gemeente uit werken. De weg die de Geest ons hier wijst is dat vooral de ouderlingen deze mensen scherp en streng aanspreken. Deze broeders en zusters moeten heel duidelijk weerlegd worden. Wat zij leren is, al noemen ze de naam Jezus veel, niet de weg die de echte Jezus Christus wijst. Het doel van dat scherpe vermaan is om deze mensen weer gezond te maken. Het doel is dat ze in het licht van de ware leer zien dat ze mis zitten. Dat ze heel ziek zijn en daarom een gevaar vormen voor de geestelijke gezondheid van de gemeente. Ze hebben nodig om in het licht van de gezonde leer te gaan zien dat het ook voor hen heilzaam is om van mening te veranderen. Om hun leer op te geven en terug te keren tot de gezonde leer van Christus zelf. Die maakt gezond. Die saneert verkeerde meningen en gevoelens. Echt leven uit die leer en je daardoor laten vormen brengt je bij de echte Christus.
BYBELSE ROMANS
Titus 1:14 Paulus wys nou wat Titus vir die dwaalleraars en hulle leerlinge moet sê. Hulle moet ophou om Joodse fabels as waarheid aan te neem. Onder die Jode is daar rondom die verhale in die Bybel allerhande aanvullings op hierdie verhale. Aanvullings wat nie anders is as menselike fantasie en invulling is nie. Dit maak ongesond in geloof om daaraan baie waarde te heg en diskussie oor te voer. Dit gaan in die lewe om wat die HERE self in Sy Woord vir ons vertel. Dit moet altyd bo alles in ons lewe staan. Ons moet in die kerk nie baie waarde heg en baie diskusseer oor menselike aanvullings op die Bybel. Dit moet gaan om die regte uitleg en toepassings van wat die HERE in Sy Woord vir ons sê.
As ik dit skryf moet ek ook dink aan baie boeke wat in romanvorm oor Bybelse persone in ons tyd geskryf word. Ons moet ook daarmee baie versigtig wees. Dit is boeke waarin jy baie aanvulling en eie invullings van mense lees. Somtyds sê mense dat die boek oor so’n Bybelse persoon hulle eintlik baie meer aanspreek as wat ons in die Bybel lees. Ook in gesprekke kom jy agter dat mense meerdere kere verwar wat in die Bybel staan en wat hulle in so’n boek oor ‘n Bybelse persoon gelees het. Dit is baie belangrik om die onderskeid tussen wat jy in die Bybel lees en wat in so’n boek staan steeds mooi raak te bly sien. Die Woord van God is die waarheid wat vas en seker is. Bly daarby.
VRIJ ZIJN
Titus 1:14 De mensen die zich door de dwalling hebben laten meenemen en die nu uitdragen, moeten terechtgewezen en weerlegd worden. Er moet daarbij op gewezen worden dat ze zich geen regels moeten laten opleggen door mensen die zich in feite van de waarheid hebben afgekeerd. Mensen die bepaalde delen van de Bijbel buitenspel zetten, die wat de HERE als gezaghebbend gegeven heeft niet zo nemen omdat je dat in onze tijd niet meer kunt maken. Naar zulke mensen moet je niet luisteren. Je moet de regels die zij jou willen opleggen niet volgen.
Mensen in de gemeente die daardoor geinfecteerd zijn, moeten daarvan verlost worden. Dat kunnen heel verschillende regels zijn. Het kan de regel zijn dat je van allerlei dingen geen gebruik mag maken of allerlei dingen niet mag aanraken of eten terwijl de HERE daarin vrijheid heft gegeven. Zie bijvoorbeeld Kol 2:20-22.
Het gebeurt veel meer in onze tijd dat mensen ons de regel willen opleggen dat je iedereen vrij moet laten. Dat je ook zelf de vrijheid hebt om te doen wat je wilt. Die bijna onbeperkte vrijheid is dan de hoogste regel en norm geworden. Je eigen heer zijn in plaats van Christus als de Heer over je hele leven. Echte vrijheid is om door de kracht van de Geest volledig gebonden aan Gods goede wil te willen leven. Dat is het spoor dat de Geest door het Woord van God alle mensen wijst. Dat is echte vrijheid die geen mens kwaad doet.
ALLES REIN
Titus 1:15 Ons kom nou agter wat by die dwaalleer toe op Kreta behoort het. Paulus sê teenoor die dwaalleer dat ‘alle dinge rein is vir de reines’. Dit gaan hier om alles wat die HERE geskep het. Om alles wat die HERE in die skepping ingestel het soos byvoorbeeld die huwelik. Dit is nie so dat bepaalde dinge vir ‘n Christen te gewoon of te laag is nie. Alles wat die HERE in die skepping gegee het is goed. Sien ook 1 Tim 4:4,5. Niks in die skepping is smerig nie maar ons kan dit wel op ‘n verkeerde, sondige manier gebruik.
Die Here Jesus maak duidelik dat die dinge van die skepping self ons nie smerig en sondig maak nie. Na die uitstorting van die Heilige Gees kan selfs bepaalde dinge wat ons eet ons nie meer onrein maak nie. Dit gaan nie om die uiterlike dinge nie maar om die hart. Die Here Jesus self sê vir Sy leerlinge: “Nie wat in die mond ingaan, maak die mens onrein nie; maar wat uit die mond uitgaan, dit maak die mens onrein. …. Maar die dinge wat uit die mond uitgaan, kom uit die hart, en dit is wat die mens onrein maak. Want uit die hart kom daar slegte gedagtes, moord, egbreuk, hoerery, diewery, valse getuienis, lastertaal.” Matt 15:11,18,19
Die HERE se skepping is goed. As dit om die verkeerde gaat moet ons by onszelf wees. Ons verlossing lê dan ook buite onsself in Christus.
VROME SMOESJES
Titus 1:15 Alles is rein voor de reinen. We hebben twee dagen terug gezien dat het betekent dat Gods schepping goed is. Dat we daaruit alles mogen gebruiken. Het komt aan op het goede gebruik. Dat laatste moeten we goed vasthouden. Deze woorden van de Heilige Geest worden namelijk ook vaak en makkelijk misbruikt. Dan zeggen mensen dat je in de Bijbel leest dat je alles mag doen als je gelooft. Als je gelooft ben je schoon door de Here Jezus en dan kun je doen wat je maar wilt. Het maakt je niet meer smerig. Een andere tekst die op deze manier vaak misbruikt wordt is: “Onderzoek alles, behoud het goede.” 1 Tes 5:21
Mijn gedachten gaan nu uit naar iemand die zijn vrouw verlaten had om er met een andere vrouw vandoor te gaan. Toen ik hem opzocht en we een gesprek hadden zei hij: “Ik denk niet dat de HERE het zo erg vindt want ook David pleegde overspel en toch was hij een man naar Gods hart. Ook ik houd van de HERE. ” Dan gebruiken we vrome praatjes om ons eigen zonden goed te praten, om onze eigen smerige daden of woorden schoon te praten. Het is niet zo dat je kunt zeggen als ik het maar kan verantwoorden tegenover God dan heeft niemand er iets over te zeggen. Het gaat er om dat we wat God gegeven heeft gebruiken zoals Hij het volgens Zijn Woord wil. Dat is het goede.
DIE GEES VERANDER MENSE
Titus 1:15 Wanneer is jy rein? As jy by Christus jou lewe soek. As jy jou eie onreinheid raaksien en daarmee wil breek. Jy wil van wat nie goed, nie skoon in jou lewe is nie verlos raak. Jy vra vergewing. Jy wil jou deur Christus se bloed laat skoonwas. Jy wil ook al meer in jou manier van dink, voel en leef skoon word.
Ons lees in 1 Korinthe 6 hoe mensen wat in sonde geleef het deur die lewe met Christus anders geword het. Die Gees het die geloof in hulle gewerk en dan word duidelik dat hulle nie meer in die sonde leef nie. Dit beheers hulle nie meer nie, Van hulle lees ons dan in vers 11: “En dit was sommige van julle maar julle het jul laat afwas, maar julle is geheilig, maar julle is geregverdig in die Naam van die Here Jesus en deur die Gees van onse God.”
As jy rein is en rein volgens God se wil wil wees, vra jy steeds: HERE hoe wil U dat ek hierdie dinge in U skepping gebruik? Dan wil jy wegbly by die verkeerde gebruik wat jou in God se oë vuil maak. ‘n Mens wat nie met liefde en ontsag na Christus kyk, gebruik alles in de skepping volgens sy eie sondige verstand en gewete. Dan raak ook die mooiste dinge wat die HERE in Sy skepping gegee het vuil. Dan beskadig selfs die gebruik van die mooiste en teerste in God se skepping ander mense en ook jouself. Ons sien hier raak hoe belangrik dit is dat die Gees in ons die groot skoonmaakwerk doen. Ons verander.
DADERS VAN HET WOORD
Titus 1:16 Hier zien we heel duidelijk dat het bij de mensen die dwaling in leer en leven propageren op Kreta om mensen in de gemeenten gaat. Het zijn mensen die zeggen dat ze van God houden. Het zijn mensen die zeggen dat ze van de Here Jezus houden. Juist daarom is het ook zo moeilijk om te zeggen dat het dwaalleraars zijn. Dan krijg je gauw veel mensen over je heen want het zijn toch christenen en dan moet je niet zo kritisch zijn.
De Heilige Geest laat hier zien dat dwaling zich heel vaak uit in het leven van mensen. Ze doen dingen en praten dingen goed die haaks staan op wat God ons in Zijn Woord als Zijn wil voorhoudt.
Dat het doen van de wil van God echt bij het geloof, het leven met Christus hoort, lezen we steeds weer in de Bijbel. Zonder dat je echt gehoor in je leven geeft aan wat de Geest ons in de Bijbel leert, ben je in feite geen gelovige. Ik denk nu o.a. aan wat we lezen in Jakobus 1: “En wees daders van het Woord en niet alleen hoorders. Anders bedriegt u uzelf. …. Als iemand onder u denkt dat hij godsdienstig is, en hij zijn tong niet in toom houdt, maar zijn hart misleidt, dan is zijn godsdienst zinloos.” Vs 22,26
Als je ziet dat er dan sprake is van een dood geloof is het ook duidelijk dat mensen die anders leren dan wat de Geest ons leert er echt helemaal naast zitten.
UITSPUUG?
Titus 1:16 Wat is die gevolg daarvan as mense doen asof hulle gelowig is en nogtans duidelik teen God se wil in leef? Hoe kyk die HERE na mense wat leer dat jy ‘n Christen kan wees en nogtans heeltemal anders kan leef as wat die Gees ons in die Bybel leer? Dan is hulle in die HERE se oë gruwelik. Dit beteken dat die HERE dan van so’n mens walg.
Ons sien dit ook as die Here Jesus ‘n brief stuur na die gemeente van Laodicea. Hy noem die gemeente daar lou. Dit wil sê dat hulle wel oor Christus praat maar dat hul lewe nie deur Christus gestempel word nie. Hulle leef vir hulleself en nie vir die HERE nie en daarom skitter die evangelie nie in hulle lewe nie.
Christus sê oor mense en ‘n gemeente wat so leef o.a. dit: “Ek ken jou werke, dat jy nie koud is en ook nie warm nie. Was jy tog maar koud of warm! Maar nou, omdat jy lou is en nie koud of warm nie, Ek sal jou uit my mond spuug.” Openb 2:15,16
Wat is dan die regte medisyn? Hoe kan jy voorkom dat Christus jou uitspuug? Die Here Jesus gee hierdie antwoord: “Almal wat Ek liefhet, bestraf en tugtig Ek. Wees dan ywerig en bekeer jou.” Daarby gee die Here Jesus ‘n heerlike belofte: “Kyk, Ek staan by die deur en Ek klop. As iemand my stem hoor en die deur oopmaak, sal Ek ingaan na Hom toe en saam met hom maaltyd hou, en hy met My.” Vs 19,20.
UIT LIEFDE HET GOEDE WERKEN
Titus 1:16 De laatste meditatie over hoofdstuk 1 vandaag. De mensen die in naam christen zijn, die bij de kerken op Kreta horen maar openlijk anders leven dan de Geest het leert in de Bijbel noemt Paulus: “verfoeilijk, ongehoorzaam en tot elk goed werk ongeschikt”. HSV
Het woord dat hier voor ongehoorzaam gebruikt wordt wijst op een ongehoorzaamheid aan God zoals je dat bij ongelovigen vindt. Hetzelfde word lezen we in 3:3 en 2 Tim 3:2. Paulus laat ds Titus zien dat zulke mensen in feite ongelovigen zijn en dat ze zo ook genoemd moeten worden om de rest van de gemeente niet te infecteren.
Deze mensen zijn door hun feitelijke ongeloof, al praten ze nog zoveel over Jezus, ongeschikt tot goed werk. Echte christenen zijn als het goed is bereid om goede werken te doen. Zie 3:1. De Geest werkt door het geloof zo in het leven van Gods kinderen dat ze vanuit de liefde van God er in liefde voor de naaste willen zijn. Dat is het werk van de Geest. Dan leren we bij alle gebrek goede werken uit liefde te doen. Juist vanuit het Woord dat we kennen. Dat vertelt ons de Geest in 1 Tim 3 zo: “Elke schrifttekst is door God geïnspireerd en kan gebruikt worden om onderricht te geven, om dwalingen en fouten te weerleggen, en om op te voeden tot een deugdzaam leven, zodat een dienaar van God voor zijn taak berekend is en voor elk goed doel volledig is toegerust.” vs 16,17
PROKLAMEER!
Titus 2:1 Paulus spreek Titus nou aan. Hy beklemtoon dat ds Titus heeltemal anders as die dwaalleraars moet werk. Hy moet verkondig. Hy moet vir die mense op Kreta proklameer. Hy het ’n boodskap wat hy met sekerheid en met oortuiging moet bring.
Die boodskap is nie wat hy self dink of voel nie. Hy moet die boodskap bring wat “by die gesonde leer pas”.
Die dwaalleer maak ongesond, maak siek. Maak mense ongeskik vir goeie werke. Die vashou en leef volgens die leer van Christus maak gesond en is daarom goed vir jouself, vir jou naaste en vir die hele wêreld. As ’n mens daarna kyk wat Christene almal in hierdie wêreld aan verkeerde dinge gedoen het. As ’n mens dink aan die seksuele misbruik wat die laaste jare openbaar geword het dan is skaamte op sy plek. Dan sien jy raak dat baie mense wat hulle Christen noem die leer van Christus nie regtig ter harte geneem het nie. Dan word die naam van Christus deur ons lewe, terwyl ons ons Christen noem, geskaad.
Die opdrag wat Titus kry en wat al die predikante en ouderlinge het om die gesonde leer te verkondig, is ’n heerlike taak. Dit is wat ’n mens ook in moeilike dae as ampsdraer op die been hou. Dat jy nie jou eie boodskap hoef te bring nie, dat dit nie afhanklik is van jou kreatiwiteit nie maar dat dit die gesonde leer self is wat jy mag verkondig. In diens van jou Sender.
VOORLEVEN EN VOLGEN
Titus 2:2 In de verzen die nu komen wordt de oudere generatie opgeroepen om voorbeelden in geloof te zijn voor de jongeren. We zien hier hoe belangrijk het is dat ouderen en ouders het leven met Christus uitdragen en uitleven. Wij zijn in de kerk, ook in de kerk van de 21e eeuw niet als losse individuen naast elkaar gezet. We hebben als generaties ook verschillende opdrachten in de kerk.
Die van de ouderen is om aan de jongeren te laten zien wat een gerijpt geloof is. Om te laten zien wat groei in geloof betekent voor het kennen van de HERE en de werkelijkheid. De ouderen kunnen vanuit een gerijpt geloof ook vertellen hoe de Geest je er bij twijfel, bij grote vragen, bij grote moeite, bij verleidingen in het leven weer bovenop wil helpen. Ze kunnen als het goed is vanuit geloofservaring spreken. Wat is het goed om naar mensen met zo’n gerijpt geloof te luisteren. Om je ook te bewaren voor valkuilen waarin je door jeugdig enthousiasme kunt vallen. Het is daarom goed om in de komende tijd als oudere generatie te zien wat die rijpheid van het geloof is waarnaar we hebben te groeien. Het is voor ons als jongere generatie dan goed om te zien waarin ouderen ons voorbeeld hebben te zijn en dat na te volgen. Dat is het medicijn tegen een duivelse generatiekloof. Wat is de HERE wijs.
NUGTER EN SOBER
Titus 2:2 Dit gaan in hierdie vers regtig om die ouer mannen. Dikwels is die lewe in die oudheid in meerdere periodes ingedeel. Jy was so’n ouer man as jy 50 jaar of ouer was. Jy het in die laaste deel van jou lewe gekom. Jy het regtig lewenservaring opgedoen. Hierdie lewenservaring en die jarelank leef met die HERE maak dat die ouer manne as dit goed is voorbeelde kan wees. Manne by wie jy wysheid kan bekom op jou lewenspad.
By hulle behoort bepaalde eienskappe. Die eerste is dat hulle nugter moet wees. Hierdie woord wys daarop dat hulle nie aan die drank verslaaf moet wees nie. Hierdie woord het ook die betekenis van ‘n sobere lewe lei. Sober in die betekenis van matig. Nie uitspatterig nie. Die ou manne moet vir die jong manne wys dat dit in die lewe nie daarom gaan om soveel moontlik vir jouself te hê nie. Dit is goed om vir jouself sober te leef en dan baie vir Christus se Koninkryk en ander wat dit so nodig het te gee.
Die ou manne moet ook waardig wees. Dit moet so wees dat die ouer generasie vir die jongeres wys dat dit goed is om met ander mense rekening te hou. Om by ander mense ‘n goeie naam te hê. Dit gaan nie daarom om jouself soveel moontlik te kan uitleef nie. Vir seker nie as jy daarmee ander hinder nie. Dis beter om sommige dinge nie te doen nie en dan ‘n goeie naam by ander te behou. Jy hou rekening met ander mense.
SAMEN VOLK VAN GOD
Titus 2:2 De oudere generatie wordt opgeroepen om voor de jongeren een goed voorbeeld te zijn. Je ziet hoe belangrijk de Geest juist die verbondenheidheid tussen ouderen en jongeren vindt. We zijn samen volk van God. Het is niet zo dat we geroepen zijn tot een ouderenkerk en een jeugdkerk. Nee, samen kerk van Christus waarin ouderen de jongeren echt iets te zeggen hebben. Dat vraagt om het onderlinge geloofsgesprek in de gezinnen maar ook in de gemeente. Wat zou het goed zijn als we een deel van het jaar onze bijbelstudieverenigingen eens niet volgens leeftijd zouden indelen maar met mensen van alle leeftijden.
Je ziet hier ook de wijsheid van de HERE om in de kerkdiensten mensen van alle leeftijden als Zijn ene volk bij elkaar te brengen. De ouderen moeten er voor zorgen dat ze in dat onderlinge geloofsgesprek en ook in het leven van elke dag de jongeren iets te zeggen hebben. Juist door hun jarenlange leven dicht bij de HERE en Zijn Woord. Om “gezond te zijn in het geloof, in de liefde en de volharding.”
Let op de volgorde. Eerst komt de gezondheid in het geloof. Dat je echt volgens de leer van Gods eigen Woord denkt, spreekt en leeft. Vanuit die kennis en daarom het vertrouwen op Christus wil je in liefde met je naaste omgaan. Er echt zijn voor de mensen om je heen of ze nu gelovig zijn of niet. Dat is een goed voorbeeld voor de jongeren. Om na te volgen.
VOLHOU
Titus 2:2 Die ou manne word ook opgeroep om gesond in lydsaamheid of volharding te wees. Dit gaan om die volhou in die gesonde leer en leef volgens God se wil. Juis die ouer generasie kan daarin voorbeelde wees.
Dit is ’n getuienis vir die jonger generasies as die ou mense kan laat hoor dat Christus en Sy Woord deur al die storme van die lewe die houvas en fondament van hulle bestaan gebly het. As hulle kan vertel hoe de Gees hulle by ´n lewe met die enigste ware God bewaar het. Dit is ook wat ons lees in Jakobus 1. As dit gaan om beproewings wat ’n mens se lewe kan binnekom. Ons lees daar in vers 2,3: “Ag dit louter vreugde, my broeders, wanneer julle in allerhenade versoekinge val, omdat julle weet dat die beproewings van julle geloof lydsaamheid bewerk.”
Die leerskool van die Gees ken ook juis moeilike dinge om in die geloof te kan volhou. Om dan raak te sien hoe by die HERE die krag is om tot in die swaarste aanvegtings te kan volhou deur Sy krag. Tot ons bemoediging vertel die Gees ons in 1 Kor 10:13: “Geen versoeking het julle aangegryp behalwe ’n menslike nie; Maar God is getrou, wat nie sal toelaat dat julle bo kragte versoek word nie; maar Hy sal saam met die versoeking ook die uitkoms gee, sodat julle dit kan verdra.” Die ou generasie wat daarvan getuig is ’n seën vir die hele gemeente. ´n Seën vir die jongeres.
PAST JE LEVEN BIJ DE HERE?
Titus 2:3 Wat van de oudere mannen geldt in de gemeente geldt ook voor de oudere vrouwen. Ook zij worden geroepen om voorbeelden te zijn. Juist ook voor de jongere vrouwen in de gemeente. Een voorbeeld waar de jongeren zich op kunnen richten.
In de eerste plaats worden ze opgeroepen om een gedrag te vertonen dat bij de dienst aan de HERE past. De NBV vertaalt hier met ‘ingetogen gedragen’ nogal vrij. Letterlijk staat hier een ‘gedrag dat bij de heilige dienst aan de HERE past’.
Het laat zien dat je leven met de HERE veel meer is dan woorden en dan een gevoel op bepaalde momenten. Leven met Christus is een manier van leven. Het is dit wat je hele leven doortrekt en je hele gedrag zoals je naar buiten komt doortrekt. Het betekent dat je band met de HERE van binnen naar buiten je leven, je gedrag in beslag neemt.
Het is goed en nodig dat de jongere generatie aan de oudere kan zient dat leven met Christus echt voor je hele leven is. Niet alleen voor altijd maar ook voor alles in je leven. Het is als een kleurstof die je in een bak met water gooit en die vanaf het punt waar het in het water komt heel het water doortrekt en het een andere kleur geeft.
Zo kunnen ouderen laten zien wat leven met Christus betekent. Het is een leven dat zo gegroeid is dat je het aan hun hele gedrag kunt zien.
KWAADSPREEK
Titus 2:3 Die ouer vroue in die gemeente moet vir die jongeres wys om geen ‘kwaadspreeksters’ te wees nie. Die woord wat hier in die Grieks gebruik word is ‘n baie opvallende woord. ‘n Woord wat nie baie gebruik word in die Bybel maar iets spesifieks aangee as dit gaan om die praat van dinge wat nie reg is nie.
Sekerklik as mense mekaar opsoek en saam bepaalde dinge doen, soos vroue in daardie tyd dikwels gedoen het, word baie saam gepraat. As ‘n mens baie tyd het om saam te praat gebeur dit ook dikwels dat jy dinge gaan sê waarvan jy nie seker is nie. Wat net vermoedens is. Jy gaan ook gou dinge sê wat meer jou negatiewe gevoel oor ‘n ander weergee as dat dit feite is.
As dit gebeur of jy gaan die slegte dinge van ‘n ander vertel sonder dat jy met daardie persoon self daaroor gepraat het, is jy ‘n kwaadspreker. Dit is selfs so as jy sonder dat dit regtig nodig is negatiewe dinge oor ‘n ander vertel.
Die Griekse woord wat hier gebruik word, maak duidelik waar die kwaadspreek vandaan kom. Hierdie woord sê namelijk letterlik dat jy geen diabolos moet wees. Diabolos is ´n titel wat ook vir die duiwel gebruik word. Hy is die verleier, die kwaadspreker. Jy moet hom nie volg nie. Hy is die vader van die leuen. Joh 8:44. Laat die ouer generasie vir die jongeres ‘n voorbeeld wees van positief praat oor anderes en die regtig saam uitpraat van sake.
DRANK MOET?
Titus 2:3 De oudere vrouwen worden door de Geest opgeroepen om leraressen van het goede te zijn. Vanuit hun leven hoort er in de gemeente ook op de jonge vrouwen een positieve invloed uit te gaan. Hun leven hoort in woord en daad een goede raad te zijn.
Daarbij hoort ook dat ze een voorbeeld zijn in de omgang met wijn en sterke drank. Is het zo dat een visite en een feestje alleen maar goed en gezellig kan zijn als er flink wat drank is? Is samen ergens zijn niet gezellig als er geen of weinig drank is? Is dat het wat we elkaar als het ware aanpraten? Dat lijkt in onze samenleving wel zo. Laten we daarbij ook eerlijk zijn dat we als oudere generatie daarbij wel het voorbeeld hebben gegeven. Daarin zal echt verandering moeten komen. Niet op de manier dat je zegt dat wijn en sterke drank zonde zijn. Er is een goed gebruik. Maar het moet duidelijk zijn dat het met mate gebruikt moet worden en dat met het bijelkaar zijn en feest vieren zonder drank niets mis is. Als je echt belangstelling voor elkaar hebt is drank geen voorwaarde voor een goed gesprek, voor gezelligheid en feest.
Juist de oudere generatie heeft gezien hoe veel drank levens en verhoudingen tussen mensen heeft stukgemaakt. Leef dan voor dat we ons leven zeker niet zoeken in de drank. Dat als we weten dat iemand die we uitnodigen niet van de drank kan afblijven als het er is dat ook niet op tafel zetten. Dat is liefde voor de naaste en daar laat je zelf ook iets voor staan toch?!
MAN EN KINDERS LIEFHE
Titus 2:4 Wat is die doel van die voorbeeld wees van die ouer vroue? Dat hulle so ‘n voorbeeld is dat die jonger vroue hulle ook as goeie voorbeelde kan sien. Dat hulle ‘n regte Christelike rolmodel is.
Die jong vroue leer op hierdie manier om ‘versigtig of verstandig te wees’. Wat dit beteken is wat ons verder in hierdie vers lees. Die meeste van die jong vroue trou en kry kinders. Die groot vraag is dan wat die rol van die jong vrou in die gesin is. Wat is dit wat haar rol in die gesin stempel? Die ouer vroue moet hulle leer om ‘hul mans en kinders lief te hê’. Gaan dit hierby net om ‘n gevoel? Nee, dit gaan daarom dat jy dit met jou dade en in jou lewe wys. Wat is dan die liefhê van jou man en kinders?
Die ouer vroue moet in hulle lewe en onderwys na God se liefde, na die liefde van Christus verwys. Dit wys dan vir die jong vroue en vir ons almal daarna dat ons nie ons eie belang en ons eie ontplooing eerste soek nie maar juis die belang en ontplooing van die ander. Hierin gaan Christus ons voor. Sien: Fil 2:6-8. ‘n Mens leer dan as eggenote en moeder om te dien en daarin die vreugde van jou lewe te vind. Dieselfde geld ook vir die man as eggenoot en vader. Die ouer generasie kan moeders en vaders vanuit ryke lewenswysheid en geestelike insig die regte en goeie weg vir die lewe in die gesin wys. Ook in die 21e eeu.
VROUWENDISCRIMINATIE?
Titus 2:5 Dit is zo’n vers in de Bijbel waarmee we het als christenen in het Nederland van de 21e eeuw moeilijk hebben. We voelen wat hier staat heel snel aan als het achteruitzetten van de vrouw. Iets dat echt niet meer bij onze tijd hoort. De uitweg die dan nogal eens gebruikt wordt, is dat Paulus deze voorschriften geeft om niet onnodig aanstoot te geven in de samenleving van toen. Het was nodig om zo te leven om missionair te kunnen zijn. Dat klinkt mooi maar toch loopt deze weg wel dood. Ook al in dit vers zelf omdat het eindigt met de woorden: “Dan wordt het Woord van God in ere gehouden (NBV) of ”opdat het Woord van God niet gelasterd wordt” (HSV). De dingen waarin de Geest hier de oudere vrouwen oproept om een voorbeeld voor de jongeren te zijn, komen op uit het Woord van God zelf!
Dus moeten we het niet als cultuurgebonden aan de kant schuiven maar eerlijk kijken wat de HERE ons hier zegt. Ook als ons dat tegen de haren van onze tijd en cultuur lijkt in te strijken. Dan is het juist nodig om te zien wat een echt goed leven is volgens de HERE die de wijsheid in pacht heeft. Die ons een betere weg wijst dan de geest van onze tijd. Dan moeten we er ook voor uitkijken om geen karikatuur te maken van wat de Geest hier zegt. Het is niet zo dat de Geest in Bijbel de vrouw een minderwaardige plaats wijst. Ze heeft een eigen volwaardige plaats naast de man. We zien dat de volgende dagen.
GESIN EERSTE
Titus 2:5 Die ouer vroue moet vir die jonger christenvroue ‘n rolmodel wees. Daarby moet hulle wys wat dit is om ingetoë te wees. Dit beteken dat hulle wil leef volgens die reels wat die HERE gee. Dat ons binne die perke van God se wil wil bly. Dat ons uit liefde vir Christus onsself daardie grens oplê. Daarby behoort dan ook dat die ouer vroue die voorbeeld gee van ‘n kuise lewe. Kuis wys daarop dat jy op seksueel terrein ‘n heilige lewe lei. Dat ‘n mens ook vir hierdie deel van die lewe die grense wat die HERE stel eerbiedig. Dat jy seksueel in liefde aktief is saam met jou eie man en nie met anderes nie. Dat jy ook nie die indruk wek dat jy bereid is om ander mans daarvoor ´n kans te gee nie. Jou liefde vir jou man bly spesiaal en jy staan nie toe dat iemand anders daarin deel nie. Jy straal dit ook uit.
Die ouer vroue moet die jongeres ook leer en daarin voorgaan dat hulle goed vir die gesin sorg. Dat hulle die sorg in die huis nie verwaarloos nie. Ons sien hier hoe die vrou in die gesin ‘n spesiale verantwoordelikheid vir die sorg vir die gesin gekry het. Sonder om op enige manier minderwaardig te wees. Dit is ‘n taak wat die HERE gee en dit is ‘n eer soos ons daaroor byvoorbeeld ook in Spreuke 31 lees. Die taak om in die huis te sorg is nie iets minderwaardigs nie maar ‘n mooi taak wat ‘n vrou in die huwelik van die Skepper gekry het. In die HERE se oën doen jy dan wat regtig goed is. Wat mense ookal sê.
NIET OM ONS GELASTERD
Titus 2:5 We zien aan het eind van vers 5 wat het doel van een leven als kind van God is. We zien hier wat het doel is van het voorbeeld zijn voor de jongere generatie. Ook ongeveer 2000 jaar nadat Paulus zijn brief aan Titus heeft geschreven. Het gaat er ook nu om dat we zo leven ‘dat het Woord van God niet gelasterd wordt’. Je kunt dat ook positief zo weergeven: ‘dat het Woord van God geeerd wordt’. Het gaat erom dat we juist in de kerk zo leven zoals de Geest dat ons in de Bijbel voorhoudt. Dat mensen die van buiten naar ons kijken zien dat we in liefde volgens de wil van Vader in de hemel leven. Dat de Bijbel voor ons echt de stem van onze God en Verlosser is die we willen volgen. Het gaat er hier niet om dat we ons aan de wereld aanpassen om mensen zo gunstig te stemmen. Dan zou het Woord van God geen eigen stem meer hebben. Dan zouden de christenen op Kreta het juist niet zo nauw met de waarheid moeten nemen en moeten leven voor eten en drinken. Dat hoorde toen namelijk bij de volksaard van de mensen op Kreta. Zie 1:12. Het gaat er om dat we mensen niet echt de gelegenheid geven om te zeggen: Die christenen zeggen wel dat ze in God geloven maar ze leven en praten echt heel anders dan wat er in de Bijbel, in het Woord van God staat. Als mensen ons prijzen of als mensen tegenover ons staan laat dat dan zijn omdat we met liefde de HERE volgens Zijn Woord meer gehoorzaam zijn dan mensen.
JONK EN ENTOUSIASTIES
Titus 2:6 Jy is jonk. Jy het baie krag en energie. Jy staan as ’n jong mens in die lewe wat baie van die toekoms verwag. Paulus spoor die jong manne aan om ingetoë te wees. Maak ’n mens so die entousiasme van jong mensen nie dood nie?
Dit sou so wees as ons van jongmense ou mense wil maak. Dit gaan daarom dat ons jong mense hul energie en entousiasme laat gebruik vanuit die liefde vir en van God. Ons lees daarvan in Prediker 11: “Verbly jou, o jongeling, in jou jeug en laat jou hart jou vrolik maak in die dae van jou jonkheid; en wandel in die weë van jou hart en in die aanskouing van jou oë; maar weet dat God jou oor al hierdie dinge in die gerig sal bring.” Vs 9
Dit gaan hier nie daarom dat die HERE ’n domper op die jeug se lewe sit nie. Dit gaan daarom dat jy in jou jeug vrolik mag wees en die Gees roep daartoe selfs op. Maar dan altyd binne die grense van God se goeie wet.
God se wet is iets om jou baie bly oor te maak. Ons lees daarvan op ’n pragtige manier in Psalm 119. In daardie loflied op God se wet lees ons dan ook: “Waarmee sal die jongeling sy pad suiwer hou? Deur dit te hou na U woord.” Vs 9. Die oueres kan die jong manne wys dat lewe volgens God se wil regtig heerlik is. Ingetoë met jeugdig entousiasme maak die lewe so goed!
VOORBEELDIG LEVEN
Titus 2:7 Ambtsdrager Titus wordt er toe opgeroepen om voorbeeld te zijn. Nu ik dit lees, moet ik denken aan een gesprek dat ik een tijdje geleden voerde. Het was bij een kerkvisitatie. We kregen het over ambtsdragers en of iemand in aanmerking komt om ambtsdrager te zijn als hij altijd een keer in de kerk komt terwijl hij ook in staat is om de tweede dienst bij te wonen. Het gesprek ging toen in de richting dat het toch niet nodig is om twee keer op een zondag naar de kerk te gaan om een echte gelovige te zijn.
Als je als gelovige voldoet aan de grote algemene deler is dat toch goed genoeg. Die grote algemene deler is nu in Nederland dat velen een keer naar de kerk op zondag genoeg vinden. Als we zo spreken en denken vergeten we iets heel belangrijks. Dat ambtsdragers ook voorbeelden moeten zijn. Voorbeelden van een leven dicht bij de HERE. Voorbeelden ook daarvan dat je beseft dat hoe dichter we bij de terugkeer van de Here Jezus komen we al meer nodig hebben om samen intensief de verkondiging van het evangelie te horen. Dat is wat de Geest ons zelf leert: “Laten we elkaar er toe aansporen lief te hebben, en goed te doen, en in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen, en dat des te meer naarmate u de dag van Zijn komst ziet naderen.” Hebr 10:24,25 Ambtsdrager zijn vraagt om een voorbeeldig leven.
RYK IN GOEDE WERKEN
Titus 2:7 Een voorbeeld zijn in goede werken. Is dat nu wel nodig? Het gaat in het geloof toch niet om goede werken? Met goede werken kun je toch niets verdienen? Het gaat er toch om dat je in Christus gelooft als je Redder en dan zijn goede werken toch maar bijkomstig?
Wie zo redeneert, kent Christus niet echt. Het is waar dat goede werken op geen enkele manier voor onze verlossing kunnen zorgen. Zelfs niet voor 1%. Toch roept Paulus, die dit bijvoorbeeld in de brief aan de Romeinen zo duidelijk en sterk leert, Titus op om een voorbeeld te zijn in goede werken. Juist ook voor de jongeren om hun enthousiasme en energie ook in goede werken te steken. Geloven in Christus betekent ook liefde voor je naaste. Betekent dat je vanuit Gods ongelooflijke goedhied voor jou graag het goede voor de mensen om je heen doet. De goede werken zijn de vrucht van de Geest in het leven van een kind van God. Het is de zichtbare vrucht van Gods genadewerk in Christus. Geloof zonder goede werken is geen echt geloof. Dan ben je niet door de Geest met Christus verbonden. De Geest roept ons op: “om goed te doen, rijk te zijn in goede werken, vrijgevig te zijn en bereid om samen te delen.” 1 Tim 6:18 Juist ook in onze 21e eeuwse welvarende wereld.
HEMELSE LEER
Titus 2:7 Titus moet regtig voorganger wees. By die voorgaan in goeie werke behoort ook dat hy onvervals in die leer is. Dat hy dus vir die gemeentes die onvervalste, die suiwere leer verkondig. So leer die gemeentes wat egte goeie werke is. Goed in die HERE se oë. Ons sien hier weer hoe belangrik die leer is. Ook vir die lewe uit die geloof vir elke dag. Die leer is nie net teorie nie maar juis die hemelse leer wat vra om ’n lewe volgens die leer. Dit is die hemelse leer waarmee die Gees ons lewe as God se kinders wil vorm. ’n Gesonde geloofslewe vra om die suiwere leer. Waar die leer nie onvervals verkondig word nie, word die geloofslewe swak en raak jy siek.
Dit gaan om wat die HERE self ons leer. Die ampsdraer wat geroep is om daardie leer te verkondig moet ook ‘waardig en opreg’ wees.
Waardig beteken dat hy van sy bediening nie ’n grap maak nie. Dit moet duidelik wees dat wat hy sê regtig so is. Dat dit in die verkondiging om ’n ernstige saak gaan. Dit gaan in die verkondiging nie om vermaak nie maar om die heilige stem van de HERE. Juis dit maak God se kind regtig bly.
Dit gaan ook daarom dat Titus ’n voorbeeld van opregtheid is. Hy moet uitstraal dat hy met sy hart Christus dien en Sy Woord verkondig. ’n Voorbeeld om na te volg!
ONWEERSPREEKLIK
Titus 2:8 Paulus roep ds Titus op om die Woord van God te verkondig. Die Woord soos de Gees dit gegee het. Die Woord van God wat nie verander en nie aan die gedagtes van die tyd aangepas word nie is gesond. Dit maak gesond. Dit vorm mense wat regtig luister na die vorm van die Skepper. Dan kom ’n mens tot sy of haar doel.
’n Ampsdraer moet die onvervalste en gesonde Woord verkondig want so is dit ook onweerspreeklik. Dan kan dit wees dat mense, ook in die gemeente, teenoor jou kom en staan. Hulle maak beswaar teen wat jy doen of sê. ’n Ampsdraer moet daarvoor sorg dat wat hy sê of doen in die Woord van God self gegrond is. Dat hy so kan antwoord dat die teenstanders nie anders kan dan raaksien nie dat dit so deur die Gees in de Woord geleer word. Dan kan die teëstanders krities bly maar dan is duidelik dat daardie kritiek in die lig van die Woord van God nie tereg is nie
Dit is baie belangrik dat ’n gemeente ook so leer dink. Dat ons altyd weer vra: Is hierdie kritiek in de lig van die HERE se Woord reg of nie reg nie. Dat ons leer dink en leef soos ons dit lees van die mense in Berea: “Hulle het die woord met alle welwillendheid ontvang en elke dag die Skrifte ondersoek of hierdie dinge so was.” Hand 17:11 As ons so leer en luister sal ons as gemeente in die regte geloof groei.
MISSIONAIR ZIJN
Titus 2:8 We zien hier weer hoe het leven van een christen, van een ambtsdrager in het bijzonder, tot doel heeft dat andere mensen niets kwaads over Gods volk kunnen zeggen. Daarin hebben de ambtsdragers voorop te gaan en de gemeente te volgen. Het kwaad waar het hier over gaat is dan wat verkeerd is in Gods ogen, wat verkeerd is volgens wat we als Gods wil in de Bijbel lezen.
Dat ons leven juist zo naar binnen en buiten toe missionair hoort te zijn, lezen we ook op veel andere plaatsen in de Bijbel. Ik noem nu een paar verzen uit 1 Petrus 3: “Wees daarom niet bang voor de mensen en laat u door niets in verwarring brengen; erken Christus als Heer en eer Hem met heel uw hart. Vraagt iemand u waarop de hoop die in u leeft gebaseerd is, wees dan steeds bereid om u te verantwoorden. Doe dat dan vooral zachtmoedig en met respect, houd uw geweten zuiver; dan zullen de mensen die zich honend over uw goede, christelijke levenswandel uitlaten, zich schamen over hun laster. Het is beter te lijden, indien God dat wil, omdat men goed doet dan omdat men kwaad doet.” Vs 14b-17
Het lijden om het gehoorzaam verkondigen en leven volgens Christus Woord blijft. Als je daarom lijdt, doe je goed in Gods ogen. Ook dan is Zijn zorg er voor jou voor eeuwig.
MISSIONAIR ZIJN
Titus 2:9 Paulus wys vir Titus dat hy die slawe die opdrag moet gee om aan hul eie heer onderdanig te wees. Ons moet mooi bedink dat dit hier nie om vrye knegte gaan nie maar om slawe. As ons in ons tyd hierdie dinge lees skrik ons. Slawerny is tog heeltemal verkeerd! Hoe kan die Gees deur Paulus dan sê dat die slawe hul heer gehoorsaam moet wees? As ons aan slawe dink dan sien ons voor ons hoe swartmense met geweld uit Afrika geroof word. Hoe hulle verhandel word. Regtig verskriklike mensehandel en mishandeling. Iets wat ons moet veroordeel en waarvan ons moet sê dat ons voorvaders daarin gesondig het.
Die slawe waarvan ons in die Bybel lees het ’n ander posisie gehad. Hulle het baie meer vryheid gehad. Ook in daardie tyd was daar slegte here. Ook toe is daar slawe mishandel maar dit was regtig nie orals so nie. Ons lees ook dat de Gees die Christen-here oproep om hul slawe goed te behandel. Regtig as mense. Juis as ’n heer regtig ’n kind van God geword het, sal dit beteken dat hy sy slawe goed en vriendelik behandel. Ook ’n slaaf wat Christen geword het moet in die samelewing ’n aanbeveling vir Christus wees. Dit doen hy deur tydens sy werk sy werk goed te doen en vriendelik te wees. Dit beteken vir ons in ons tyd dat ons bekend wil staan as mense wat hul werk goed en betroubaar doen. Dat mense op ons kan bou as dit om ons werk gaan.
ZONDER TEGENSPREKEN
Titus 2:9 Titus moet de slaven leren om hun heer te gehoorzamen en en het hun naar de zin te maken zonder om tegen te spreken. Als wij dat lezen gaan onze haren snel omhoog staan. Hoe kun je zoiets nu van iemand vragen?! Dat is toch slaafse gehoorzaamheid! Dat is iets waar we in onze samenleving niets van moeten hebben. We verafschuwen dat.
De Geest vraagt hier van ons geen onwaarachtige kruiperigheid. Wel leert Hij ons hier om gehoorzaam te zijn in de positie die we hebben.
Als jij in dienst van iemand werkt, mag je best je eigen idee naar voren brengen als je denkt dat dat beter is. Dat is geen tegenspreken. Je aanvaardt wel het besluit van de verantwoordelijke hoe de dingen uiteindelijk gedaan worden. Daaraan werk je loyaal mee ook als het anders is dan het door jou geopperde idee. Dat vinden wij vaak moeilijk. Het is belangrijk om te zien dat de HERE van jou en mij vraagt om ons werk te doen volgens de aanwijzingen van iemand die boven ons staat. Als die ander maar niet iets van ons vraagt wat tegen de wil van God ingaat. Als dat zo is moeten we ongehoorzaam zijn.
Als je hierover nadenkt is het echt een troost om te weten dat de HERE zonder tegenspreken gehoorzaam zijn echt een zegen is. Wat Hij van ons vraagt is echt altijd goed en brengt ons daar waar gehoorzamen altijd een lust is.
RYK IN CHRISTUS
Titus 2:10 Die slawe word nog steeds aangespreek. Ons moet nie dink dat Christus niks van die here, wat slawe het, verwag nie. As ’n heer by Christus as sy Heer wil behoort, het dit ook invloed op die manier waarop hy met sy slawe omgaan. Ons lees daaroor in Efese 6:9: “En here, doen dieselfde teenoor hulle (hul slawe) en laat staan die dreigemente, omdat julle weet dat ook julle eie Here in die hemele is en by Hom geen aanneming van die persoon is nie.” Sien ook Kol 4:1
Ook slawe, ook mense wat in die samelewing in die oë van ander nie belangrik is nie is in die HERE se oë mense wat dieselfde waarde het. Ons sien hier hoe die Gees ons oproep om mekaar nie as dinge nie maar as mense te behandel. Niemand is om sy posisie in die samelewing daarvoor te onbelangrik nie. Dan sien jy ook hoe belangrik die goue reël van die Here Jesus in Matt 7:12 altyd weer is: “Alles wat julle dan wil hê dat die mense aan julle moet doen, net so moet julle aan hulle ook doen; want dit is die wet en die profete.”
Hierdie woorde is dan ook ’n belangrike rede hoekom ’n Christen-slaaf niks van sy meester wil steel nie. In die oudheid het baie slawe van hulle meesters gesteel. Die here het tog genoeg. Die Geest wys dat wie Christus ken as sy rykdom nie nodig het om te steel nie.
BETROUWBAAR ZIJN
Titus 2:10 Een ander goede trouw betonen. Aan een ander laten zien dat je echt te vertrouwen bent. In alles. Dat is wat de slaven opgedragen wordt. Dat is deel van de goede boodschap die Titus op Kreta heeft te brengen.
Trouw, betrouwbaar zijn is geen eigenschap die we als mensen uit en in onszelf hebben. Zeker op Kreta is deze boodschap heel ingrijpend omdat de Kretenzen als leugenaars te boek stonden. Paulus zegt daarvan dat het terecht is als als een algemene karakteristiek. Zie 1:12,13
Dat we als zondige mensen die betrouwbaarheid niet van onszelf hebben lezen we o.a. in Rom 3:4: “Ieder mens is onbetrouwbaar, maar God is betrouwbaar, zoals ook geschreven staat: ‘U blijkt rechtvaardig wanneer U rechtspreekt, U overwint wanneer U vonnist.’”
Echt betrouwbaar zijn, een ander vanuit die trouw, die eerlijkheid behandelen, leer je door de Heilige Geest. Niet alleen doordat de Geest je dat voorhoudt vanuit Gods Woord. Nee, doordat de Geest op het gebed zo in je gaat werken dat je uit liefde voor de Here Jezus verandert. Je wilt niet meer leven voor jezelf maar om een aanbeveling voor God en Zijn kerk te zijn. Trouw zijn, het goede voor een ander willen doen zelfs als hij of zij jou niet goed behandelt, is deel van de vrucht van de Geest.
DIE LEER VERSIER
Titus 2:10 Ons leef as Christene as dit goed is nie vir onsself nie. Nie vir jouself nie en ook nie vir die groep mense met wie jy saam glo nie. Die saamleef as volk van God is baie belangrik en om saam steeds weer vanuit die Woord wat verkondig te leef, is onmisbaar. Nogtans is ’n Christen se lewe ook gerig op al die mense wat rondom jou leef.
Die doelwit daarby is om juis voor die oë van al die mense rondom ons die leer van God te versier. Om ons lewe ’n aanbeveling te laat wees vir wat de HERE ons geleer het. ’n Aanbeveling om die Woord van God met belangstelling te gaan lees. ’n Aanbeveling om kerk toe te kom en na die verkondiging van die Woord te kom luister.
Wat hier opval is dat ook die slawe hiertoe opgeroep word. Niemand is in die kerk te onbelangrik om hierdie ding te doen nie. Die Here skaam hom nie vir arm of siek mense wat Hom dien nie. As mense hulle vererg aan die gemeente van Christus omdat daarin so baie eenvoudige mense is dan is dit hulle eie skuld. Ons lees in 1 Kor 1: “Want let op julle roeping, broeders: julle is nie baie wyse na die vlees nie, nie baie magtiges, nie baie edeles nie; maar wat dwaas is by die wêreld, het God uitverkies om die wyse te beskaam; ….. sodat geen vlees voor Hom sou roem nie.” Vs 26,27,29 Niemand is te min om de leer van de enigste God en Redder te versier nie!
GOD JOUW REDDER
Titus 2:10 De leer van God vinden we in de Bijbel. Die leer is er om er uit te leven. Het is geen stukje dood kapitaal. Niet iets wat in een museum ligt en waarover je dan praat als iets van vroeger en daarmee uit. Nee, de leer van God is de leer van de Redder. Het komt nog dichterbij doordat het de leer is van onze Redder.
Wil je als mens toekomst hebben dan moet je gered worden. Dan moet je bevrijdt worden van het oordeel van God dat over je leven ligt. De oorzaak van de boosheid van God die op je ligt, is dat jij en ik zo anders leven dan God bedoeld heeft. Zo anders als waar Hij ons voor gemaakt heeft. Die boosheid van God is helemaal terecht. Het bijzondere is dat diezelfde God ondanks onze ongehoorzaamheid aan Hem ons wil redden. We lezen daarover op een geweldige manier in vers 11-15.
De enige God wil jou Redder zijn! Wil met jou een persoonlijke band. Wil jou leren om echt weer tot jouw doel te komen en door Hem van dat oordeel verlost te worden. Hij wil jou vrede met Hem geven. Zodat de dood niet de poort wordt naar een altijd beroerd bestaan maar de poort naar een altijd geweldig gelukkig leven. Als God jou zoveel genade wil geven zou je dan niet zo willen leven dat je echt een aanbeveling bent voor de leer van God?!
WANT
Titus 2:11 Paulus het vir Titus duidelik gemaak watter praktiese aanwysings hy vir verskillende groepe in de gemeente moet gee. Hoe Titus regtig prakties geestelike leiding behoort te gee. Hierdie praktiese aanwysings is nie net ’n sekere lewenswysheid nie. Dit is nie een of ander humanistiese lewensuitkyk nie. Die Gees maak vanaf vers 11 duidelik wat die grond vir hierdie manier van lewe is.
’n Klein woordjie het hierby groot betekenis. Die woord want. Dit is baie belangrik om regtig met aandag jou Bybel te lees. Hierdie woord maak duidelijk dat wat ons in vers 1-10 gelees het, voortkom uit wat ons nou gaan lees.
Hoekom sou ’n mens leef en verkondig soos ons dit in vers 1-10 lees? “Want die reddende genade van God het aan alle mense verskyn”. Die Gees het allerhande groepe genoem. Jong mense, ouer mense, manne en vroue, slawe. Vir al die mense het God se reddende genade gekom. Nie een groep in die samelewing kan sê dat vanweë hulle posisie God nie in genade vir hul gekom het nie. Die Here Jesus, in wie God se reddende genade verskyn het, het ook die heiden en die tollenaar opgesoek. Die Here Jesus het ook hoere opgesoek om hulle tot Hom te roep. Om hulle te red en om hulle ook te red uit die onderdrukkende beroep wat hulle uitoefen.
GODS REDDENDE GENADE
Titus 2:11 Gods genade is ‘verschenen’(HSV), is ‘openbaar geworden’ (NBV). Het woord dat hier gebruikt wordt, wijst op een verschijning. Iemand die je niet zag en erineens is. Hij verschijnt in Zijn grootheid aan de wereld. Het gaat om het verschijnen van een heel belangrijk persoon. De persoon die Gods reddende genade zelf in zich draagt en ook uitdeelt. De reddende God zelf is in de wereld gekomen. Hier klinkt voor ons mee wat we lezen in Johannes 1: “Het Woord is mens geworden en heeft onder ons gewoond, vol van goedheid en genade, en wij hebben Zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. ….. Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft Hem doen kennen.” Vs 14,18
Het werkwoord dat hier in het Grieks gebruikt wordt, wijst er ook op dat het hier om een eenmalige verschijning gaat. Het gaat erom dat de Here Jezus geboren is en dat Hij als onze God en Verlosser op aarde geleefd heeft. Niet wij hebben de Verlosser naar de wereld gehaald. Het is helemaal de verschijning, het initiatief van God. Die verschijning zelf al is Gods ongelooflijke genade! Zonder er op enige manier toe verplicht te zijn komt de Zoon van God om te redden naar een zondige mensheid. In Christus zie je Gods liefde, zie je Zijn hart. Gods reddende genade komt uitnodigend naar je toe!
GODDELOOSHEID WEGDOEN
Titus 2:12 Die genade van God het verskyn. Hy is uit die maagd Maria gebore. Ons lees dit in Gal 4:4 so: “Maar toe die volheid van die die tyd gekom het, het God Sy Seun uitgestuur, gebore uit ’n vrou, gebore onder die wet”.
By die genade wat in Christus vir die wëreld verskyn het, gaan dit nie om goedkoop genade nie. Die eerste wat ons moet bedink is dat die Seun van God om die genade vir ons te verdien tot op die kruis, tot in die hel gely het. Hy het die gelowiges so gekoop en betaal. Die genade deur Christus verdien, is ook nie op hierdie manier goedkoop dat jy vergifnis ontvang en verder niks met jou as God se kind gebeur nie. God se duur genade kry ons om juis om te verander. Hierdie genade, Christus self leer ons “om die goddeloosheid en wêreldse begeerlikhede te verloën”.
Wie regtig in die genade van God deel, wie regtig aan Christus verbind is, doen goddeloosheid uit sy of haar lewe weg. Jy stry daarteen. Wat is goddeloosheid? Dat is die dinge wat jy los van God doen. Waarby jy nie rekening met God se wil hou nie maar jou eie ding doen. Jy kyk na hoe die mense rondom jou, die wêreld, dink en voel. Jy rig jou lewe op hoe dit voel in jou eie sondige hart. Wie Christus ken en weet hoe duur Hy vir jou betaal het, wil nie meer so lewe nie.
GODS GENADIGE OPVOEDING
Titus 2:12 Gods genade voedt op. Wij hebben opvoeding nodig. Zonder Gods genadige opvoeding blijven we in onze eigen zondige wereld, in ons eigen zondige zelf hangen. Dan kijken we niet verder dan deze wereld. Dan wordt ook ons denken beperkt en verkeerd gericht. Dan denken we dat dingen niet anders kunnen gaan of ontstaan als wat wij vanuit de mogelijkheden in de schepping kunnen verklaren. Dan willen we de schepping kunnen verklaren volgens wat wij nu kunnen bedenken. Dan blijft de HERE buiten beeld en worden we zo kortzichtig. Ook daar wil Christus ons van bevrijden.
Wanneer we in ons denken, in ons voelen niet verder komen dan wat we in de wereld zien, moeten we goed bedenken wat we lezen in 1 Joh 2:16,17. Daarin voedt de Geest van de genade ons zo op: “Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem, want alles wat in de wereld is – zelfzuchtige begeerte, afgunstige inhaligheid, pronkzucht -, dat alles komt niet uit de Vader voort maar uit de wereld. De wereld met haar begeerte gaat voorbij, maar wie Gods wil doet blijft tot in eeuwigheid.”
Het leven voor de dingen van deze wereld lijkt vaak zo mooi. We kijken vaak op naar mensen die in pracht en praal leven met een soort afgunst. Dat is niet nodig want wie niet voor de wereld maar voor Christus leeft is voor altijd ontzettend rijk.
REGTE VROOMHEID
Titus 2:12 God se genade leer ons nie net wat verkeerd in ons lewe is om daarmee te breek nie. Nee, die HERE se genade is juis daarop gerig om ons te leer wat die goeie lewe is. Goed in God se oë en daarom goed vir onsself en vir ons naaste. Selfs goed vir die hele skepping.
Die Gees wys met drie woorde wat die regte Christelike lewe is: ingetoë, regverdig en vroom. Die eerste 2 woorde het ons al in 1:8 gelees en daaroor opmerkings gemaak. Ek wil nou nog aandag gee aan die derde woord: vroom. Hierdie woord staan teenoor die goddeloosheid waarvan ons lees in die eerste deel van hierdie vers. In die Grieks kan jy dit baie mooi sien.
Die Griekse woorde is naamlik: asebeia (goddeloosheid) en eusebeia (vroomheid). Die eerste woord beteken eintlik dat iemand geen eerbied het. Die tweede woord beteken dat jy vol liefde en eerbied met iemand omgaan. Dit gaan hier om die omgaan met die HERE. Die omgaan met Christus ons God en Verlosser.
Eerbied vir Christus beteken dat ons Hem erken as ons hoogste Profeet en Leraar. Dat Sy onderwys, die onderwys van die Persoon in wie Gods se genade na die wêreld gekom het, bo alles staan. God se kind laat hom graag deur Christus onderwys.
HEMELBURGERS
Titus 2:12 Gods genade leert ons om christelijk te leven in de wereld van nu. Het is geen toekomstmuziek. Het gaat erom dat Gods genade ons nu vormt. Hoe kun je als kind van God op deze wereld leven als mens die zijn burgerschap in de hemel heeft? Ik denk nu aan wat Paulus in Fil 3:20 schrijft: “Maar wij hebben ons burgerrecht in de hemel, en van daar verwachten wij onze Redder, de Heer Jezus Christus.”
Hoe kun je nu in 2013 zo leven? Door je burger van het rijk van de toekomst te weten. Juist wie als kind van God van genade leeft, heeft toekomst. Je kijkt naar boven naar de hemel. Je let op Christus en ook als mensen op deze wereld het vreemd vinden, wil je leven volgens de regels van je Koning en Redder Jezus Christus. Je bent dan door Christus geen kind van deze tijd maar kind van de toekomst. De toekomst die God Zijn verloste volk geeft. Dat volk bidt om de kracht van de Geest om vandaag te doen wat we lezen in Kol 3: “Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is.” Vs 1,2
Dan leer je hier beneden op aarde leven vanuit wat Christus ons vanuit de hemel leert. Hemelburgers worden dan mensen die op aarde de goede weg voor alle mensen wijzen.
HEMELBURGERS
Titus 2:13 Hoe kan ’n mens in die teenswoordige wêreld as ’n Christen leef en dit volhou? Hoe kan dit as jy sien dat baie mense op ’n wëreldse manier begin leef. Die Bybel en die geloof vir hulle al minder belangrik begin raak. As mense met wie jy eertyds saam vol oortuiging die wêreldse manier van leef veroordeel het nou so anders leef. Hoe hou ’n mens, hoe hou ’n gemeente dit vol in die 21e eeu?
Hoe belangrik is dit dan wat ons hier in Titus 2 lees. Christus se kerk hou vol as sy op die toekoms let. As sy bly verwag wat die HERE vir die toekoms ons beloof het. Hoe belangrik is dit dat ons as Christene die toekomstige dinge oordink. Juis as alles so donker lyk, juis as jy dink dat jy net afval van die HERE sien, is dit so nodig om raak te sien wat Christus ons beloof het. Ons kan die pad vorentoe stap omdat “ons die salige hoop” verwag. Hierdie hoop is sekerheid omdat die God wat nie kan lieg nie dit beloof het. Hierdie sekere hoop gee vir God se kinders altyd weer vaste grond onder hulle voete hoe swaar die lewe ook kan wees. Dit is ’n vaste grond waarop jy kan staan en daarom kan jy as Christen bly leef. Ons lees dit ook in Kol 1. Paulus skryf daar oor die christelike lewe van hierdie gemeente en wys as grond daarvoor aan: “vanweë die hoop wat vir julle weggelê is in die hemele”. 1:5
GELUKKIG HOOP
Titus 2:13 Wat is de inhoud van de hoop die er voor Christus kerk is? Waarnaar mogen we uitkijken en steeds weer door bemoedigd worden tijdens ons leven als gelovigen in deze wereld? Ook in de 21e eeuw.
Dat is de verschijning van de grote God. Bij die grote God gaat het hier in de eerste plaats om Christus. Het zou beter zijn om het woordje endat in veel vertalingen tussen grote God en onze Redder Jezus Christus staat met een komma te vervangen. Christus is God die mens geworden is. Hij is ook de grote God zoals we daarover bijvoorbeeld lezen in Psalm 77: “Uw weg, God, is een heilige weg – welke god is zo groot als onze God? U bent de God die wonderen doet, u hebt de volken uw macht getoond.” Vs 14,15
Christus heeft Zijn Goddelijke macht aan de mensen laten zien toen Hij opstond uit de dood. Hij laat Zijn grootheid zien als Hij in grote heerlijkheid van de hemel naar de aarde komt. Thomas roept het uit als hij ziet dat de Here Jezus echt uit de dood is opgestaan: Mijn Here en mijn God.
De Here Jezus zorgt er voor dat de toekomst voor de gelovigen vol geluk is. Je hoeft als je bij Christus hoort en Hem in liefde dient niet bang voor de toekomst te zijn. Die is dan vol van geluk. Zo vol dat er dan niets anders dan geluk is. Zonder Christus heb je dat niet. Met Christus kun je daarom door het donker omdat het licht dan op je wacht.
GELUKKIG KOM CHRISTUS WEER
Titus 2:13 Die Here Jesus ons Verlosser sal eendag in heerlikheid verskyn op die wolke. Hy sal op die groot dag sigbaar vir elkeen van die hemel na die aarde kom. Hy keer dan terug om nooit meer van die nuwe aarde te verdwyn nie. Hoe indrukwekkend sal Sy koms dan wees!
Ons lees daarvan o.a in Matt 24: “En dan sal die die teken van die Seun van die mens in die hemel verskyn, en dan sal al die stamme van die aarde rou bedryf en die Seun van die mens sien kom op die wolke van die hemel met groot krag en heerlikheid. En Hy sal sy engele uitstuur met harde trompetgeluid, en hulle sal sy uitverkorenes versamel uit die vier windstreke, van die een einde van die hemele af tot die ander einde daarvan.” Vs 30,31
Mense wat nie met Christus geleef het nie is dan bang. ’n Mens kan dit verstaan. God se kinders sal dan Christus met blydskap begroet in die lug. Ons lees daaroor in 1 Tes 4:17: “Daarna sal ons wat in die lewe oorbly, saam met hulle (die gelowiges wat uit die dood opgestaan het) in wolke weggevoer word die Here tegemoet in die lug; en so sal ons altyd by die Here wees.” Wie in vertroue op Christus leef het regtig iets om na uit te kyk! Saam Christus begroet en dan saam met Hom na die nuwe aarde.
Wonderlik!
GERED OP DE DAG VAN CHRISTUS TERUGKEER
Titus 2:13 Wie verschijnt er op de dag waar Gods kinderen vol verwachting naar uit kunnen kijken? “Onze Redder Jezus Christus”. Dat zijn echt heel bijzondere woorden. Woorden die wie met Christus in geloof verbonden is echt geweldig veel moed geeft. De Here Jezus verschijnt bij het einde van deze oude wereld, bij het einde van het oude bestaan voor jou als Redder! Dat is ook het moment dat Hij als rechter over iedereen het oordeel zal uitspreken.
Wanneer je alleen op je eigen leven let en je kijkt daarna in het licht van God wil en liefde zie je zoveel waardoor jij en ik verdiend hebben dat we dan door Christus veroordeeld worden. Dat Hij ons naar de hel stuurt. Daarom is het ook logisch dat mensen die het in hun leven niet echt bij Christus gezocht hebben dan heel erg bang zijn. Zo bang dat we daarvan lezen in Openbaring 6: “Ze riepen de bergen en de rotsen toe: ‘Val op ons neer! Verberg ons voor het oog van Hem die op de troon zit en voor de toorn van het Lam! Want nu is de grote dag van hun toorn aangebroken, en wie kan die doorstaan?’ vs 16,17 Het geweldige is dat wie gelooft vol vertrouwen naar die dag mag uitzien omdat Christus als het Lam van God voor hen de toorn van God weggedragen heeft! Hij redt hen daarvan!
HOMSELF GEGEE
Titus 2:14 Paulus roep ds Titus op om die gemeente op te roep tot ’n lewe naby die HERE. ’n Heilige lewe vir Christus. ’n Baie belangrike rede daarvoor is dat Jesus Christus die Verlosser ‘Homself vir ons gegee het’. Die Here Jesus het nie iets nie, ook nie ’n belangrik deel van Sy lewe vir ons gegee nie. Hy het Homself heeltemal gegee.
Hy het Sy hele lewe met alles wat in Hom was onder die toorn van God gestel. Hy het die skuld van die gelowiges op Hom laat stapel. Nooit het Hy gesê: ‘Nou is dit genoeg Ek wil nie nog meer skuld dra nie’.
Hy het al die sondes van God se kinders gedra. Hy het met siel en liggaam gely. Niks in Hom is nie deur God se toorn geraak nie. Die Here Jesus het uit liefde, wonderlik so groot, gedoen wat al oor Hom geprofeteer was: “Maar Hy is ter wille van ons oortredinge deeurboor, ter wille van ons ongeregtighede is Hy verbrysel; die straf wat ons die vrede aanbring, was op Hom, en deur sy wonde het daar vir ons genesing gekom. Ons almal het gedwaal soos skape, ons het elkeen sy eie pad geloop; maar die HERE het die ongeregtigheid van ons almal op Hom laat neerkom.” Jes 53:5,6
Christus het uit liefde tot in de hel, tot in die Godverlatenheid gely om vir ons te verdien dat ons nooit sonder God as ons Vader hoef te leef nie. Hoe groot en goed is de HERE!
VRIJKOPEN
Titus 2:14 Wat is nu het doel waarmee Christus zich als Verlosser gegeven heeft. We krijgen hier weer een prachtig inkijkje in het hart van God. Christus is naar de wereld gekomen, de Vader heeft Zijn Zoon gestuurd “om ons van alle zonde vrij te kopen”. De zonde wordt in het Grieks hier getypeerd als onrecht, als wetteloosheid. Daardoor bouw je schuld op. Die schuld moet betaald worden. Daarom lezen we ook dat Christus is gekomen om ons vrij te kopen. Om voor ons de schuld te betalen zodat we niet meer in het rood staan bij de Here God. Christus geeft zichzelf als de losprijs en betaalt zo de schuld voor de gelovigen. We lezen daarover ook in 1 Petrus 1:18,19: “U weet immers dat u niet met zoiets vergankelijks als zilver of goud bent vrijgekocht uit het zinloze leven dat u van uw voorouders had geërfd, maar met kostbaar bloed, van een Lam zonder smet of gebrek, van Christus.”
Dat heeft Christus voor ons over gehad. Hij laat ons niet in het zinloze leven maar wil ons daaruit redden. Dat is het initiatief van God. Als je dat goed ziet, leer je ook om niet met beschuldigende vingers naar God te wijzen als je de ellende op de wereld ziet. Dan leer je je verbazen en verwonderen over Gods genade die in je leven is gekomen en je er uit liefde alleen uit wil redden.
EEN SKRYWER
Titus 2:14 As ’n mens die Bybel lees en jy gaan al meer die Bybel ken, gaan jy al meer sien dat die een Skrywer van die Bybel die HERE self is. Die Gees is die Skrywer en laat steeds weer sien dat die hele Skrif een groot samehang is. As ons nou ons teks lees moet jy dit vergelyk met Esegiël 37:23b: “En Ek sal hulle verlos uit al hulle woonplekke waarin hulle gesondig het, en sal hulle reinig. So sal hulle dan vir my ’n volk wees, en Ek vir hulle ’n God wees.”
Jy sien hier dat die HERE ook hier sê hoe Hy eers verlos en daarna reinig en dat hulle wat hierin deel Sy eiendom, Sy volk is. Christus se betaling vir ons sondes is gerig op ’n lewe wat skoongewas is en waarin ons regtig ligdraers wil wees. Waarin ons so wil leef dat ons lewe nie meer van die swart van die sondes nie maar van die wit van Christus se werk spreek. Ek dink nou ook aan 1 Joh 1: “As ons sê dat ons met Hom gemeenskap het en in die duisternis wandel, dan lieg ons en doen nie die waarheid nie. Maar as ons in die lig wandel soos Hy in die lig is, dan het ons gemeenskap met mekaar; en die bloed van Jesus Christus, Sy Seun, reinig ons van alle sonde.” Vs 6,7
Ons is verlos om al meer as beeld van God in hierdie wêreld te leef. Om te wys wat dit beteken die Here se eiendom te wees. Om te weet dat die HERE ons God is.
VOLK VAN GOD
Titus 2:14 Waarom heeft Christus de gelovigen van hun zonden vrijgekocht en ze schoongewassen? Om ze tot Zijn eigen volk te maken. Dat is niet nieuw. Zo deed de HERE het ook met het volk Israël. We lezen dat in Exodus 19 zo: “Als je mijn woorden ter harte neemt en je aan het verbond met Mij houdt, zul je een kostbaar bezit voor Mij zijn, kostbaarder dan alle andere volken – want de hele aarde behoort Mij toe. Een koninkrijk van priesters zul je zijn, een heilig volk.” Vs 5,6
Na Christus werk op aarde geldt dit voor de gelovigen uit alle volken. Zij zijn het volk van Christus. Dit is de doodsteek voor elk geloofsindividualisme. Je hoort als gelovige bij een volk! Dat vorm krijgt in de gemeente waar Christus jou en mij concreet met andere gelovigen en hun kinderen laat leven. Om samen naar Christus te luisteren. Om samen te leven voor de HERE en onze naaste. Waar we samen een koninkrijk van priesters zijn en niet allemaal ons eigen koninkrijkje hebben. Geen kerkje naar eigen smaak maar saam een volk dat er op uit is om naar Christus in alles te luisteren en daarin te groeien. Volgens de normen die Koning Christus die onze Redder is ons gegeven heeft. Dan deel je samen met de andere volksgenoten in de troost dat je niet het eigendom bent van jezelf maar van je trouwe Heiland Jezus Christus. In leven en in sterven.
YWERIG IN GOEIE WERKE
Titus 2:14 Wat is nou die doel van die eiendom van Jesus Christus wees? Ons kry daarop in ons teks ’n duidelike antwoord: “om ywerig te wees in goeie werke”. Die geloof kry ons uit genade maar nie om die geloof êrens weg te steek nie. Die geloof kry ons om te doen wat ons lees in Efese 2:10: “Want ons is Sy maaksel, geskape in Jesus Christus tot goeie werke wat God voorberei het, sodat ons daarin kan wandel.”
Ook dat ons goeie werke kan doen het ons aan die HERE te danke. Dit is Sy genadewerk in ons. Ons word daartoe geroep!
As jy daaraan dink is dit afskuwelik dat in die naam van Christus so baie verkeerde dinge gedoen word. Ek dink aan die seksuele misbruik van mense waar deesdae so baie oor gepraat word. Die naam van Christus en Sy kerk word gelaster om wat mense wat sê dat hulle by Christus behoort doen. Hoe belangrik is dit dat ons as Christene en as kerk daarvan deurdring is hoe belangrik dit is dat ons regtig Christelik lewe. Juis ook as dit om die naam van ons wonderlike Heiland in hierdie wëreld gaan. Die Gees roep ons en wil so in ons werk dat ons goeie werke doen. Dat ons ons daarop toelê. Dat ons daarin vol ywer is. In vrywillige en vreugdevolle toewyding. Uit liefde vir die wonderlike verlossing deur Christus.
VERKONDIG MET GEZAG
Titus 2:15 Hier worden heel belangrijke dingen gezegd voor de kerk van de 21e eeuw. Ds Titus moet namelijk met gezag deze dingen in de gemeenten op Kreta verkondigen. Niet maar als een goede mogelijkheid, niet als iets waar ze het samen eens over moeten hebben. Niet als iets dat als het ware uit de gemeente op moet komen. Nee, met gezag, met autoriteit. Letterlijk zegt de Geest dat Titus als een bevel deze dingen moet verkondigen.
Ik weet wel dat je in onze tijd juist op dit punt sterk aangevochten wordt. Juist het verkondigen met gezag wordt je gauw kwalijk genomen. Het zou meer een gesprek moeten zijn, mensen zouden aan het denken moeten worden gezet. Je moet niet zeggen hoe het is. Daar houden de mensen in onze tijd niet van. Dat is van vroeger. Wat kan dat aan je trekken, wat kan dat ook het leven van een geroepen verkondiger van het evangelie zwaar maken. Dan is het echt een geweldige bemoediging als de Geest je hier weer met de neus op je Goddelijke roeping wijst: Breng het Woord met gezag! Wat mensen ook zeggen. Doe de taak die Christus je gegeven heeft. Verkondig het Woord dat je van God gekregen heb met gezag. Gemeente ontvang en gehoorzaam zo dat Woord.
SPREEK, VERMAAN EN BESTRAF
Titus 2:15 Ds Titus moet in alle erns, dat is met gesag verkondig wat die Gees deur Paulus hom laat weet het. Hy moet hierdie dinge duidelik verkondig. Hy moet mooi vir die mense vertel en uitlê wat Christus gedoen het en wat ’n egte lewe met Christus is. Ook in die manier waarop jy elke dag leef.
Nogtans gaan dit nie net om vertel en uitlê nie. Titus moet die mense wat kerk toe kom ook vermaan of aanspoor. Hy moet vir hulle duidelik maak dat wat hy vertel nie iets is wat ’n mens sommer langsaan jou kan neerlê nie. Dit gaan daarom dat jy dit regtig gaan glo en so gaan leef. Dit is die pad wat de Gees, wat God ons wys.
Ds Titus moet dit nie net vertel en uitlê nie want hy moet waar nodig ook bestraf. Hy moet vir die mense, wie hulle ookal is, as hulle nie volgens hierdie woorde van God lewe sê dat hulle nie ongestraf so kan leef nie. Hy moet in God se naam vir hulle sê dat as hulle so ongehoorsaam bly leef die oordeel van God oor hulle lewe kom. Hy moet hierdie mense met alle erns oproep tot bekering. Uit liefde. Tot hulle redding. Uit liefde vir de HERE omdat Hy wil dat dienare van Sy Woord so hulle werk doen.
Ons sien hoe belangrik vir ampsdraers die woorde spreek, vermaan en bestraf is. Dit behoort by hulle werk in de kerk van die 21e eeu. As ons ten minste Christus se kerk wil wees.
UITVLUCHTEN
Titus 2:15 Als afsluiting van de meditaties over Titus 2 nog iets over de woorden: “Laat niemand op je neerkijken.” We lezen zoiets ook in eerste brief van Paulus aan Timotheus. Zie 1 Tim 4:11-12. Wat zijn nu dingen waarom mensen zouden zeggen: ds Titus u zegt dit nu wel maar wij trekken ons van u niet zoveel aan?
a. Titus is geen Kretenzer. Dan kun je je voorstellen dat mensen op een bepaald moment zeggen: U komt ons als vreemde vertellen hoe het moet? U weet niet hoe dingen hier werken. U kent ons niet echt.
b. Titus is geen apostel. Hij is maar een medewerker. Titus wil jij ons met gezag vertellen hoe we moeten leven en geloven? Jij bent ook maar een gewone dominee, maar een gewoon mens. Je moet niet zo hoog van de toren blazen.
c. Titus was een Griek en niet besneden. We lezen van Joodse invloed in de gemeenten daar. Het kan dus goed zijn dat Joodse mensen Titus maar minderwaardig vonden. Mensen, ook in de kerk kunnen allerlei uitvluchten hebben, die nog aanspreken ook, om maar niet naar bepaalde dingen te luisteren die door dienaren van het Woord verkondigd worden. Dan is het belangrijk dat de dienaar van het Woord laat zien dat wat hij gezegd juist uit het Woord van God, de Bijbel opkomt. Samen daaraan vol liefde gehoorzaam zijn is wat Christus in liefde van ons vraagt.
CHRISTEN IN DIE GEMEENSKAP
Titus 3:1-7 Eerste enkele algemene opmerkings oor hierdie verse. Ons sien hier hoe die reddende genade van God ook betekenis het vir die lewe in de samelewing. Ons kan as Christenen nie sê dat ons niks met de samelewing te doen het nie. Ons moet ons nie terugtrek en net ons broers en susters help en net met hulle praat nie. Ons moet as gelowiges juis ook in die geemeenskap aan die voorpunt staan om mense te help. Om so van Christus se reddende genade in woord en daad te getuig.
Juis Christus se koms maak ons dan bereid om elke goeie werk wat ons maar kan doen ook regtig uit te voer. Ons besef dan baie mooi dat God se genade beslissend is en ons met ons goeie werke onsself nie kan red nie. Sien vs 5
Die kom van Christus as die Verlosser het regtig betekenis vir hierdie wêreld. Nie net vir die mense wat nou regtig glo nie. As dit goed is, is vir ons God se genade so wonderlik dat ons omsien na die mense in die gemeenskap. Ook as hulle nie glo nie. Ook as ons dink dat dit nie ’n goeie mens is wat in nood is nie. Christus het na ons omgesien toe ons nog vyande van God was. As ’n mens dit sien wil jy deur God se genade na elkeen omsien wat dit nodig het. Dan leer die Gees ons om ons vyande lief te hê en so ’n verskil in de gemeenskap te maak.
GEHOORZAAMHEID AAN DE OVERHEID
Titus 3:1 Paulus maakt Titus duidelijk dat hij in de gemeenten de mensen moet oproepen om de overheid en de overheidspersonen gehoorzaam te zijn. Juist als christenen hebben we inschikkelijk te zijn. Juist als gelovigen hebben we voor anderen een voorbeeld te zijn van gehoorzaamheid aan de wetten en regels van de plaatselijke en hogere overheden. Ook als die overheid ons niet goed gezind is. Dat kan best heel moeilijk zijn. Als je voelt dat je niet billijk behandeld wordt, kan dat gevoelens van weerstand oproepen.
De mensen op Kreta waren heel sterk op hun eigen vrijheid gericht en daarom zat het ontduiken van overheidsmaatregelen, die ze niet goed uitkwam, als het ware in hun bloed. Titus moet de mensen daar leren om daar niet aan toe te geven. Wees gehoorzaam aan de overheid. Deze boodschap horen we in Nieuwe Testament steeds weer. Zie o.a: Rom 13:1-7; 1 Petr 2:13-17. Paulus roept de gelovigen dan ook op om voor koningen en overheden te bidden. 1 Tim 2:2 Het gaat dus maar niet om een gehoorzaamheid die nu eenmaal moet. Het gaat er om dat het deel van ons leven wordt. Dat we leren met ons hart dat te doen omdat die overheid door God gegeven is. Lees maar in 1 Petr 2:13: “Onderwerp u dan omwille van de Here aan alle menselijke orde”.
BEREID TOT ELKE GOEIE WERK
Titus 3:1 Die grens van gehoorsaamheid aan die owerheid is dat hulle ons sou dwing om dinge te doen wat teen die wil van ons hemelse Vader ingaan. Hand 5:29. Nogtans is gehoorsaamheid en nie ongehoorsaamheid die algemene reël nie. Die gehoorsaamheid aan die owerheid behoort ook by die goeie werke wat die HERE graag in ons lewens sien. ’n Revolusionêre lewenshouding pas nie by ’n Christen nie.
Wat regtig pas by iemand wat Christus in sy lewe volg en Hom as die Koning erken, is dat jy bereid is tot elke goeie werk. Jy is bereid om alles te doen in diens van die HERE en volgens Sy wil. Jy is bereid om offers te bring in ´n lewe in liefde vir God en jou naaste. Jy is bereid om jou eie loopbaan en jou eie belang op te offer vir die leef vir Christus en jou naaste. Mense rondom jou sê: Jy is mal. Jy kan so baie meer in die lewe bereik as jy meer aan jouself dink. Die kind van God se lewe is juis daarop gerig om nie vir jouself te leef nie maar vir die HERE en jou naaste. Op hierdie manier wys jy wat die kom van Christus vir die omgang met mense beteken. Jy sien dan hoe die glo in die Here Jesus ook genesend werk vir mense rondom jou. Hoe egte liefde so in mense se lewens inkom. Ek verbaas my altyd weer oor ’n hipokriete houding van mense wat alles vir hulleself doen en dan moeder Theresa hulle rolmodel noem. Laat ons self steeds weer goeie werke doen.
GOD SE LIEFDE OORWEN
Titus 3:2 Ek kom nog terug op die Gees se aanwysing om niemand te belaster nie. Dit kan vir Christene moeilik wees om somtyds nie baie negatief oor ander te praat nie. Ons kan geneig wees om baie negatief oor ander te wees as ons oneerlik behandel word of selfs vervolg word. As mense jou veroordeel omdat jy juis uitleef wat Christus ons in die Bybel leer kan dit gebeur dat ons net negatiwiteit teenoor bepaalde persone voel. Dan is dit baie naby om ook dinge oor ander te sê wat meer ons gevoel weergee en wat ons nie met sekerheid kan bewys nie. Juis dan is baie belangrik wat die Here Jesus ons in die Bergrede leer: “Julle moet jul vyande liefhê; seën die wat vir julle vervloek, doen goed aan die wat vir julle haat, en bid vir die wat julle beledig en julle vervolg”. Matt 5:44
Moet ons nie sê dat die Here Jesus hier van ons die onmoontlike vra nie?
As ons dit sonder de Gees se hulp sou moet doen sou dit so wees. De Gees wil in ons hierdie liefde gee sodat nie die ou mens nie maar die nuwe mens in ons oorwen. Juis dan is dit so belangrik om te besef dat ons ook vyande van God was en dat toe ons dit nog was die HERE ons Sy liefde bewys het. Hoe indrukwekkend is dit wat ons lees in Rom 5: “maar God bewys Sy liefde tot ons daarin dat Christus vir ons gesterf het toen ons nog sondaars was.” Vs 8
OORLOG MET WOORDEN
Titus 3:2 Lasteren is eigenlijk oorlog voeren met woorden. Vaak zelfs nog achter de rug van een ander om. Lasteren komt vaak uit een bepaalde strijdlust voort. Een kenmerk van een christen en van Christus gemeente hoort te zijn dat we niet strijdlustig zijn. Als het goed is zoeken we de strijd, de ruzie niet op. Als het goed is, zijn we er op uit om bruggen te bouwen tussen mensen. Zonder om daarbij de waarheid, het evangelie geweld aan te doen. Zonder dat we deserteren uit het leger van Christus.
Hoe doe je dat? Door mild en vriendelijk te zijn. Je begint niet met de botte bijl. Je luistert naar anderen. Je wilt voor de mensen in je omgeving een luisterend oor hebben. Je bent bewogen met de moeite, zorgen en vragen die er in hun leven zijn. Je wilt vanuit die vriendelijkheid juist de ander helpen en antwoord geven. Op Christus wijzen. Bij Christus brengen. Ook dat leer je alleen als je met je hart zelf op Christus let. Paulus laat dat zien als hij juist tegenover de gemeente in Korinthe duidelijk moet laten zien dat ze op de verkeerde weg zijn. Dan schrijft hij: “Ik nu, Paulus, roep u op door de zachtmoedigheid en welwillendheid van Christus.” 2 Kor 10:1
Letten op Christus is nodig om als gemeente ook op dit punt Zijn beeld uit te stralen. Ook nadat je slecht behandeld bent weer vriendelijk zijn en bereid om de ander te helpen.
SAGMOEDIG WEES
Titus 3:2 Die Here Jesus se dissipel wees beteken ook dat jy sagmoedig wil wees. Dit staan teenoor strydlustig wees. Wie sagmoedig vir die mense rondom hom wil wees, wil eers luister. Jy wil dan jou hart vir ander oopstel. Nie net vir mense wat vir jou oulik is nie. Nee, vir alle mense. Jy wil dan ook nie ’n bietjie sagmoedig wees of nou en dan sagmoedig wees nie. Jy wil alle mense alle sagmoedigheid bewys.
Om dit te kan doen moet ons regtig verander. Ons het dan so nodig dat die Gees steeds weer ons hart op Christus rig. Christus is vir ons die voorbeeld van sagmoedigheid. Hy is dit wat ons leer om regtig sagmoedig te wees.
’n Mens vind rus by die sagmoedige Christus en leer van Hom om so te wees. Die Here Jesus sê in in Matt 11:29,30: “Neem My juk op julle en leer van My, want Ek is sagmoedig en nederig van hart, en julle sal rus vind vir julle siele; want My juk is sag en My las is lig.” Die Here Jesus is so sagmoedig dat Hy wat die enigste regverdige mens op aarde is nie God se oordeel van die hemel laat kom as ons Hom die grootste onreg aandoen en Hom veroordeel nie. Hy is so nederig dat Hy wat God is mens word om vir sondaars gekruisig te word. Hy het dit gedoen vir elkeen wat glo. Vir hulle wat deur Hom as sagmoediges ’n seën vir anderes op hierdie wêreld is.
WAAROM ZACHTMOEDIG?
Titus 3:3 Waarom zou je zachtmoedig zijn? Wat levert dat nu op in deze wereld? Brutalen hebben toch de halve wereld? Het aantal brutalen is veel minder dan de niet brutalen. Dus toch beter brutaal en voor jezelf leven?! Voor jezelf opkomen is dat niet het geheim voor een goed leven?
In vers 3 geeft de Geest ons een belangrijke rede om niet voor jezelf te leven. Om juist als discipel van Christus te leven. Als iemand die er juist vanuit Gods liefde voor een ander wil zijn. Het eerste woord van vers 3 is want. Dat woordje laat zien waarom we zo als christenen willen leven.
Omdat we onszelf kennen. Wie in het licht van Gods liefde en woord zijn eigen hart kent, gaat zichzelf niet tegenover anderen verheffen. Dan leer je in je leven al meer zien dat ook bij jezelf er gevoelens en gedachten zijn die zo in en in verkeerd zijn. Gevoelens waar je hopenlijk zelf van schrikt. Dan wil je echt aan alle mensen het evangelie brengen. Dan zijn pornosterren, hoeren, criminelen daarvoor niet te slecht. Je hebt leren zien in je eigen leven dat ook jij zover zou kunnen komen. Ondanks al jouw eigen zonden, is Christus, die geen enkele zonde gedaan heeft, in Zijn liefde en genade naar je toegekomen. Dat heb je niet aan jouw verstand en leven te danken maar aan Gods genade alleen.
OM SONDAARS TE RED!
Titus 3:3 Paulus maak duidelik dat geen mens buite Christus kan sê dat hy van homself verstandig en gehoorsaam aan God is nie. Niemand kan sê dat hy uit homself nie sy eie sondige verlangens volg soos ’n kat wat room gekry het dit doen nie.
Paulus sluit homself daarby in. Hoe ernstig hy as Jood die HERE ook gesoek en wou volg het. Nogtans het hy dit by homself gesoek en was daarom slaaf van eie verkeerde verlangens.
As Paulus dit in 1 Tim 1:12-14 gesê het, volg: “Dit is ’n betroubare woord en werd om ten volle aangeneem te word, dat Christus Jesus in die wêreld gekom het om sondaars te red, van wie ek die vernaamste is.”
Die Gees leer ons om eerlik met onsself te wees. Dan sien jy dat jy steeds weer dinge dink wat twyfel aan wat die HERE sê. Ons begin twyfel. Ons dink dat sekere dinge in die Bybel nie waar kan wees nie. Dit kan nie volgens ons menslike verstand of ervaring nie. In ons leef ongehoorsaamheid aan God. Ons dink en doen nie altyd wat Christus ons leer nie. Ons het die stem van God gehoor maar ons wil nie so leef nie. Ons het dikwels baie verskonings nogtans is dit ongehoorsaamheid aan Hom wat weet wat regtig goed vir jou en my is. Die wonderlikste wonder is dat die HERE in Christus na ons kom om sondaars te red!
ONGEHOORZAAM EN ONVERSTANDIG
Titus 3:3 Wij lezen hier dat we als mensen, niemand uitgezonderd, onverstandig, ongehoorzaam, dwalend en verslaafd aan verkeerde verlangens zijn. Dat is onze aard. Zo komen we in de wereld. Niemand is anders geboren dan zo! Behalve de Here Jezus. Is dat nu geen heel erg negatief zelfbeeld? Is dat niet veel te somber? Dat is wel de manier waarop velen hierop reageren. Zo denken is ook niet iets wat bij de geest van onze tijd en cultuur past. Je moet juist positief over jezelf zijn, je moet zorgen voor zelfbevestiging. Het is belangrijk dat we elkaar vooral schouderklopjes en complimenten geven. Dat voelt goed en daar gaat het om.
Het gevaar in onze tijd is dat we onszelf overschatten. Dat we als een struisvogel onze kop in het zand steken. Als we door de complimenten die we elkaar geven (een compliment geven zelf is niet verkeerd!) niet meer zien dat we juist bij de HERE moeten zijn om te veranderen zijn die complimenten wapens in de handen van de duivel. Om ons bij Christus als onze Verlosser die we elke dag nodig hebben weg te houden. Het gaat er hier om dat we ons verstand, onze gehoorzaamheid, ons gaan op de smalle weg, ons volgen van Gods wil bij de HERE zoeken. Bij de Geest die om Christus werk ons tot nieuwe verstandige en gehoorzame mensen wil maken.
REGTIG VERSTANDIG
Titus 3:3 Ek kom nou terug op ons verstand. Wat beteken dit dat ’n mens as lewende kind van God verstandig geword het? Dit het niks daarmee te doen dat jy slim word as jy ’n gelowige geword het nie. Die gelowiges is nie altyd die slimstes in hierdie wêreld nie. Waaroor gaan dit dan? Ons lees dit baie duidelik in 1 Kor 2: “Ons het ewenwel nie die gees van de wêreld ontvang nie, maar die Gees wat uit God is, sodat ons kan weet wat God ons uit genade geskenk het. Daarvan spreek ons ook, nie met woorde wat die menslike wysheid leer nie, maar met die wat die Heilige Gees leer, sodat ons geestelike dinge met geestelike vergelyk. Maar die natuurlike mens neem die dinge van die Gees van God nie aan nie; want dit is vir hom dwaasheid, en hy kan dit nie verstaan nie, omdat dit geestelik beoordeel word.” Vs 12-14
Ons sien hier ook dat ons nooit net met verstandelike argumente ander kan oortuig nie. Dit gaan nooit werk nie. Dit is nie so dat as ’n mens maar mooi kan uitlê wie Christus is en hoekom jy Hom nodig het mense gaan glo nie. Sonder die werk van die Gees gaan dit nie gebeur nie. Dit leer ons om van Christus te getuig en die vrug daarvan van de HERE te verwag. Regtig verstandig is die eenvoudiges en die slimmes wat Christus volg. Wat die HERE glo en volg op Sy Woord.
DIE ENIGSTE MEDISYN
Titus 3:3 Wanneer jy oor hierdie vers nadink, is dit opvallend hoe Paulus die woorde in ’n sekere volgorde plaas. ’n Volgorde waarby die een die gevolg van die ander is.
Wie onverstandig is deur hom nie deur Christus te laat leer, word ongehoorsaam aan die HERE. Wie die Woord van God niet wil ken en volg nie gaan op ’n dwaalweg. Die gaan op die breë pad wat na die verderf lei. Die gevolg van die gaan op die breë pad is dat jy verslaaf is aan jou eie sondige hart en gevoelens. Verslaaf dikwels aan die gees en gedagtes van eie tyd. Dan is jy baie gevoelig vir ’n wêreldse lewe waarin dit veral daarom gaan dat jou eie gevoelens bevredig word.
As dit so in ’n mens se lewe is, kom wat in die HERE se oë sleg, boos is op die voorgrond in jou lewe. Dan speel die afguns ’n groot rol. Jy wil meer en beter dan ander. Jy kan nie meer tevrede wees nie. Die gevolg daarvan is dat ‘n mens so afskuwelik gaan leef dat ander ’n hekel aan jou gaan kry. Die afkeer word wedersyds en so gaan mense mekaar met hulle hart haat. Ons sien in die geskiedenis hoe hierdie dinge steeds weer gebeur en tot verskriklike dade onder mense lei. Hoe mense mekaar verwond en selfs martel en doodmaak. Christus en Sy liefde en genade is die enigste goeie medisyn.
GODS GOEDHEID VERSCHENEN
Titus 3:4 Paulus laat ds Titus zien dat deel van de verkondiging van het evangelie is dat we zelf allemaal de verkeerde weg gaan. Dat we allemaal vanuit onszelf ongehoorzaam zijn geworden aan onze Schepper. Helemaal door eigen schuld.
Dan komen er deze geweldige woorden: “Maar toen”. De HERE heeft het er niet bij laten zitten. Hij heeft ons niet in de modder laten spartelen. Hij heeft ingegrepen terwijl wij een stelletje ondankbare, opstandige lieden zijn. In een wereld vol ondankbaarheid tegenover God is de goedheid, de gunst van God verschenen. Dat is gebeurd op een duidelijk aanwijsbaar ogenblik. Zichtbaar kwam Gods onverdiende goedheid in de wereld toen de Here Jezus in Bethlehem geboren werd. Het Licht kwam de donkere wereld binnen. De engelen in de nacht straalden het hemelse licht de wereld in dat wie gelooft in Christus niet meer bang hoeft te maken. Maar juist blij!
De HERE is reddend in de wereld gekomen. Zoals Hij dat bijvoorbeeld al beloofde in Psalm 130: “ Hij zal Israël bevrijden uit al zijn zonden.” Vs 8 Je ziet deze woorden terug als een engel Jozef vertelt dat Maria zwanger is van de Heilige Geest: “Ze zal een zoon baren. Geef hem de naam Jezus, want Hij zal Zijn volk bevrijden van hun zonden.” Matt 1:21.
In de Here Jezus is Gods goedheid zichtbaar in de wereld gekomen. Hartverwarmend!
VERSKYN OM TE RED
Titus 3:4 God se goedheid het in die wêreld verskyn om te red! Nie net om daarna te kan kyk en dan die gevolgtrekking te maak dat dit nie vir ons mense is nie. Die Seun van God kom in die wêreld om te red. Ons lees dit o.a. in Lukas 19: “Want die Seun van die mens het gekom om te soek en te red wat verlore was.”
Ons sien so ook die verband in Titus 3 raak. Die Gees wys baie duidelik dat elke mens van hom of haarself verlore is. Ons het nodig om gered te word. Ons kan onsself nie red nie. Ons het die Verlosser Jesus Christus nodig. Die Here Jesus is bereid om ons te red! Jy sien in Hom God se wonderlike “liefde tot die mens”. Onverklaarbaar as ons na onsself kyk. Hoe is dit moontlik dat die HERE in liefde na my gekom het?! Ek het dit op geen enkele manier verdien nie.
As ’n mens hierdie wonderlike liefde van God raaksien, leer dit ons ook om vir ander mense te help, om vir ander mense om te gee. Om nie op te gee en te dink dat hulle dit nie werd is nie. Ons was dit heeltemal nie werd nie en die Enigste wat ’n goeie rede het om ons te straf kom met Sy goedheid en liefde na ons toe. Sou ons dan nie so vir ander mense rondom ons wees nie. Jy sien hoe ’n mens by God se hart leer om hardheid en onbarmhartigheid agter jou te laat.
MENSENLIEFDE
Titus 3:4 Het woord dat in het Grieks voor mensenliefde gebruikt wordt wijst in die tijd vooral op goden en belangrijke personen die ondergeschikten goed behandelen. Dit wat in die tijd mensenliefde genoemd wordt, verbleekt bij de mensenliefde van de enige God en Redder. Er is er maar een die door Zijn mensenliefde, wat een en al genade is, mensen echt redt. Niet maar voor eventjes een beter leven geeft, of ze voor eventjes uit de moeilijkheden haalt. Er is er maar een die redt van de zonden en die een leven geeft waar alle ellende uit verdwenen zal zijn.
Er is er maar een die nooit iets verkeerds gedaan heeft en die het verkeerde vanuit de grond van Zijn hart haat en toch zondige mensen wil redden. Die Zijn meest Geliefde daarvoor gegeven heeft. Je kunt dan ook begrijpen hoe beslissend het liefhebben van God als onze Verlosser is. Het liefhebben van Zijn Zoon Jezus Christus. Na Joh 3:16 volgt dan: “God heeft Zijn Zoon niet naar de wereld gestuurd om een oordeel over haar te vellen, maar om de wereld door Hem te redden. Over wie in Hem gelooft wordt geen oordeel uitgesproken, maar wie niet in Hem gelooft is al veroordeeld, omdat hij niet wilde geloven in de naam van Gods enige Zoon.” Joh 3:17,18
ONVERDIENDE LIEFDE
Titus 3:5 Hoekom het God se goedheid en liefde vir die mens verskyn? Hoekom het die HERE in Christus Sy hart vir sondaars gewys? Die oorsaak daarvoor lê nie in ons as mense nie. Die rede daarvoor is nie dat ons as mense dit verdien deur ons lewe of omdat ons daarvoor self gevra het nie. Die goedheid, die genade, die onverdiende liefde van God vir mense kom net uit die hart van God. Paulus skryf hier: “nie op grond van die werke van geregtigheid wat ons gedoen het nie”.
Hoe belangrik is dit dat ons dit steeds weer hoor. Ons is as mense altyd weer daartoe geneig om onsself tog beter te voel as ander. Om dan te dink dat ons dit tog meer verdien het om in God se liefde te deel as ander. Om te dink as die ander deur Christus gered is ek sekerlik ook gered is. Hierdie manier van dink moet ons uit ons koppe uit kry. Ek dink nou aan die gelykenis wat die Here Jesus oor die baas wat op ’n dag knegte in diens neem vertel. Die een werk vanaf vroegoggend en die ander het net 1 uur op die dag gewerk en hulle kry almal dieselfde loon. Kyk Matt 20:1-16 Ek dink ook aan die moordenaar aan die kruis wat hom aan die kruis bekeer en so ingang in die hemelse paradys ontvang.
Elkeen wat deur Christus verlos word het dit net aan God se onverdiende liefde te danke. Dan bly jy altyd verwonder en dankbaar dat Christus ook vir jou gesterf het.
OM JE ALTIJD OVER TE VERWONDEREN
Titus 3:5 Paulus draagt ds Titus op om de gemeenten voor te houden dat ze geroepen zijn om goede werken te doen. Om zo voor God en mensen te leven dat ze al meer doen wat in Gods ogen goed is. Zie vers 1 en 8. Hoe sterk deze oproep ook is toch worden die goede werken nooit een grond voor onze verlossing. De grond daarvoor ligt veel dieper en is veel zekerder. De verlossing van de gelovigen ligt vast in Gods barmhartigheid.
In niets en in niemand anders. De verlossing ligt vast in Christus lijden en sterven. In Zijn opstaan uit de dood en in Zijn gaan naar de hemel. Christus heeft door Zijn geweldige liefde waardoor Hij bereid was om voor Gods uitverkorenen de straf te dragen de redding tot in het eeuwige leven verdiend.
Dat dit uit God en God alleen komt, laat zien dat het Zijn liefde alleen is. Hij heeft in Zichzelf en niet in ons de reden om voor zondaars toch tot redding in de wereld te komen. Je staat hier voor het diepe raadsel van Gods liefde. Een raadsel dat wij niet kunnen ontrafelen maar waarvan we alleen de verschijning zien: Christus. Een raadsel dat ons tot aanbidding brengt. Die onbegrijpelijke Goddelijke liefde voor zondaren waarmee de HERE ons tot Christus roept. Zo geweldig: om je levenslang over te verwonderen en daarvan steeds weer een heerlijk facet te ontdekken! Om nooit op uitgekeken te raken. Hoe groot is de HERE in liefde.
BAD VAN DIE WEDERGEBOORTE
Titus 3:5 Hoe red Christus in wie God se spesiale liefde vir mense gekom het? “Deur die bad van die wedergeboorte en die vernuwing deur de Heilige Gees”.
Die redding deur Christus is nie net dat Hy die gelowiges se sondeskuld betaal nie. Dit gaan hier nie om goedkoop genade waarby die gelowige nie verander nie. Wie Christus as Sy Redder leer ken, word ook ’n ander mens.
So was dit ook in die Ou Testament. Die HERE roep ook daar die gelowiges op om vanuit de vergewing ’n nuwe lewe te lei. ’n Voorbeeld daarvan lees ons in Jes 1:16,17: “Was julle, reinig julle, neem die boosheid van julle handelinge voor My oë weg, hou op om kwaad te doen, leer om goed te doen, soek die reg, beteuel die verdrukker, doen reg aan die wees, verdedig die saak van die weduwee.”
Die weg waarin Christus red is dat Hy deur God se liefde die gelowiges tot ander mense maak. Deur Christus se werk is dit die Gees wat in die gelowiges kom woon en hulle tot nuwe mense maak. Hulle word opnuut gebore. Hulle leer om die verkeerde in hulleself en ook in hul karakter te haat en al meer deur die Gees verander te wil word. Wie in geloof met Christus verbind is, is ook verlos om ’n nuwe mens te wees!
KRACHTIGE WERKING VAN DE GEEST
Titus 3:5 In het bad van de wedergeboorte zie je het werk van de Geest in een mens. Een mens wordt door het werk van de Geest anders. Je wordt nieuw. Er vindt een echte vernieuwing plaats in je leven. Het werk van vernieuwing door de Geest heeft met je hele mens-zijn te maken. Het heeft te maken met je verstand, met je wil, met je geweten, met je gevoelens met wat je doet.
De Here Jezus maakt heel erg duidelijk dat het er in je leven om gaat dat je met jouw hele bestaan God dient. We horen Hem zeggen: “Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand.” Matt 22:37.
Als je dat hoort, zeg je: Maar dat kan ik nooit! Natuurlijk blijft het op deze aarde altijd gebrekkig. Zelf kun je het niet maar de Geest wil zo in je werken dat je zo gaat leven en daarin wilt groeien. We belijden dat op een prachtige manier in de Dordtse Leerregels: “Maar God dringt ook door tot in het diepst van de mens met de krachtige werking van diezelfde Geest, die wedergeboorte werkt; Hij opent het gesloten hart, Hij maakt het harde zacht; Hij besnijdt het onbesnedene, Hij vernieuwt de wil; van dood maakt Hij hem levend, van slecht goed, van onwillig gewillig, van weerbarstig gehoorzaam, Hij brengt de wil zover en geeft deze zoveel kracht, dat hij als een goede boom vruchten van goede werken kan voortbrengen.” III/IV,11.
VERNUWING VAN ONS VERSTAND
Titus 3:5 Ons het die gebed om die vernuwing van de Gees in ons lewe so nodig. Die wonderlike is dat as jy met jou hart daarom vra die HERE om Christus werk dit vir jou gee. Dan leer jy selfs vol verwondering bely dat die vraag vanuit jou deur de Gees in jou gewerk is. As ons roem dan roem ons in die HERE!
Ek wil hier ook nog aandag vra vir die vernuwing van ons verstand. Ons menslike verstand is verduister deur die sonde. Ons kan nie gesond meer dink nie. Ons het nodig dat die Gees ook ons verstand so vernuwe dat ons ook met ons verstand buig vir God se wysheid. Dat die HERE se wysheid ook vir ons verstand vorm en lei!
Dit gaan daarom dat ons ons verstand laat vorm deur die wysheid van God wat meer is as ons verstand. Ons lees daaroor in Spreuke 9: “Die beginsel van die wysheid is die vrees van die HERE, en kennis van die Heilige is verstand.” Vs 10
Ons rig ons ook vir ons verstand op die HERE en wat Hy ons in die Bybel vertel. Ons erken dit as die werklikheid en die waarheid. Daarin sien ons hoe die dinge regtig was, is en word. Ek dink nou aan Psalm 36 en 119. Psalm 36:10: “Want by U is die fontein van die lewe; in u lig sien ons die lig”
Psalm 119:130: “Die opening van U woorde gee lig; dit maak die eenvoudiges verstandig.”
AMBASSADEURS VAN GOD
Titus 3:6 De Here Jezus heeft met Zijn werk verdiend dat de Geest uitgegoten wordt over Gods volk. Niet maar een klein beetje maar rijk. Overvloedig. Niet alleen om te leren leven met de HERE maar ook om jong en oud van Christus te kunnen en willen vertellen aan anderen. We hebben hier vooral te denken aan wat er op de Pinksterdag gebeurd is.
Daar lezen we hoe het de opgestane Christus is die de Geest overvloedig aan de gelovigen geeft. We zien dat heel duidelijk in Handelingen 2:33: “Jezus is door God verheven, zit aan Zijn rechterhand, en heeft van de Vader de Heilige Geest, die ons beloofd is, ontvangen. Die Geest heeft Hij op ons doen neerdalen, en dat is wat u ziet en hoort.”
Bij het reddingswerk van de Here Jezus hoort ook dat de Geest over je leven wil komen om je aan Hem te verbinden en om anderen te laten zien en horen hoe goed dat leven met Christus is. Hoe nodig ook anderen dit hebben. De vernieuwing door de Geest heeft als doel dat we in ons leven het beeld van God laten zien. Om mensen ook zo in contact met Hem te brengen. De Geest van Christus maakt levens nieuw en maakt mensen tot ambassadeurs van de enig ware God.
TOEKOMS UIT GENADE ALLEEN
Titus 3:7 Die HERE se goedheid het in Christus aan ons verskyn. Selfs is die Gees om die werk van Christus ryklik oor ons uitgestort. Die Here God het dit nie sonder rede gedoen nie. Hy doen niks sonder doel nie. Hy is die God wat in beheer is en daarom ook met die verskynng van Sy goedhied ’n doel het. Ons lees die doel hier in ons vers. Dit is: “sodat ons erfgename kan word ooreenkomstig die van die ewige lewe.”.
As die Gees dit vir ons vertel, beklemtoon Hy weer dat dit nie is wat dit verdien omdat ons so goed is nie. Nee, dit is heeltemal die HERE se werk en niks anders nie. Want hoekom kan ons erfgename van die ewige lewe wees? Omdat ons “geregverdig is deur Sy genade”.
Wat is nou die ‘geregverdig wees’? Dit beteken dat die gelowiges voor God se regterstoel onskuldig verklaar word. Die hemelse Regter sê as ’n gelowige voor Hom kom: nie skuldig nie, geen veroordeling verdien nie.
Hoe is dit moontlik? Omdat Christus wat God se goedheid in eie Persoon is, ons skuld op Hom geneem het en Sy volledig regverdige lewe aan ons toegereken word. Ons lees daarvan o.a. in Fil 3:9: “en om in Christus gevind te word, nie met my geregtigheid wat uit die wet is nie, maar met die wat deur die geloof in Christus is, die geregtigheid wat uit God is deur die geloof.” Dat ons toekoms het, het ons net aan God te danke!
WELKE ERFENIS?
Titus 3:7 Gods goedheid en mensenliefde is verschenen om ons erfgenamen te maken. Om ons een erfenis te geven waar we geen recht op hadden. De erfenis die er voor de mens na de zondeval is, is de hel. Is een bestaan zonder de zorg en liefde van God. De toekomst is dan een donker gat.
De Here Jezus is verschenen, is door de Vader gegeven om daarin voor altijd verandering te brengen. Voor de mensen die bij Christus als hun Verlosser hun leven zoeken en zo bij de nieuwe mensheid horen. De verloste mensheid. Door Christus geldt voor ieder die door het geloof bij Hem hoort wat we lezen in Romeinen 8:17: “En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen; erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.” Die erfenis is iets wat we nog niet hebben. Het is hoop, het is de belofte van God. Daarom is het zeker! Dat is de toekomst voor wie om Christus in deze wereld lijdt. Dat lijden is niet blijvend. Het plezier van mensen die Gods kinderen laten lijden is ook niet blijvend. Voor Gods kinderen is zeker dat ze als erfenis het eeuwige leven krijgen dat vol is van geluk. Wie zonder Christus leeft, kan nu op een manier plezier hebben maar dat plezier zal hem vergaan en in de plaats daarvan komt voor altijd moeite en verdriet.
SO WAAR!
Titus 3:8 “Dit is so ’n betroubare woord”. Paulus juig. Wat hy geskryf het oor die heerlike boodskap van die evangelie in vs 4-7 is so waar! Daar kan ’n mens op bou. Dit is ’n rots waarop jy jou lewe kan bou want dit is die goede boodskap van Jesus Christus wat vir 100% die waarheid is. God se betroubare Woord. So betroubaar dat ons daarvan in Psalm 12 lees: “Die woorde van die HERE is rein woorde, silwer wat gelouter is in ’n smeltkroes in die aarde, gesuiwer sewe maal.” Vs 7. Paulus maak vir Titus duidelik dat hy hierdie boodskap as die betroubare Woord van God moet verkondig. Hy moet hierdie boodskap met stelligheid verkondig want niks is sekerder dan dit want dit is God se betroubare Woord. Niks is meer seker as dit wat die een betroubare God ons vertel nie. Onseker mense, mense wat in ‘n onseker wêreld leef, vind hulle sekerheid en rus in God. So is dit vir wie hom of haar aan Christus toevertrou. Dat ’n mens op die HERE en Sy Woord kan vertrou lees ons op ’n bysondere manier in Hebr 6: “Daarom het God, omdat Hy nog kragtiger aan die erfgename van die belofte die onveranderlikheid van Sy raad wou toon, dit met ’n eed gewaarborg; sodat ons deur twee onveranderlike dingen, waarin dit onmoontlik is dat God sou lieg, kragtige bemoediging kan hê”. Vs 17,18 Wat God belowe is vas en seker! Hy gee Sy kinders volgens Sy belofte die ewige lewe!
ZO IS HET!
Titus 3:8 Paulus geeft Titus de opdracht om het evangelie in een notendop, zoals we dat in vers 4-7 lezen, ‘met kracht te verzekeren’. Hij moet dat evangelie maar niet als een goede mogelijkheid aan mensen voorhouden. Niet als een van de boodschappen in deze wereld die goed voor je kan zijn. Nee, hij moet de mensen met liefde vertellen dat het zo is. Dit is de waarheid! Dit is het betrouwbare Woord dat alle onzekerheid doorbreekt. Zo moet Titus verkondiger van het evangelie zijn. Niet zelfvoldaan maar door de Geest overtuigd. Door Christus zelf.
Zo moet Hij het evangelie vooral aan de gelovigen op Kreta verkondigen. Het is een ramp als een verkondiger van het evangelie aan de gemeente het evangelie als een waarschijnlijkheid, als een goede mogelijkheid voorhoudt. Dan is die verkondiger niet de stem van God die hij hoort te zijn. De verkondiger van het evangelie is geroepen om het evangelie met overtuiging te verkondigen. Een overtuiging die hij niet vindt in zichzelf maar in God, in Zijn Woord, in Christus overtuigd door de Geest.
Het doel van de verkondiging van dit evangelie is dat het ook echt uitwerking in het leven van de gelovigen heeft. Dat ze vanuit het evangelie goede werken gaan doen. God is goed en Hij leert Zijn volk om goed te zijn voor alle mensen.
NUTTIG VIR ALLE MENSE
Titus 3:8 Die gevolg van die verkondiging van het evangelie behoort te wees dat Christus se kerk in die gemeenskap op die voorpunt staan as dit om goeie werke gaan. Ons sien hierin ook wat die HERE se doel met mense is. Dit is dat hulle ’n goeie lewe sal hê. Die evangelie van Christus en wat die evangelie in mense werk is goed en nuttig vir alle mense.
Dit is nie nodig om ons vir die egte evangelie te skaam nie. Wie die regte evangelie uitdra en uitleef doen nie iets wat die goeie lewe op hierdie aarde bedreig nie. Ons moet ons dit ook nie laat wysmaak nie!!! Dit kan wees dat mense die evangelie as ’n bedreiging ervaar en daaroor so praat nogtans is die regte lewe vanuit die evangelie dit wat alle mense die goeie pad wys. Daarom is dit vir hulle nuttig. Die goeie werke is belangrik. Een van die dinge wat die verkondiging van de evangelie die meeste belemmer is dat mense wat hulle gelowiges noem ’n ongelowige lewe lei.
Laat ons daarom steeds weer goeie werke wil doen en elkeen wat ons liefde en hulp benodig ook regtig help. Dan vra ons nie of iemand in Christus glo of nie glo nie. Dan help ons en getuig ons daarby dat ons dit doen deur die liefde van Christus as ons Redder en God. Dan trek ons ons nie selfsugtig terug om net die belange van die medegelowiges te behartig nie.
GEEN SPECULATIES
Titus 3:9 Betekent goede werken doen dat je als een kleurloos figuur in de wereld staat die helpt maar verder nergens stelling over inneemt? Je ziet in ons vers dat dit zeker niet Gods bedoeling is. Ds Titus moet de gemeente oproepen om iedereen vanuit Christus liefde goed te behandelen. Met een hart dat naar de ander uitgaat. Bij dat goede hoort voor Titus zelf ook dat hij met bepaalde dinge die mensen doen niet meedoet. Dat hij dat zelfs veroordeelt. Hij moet de dwaalleraars die wel veel over Christus spreken maar niet het ware evangelie verkondigen openlijk tegenspreken en zelfs de mond snoeren. Zie 1:11,13.
Zo moet Titus samen met elke gelovige wegblijven bij dwaze vragen en speculaties. Dat gebeurt als we ons gaan bezighouden met vragen die we vanuit het Woord van God niet kunnen beantwoorden. Dat zorgt voor onnodige strijd en dat mensen gaan twijfelen en dingen gaan verkondigen die boven Gods Woord uitgaan. Ik denk nu aan art 13 van de NGB: “ En al wat in Gods doen het menselijk verstand te boven gaat, willen wij niet nieuwsgierig onderzoeken, verder dan ons begrip reikt. Maar in alle ootmoed en eerbied aanbidden wij de rechtvaardige beslissingen van God, die voor ons verborgen zijn. Wij stellen ons ermee tevreden, dat wij leerlingen van Christus zijn, om slechts te leren wat Hij ons onderwijst door zijn Woord, zonder deze grenzen te overschrijden.” Gouden woorden!
RYK EN DUIDELIK
Titus 3:9 Die doen van goeie werke volgens die wil van die hemelse Vader is goed en nuttig vir alle mense. Die fantaseer en die sogenaamde diepsinnige geskryf oor God en die geloof wat nie duidelik vanuit die Woord van God self kom nie is vir alle mense nutteloos. Dit dien nie regtig ’n goeie doel nie. Dit kan wees dat mense dit wonderlik vind om so te spekuleer en daaroor te gesels maar in werklikheid het dit nie waarde nie. Alles wat ons dink, skryf of sê wat nie opkom vanuit die gemeenskap met die Drie-enige God volgens Sy eie Woord nie is spekulasie en moet ons los.
Ons moet daaroor verseker nie stry nie. Hoe dikwels het dit in die geskiedenis gebeur dat juis daardeur stryd ontstaan het met slegte gevolge. Hoe belangrik is dit om al ons aandag en liefde op die Woord van die HERE self te rig! Ons het nie nodig om te spekuleer nie. Die Woord van die HERE is so ryk en duidelik dat ons ons lewe lank daarin kan groei. Om al meer magtig in die Skrifte te word sonder dat ons enige oomblik die hele Woord sal bemeester. Al sou ons 1000 jaar of ouer word. Regte teologie is groei in die kennis van die Woord en so groei in die ken van die HERE en van jouself. Dan bly jy ’n nederige en bly kind van die HERE.
WIE ZAAIT VERDEELDHEID?
Titus 3:10 Paulus geeft Titus en hiermee alle dienaren van het Woord en ook de ouderlingen een heel duidelijke en belangrijke opdracht. Iemand die in de gemeente van Christus toch bezig is met dwaalleer is iemand die voor partijschap zorgt. Dat is iemand die voor verdeeldheid zorgt. Die persoon moet duidelijk en met gezag vermaand worden. We moeten nu heel goed onderscheiden. Je mag niet zeggen dat als mensen in de gemeente zich aan een bepaalde boodschap stoten, misschien wel de meerderheid, de man die die boodschap brengt dus vermaand moet worden. Het kan ook zo zijn dat mensen zich juist aan het echte evangelie stoten omdat het evangelie niet dat is wat wij als mensen graag horen. Een heel duidelijk voorbeeld hiervan vinden we bij de ontmoeting tussen Achab en de profeet Elia. Na meer dan 3 jaar droogte in Israël op het woord van Elia is Achab heel kwaad op Elia als ze elkaar ontmoeten. Dan lezen we het volgende: “Zodra Achab hem in het oog kreeg riep hij uit: ‘Bent u het, Elia? U, die Israël in het ongeluk hebt gestort?’ Elia antwoordde: ‘Ik heb Israël niet in het ongeluk gestort, dat hebt u zelf gedaan, u en het koningshuis van uw vader, omdat u de geboden van de HEER naast u hebt neergelegd en de Baäls bent gaan vereren.” 1 Kon 18:17,18 Het gaat dus niet om meerderheid of minderheid. Wie niet Gods Woord brengt, is de persoon die verdeeldheid zaait.
ELKEEN SY EIE WAARHEID?
Titus 3:10 Hoe belangrik is hierdie woorde vir ons tyd! Juis vir ons in die 21e eeu. Dis woorde wat naamlik met die gees van ons tyd bots. Ons leef in ’n tyd waarin mense hul eie waarheid het. As mense van Jesus hou op hulle manier en volgens die beeld wat hulle van Jesus het, is dit goed. Ons moet mekaar vry laat en veral nie die waarheid oplê nie. Mekaar vermaan oor sienings wat jy oor die geloof en oor die Here God het, is in ons tyd nie populêr nie. Mense verkwalik jou as jy dit doen. Ook as jy dit in die verkondiging van die evangelie in liefde doen.
Dis baie belangrik om raak te sien dat juis dit ’n groot dwaalleer is. Dis regtig die duiwel self wat van die tydgees gebruik maak om die verkeerde leer so al meer plek in die kerk te gee. Om so die kerk van Christus al meer te verwoes. Ons sal ook in die 21e eeu, wat mense ookal sê, met liefde die ware leer in die kerk moet bely en vashou. Die Gees leer ons juis, deur die Woord wat volledig waar is, wie die HERE is, wat Sy wil is en wat die werklikheid is.
Iemand wat teen die waarheid van die Woord leer, moet regtig daarop ernstig aangespreek word. Hy staan in diens van die duiwel en is ’n gevaar vir Christus se kerk. Dit kan die ampsdraers nie so laat nie.
CHRISTUS ONZE LERAAR
Titus 3:10 Er is niet voor iedereen plaats in de gemeente van Christus. Iemand die iets anders leert dan de Geest in de Bijbel doet, moet door de ambtsdragers terecht gewezen worden. Dat is een gebod dat van de Here zelf komt. Ook voor ons vandaag 2000 jaar later.
Iemand die in de gemeente dingen verkondigt die tegen wat de Geest in de Bijbel leert, ingaat moet daar meerdere keren op aangesproken worden. Als die persoon er toch mee door blijft gaan, moet deze uit de gemeente verwijderd worden. Het moet zowel voor de gemeente als voor de mensen buiten de kerk duidelijk zijn dat iemand die tegen het Woord van God in dingen verkondigt niet echt bij Christus kerk hoort.
Dat klinkt misschien hard. Zeker in een tijd waarin we vinden dat ieder zijn eigen waarheid mag hebben. Toch is het als je er wat langer over nadenkt heel logisch en heel goed. Echt kerk-zijn betekent dat je zegt dat je bij Christus hoort. Dat jij samen met anderen Hem wil volgen als je Heer en God. Wie dan tegen wat Christus ons leert inspreekt en daarop aangesproken wordt en dat dan toch blijft doen, maakt zich los van Christus als zijn Heer. Hij verkondigt dingen die mensen losmaakt van Christus als hun hoogste Leraar. Dan kun je geen deel meer van Zijn volk zijn en zeker geen ambtsdrager.
VERMY ´N DWAALLERAAR
Titus 3:10,11 Ds Titus kry die opdrag om hom te onttrek aan iemand wat ’n verkeerde leer in die gemeente verbrei. Dit is mense wat daardeur tweedrag saai en twis veroorsaak. Wat Paulus hier vir Titus sê is nie net vir die omstandighede waarin Titus toe verkeer het nie. Die Gees laat Paulus dit ook meer algemeen in Rom 16:17 sê: “En ek vermaan julle, broeders, hou hulle in die oog wat tweedrag en aanstoot veroorsaak teen die leer wat julle geleer het, en vermy hulle.”
Die vermy beteken dat Titus en anderes duidelik laat blyk dat mense wat dwaalleer verkondig nie by die gemeente behoort nie. Die vermy beteken nie dat jy nooit meer met hulle gesels nie. Ons moet dit juis doen om ook hulle weer by Christus en die regte leer terug te bring. Juis omdat ons liefde ook na hierdie mense uitgaan.
Mense wat in die gemeente die naam van Christus noem maar nogtans ander dinge leer as wat Christus ons leer, is op die verkeerde pad en sondig. Die Here Jesus wys dat dit deur die HERE ernstig geneem word in die Bergrede: “Baie sal in daardie dag vir My sê: Here, Here, het ons nie in u Naam geprofeteer en in u Naam duiwels uitgedrywe en in U naam baie kragte gedoen nie? Dan sal Ek aan julle sê: Ek het julle nooit geken nie. Gaan weg van My, julle wat die ongeregtigheid werk!” Mat 7:22,23
VRIJZINNIG
Titus 3:10,11 Wat leren we van deze woorden als kerk van de 21e eeuw? Er zijn al veel praktische punten genoemd. De tucht over de leer moet levend blijven in de kerk als we echt kerk van de Here Jezus willen zijn en blijven. Dat mogen we in de 21e eeuw niet aan de kant schuiven.
Dat heeft ook betekenis voor met wie we als kerk eenheid zoeken. In onze tijd lijkt het er zeker in Nederland op dat eenheid weinig meer met de waarheid te maken heeft. Als mensen over Jezus spreken en zeggen van Hem te houden is dat in de ogen van velen genoeg om een te zijn. Dan mogen zogenaamde vrijzinnigen ook meedoen. Die worden dan ook welkom geheten.
Wat is vrijzinnig? Dat is dat je als mens Jezus als een bijzondere persoon ziet maar vrij bent om over Hem te denken volgens je eigen zin. Je bent niet gebonden aan de Bijbel als het onfeilbare Woord van God, als de hemelse leer die de Geest ons gegeven heeft. Als we de brief die de Geest door Paulus aan Titus geschreven heeft serieus nemen, kunnen en mogen we daar niet aan meedoen. Dan moeten we vrijzinnigen met liefde juist oproepen om niet meer vrijzinnig te zijn. Wie vrijzinnig is zondigt en is op de verkeerde weg. Laten we ook hierin volgelingen van de Here Jezus zijn.
SKULDIG VOEL?
Titus 3:11 Die Heilige Gees leer ons in hierdie vers ’n belangrike les. Ook ’n les wat ’n las van ons skouers neem. Watter les is dit? Dit is dikwels so dat ons moeite daarmee het om vir iemand te sê dat as hy so bly leef of dink hy geen deel van Christus gemeente kan bly nie. Ons is bang dat ons iemand gaan verloor. Ons voel dat iemand dan dalk self uit de gemeente gaan vertrek en ons hom of haar heeltemal nie meer bereik nie.
Die Gees sê nou vir ons dat dit nie nodig is om so te dink nie. Die Gees leer ons hier om nie hierdie las op ons te neem nie. As iemand in die gemeente teen die evangelie leer of leef en daarop in liefde aangespreek word en nie verander nie. As hierdie persoon dan buite die gemeente kom en staan, “staan hy selfveroordelend”. Hierdie man of vrou waarna ons liefde uitgaan, kies deur eie sienings daarvoor om buite die gemeente te wees. Daaroor hoef die ampsdraers en ook die gemeente hulle nie skuldig te voel nie. As ’n mens hierdie Gees se onderwys tot jou laat deurdring, is daar ook nie ruimte vir die siening dat ons nie vermaan, dat ons nie die tug gebruik omdat ons dan mense gaan verloor nie. Hierdie onderwys is vir die kerk van die 21e eeu baie belangrik om regtig kerk van die Here Jesus te bly. Nie wie op goeie gronde vermaan staan skuldig aan die weggaan uit die kerk nie maar wie self van Christus se pad afwyk.
NAAM BELEMMERING?
Titus 3:12 Paulus geeft Titus verdere instructies. Titus is een medewerker van Paulus die voor verschillende taken naar verschillende kerken gestuurd wordt. Het is niet de bedoeling dat Titus voor een heel lange tijd op Kreta blijft. Hij zal worden opgevolgd en dan krijgt Titus weer een andere opdracht. Paulus weet nog niet precies wie hij als opvolger van Titus zal sturen. Dat wordt of Artemas of Tichikus.
Het is de enige keer in de Bijbel dat we de naam van Artemas als medewerker van Paulus lezen. We weten verder niets van hem. Zijn naam is wel opvallend. Dat is ook zo met de naam Zenas in het volgende vers. Deze broeders dragen namen die aan de Griekse afgoden herinneren. Aan Artemis en Zeus. Je ziet hier dat een naam die je ouders je vroeger hebben gegeven je niet hoeft te beheersen. Die naam is niet meer dan een roepnaam. Wat jouw naam ook is als jij door het geloof bij Christus hoort, ben je Zijn eigendom. Dan draag je uit dat Christus Heer en Verlosser is wat je roepnaam ook al is. Een naam kan niet in de weg staan dat je kind van God bent. Hoe je familiegeschiedenis ook is, al kom je uit een familie waarin heel veel mis gegaan is, kan dat jou als gelovige niet bij God weghouden. Je mag voluit leven en werken in Christus kerk en Koninkrijk. Dat geldt ook als je vroeger bekend gestaan hebt als iemand die heel verkeerd geleefd heeft en je nu in liefde voor Christus leeft.
IN ´N GROOT STAD?
Titus 3:12 As ’n opvolger vir Titus op Kreta aangekom het en Titus hom ingewerk het, moet Titus na Nikopolis reis. Verseker 10 stede het daardie tyd die naam Nikopolis gedra wat beteken: oorwinningstad of winburg. Die Nikopolis waar Paulus hier oor skryf lê in die Epirus aan die oostelike kus van die Adriatiese See.
Hierdie stad het groot aansien gehad. Keiser Augustus het hierdie stad gestig om sy oorwinning oor Antonius en Cleopatra by die slag van Actium in 31 voor Christus te herdenk. Hierdie stad het ’n eie muntstelsel gekry. Nikopolis het later die hoofstad van die provinsie Epirus geword. Dit was ook ’n stad waar baie wysgere na toe getrek het. Paulus wil in hierdie stad gaan oorwinter.
Ons sien hier soos dikwels in de Nuwe Testament dat ons as Christus se kerk nie bang vir ’n groot stad hoef te wees nie. ’n Stad waarin moderne denkers baie invloed het. As ons op Christus sien en Sy Woord as die beslissende waarheid aanvaar, kan ons orals kind van God wees. Kan ons orals kerk van Christus wees. Dan toets ons alles wat op ons af kom aan die evangelie. Dan dra ons die evangelie ook in die stad uit as die hoogste en beslissende wysheid en waarheid vir alle dinge in die lewe. Niks en niemand kan dit wen van Christus as die groot oorwinnaar nie. Hy het regtig die wysheid in pag.
ZORG VOOR DE VERKONDIGERS
Titus 3:13 Het lijkt erop dat Zenas en Apollos de mannen zijn die in opdracht van Paulus de brief naar Titus op Kreta brengen. Zenas wordt hier een rechtsgeleerde genoemd. Hij is een advocaat. Hij is iemand die door zijn beroep in die tijd in aanzien stond. Apollos was toen een belangrijke verkondiger van het evangelie. We weten dat hij in de gemeente van Korinthe veel werk gedaan heeft. Hij wordt een man genoemd die ‘doorkneed is in de Schriften’. Handelingen 18:24 Hij heeft de Bijbel leren lezen met het oog op Christus als de Verlosser. Hij verkondigt vanuit de Bijbel Christus en roept mensen op met Hem te leven. Hij laat uit de hele Schrift zien wie Christus is en wat leven met Hem betekent.
Deze mannen zijn in staat om Titus te bemoedigen en ook de gemeenten op het eiland Kreta. Paulus roept Titus dan ook op om deze mannen voort te helpen. Het is belangrijk dat de verkondigers van het evangelie die uitgestuurd worden hun werk kunnen doen. Dat ook wij predikanten, zendelingen, evangelisten de wereld oversturen en ze goed voorzien om overal zonder zorg hun werk te kunnen doen: het Brood van het leven uitdelen.
GEE OM!
Titus 3:14 Vanuit die voorbeeld dat Apollos en Zenas op hun reis voortgehelp moet word, kom nou weer die oproep om goed te doen. Om juis rondom jou te kyk en dan ook regtig om te gee. Om die mense wat nie die noodsaaklike het nie dit in liefde te gee. Sonder om dit later terug te wil kry. Ons kan hier o.a. dink aan Rom 12:13,14: “Maak voorsiening in die behoeftes van die heiliges; streef na gasvryheid; seën die wat julle vervolg, seën en moet nie vervloek nie”.
Ons lees dat dit hier gaan om die dinge wat noodsaaklik is. As ons dink aan wat mense in die algemeen nodig het, lees ons daaroor in 1 Tim 6: “Maar as ons voedsel en klere het, moet ons daarmee vergenoeg wees.” Vs 8. Dit gaan daarom dat ons ons ontferm oor mense wat nie genoeg klere, kos en geen dak bo hulle koppe het nie. Hierby kom ook dat ons met ons hart so na ’n ander kyk dat ons ook ’n ander wil help, wil troos wat hartseer is. ’n Ander opvang in nood moet ’n kenmerk van Christus se gemeente wees. Dit is baie belangrik dat ons ons as Christene vanuit Christus se liefde daarop toelê.
As ons baie oor Christus, oor God, oor die Bybel, oor Gods se liefde gesels maar ons bewys ander geen liefde nie. As ons uit liefde geen offer wil bring vir mense wat gebrek ly nie word ons getuienis in hierdie wêreld leeg en onvrugbaar.
GROET EN ZEGEN
Titus 3:15 Paulus sluit zijn brief af met groet en zegen. Hij laat merken dat hij en de mensen om hem heen echt aan Titus denken. Echt bij hem betrokken zijn. Ze beseffen dat Titus geen makkelijke taak heeft. Dat hij zich soms wel eens heel eenzaam kan voelen als dienaar van het Woord. Dan is het een zegen als je merkt dat andere mensen aan je denken, voor je bidden. Jou de zegen van God toewensen.
Deze bemoediging wil Paulus ook doorgeven aan de andere gelovigen op Kreta. Het is goed om te weten dat ook op andere plaatsen in de wereld er mensen zijn die in datzelfde geloof staan. Mensen met wie je je in geloof een weet. Het is goed om bij elkaar als kinderen van God op deze wereld betrokken te zijn! Wat hebben we in de 21e eeuw daar ook veel mogelijkheden voor gekregen met al onze communicatiemiddelen.
De grootste bemoediging is dat je mag delen in de genade van God die Paulus hier Titus en al de gelovigen daar toewenst. Die genade is de liefde, is de barmhartigheid waarin Gods kind mag rusten. Verdiend door de Here Jezus. Daarom in alle omstandigheden zicht op een goede toekomst in eeuwige vrede met God en mensen. Een heerlijk slot van een opbouwende brief ook voor de kerk in de 21e eeuw.